FEUILLETON. gres te Parijs. Tegelijk met hem werd ook mgr. Livinhac ontvangen, de gewezen superior der missie van Oeganda, thans Al gemeen Overste der Congregatie der missio narissen van Algiers. Daarop begaf de H. Vader zich naar de Troonzaal, waar hem de provicaris van Oenjanbe en eenige missio narissen werden voorgesteld, tegelijk met 14 negerknapen, die door mgr. Livinhac uit Afrika zijn medegebracht en thans op het eiland Maltha in het college voor de Afri- kaansche missie gaan studeeren om voor geneesheer te worden opgeleid. De H. Va der onderhield zich liefdevol met hen en gaf ieder een zilveren medailje. ZWITSERLAND. Uit Bern wordt van 14 dezer geseind Respini heeft formeel de verklaring afgelegd, dat hij, in 't belang van den vrede, in de eerstvolgende zitting van den Grooten Raad zijn ontslag zal indienen. Deze verklaring wordt door vele bladen toegejuicht. De Tessineesche liberalen hebben dezer dagen weer getoond, waartoe zij in staat zijn. Op het perron te Taverna stond de heer Lurati, de leider der conservatieven van Lugano, met eenigen zijner vrienden, toen een trein met radicale kiezers voorbij ging. Deze erkenden Lurati en riepen Dood aan Respini. Een der conservatieven antwoorddeLeve Respini, waarop de radicalen uit den waggon vier revolverschoten op de conservatieven losten, gelukkig zonder een hunner te treffen. Drie der daders van deze laffen aanslag zijn te Bellinzona in hechtenis genomen. BINNENLAND. Schiedam, 15 October 1890. TWEEDE KAMER. Zitting van Dinsdag 14 October. De minister Mackay heeft in deze zitting bevestigd de feiten omtrent 's Konings toe stand, het gehouden consult en het daarop gevolgd overleg. Dit laatste heeft er toe geleid, dat thans bij den Ministerraad in over weging is de vraag, of nu reeds maatregelen moeten worden genomen tot voorziening in de waarneming van 's Lands regeering. De Voorzitterverklaarde,datdeTweede Kamer met diepe smart vernam de groote ramp, die ons Koningshuis en het Land ge troffen heeft. Het bewustzijn van de innige deelneming en de stellige overtuiging dat de Vertegenwoordiging van het Nederlandsche volk zich vaster om den Troon schaart, hoe zwaarder het Vorstenhuis getroffen wordt, zal eene verzachting voor de Koningin zijn in deze pijnlijke omstandigheden. Na aanneming met 78 tegen 8 stemmen van het wetsontwerp tot voorziening in 's Rijks Waterstaatswerken had de interpel latie van den heer Cremer plaats over de tin-expeditie naar Flores. De Wraak van een Christen, Episode uit den tijd der Fransche revolutie. 15) Naar het Fransch van Just Girard. Vader Planart weende in stilte. Couriet snoot zich den neus, om een voorwendsel te hebben om zijne tranen weg te vegende pastoor, niet minder ontroerd, maar zich zelf meer meester, beproefde nog enkele woorden van troost, of liever van onderwer ping, ingang te doen vinden. »Wees kalm, mijnheer de hertog, zeide hij met zachte stem, beproef al de pijnlijke slagen, die u treffen aan den voet van het kruis te leggen zij zijn gering in vergelij king met die, welke onze Goddelijke Ver losser heeft verdragen en bovendien, indien gij ze aan Hein opdraagt, zullen zij voor u den tol zijn voor uw geluk in het toeko mende leven. Stel al uw vertrouwen op 1 Nadat de minister Ma ckay had te ken nen gegeven, dat op advies van den leger- kommandant in overleg met den Gouverneur- Generaal tot eene derde gewapende expedi tie besloten is, hebben de heeren Cremer en Van Houten uit een oogpunt van recht en staatkundig en militair beleid de gedragslijn der Nederlandsch-Indische regee ring sterk gecritiseerd en ten slotte werd door den heer Cremer eene motie inge diend van dezen inhoud. De Kamer, vertrouwende dut de Regeering elke gewelddadige aanraking met de bevol king van Flores, zoowel ter behoeve van een hernieuwd tin-onderzoek als ter zake van hetgeen heeft plaats gehad bij het vroegere onderzoek, zal weten te beletten, gaat over tot de orde van den dag. Het debat zal heden worden voortgezet. Voor het te stichten kerkje te Hemsworth, in Engeland, is in dank aan ons bureau ontvangen. Totaal der vorige giften f '265.35. Van M. D. - '2.50. Heden herdenkt de heer J. L. C. Wolffen- sperger, commissaris van politie te dezer stede, den dag, waarop hij vóór 25 jaren bij de Haagsehe politie in dienst trad en aldus zijne loopbaan bij den openbaren veiligheids dienst een aanvang nam. Sedert 42 Juli 1879 vervult de heer Wolffen- sperger zijne betrekking als fungeerend hoofd der politie in deze gemeente, en dat wel met een ijver en eene toewijding, die inderdaad allen lof verdienen. Dat het hem gegeven zij, dit ambt nog vele jaren te vervullen, is voorzeker de wensch van allen, die zijne goede zorgen tot verze kering der openbare veiligheid en rust in onze stad op den rechten prijs weten te stellen. Onze stadgenoot, de heer H. J. la Verge Pzn., heeft aan de rijksuniversiteit te Leiden met goed gevolg het voorbereidend examen in de geneeskunde afgelegd. Blijkens uit Bern ontvangen telegraphisch bericht heeft gisteren aldaar de ondertee- kening plaats gehad der internationale over eenkomst tot regeling van het goederenver voer langs de spoorwegen. Sts.-ct De minister van mari ne brengt ter ken nis van belanghebbenden, dat de leges van een vierde percent, welke totnutoe volgens de algemeene voorwaarden van aanbeste ding eerst bij de uitreiking der betaalorders werd voldaan, te rekenen van 13 dezer op de goedkeuring van contracten zal worden geheven. God. Hij zal u ondersteunen en u nimmer ver'aten." »Ik dank u voor uw goede en welgemeende raadgevingen, waarde pastoor, hernam de hertog een weinig kalmer. Ik heb, Goddank, de verplichtingen van den godsdienst niet vergeten en zoo ik, te midden mijner groot heid en voorspoed, langen tijd heb verzuimd ze waar te nemen, heb ik, toen de tegen spoeden mij achtervolgden, inden godsdienst troost en hulp gezocht en ook gevonden. Ik weet wel, dat ik nog niet volkomen ben onderworpen, dat de natuur zich soms in mij verheft, en dat ik mij dan laat mede- sleepen tot neerslachtigheid en moedeloos heid, zooals daareven in uw tegenwoordig heid. Maar vrees niet, dat ik tot wanhoop zal vervallen, noch geheel den moed zal verliezen. Ik zal met Gods hulp strijden tot aan het einde, en zoolang mij nog eenige kracht zal blijven, 't Is waar, ik werk nu niet meer voor mij-zelf, maar voor het eenige wezen, dat mij aan de wereld hecht, in een woord, voor mijn zoon. Er blijft mij nu nog over, u deelgenooten te maken van de plan nen, die ik tot welzijn van mijn kind heb De Rijkscommissaris voor de overdracht van de Nederl. Rhijnspoonvegm. aan den Staat, de heer Van Bosse, begaf zich giste ren naar Utrecht, om het bedrijf dier spoor wegonderneming, namens het Rijk, over te nemen. Door de Staatsspoorweg-Maatschappij zal na 15 October a. s. aan de buffetpachters der tegenwoordige Nederlandsche Rijnspoor weg-stations vermindering van de pachtsorfl worden verleend, zoo daarvoor uit de over te leggen uittreksels van het kasboek termen zijn te vinden. Wij ontvingen onderstaande circulaire met verzoek onze medewerking te willen ver- leenen voor het groot vaderlandsch belang dat daarbij betrokken is. Volgaarne aan deze uitnoodiging voldoende, brengen wij dit rondschrijven ter kennis van onze lezers, hopende dat deze zaak hier de belangstelling zal wekken, welke zij om het menschlievend doel dat daarbij beoogd wordt, ten volle ver dient. Landgenooten, Op den 30 Aprjl 1890, den 75-jarigen ge denkdag van het bestaan der Militaire Wil lemsorde, werd onder de hooge bescherming van Z. M. den Koning eene Vereeniging (ge sticht, die onder de zinspreuk Moed, Be eid en Trouw, werkzaam wil zijn in het belang van de Ridders der Militaire Willemsorde beneden den rang van Officier. De Vereeniging wil die Ridders bij hun te rugkeer in de Burgermaatschappij zoo mo gelijk aan eene passende betrekking helpen hen geldelijk steunen, wanneer zij, voor werken ongeschikt, buiten hun schuld in ar moede vervallen na hun dood zooveel mo gelijk zorgen voor hunne weduwen en wee zen. Om dat doel te kunnen bereiken, is er geld, ja zelfs veel geld noodig, doch hij het stichten der Vereeniging rekenden wij op Uwen steun. Nederland zendt zijne zonen naar Oost en West, ingedeeld bij Land- of Zeemacht, om te waken voor de eer van Nederland's vlag, om het gezag van onzen geliefden Ko ning ook in onze schoone Koloniën hoog te houden, doch Nederland vergeet die zonen niet. De braven, die voor dat doel hun leven veil hadden, die blootgesteld aan de verwoe stende ziekten van een tropisch klimaat, aan de duizenden gevaren van een hardnekkigen strijd tegen een dapperen vijand, uitmuntten boven velen, hunne kameraden ten voorbeeld waren, en den roem van Nederland's leger en vloot verhoogden die braven worden door U, landgenooten, hooggeschatgij volgt hen op hun moeielijk pad. Wanneer die dapperen in het Vaderland terugkeeren, versierd met het kruis voor Moed, Beleid en Trouw, doch dikwerf met eene zwaar geschokte gezondheid, mogen zij ontworpen; en ik reken op u allen om mij te helpen die uit te voerenwant dat is eigenlijk de reden van mijne komst." VII. Vervolg van het verhaal van den hertog van Auvrigny. Na een pauze van twee of drie minuten ging de hertog aldus voort »Mijn huwelijk werd met vier kinderen ge zegend. De beide eersten zijn op jeugdigen leeftijd overleden. Zij werden opgevoed in hetzelfde huis, waar wij te Versailles woon den, onder de oogen hunner moeder, en hun voedsters waren uit een groot getal door de eerste geneesheer en van het hof uitgekozen. Dat was een onzer eerste reden tot droef heid, maar wij waren beiden nog jong en mochten hopen voor dit smartelijk verlies onzer eersten weder schadeloos te worden gesteld. »En inderdaad, onze verwachtingen werden vervuld. Maar een bekwaam geneesheer, dien ik raadpleegde, ried mij aan, mijn kind

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1890 | | pagina 2