Woensdag 8 Fekuari 1888,
No 3001.
VERSCHIJNT DAGELIJKS.
SJIflPMlt <®ÏWPCht.
Bureau: Boterstraat, E, 3 9.
Voor Schiedam per 3 maanden f 1.50
Eranco p. post door geheel Nederland 2.
Afzonderlijke Nommers0.05
Prijs yan dit Blad:
Prijs der Advertontiën:
Van 16 regels/0.60
Elke gewone regel meer0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke
overeenkomsten aangegaan.
Ik
DUITSCHLAND.
Hismnrck in den Hijkedagt
Bismarck heeft gisteren in den Rijksdag
^eder een groote triomf behaald. De invloed
Van zijn machtig woord heelt zich opnieuw
^°en gelden en de Rijksdag is hem weder
Seheel ter wille geweest. In en voor het
Bijksdaggebouw heerschte eene geweldige span
ning. De tribunes, inzonderheid ook de loge
diplomaten, waren stampvol bezet en
^Uiten stond eene ontzaglijke menigte ge
schaard.
Onmiddellijk na de opening der zitting nam
Bismarck te midden van eene plechtige stilte
Bet woord. Bij verklaarde het onnoodig te
échtenJ[over de]j wet op den dienstplicht te
opreken, omdat hare aanneming [verzekerd
*as. Daarentegen wilde bij omtrent den alge
menen toestand in Europa het een en ander
het midden brengen, omdat aan zijn zwij
gen thans eene te pessimistische uitlegging
*ou kunnen gegeven worden. Toch ;voegde
Üj er bp moest hij daarin uiterst voor-
^chtig te werk gaaD, omdat onder de tegen
woordige omstandigheden ieder woord veel
kon bederven.
Be Europcesohe toestand zoo vervolgde
Bismarck is in een jaar tijds meer ten
goede dan ten kwade veranderd. Toen vrees
den wij een oorlog met Frankrijk, maar seder t
daar een vredelievend president door een
hog vredelievender opgevolgd en zijn oorlogs-
Shchtige ministers afgetreden. Ik kan daarom
da openbare meening in zooverre geruststellen
dat de vooruitzichten met betrekking tot Frank-
*i)k vredelievender zijn geworden. Ook ten
opzichte van Rusland koester ik thans geene
hhdere meening dan voor een jaar, toen ik
de meening uitsprak, dat wij van Rusland
8®en aanval te vreezen hadden. Men mag den
"dgemeenen toestand niet beoordeelen naar
de ontboezemingen der pers aan de Russi -
sche pers hecht ik niets, maar alias aan het
Woord van den Czaar.
Verder besprak Bismarck de Russische troe
len-bewegingen. Hij geloofde niet dat Rus -
*and daarmede de bedoeling had, Duitschland
Oostenrijk aan te vallen, vooreerst omdat
^hlks in strijd zou zijn met het karakter en
de uitingen van den Czaar en ten andere om
dat Rusland met het veroveren van grond
gebied slechts eenige Poolsche onderdanen zou
khnnen winnen, waarvan het, naar hij meend e,
^Ükelijk genoeg had, Bismarck vertrouwde
dan ook, dat Rusland zijne naburen niet zou
billen aanranden, hij was zelfs overtuigd,
dat, wanneer Duitschland in een oorlog ^ecn
Frankrijk werd gewikkeld, daarop niet dadelijk
een oorlog met Rusland zoude volgen. Daar
entegen zou eene Fransohe regeering zelfs met
den besten wil niet kunnen beletten, dat
Frankrijk zich bij Rusland aansloot, wanneer
dit laatste met Duitschland in oorlog raakte.
Werd hem (Bismarck) dan gevraagdwaartoe
die concentratie van troepen Dan moet hij
bekennen, dat hij daaromtrent ter aangewezen
plaatse geen categorische verklaringen kan
vorderen, omdat scherpe woorden dikwijls
door scherpe daden gevolgd worden; maar, ver
trouwd als hij sedert een menschenleven is
met de buitenlandsche en ook met de Russi
sche politiek, meent hij te mogen aannemen,
dat de Russische regeering de gegronde over
tuiging heelt verkregen, dat in de eerstvol
gende Europeescbe crisis, die zich zou kunnen
voordoeD, de stem van Rusland in den diplo-
matieken Areopagus van Europa zooveel te
meer kracht zou hebben, naarmate het zijne
troepen meer naar de westelijke grens had
vooruitgeschoven.
Bismarck geloofde, dat Rusland op eene
nieuwe Oostersche crisis wacht om zijn wensch
bevredigd te zien. In den loop dezer eeuw
heeft zich zulk een crisis met een tusfehen»
ruimte van twintig jaren telkens voorgedaan.
Door een mogelijken Poolschen opstand of een
Europeesche crisis, uit eene verandering van
regeering in Frankrijk ontstaan, zou zulk een
crisis zich opnieuw kunnen voordoen, doch in
datgeval zou Duitschland tegenoverzijnebond-
genooten geheel vrij zijn. De kanselier schetste
verder, hoe hij in de laatste jaren Rusland
steeds ter wille was geweest zelf» op het
Berlijnsch congres en dat hij ook nu nog
bereid is, Ruslands gegronde aanspraken op
een beslissenden invloed in Bulgarije te onder
steunen, ofschoon Duitschland nu het stand
punt heeft bereikt, dat het niemand meer
behoeft na te loopendes ondanks is de
spanning tusschen Duitschland en Rusland
steeds toegenomen tot dat Ruslands dreigend©
en onvriendelijke houding Duitschland en
Oostenrijk negen jaren geleden noodzaakten,
het verdrag te sluiten, dat nu is openbaar
gemaakt. Bismarck legde den nadruk op het
zuiver defensieve karakter van dit tractaat,
waarvan de inhoud reeds sedert geruimen tijd
te St. Petersburg bekend was en dat gelijk is
aan het tractaat met Italië. De openbaar
making geschiedde in het belang van den
vrede en om de algemeene onrust tot bedaren
te brengen. Liebst Vaterland kann ruhig
sein want, wanneer de nieuwe wet op de
dienstplicht is aangenomen, kan Duitschland
een millioen manschappen aan ïijne westelijke
en ook een millioen aan zijne oostelijke gren
zen bijeen brengen, terwijl er dan nog een
millioen ter beschikking overblijft. Geen
ander volk kan dit nadoen want het mist
daartoe de noodige officieren en het vereischte
materieel.
Bismarck zeide verder, dat deze kolossale
macht nooit tot een aanvallenden oorlog zou
gebruikt wordenbij zou daartoe nooit advisee-
ren, zelfs al zouden de militaire autoriteiten
klagen, dat men het geschikte oogenblik voor
een aanval liet voorbijgaan alleen ter verdedi
ging zou de nationale oorlogskracht ontboeid
worden. Men kon ook overtuigd zijn, dat de
Czaar met zijn groot rijk van 100 milHoen
onderdanen geen oorlog tegen Duitschland
zou voerenmaar het moest zich wapenen
door de beschikbaarstelling van de geweldige
kracht, die God in de Duitsche natie heeft
gelegd. Was deze niet noodig, zooveel ta
beter. Verder waarschuwde Bismarck tegen
de dreigende dagbladartikelen. Wij, Biiitschers,
zeide hij, vreezen God en anders niets ter
wereld en daarom hebben wij den vrede lief.
»Wie den vredo verbreekt, aldus besloot Bij
zijne rede, zal het ondervinden, dat de strijd
vaardige vaderlandsliefde, die in 1813 de
geheele bevolking van hot verbrokkelde en
uitgezogen Pruisen onder de wapenen riep,
thans gemeen goed der geheele Duitsche natie
is geworden en dat de natie, wanneer zij
eenmaal moet aangrijpen, gewapend staat,
ieder man met het vaste vertrouwen in het
hart: God met ons!"
Nadat Bismarck ongeveer een uur gesproken
had, werd zijn stem voortdurend zwakker en
meer zenuwachtig. Hij verzocht het Huis
verlof om te gaan zitten, en dronk daarbij
voortdurend wijn met water om te kunnen
voortgaan. Aldus sprak hij ongeveer een half
uur en daarna, opgestaan zijnde, weder een
half uur. Toen hij eindelijk ten einde was,
barste een storm van bijvalsbetuigingen los.
Namens bet centrum stelde vrijheer von
Frankenstein voor, het leeningsontwerp zonder
beraadslaging aan de budgetcommissie ter
aanneming te zenden en eveneens ds wet
op den dienstplicht in tweede lezing in haar
geheel aan te nemen. Alle partijen stemden
daarmede in zelfs de socialisten verzetten
zich niet en eenpaiig werden de voor
drachten aldus aangenomen. Op alle tribunes
werd stormachtig toegejuicht. Bismarck be
dankte voor het hem gegeven bewijs van
vertrouwen, dat een wezenlijken steun voor
de vredespolitiek was. Bij het verlaten van
het gebouw werden hem op straat door dui
zenden geestdriftige huldebetuigingen ge
bracht.