In vrije uren.
FEUILLETON.
Pieter de Kroeskop krijgt visite.
oorlog zal op Donderdag den 20sten Febr.
eerstkomende niet plaats hebben,
Dij het Depart, van Marine is tot dusver
niet de bevestiging ontvangen van een oproer
dat volgens het bulletin van de Heldersche
Ct. op liet oorlogschip Tromp te Paramaribo
zou zijn uitgebroken. De komst van het schip
aldaar is zelfs nog niet bekend.
Door den Raad van ministers moeten ver
schillende personen zijn voorgedragen om bij
gelegenheid van 's Konings verjaardag be
noemd te worden in de orde van den Neder-
landschen Leeuw. Den heer Keuchenius is,
naar men denkt, het kommandeurskruis toege
dacht.
Men seint ons heden-middag 1 ure uit
's-Hage
De Koning heeft het besluit geteekend,
waarbij den heer Keuchenius als Minister
van Koloniën eervol ontslag wordt verleend
en in diens plaats benoemd wordt baron
Mackay, Minister van Binnenlandsche zaken,
terwijl tot Minister van Binnenlandsche za
ken benoemd is jhr. mr. de Savornin Lob
man, Ba der Tweede Kamer. Heden-avond
volgt de offtcieele bekendmaking.
In de gemeenteraadszitting, gisteren
gehouden op verzoek van zeven Raadsleden,
de heeren Den Breems, Bergsma, de Bruijn,
v. Erpecum, Tak, Schuurman en Visser,
kwamen o. a. als ingekomen ter tafel.
Missiven van Gedeputeerde Staten, ten ge
leide van de goedgekeurde rekening over 1888
en begrooting voor 1890 der dienstdoende
schutterij, welke voor kennisgeving werden
aangenomen.
Een rapport van den wethouder Elzevier
Dom, naar aanleiding van het door de com
missie voor de belastingen uitgebracht rap
port omtrent het door hem ingediende ont
werp van belasting onder den naam van
^straatgeld."
De Raad besloot dat rapport, hetwelk door
genoemd Lid aan de leden reeds in druk was
rondgedeeld, om bericht in handen te stellen
van gezegde commissie, terwijl op voorstel
van den heer Den Breems besloten werd die
commissie tevens uit te noodigen nu zij
in haar ontvangen rapport slechts het gevoe
len uitspreekt van de meerderheid barer
leden ook de zienswijze van de minderheid
in deze belangrijke zaak in haar rapport
nader te willen kenbaar maken.
Een adres van het uitvoerend comité van
de »Schiedamsche Kunstvereeniging" voor de
te houden tentoonstelling van handwerknij
verheid, daarbij dank betuigende voor het
door den Raad ten behoeve dier tentoonstelling
toegekende subsidie, werd voor kennisgeving
aangenomen.
Nog was ingekomen een adres van de
hier gevestigde afdeeling der maatschappij
tot bevordering der geneeskunst, om van
gemeentewege een rader-brancard aan te
schallen en deze te stellen onder bewaring
en bediening der politie. Adressanten doen
dat verzoek omdat de brancard, die in het
Stadsziekenhuis aanwezig is, alleen dienst
mag doen voor hen, die in dat gesticht wor
den verpleegd, en bovendien noch over dag,
noch des nachts aan het ziekenhuis personeel
is, om dat vervoermiddel te bedienen.—Het
adres werd aangehouden en ter visie gelegd.
Gelijk besluit werd genomen omtrent een
adres van N. van der Sluis, om toekenning
eener gratificatie als vorige jaren.
Nadat de Raad besloten had, de leden der
vaste raadscommissiën opnieuw tot de vol
gende zitting in hunne tegenwoordige be
trekking te continueeren, deelde de Voor
zitter ten slotte mede, dat Burg. en Weth.
tot deskundigen voor de onteigening der
perceelen ten behoeve van de werken der
waterverversching benoemd hebben, de hee
ren C. J. Bos te Zoetermeer en I'. C.
Stoop van Goudswaard te Bleiswijk.
Aan den bekenden ziekenoppasser Hemmes
is door H. M. de Koningin als blijk van
waardeering der diensten, door hem aan Z.
M. den Koning, gedurende Diens ziekte in
het afgeloopen jaar bewezen, een prachtig
gouden horloge met gouden ketting vereerd.
Bij den internationalen wedstrijd op de
ijsbaan nabij Berlijn is gisteren onze landge
noot de heer G. Jurjens voorgebleven op de
baan van 4ÜÜD meter, die hij aflegde in 8.84
min., de Noorsche rijder Olsen volbracht de
baan in 8.34:i/r, min. Jurjens bleef ook op de
baan van '2000 meter overwinnaar in 4.5
min., waarbij Olsen viel. De prijzen bestou
den in kostbare kunstvoorwerpen.
In een vorig nummer werd door ons aan
de N. R. Ct. het bericht ontleend, dat ver
schillende reeders te Vlaardingen en Maas
sluis het voornemen zouden hebben, om voor
21) VII.
Het kamertje van Pieter de Kroeskop, dat
zijne moederbij voorkeur zijn kamertje noemt,
is niet veel meer dan een diepe vierkante
kast, waarvan de helft als bedstede is afge
timmerd. Boven de dubbele, in den gang
uitslaande deuren, zijn over de geheele breedte
van het kamertje twee groote glasruiten ge
maakt, om eenig licht aan te brengen. Een
klein waschtafeltje aan het voeteinde en een
stoel aan het hoofdeinde geplaatst, zijn de
eenige meubels, die Pieter's kamertje kan
bevatten; er blijft dan nog juist zooveel
ruimte over, als Pieter noodig heeft om zich
te kleeden.
Kreupele Bet heeft zich spoedig een zit
plaats gezocht in deze wel wat beperkte
ruimte. Terwijl zij Pieter den stoel aanwijst,
gaat zij zelve op den rand der bedstede zitten
en eischt, dat beide deuren eerst goed ge
sloten zullen worden, alvorens zij haar
gesprek zal beginnen.
Pieter voldoet aan haren eiseh, maar maakt
toch de opmerking, dat zijne goede moeder
geene gewoonte heeft, om hem af te luisteren.
»Zij heeft ook geen reden, om het bijjou
te doen, zegt kreupele Bet; ik wenschte,
dat ik het ook nooit behoefde te doenmaar
als 'n mensch zijn brood moet zoeken onder
schurken en boeven, dan kan het wel eens
noodig zijn, mijn jongen, om luistervink te
wezen."
Pieter, die nog niets vermoedt van hetgeen,
zijn bezoekster hem komt mededeelen, haar
ruet kent en nog veel minder iets van de
wijze weet, waarop zij haar brood verdient,
staat verbaasd en ziet haar glimlachend aan,
terwijl zij deze laatste woorden spreekt.
Kreupele Bet bedenkt zich een oogenblik en
gaat aldus voort: »Het is noodig, dat ik je
eenige uitlegging geef van hetgeen ik ge
zegd heb. Gij hebt er niets aan, om te
weten, wat mijne eigenlijke broodwinning is.
Ik heb redenen, om hiervan verder geene
verklaring te geven. Maar toch dient ge te
weten, dat ik in mijne affaire te doen heb
met menschen, die nu juist de hesten niet zijn.
Zulke lui nu luister ik dikwijls af, terwijl zij
met elkander hunne plannen bespreken. En
de aanstaande haringteelt geen Duitschers
meer te monsteren en hunne zeelieden te
betrekken uit Schevenigen, waar dan wegens
de schrobnetvisscherij een aantal zonder
vaart is.
Naar men ons thans uit Maassluis meldt,
mist dit bericht allen grond. Het zou inder
daad moeite kosten de 4 a 500 Duitschers,
die gewoonlijk op de haringvloot dienst doen
door Scheveningers te doen vervangen. Het
gebeurt zelfs dat voor de Scheveningsche
vloot zeelieden uit andere plaatsen moeten
worden aangemonsterd. Bij vele Duitschers
is de gewoonte, om des zomers ten haring te
gaan varen, dermate in het familieleven
ingeweven, dat de zoon het van den vader
overerft. (Ebl. v. Z.-Ii.)
Door de politie te Delft is gisteren-voor
middag aangehouden A. K., tuiniersknecht
zonder vaste woonplaats, wegens diefstal
van eene rol gordijnkoord en een lepeldoosje
ten nadeele van twee winkeliers. Hij was
reeds door een der kantongerechten te Am
sterdam veroordeeld tot twee dagen hechtenis
wegens het verwekken van nachtelijk buren
gerucht.
Door een groot aantal belanghebbenden
bij den graanhandel te Amsterdam en te
Zaandam is aan de Tweede Kamer een
adres gericht, om aan te dringen op de ver
werping van het ontwerp-Bahlmann als scha
delijk voor den handel, voor den landbouw
en voor den werkman.
Ten gevolge van den buitengewoon lagen
waterstand in de Zuiderzee is de vaart tus-
schen de noordelijken provinciën en Amster
dam, langs Enkhuizen, voor stoomschepen
gestremd. Eenige goederenbooten zijn ten
zuiden van Enkhuizen aan den grond geraakt,
doch weder vlot gekomen. Zoover het oog
reikt, is de zee vrij van ijs.
Te Hilversum zijn op de Oosterspoorweg
Zondag-ochtend twee goederentreinen tegen
elkander gereden. Het materieel heeft veel
geleden. Persoonlijke ongelukken hebben
niet plaats gehad, doch de dienst ondervond
gedurende dien dag nogal vertraging, zoodat
de meeste treinen '1 a 1uur te laat te Amster
dam aankwamen. Ook de kolentrein is gisteren
niet binnengekomen. Men zegt dat het
seintoestel in het ongereede was, daar het
onnauwkeurig aangaf.
om nu maar aanstonds te zeggen, waarom
ik eigenlijk hier ben gekomen, zal ik maar
terstond met de zaak voor den dag komen."
Zij ziet Pieter scherp in de oogen en vraagt
dan»Zeg, jongen, zoudt ge er onverschillig
voor zijn, als je heer morgen-ochtend dood
arm was?"
Op deze vraag, hem zoo onverwacht op
het lijf geworpen, moet Pieter zich moeite
geven, om een lach te bedwingen. Een arme
mijnheer Jan Rijkaard, is voor de verbeelding
van Pieter eenmaal eene volstrekte onmo
gelijkheid.
»lk zou, antwoordt Pieter op luchtigen
toon, al een zeer domme knecht moeten zijn,
om daarvoor onverschillig te zijn."
sDan raad ik je aan om dezen nachtgoed
op de brandkast van je heer te passen," roept
kreupele Bet uit, en terwijl zij dit zegt, staat
zij eensklaps op en haar kruk grijpend,
maakt zij aanstalte om dadelijk te ver
trekken.
Verbluft blijft Pieter voor haar staan hij
weet niet of hij lachen of ernstig wezen
moet.
»lk begrijp, zegt hij, niets van uw bezoek
en nog veel minder van uwe woorden, Wat
bedoelt gij
»Wat ik bedoel is duidelijk, antwoordt zij