GEMENGDE BERICHTEN.
Vervolg Binnenland.
van de Exploitatiemaatschappij opgedragen
het inrichten van een rouwkamer aan het
Staatsspoorwegstation aldaar, ter ontvangst
van de lijkbaar des Konings bij aankomst
van het Loo.
Het is nog niet bepaald of de hofwacht-
kamer of het gedeelte van het plankier bij
de Rijnstraat de rouwversieringen zal ver
krijgen.
Er is last gegeven tot het nemen der
noodige maatregelen om, als het lijk van den
Koning langs het fort Blauwkapel komt, aldaar
101 schoten te lossen.
De koninklijke rouwwagen, welke voor de
begrafenis in gebruik wordt genomen, is van
een anderen vorm als die vroeger bij vorste
lijke begrafenissen gediend heeft.
Het rouwvoertuig, dat koning Willem III
grafwaarts zal voeren, is aan de vier zijden
geheel open, zoodat de lijkbaar niet enkel
van twee kanten zichbaar is.
De lijkkist namelijk staat in de rouwkoets
onder een gebombeerden hemel, waaromheen
eene zilveren gebeeldhouwde lijst loopt, welk
plafond gedragen wordt door vier stijlen.
Dit het baldekijn loopen langs die kolommen
gordijnen van zwart fluweel, afgezet met
zilveren draperieën, bezaaid met zilveren
iranen en opgenomen met kwasten. Op den
hemel waaien zes witte en zwarte struis-
veeren van merkwaardige grootte.
Doordien nu ook de voor- en achterzijde
van den rouwwagen open zijn, komt de baar
geheel in het gezicht.
Over de kist wordt een fluweelen lijkkleed
gelegd, en daarop zullen de sabel en equipe-
ftientsstukken van den ontslapen Monarch
gerangschikt worden.
De ordeteekenen, staf en koninklijke kroon
zullen achter den rouwwagen gedragen wor
den door een der heeren van het Hof.
De rouwkoets wordt getrokken door acht
Paarden geheel gedekt door zwart zijden
fluweel, waarover kleinere mei zilveren franje
afgezette rugdekjes en waarop de konings
kroon in zilver geborduurd is.
Tot degenen die tegenwoordig zullen zijn
hij de begrafenis-plechtigheid, behoort ook
de vader der Koningin-Weduwe, de regee-
fende vorst van Waldeck.
Naar wij vernemen, zullen in het Paleis
het Noordeinde komen logeeren de Vorst
Van Waldeck Pyrmont, vader van H. M.
de Koningin-regentes, haar Zwager de Erf
prins van Bentheim, de Groothertog van
Luxemburg (hertog van Nassau) en de Prins
van Wurtemberg, Vad
Een der personen, die thans, wegens het
°verlijden van Zijne Majesteit den Koning,
de klokken van de Oldehove te Leeuwarden
helpt beieren, was ook bij den dood van HH.
Majesteiten Willem I en Willem II met
die taak belast. Zijn naam is B. Ombach.
Toen Maandag-middag te Gouda het klok
gelui vernomen werd, waren eenigen van
keening, dat er brand was uitgebroken.
Den der brandmeesters opende de deur van
het brandspuithuis achter de kerk en weldra
Nvas de spuit door eenige jongens naar de
Markt gebracht. Ook de spuit op de Raam
vvas weldra voor den dag gehaald. Toen men
eenige oogenblikken had uitgezien naar
eenigen brand, kwam men eerst op het denk-
jeeld dat het klokgelui in verband stond
^aet den dood van den Koning. Er was
dan ook geen brand in heel Gouda te be
speuren.
Woensdag-avond is de stoomtram van De
venter naar Borkeloo bij Laren ontspoord.
De machine kantelde geheel om en de ma
chinist raakte er onder, waardoor hem de
schedel verbrijzeld werd. De ongelukkige,
woonachtig te Borkeloo, laat eene weduwe
met één kind achter. De passagiers kwa
men met den schrik vrij. Het materieel be
liep weinig schade.
Woensdag-nacht heeft men in hot ge
hucht Dorst onder Oosterhout inbraak met
pogingen tot diefstal gepleegd in de pasto
rie. De dieven hebben echter de vlucht
genomen, waarschijnlijk doordien zij onraad
merkten. Zij hebben slechts een paar schoe
nen en enkele flesschen wijn medegenomen.
Bij een ander heeft men het raam openge
broken, en sleutels medegenomen die latei-
op een ander erf werden teruggevonden.
Bij het afbreken van het gebouw van den
Penningshoek te Deventer, vroeger bewoond
door dr. Vitringa, werd in de keuken achter
een schoorsteenplaats een gegoten ijzeren
plaat gevonden, voorstellende de geboorte
van Christus. Het jaartal is zeer onduidelijk.
Men meent eruit op te maken 1118.
Een wonderbare redding is in in volle zee
door de sloep «Admiraal van Kinsbergen",
stuurman L. Van Pelt, volbracht. De stuur
man, nog voor het vallen van den avond den
Waterweg willende binnenkomen, liet de tjik
bijzetten. Met dat werk werd de matroos
Hendrik Van Vliet belast. Nauwelijks klaar
zijnde, sloeg die matroos over boord. De
sloep liep toen 7 mijlen, en had in een oog
wenk den drenkeling ver achter zich. Dade
lijk liet de stuurman de sloep Noordover
zwaaien, en na toen 20 minuten gezeild te
hebben, gelukte het Van Vliet, die op zijn
oliepak was blijven drijven, meer dood dan
levend aan boord te krijgen.
Te Vlissingen overkwam gisteren een
jong paar, onderweg naar het Stadhuis, in
de korte nabijheid daarvan, een treurig on
geval. De paarden van het rijtuig waren
door het gelluit van een straatjonger, schich
tig geworden en gingen op hol. Kort bij
het stadhuis ging het rijtuig tusschen en
langs boomen, waardoor de koetsier van den
bok werd geworpen, onder het rijtuig ge
raakte en deerlijk gewond op het stadhuis
moest worden gedragen. De paarden ge
raakten met den disselboom in een kom-
miezenhuisje, waardoor hun loop gestuit werd.
Intusschen was de bruid in onmacht geval
len, zoodat eerst na geruimen tijd de trouw
plechtigheid kon geschieden.
Padlewski, de vermoedelijke moordenaar
van den russischen generaal Seliverstof, te
Parijs, is, naar men met vrij groote zeker
heid weet, naar Londen gevlucht. De politie
doet nu haar best om hem daar op te
sporen.
Uit Fünfkirchen, in Hongarije, wordt ge
meld dat de influenza daar sterk woedt
en veelal door typhus wordt gevolgd.
De epidemie is heviger dan een jaar ge
leden.
Een trein van 3 wagens en een locomo
tief van Carlisle naar Londen is ontspoord.
De locomotief stortte van den spoordijk in
de diepte, zoodat de machinist, die eronder
geraakte, terstond gedood werd. ben stoker
werd een been geheel verbrijzeld. Er waren
slechts 2 reizigers, en dezen bekwamen geen
letsel. Het verkeer op de lijn is ten gevolge
van het ongeluk gestremd.
Dezer dagen is het Japansche parlement
voor de eerste maal vergaderd geweest. De
Engelschen verheugden zich, dat dit in elk
opzicht gelijkt op het Lagerhuis. De partij
van den vooruitgang heeft eindelijk een ha-
rér lievelingsdroomen verwezenlijkt gezien.
Men make zich echter niet te veel illusies
omtrent de zaken, die zullen totstandkomen.
Men moet het parlementje-spelen eerst lee-
ren. Om te beginnen zijn de heeren leden
van het parlement in vijf partijen verdeeld
en staan zij aanstonds voor de groote trac-
taat-kwestie. In het Hooger Huis zitten de vijf
en veertig grootste belastingbetalende)!de
heeren zijn landbouwers en fabrikanten ter
wijl er een schoolmeester, een ander ban
kier, een derde mijneigenaar is.
In den staat New-York is eene wet uit
gevaardigd om het rooken van kinderen
tegen te gaan. Daarbij wordt bepaald dat
elk kind onder de 16 jaren, dat op de
openbare straat wordt aangetroffen rookende
of op andere wijze nuttigende een sigaar,
sigarette of tabak, zal gestraft worden met
geldboete van ten minste 2 dollars en ten
hoogste 10 dollars. De wet is op 1 Septem
ber ingegaan.
Vergadering van den Gemeenteraad op
Vrijdag 28 November 1890, des namiddags
te twee uren.
De Voorzitter deelt mede, dat de heer
H. A. M. Roelants heeft kennis gegeven door
ongesteldheid verhinderd te zijn, deze ver
gadering bij te wonen, en stelt voor de
lezing der notulen van de vorige vergadering
tot eene volgende zitting uit te stellen.
Aldus wordt besloten.
Daarop verklaart de Voorzitter over te
gaan tot het onderwerp waarvoor deze ver
gadering werd belegd.
Nadat alle leden zijn opgestaan, houdt de
Voorzitter eene korte toespraak, waarin hij
zegt met diepen eerbied over te gaan tot
het onderwerp waarvoor deze vergadering
werd bijeengeroepen immers aan het lang
durig folterend lijden des Konings is een
einde gekomen. In den ochtend van den
23n November is Zijne Majesteit zacht en
kalm overleden. Dankbaar herdenkt de Voor
zitter een vorst, onder wiens 41-jarige regee
ring vrede en rust aan het Vaderland zijn
geschonken, on die steeds de meeste belang
stelling heeft gétoond voor het volk, waar
over hij geroepen was te heerschen, vooral
waar het er op aankwam de rampen waar
door dat volk getroffen werd, te lenigen.
Maar bij al wat wij verloren ongeveer
aldus vervolgt de Voorzitter bleef ons toch
een onwaardeerbaar bezit's Konings eenig
overgebleven Kind, dat geroepen is onder het
regentschap Ilarer Doorluchtige Moeder, ko
ningin Emma, over het Nederlandsche volk
te regeeren. De Voorzitter besloot dan ook
zijne toespraak met den wensch, dat Hare
regeering gelukkig, langdurig en ten zegen
van het dierbaar Vaderland moge zijn.
Daarop wordt door den Secretaris het vol
gende adres voorgelezen
Aan Hare Majesteit de Koningin-
Weduwe.
Mevrouw
Met diepe smart vervuld over den dood
van Uwe Majesteits koninklijken Gemaal,
Neerlands geliefden Vorst, betuigt de Ge-