algemeen ov EK zicht.
FEUILLMON,
In vrijs uren.
gezamentlijke takken van landbouw in Neder
land belangrijk verminderd is, en zulks wegens
niet tijdige toepassing van landbouwbescher-
mingvervolgens dat de arbeidsvermeerde-
ring, welke van voldoende graanrechten het
gevolg zal zijn, ook den veefokker en den
zuivelbereider, niet minder dan den graanbou-
wer, zal ten goede komendat ook in bijna
alle Nederlandsche bedrijven arbeidsvermeer-
dering zal ontstaan, wijl de koopkracht van
den landbouwstand zal stijgen dat niet enkel
het zg. nadeel, aan de stijging van den
graanprijs verbonden, maar ook dat van
de algemeene stijging der prijzen, aanzienlijk
zal overtroffen worden door het voordeel van
de algemeene vermeerdering van den arbeid
dat, eindelijk, in elk bedrijf de vermeerdering
der inkomsten voor de gezamentlijke voort
brengers grooter zal zijn dan de vermeer
dering der uitgaven, en dat in elk bedrijf
ieder der vier factoren bij de voortbrenging
de ondernemer, het kapitaal, het grondbe
zit en de loonarbeid, zijn rechtmatig aandeel
zal genieten in dit voordeel. Aldus zal ten
slotte de werkman niet alleen, maar een
ieder onzer zich kunnen verheugen overliet
Stijgen van den prijs der granen wegens hef
fing van rechten.
Daarover in een volgend nommer.
DU1TSCHLAND.
Hoewel Zaterdag jl. de uitslag der verkie
zingen voor den Rijksdag nog niet in zijn vollen
omvang bekend was, stonden toch reeds drie
zaken onomstootelijk vast: lo de Regee-
ringsmeerderheid is vernietigd en Bismarck's
binnerdandsche politiek veroordeeld, 2o de
sociaal-democratische partij is ontzaglijk ver
sterkt en 3o het Centrum staat, gelijk steeds,
onwrikbaar pal alsde «onoverwinnelijke toren."
Van de 397 districten was Zaterdag de uit
slag in 318 bekend. Daarvan zijn voor goed
gekozen42 conservatieven, 12 van de Rijks-
partij, '14 nationaal-liberalen, 76 van het Cen
trum, 18 Duitsch-vrijzinnigen, '17 sociaal
democraten, 10 Polen, 1 wilde, '12 Elzassers,
3 democraten en 1 Deen. In herstemming
komen 20 conservatieven, 19 van de Rijks
partij, 61 nationaal-liberalen, 16 van het
Centrum, 52 Duitsch-vrijzinnigen, 47 sociaal
democraten, 2 Welfen, 4 Polen, 9 democra
ten en 2 anti-semiten.
Met koortsachtigen ijver worden alle voor
bereidende stappen gedaan voor de herstem
mingen, welke ditmaal zoo talrijk zijn, dat
bijna het derde gedeelte der verkiezingen er
mede gemoeid is. Dat het daarbij warm zal
toegaan, is zonder twijfel. Jl. Donderdag
kwam het reeds te Berlijn tot ernstige onge
regeldheden. Toen de uitslag der verkiezing
in het vierde stadsdistrict bekend was, ver
zamelden zich duizenden personen op het
Andreasplein. Herhaaldelijk moest de politie
charges maken om de menigte uiteen te drij
ven. Tegen '10 uur zou een werkman door
een bereden politie-agent overreden zijn.
Toen twee politie-agenten den man, die
licht gewond was, naar een politiewacht
wilden brengen om hem daar onder behan
deling van een geneesheer der politie te
stellen, viel de menigte de politie-agenten aan
en scheurde hen de kleeren van het lijf, trok
hen de helmen van het hoofd en mishan
delde hen op ergerlijke wijze. De ter
assistentie geroepen politie-agenten werden
van hunne paarden getrokken, terwijl de
paarden met messen werden gewond. Een
politie-agent brak daarbij zijn been. Ten
slotte deed het gepeupel een formeelen aan
val op de politiewacht en wierp de vensters
in, terwijl het den beambte, die in het lokaal
de wacht had, zoodanig mishandelde, dat hij
bewusteloos neerviel. Door een charge, die
door een groot aantal bereden politie-agenten
met de blanke sabels werd uitgevoerd, mocht
men er eindelijk in slagen de straat te ont
ruimen. De politiewacht moest nog den
ganschen nacht tegen de steeds terugkee-
rende menigte bewaakt worden. Of' de
werkman, die de eigenlijke oorzaakvan deze
ongeregeldheden is, werkelijk door een paard
overreden is, is nog niet uitgemaakt kunnen
worden.
Naar men verneemt, zullen de drie Neder
landsche sociaal-democraten, Zaterdag door de
Berlijnsche politie in hechtenis genomen, spoe
dig over de grenzen worden gezet. Ofschoon
er nog geen nadere bijzonderheden bekend
zijn, zoo laat zich het gebeurde hieruit ver
klaren, dat te Berlijn ingevolge de nog be-
25) VIII.
Pieter's trou vv.
Op klokslag van negenen opende Pieter
het achterdeurtje van den tuin en liet den
inspecteur van Bal binnen. Beiden zwegen
èn zoo stil, als het maar eenigszins mogelijk
was, gingen zij door den tuin de achterkeu
ken binnen, waar Marie Rijkaard hen reeds
wachtend was. Zij liet een oogenblik de
dienstboden over aan hare brandende nieuws
gierigheid en verzocht den inspecteur haar
in de huiskamer, die op den tuin uitzag, te
volgen.
«Zorg, sprak de inspecteur tot Pieter; dat
geen dezer meisjes de keuken verlaat, alvo
rens ik haar gesproken heb."
De goede Pieter had nu eenige lastige
oogenblikken te doorleven. Het keukenper-
soneel bestond uit drie hupsche meisjes, van
wie de oudste de vijf-en-twintig-jarige keu
kenmeid was. Zij zagen elkander vol ver
bazing aan en bestormden eenparig Pieter
met allerlei vragen, toen juffrouw Marie met
dien vreemden heer de woonkamer was bin
nengegaan.
«Hebt geduld, antwoordt Pieter, de vreemde
heer heeft immers gezegd, dat hij zoo aan
stonds zelf hier zal komen om u de reden
van zijne komst medetedeelen. Maar de
meisjes zijn in het geheel niet met dit
antwoord tevreden. De eene vraagt met
traantjes in hare blauwe oogjes, of zij daarom
altijd zoo goed voor hem zijn, om haar, nu
mevrouw van huis is, zulk een schrik op het
lijf te jagen. De keukenmeid roept met
eene bevende stem verontwaardigd uit, dat
zij het vlakweg schande noemt, om zoo'n
vreemden man in den avond ter sluiks bin-
nentelatenZij gevoelt zich dan ook ver
plicht, om het nog dezen avond aan mevrouw
te schrijven. Het linnenmeisje is wijzer; zij
houdt zielsveel van de juffrouw en durft nog
al van zich aftespreken. «Mensch, zegt zij
tot de keukenmeid, wacht je beurt afzie
je niet, dat Pieter niets verklappen mag
Aan het krakeel wordt na een kwartier
eensklaps een einde gebracht door Marie, die
Pieter met de drie meisjes op hare kamer
bijeenroept. «Laat ik beginnen, zoo spreekt
de inspecteur, met u te zeggen dat ik inspecteur
van politie ben. Nu moet gij dezen avond niet
schrikken en vooral geen van allen zenuwachtig
worden. Het zou kunnen zijn, dat gij hier
in dezen nacht overlast kreegt van den een of
anderen deugniet, die het u lastig wilde
maken. Daarom heb ik gedacht, dat het
goed zou zijn, wanneer Pieter en ik dezen
nacht de wacht hielden. Nu kunt gij met
elkander vooreerst nog opblijven, als gij
wilt; wellicht zult ge toch niet slapen maar
onder deze voorwaardegij houdt u allen
rustigblijft hier op deze kamer allen stil
bijeen en laat aan ons verder de bewaking
van het huis over. Hebt ge nu nog iets te
vr agen vraagt de inspecteur met een
glimlachje op zijn effen gelaat.
Het keukenmeisje wilde nog wel iets
vragen, maar toen zij beginnen zou, werd
zij zenuwachtig en viel in snikken uit. Toen
staande socialisten-wet, de zoogenaamde kleine
staat van beleg heerscht, krachtens welke de
politie, zonder nadere gronden aan te geven
eiken kenbaren socialist, die haar verdacht
voorkomt, over de grenzen kan zetten. Wan
neer ten aanzien van buitenlandsche socialis
ten gelijktijdig inhechtenisnemen plaats heeft,
dan is dit om hunne verwijdering uit het
land des te zekerder te doen geschieden. Dat
de in hechtenis genomen Nederlandsche socia
listen in het bijzonder het misnoegen der
politie hadden opgewekt, zal men misschien
hieraan moeten toeschrijven, dat zij verzame
lingen hadden gehouden voor-het verkiezings
fonds der Duitsche socialisten.
ENGELAND.
Nadat de brieven van terugroeping van
d'Antas waren ingeleverd, ontving Zaterdag
de Koningin te Windsor den Portugeeschen
gezant Freitas in particulier gehoor ter overhan
diging zijner geloofsbrieven. Hij bood der Ko
ningin ook een vriendschappelijk particulier
schrijven des Konings aan.
De Daily News meldt uit Belgrado, dat
bij het uiteengaan van den ministerraad een
persoon een steen geworpen heeft, welke
den minister van binnenlandsche zaken aan
hethoofd verwondde. De dader is niet gevat.
FRANKRIJK.
Het wordt nader bevestigd, dat de presi
dent het bevel onderteekend heeft den her
tog van Orleans in vrijheid te stellenhet
tijdstip van uitvoering is echter nog niet
bekend.
Uit Algerië wordt bericht, dat de opstand
tegen den sultan van Marocco een ernstig
aanzien krijgt. De agitatie woedt op de grens
zoodat vrees bestaat, dat de stammen, onder
Fransch bewind, mede aan het muiten slaan.
De kavalerie van den sultan is teruggesla
gen de ^opstandelingen ondernemen groote
rooftochten. Een keizerlijke prins moet de
zijde der muiters gekozen hebben.
In de Kamer heeft Zaterdag jl. de minis
ter Bouvier de ontwerp-begrooting voor 1891
ingediend, alsmede het ontwerp voor eene
leening. Hij stelde voor de verzending aan
eene commissie.
ITALIË.
In de Kamer interpelleerde Zaterdag jl.
de heer Irnbriani de Regeering over de
nam het linnenmeisje het woord op en zeide
«Als wij met de juffrouw bij elkander mogen
blijven, dan ben ik niet bang, mijnheer de
inspecteurwij zullen ons maar aan u en
aan Pieter toevertrouwen, dan zal alles wel
goed alloopen."
«Gij zijt een flinke meid, antwoordt de
inspecteur, en haar eens goed in de oogen
ziende, voegt hij er bij «terwijl nu deze
beiden, op de keukenmeid en de werkmeid
wijzend, in de keuken het laatste werk gaan
verrichten, zult gij nog even bij de juffrouw
blijven, niet waar
Als deze twee vertrokken zijn, zegt de
inspecteur tot het linnenmeisje: «Wat er
nu ook dezen nacht gebeurt, beste meid,
gij blijft bij de juffrouw. Uw naam is Truitje,
niet waarAls ik u nu roep, dan komt
ge aan de deur, om te liooren wat ik u te
belasten heb."
Na dit gezegd te hebben, buigt de in
specteur beleefd voor Marie Rijkaard en wenkt
Pieter, om hem in de gang te volgen.
In het midden van de gang stond een
bank, waarop beide zich nederzetten.
«Vertel eens, Pieter, vraagt de inspecteur,
ligt hier achter in de sloot van den tuin,
altijd een platboomd vaartuig
«Neen, inspecteur, nimmerde familie
heeft geen vaartuig. Daarenboven om zes
uur ben ik nog aan de sloot geweest, toen
was er niets van een schuit te zien."
«Ik dacht het wel," fluistert de inspecteur,
en vergenoegd zijne handen wrijvend, ging
hij voort en zeide«De dieven zijn reeds in
de nabijheid, maar zij loopen zoo zeker in
mijne handen, als ik de inspecteur van Bal
ben."