No. 3876.
VEESC IT IJ N T I) A G E U IJ K S.
14e Jaaryr.
Dinsdag 6 Januari 1891
ALGEMEEN OVERZICHT.
Bureau: Boterstraat, E 39.
O
O
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT
Prijs van dit Blad
"Voor Schiedam per 3 maanden 1.50
Franco per post door geheel Nederland 2.00
Afzonderlijke Nommers0.05
Het auteursrecht van den'inhoud dezer courant is ver
zekerd volgens de Wet van 28|Juui 1881 Stsblno. 124.)
Prijs der Advertentiëo
Van 10 regelsf 0.60
Elk gewone regel meer»0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke
overeenkomsten aangegaan.
hof
Re
Wegens den Feestdag der IIII.
ÖHïEKONlli GEN zal de IX ie u tv e
^chiedamsche Courant W o e n s-
Uag. ochtend niet verscliij-
II e n.
5 Januari '91
Re Nieuwjaarsreceptiën aan de verschil
lede hoven hebben dit jaar niets belang
rijks opgeleverd. Aan het Nederlandsche hof
"hoesten zij geheel achterwege blijven door
f'eo zwaren rouw die in dezen tijd aan dat
wordt gedragen. Te Berlijn, Weenen,
°me, Parijs en Madrid hadden zij het ge
wone verloop. Er valt niets bijzonders te
hielden omtrent deze receptiën, waar de ge
wone complimenten tusschen de verschillende
Sfootwaardigheidsbekleders en de gezanten
der vreemde mogendheden werden gewisseld.
Re tijd is voorbij, dat een Napoleon 111 ge
heel Europa in onrust bracht, omdat hij ter
gelegenheid eener receptie den gezant eener
Vreemde mogendheid (Oostenrijk) deed op
merken, dat hoewel zijne persoonlijke gevoe-
'eiis voor des gezants souverein onveranderd
h'aren gebleven, de betrekkingen tusschen
('e beide mogendheden toch minder hartelijk
waren geworden. In de beantwoording van de
gelukwenschen der onderscheidene gezanten
h'as tiians niets van een dergelijk dreigement
bespeuren. Integendeel, in de toespraken
der verschillende vorsten was alles couleur
de rose; en men zou dan ook thans werke-
'Ük gelooven wat eene steoriepe uitdrukking
'r' de troonredens der onderscheidene landen
Hlken jare opnieuw verzekertdat de be
dekkingen tusschen de verschillende mogend
heden van den meest vriendschappelijken
aard zijn.
Rit moge waar zijn voor zoover het be-
deft Je verhouding der verschillende mogend-
I O O
Teden in Europa, waar men het ook zou
billen toepassen op Amerika geldt het zeker
'het. Vooreerst heeft de door Amerika met
'zooveel hardnekkigheid doorgedreven Mac
dnleytariefwet eene werkelijke verkoeling
III de betrekkingen der verschillende Euro-
peesche Staten tot de Amerikaansche Unie
teweeggebracht. Maar ten andere laat ook
111 Amerika-zelf de verhouding tusschen de
Ve,'scbillende rassen en staten zeer veel te
^ischen over. Het drijven der Noord-
^'nerikaansche Unie om de Behringzee tot
®e'T gesloten zee te verklaren, waar de rob-
J°tivangst alleen door ingezetenen der Ver.
'aten zou mogen uitgeoefend worden, heeft
Vu°i'al in Canada veel kwaad bloed gezet.
Canada is eene kolunie van Engeland en
rekent dus in deze op de bescherming van
het Moederland. Dat het recht had op die
bescherming te vertrouwen, bewijzen de
maatregelen reeds door John Buil genomen
om Brother Jonathan tot rede te brengen.
Een Canadeesche visschersvloot is onder be
scherming der Britsche vlag naar de Behring
zee gestevend, waar sterke Amerikaansche
strijdkrachten haar afwachten. Indien het
nu niet tot een treffen komt, loopt men toch
gevaar in het voorjaar met elkander in
botsing te komen, want Engeland is vast
besloten de rechten van zijne kolonie Canada
niet prijs te geven, en het heeft daarin gelijk
Canada is een integreerend deel van Amerika
en heeft dus als zoodanig zoowel als de Ver.
Staten het recht gebruik te maken van een
zee, die tot de Amerikaansche wateren moet
gerekend worden. Het drijven van Amerika
heeft echter geen ander doel dan de Cana-
deezen van de noodzakelijkheid eener aan
sluiting bij de Ver. Staten te overtuigen, en
aldus het gebied der Unie langs dien kant
uit te breiden.
Geene andere beweegreden drijft de Unie
in haren verdelgingsstrijd tegen de laatste
overblijfselen der oude bewoners van Ame
rika, de Indianen, dan juist uitbreiding van
gebied. Het betrekkelijk klein gebied tot-
liiertoe door de Indianen bezet, is haar blijk
baar nog eene begeerlijke prooi. Dit gebied
is allengs tot een klein territorium ingeslon-
ken. Een twaalftal jaren geleden, na den
grooten rassenoorlog, was den Indianen een
terrein van vele millioenen hectaren alge-
staan, waar zij vrijelijk ter jacht en visscherij
konden gaan, terwijl zij daarenboven op
bepaalde tijden rantsoenen vleesch van de
Ver. Staten zouden ontvangen. De rant
soenen verminderden echter allengs en de
Unie begon met de Indianen te onderhan
delen over den afstand van een gedeelte van
hun gebied. Na twee jaren onderhandelen
stonden de Indianen het verlangde af tot
den prijs van f 8 per hectare, en het overige
van hun gebied werd in zes kleine reserves
verbrokkeld. Tevergeefs hadden de oudere
opperhoofden tegen het aanvaarden van het
blanke geld gewaarschuwd en er op gewezen,
dat het den blanken slechts te doen was om
de Indianen te verdeelen, teneinde het ras
des te gemakkelijker uit te roeien. De Ver.
Staten drongen bij de toenemende immigra
tie steeds op het afstaan der buitengewoon
vruchtbare gronden aan, en de Indianen lie
ten zich in den strik vangen. Thans ziende,
dat zij bedrogen zijn, was er slechts een
vonk noodig om bet vuur der verontwaardi
ging en van den haat aan te blazen. En die
vonk werd door den zgn. Messias aange
bracht. Sitting Bull, het hoofd der Sioux,
vatte daarop het eerst vuur, en van hem
ging het wachtwoord uit, dat het ge-
heele Indianenras in beweging bracht. Wel
is de »Zittende Stier" thans gedood en is
de Messias" onschadelijk gemaakt, maar
daarmede is het oorlogsvuur nog niet ge
doofd. Men kan gelooven, dat de Indianen
zich in den strijd, die voor hen het to be or
not to be geldt, tot het uiterste zullen ver
dedigen.
AMERIKA.
Blijkens telegrafisch bericht uit New-York
hebben 1100 a 1200 vijandelijke Roodhuiden
nabij White Clay een versterkt kamp opge
slagen. De generaals Brook, Carr en Miles
concentreeren staatstroepen, die men rekent
dat voldoende zullen zijn om de geheele strijd
macht der Indianen ten onder te brengen.
Dientengevolge hebben de Roodhuiden bood
schappers afgezonden met aanbiedingen tot
vrede en onderwerping, welke aanbiedingen
evenwel zijn afgewezen, dewijl liet bleek dat
er verraad werd gepleegd.
Na dit bericht zijn er nadere telegrammen
ontvangen, waarin het aantal verschanste
Indianen, met inbegrip van vrouwen, op 3000
wordt geschat. Ook wordt daarin gemeld,
dat de Roodhuiden voorzien schijnen te zijn
van vee en levensmiddelen, maar dat de
Amerikaansche legerhoofden bezig zijn, het
Indianenkamp in te sluiten, in de hoop dat
zij de Roodhuiden, desnoods door uithonge
ring, tot overgave zullen kunnen noodzaken.
DUITSCIILAND.
De Afrika-vereeniging van Duitsche Ka
tholieken heeft in het afgeloopen jaar de
sun van eer. half millioen mark bijeenge
bracht, hoewel iedere jaarlijksche bijdrage
minimaal slechts 1 mark is De Duitsche Be
nedictijner missionarissen ontvingen 100.000,
de Fransche paters van den H. Geest 60.000,
de Witte Paters 60.000 mark enz.
De missionarissen van het Tanga-Njika-
meer berichten, dat hun statie van Kirando,
op den oostenlijken oever van genoemd
meer, door de Arabieren van Karema is ver
woest, evenals vroeger de statie van Kipa-
lapala, zoodat de paters zich zuidwaarts te
ruggetrokken en aan den zuidelijken oever
een nieuw station aangelegd hebben. De
hoofdman van Kirando was hun zeer gene
gen geweest, maar was door de Arabieren
opgeruid. Men vreest nu dat de terugroeping
van Ernin door Wissmaun nog verdere nood
lottige gevolgen zal hebben, zoo niet Wiss-
nnuin-zelf met eene flinke expeditie via