"algemeen overzicht.
schaffing der rijkstollen zijn gemoeidmaar
dit laatste voorstel was nog niet ingediend.
En overigens was het niet onmogelijk, dat de
overige 6 ton, die dan nog tekort zouden
zijn, door eene hoogere opbrengst van ver
mogensbelasting en mutatierechten dan de
Minister had geraamd, zou worden vergoed.
Voorzeker heeft de heer Van Houten hier
alle weidenkenden uit 't hart gesproken.
De voorgestelde verhooging van den accijns
op het gedistilleerd is onredelijk en past niet
bij het karakter van sociale rechtvaardigheid,
dat de Minister aan zijne voorstellen wil ge
ven. Wij vertrouwen dan ook, dat de Minister
zal luisteren naar den welmeenenden raad,
die hem van verschillende zijden wordt ge
geven, en alsnog dit voorstel zal terugnemen,
dat bij alle welder.kenden, zoowel in als bui
ten de Kamer, ernstige bezwaren ontmoet.
25 Juni '92.
Het vertrek van den Koning en de Konin
gin van Italië van het Wildparkstation te
Potsdam naar Dresden, heeft gisteren-mid
dag te 23/* uur plaats gehad. De Keizer en
de Keizerin deden de vorstelijke bezoekers
uitgeleide en namen op hartelijke wijze af
scheid. Aan het station waren nog aanwe
zig de erfgroothertog van Baden met zijne
gemalin, de kroonprinses van Zweden, graaf
Caprivi en graaf Waldersee.
De Neue Freie Presse maakt een inter
view met Bismarck openbaar, bij hetwelk
Bismarck gezegd heeft dat Duitschland thans
in geen opzicht uitbreiding van zijn grond
gebied begeert. Evenmin droomt Rusland
er van, een stuk vanDuitschland's gebied te
verkrijgen. Door het bondgenootschap met
Oostenrijk te sluiten, wilde Bismarck de
goede betrekkingen tusschen Duitschland en
Rusland niet opofferen. Van zijne vriend
schappelijke verhouding tot het laatstgenoem
de rijk wilde hij zelfs gebruik maken om de
Oostenrijksche politiek te helpen bevorderen,
welke niet anders dan den vrede beoogt. Het
schijnt dat de stand van zaken wijziging heeft
ondergaan, want Duitschland oefent thans in
het geheel geen invloed meer uit op de po
litiek van Rusland.
Bismarck zou er bij hebben gevoegd, dat
het vertrouwen der wereld en het persoonlijk
overwicht alsnog zijnen opvolger Caprivi
ontbreken, waaruit de tegenwoordige toestand
in Europa voortvloeit, en de banden, die
Duitschland met Rusland verbonden, verbroken
zyn. Het voornaamste doel der tegenwoordige
politiek moet zijn de handhaving van den vrede.
Wat zou er geschieden na een gelukkigen
oorlog met Rusland? Dan zouden wij,Duit-
schers, twee natiën hebben, die ons voort
durend met revanche bedreigden. Het is
mogelijk dat de oorlog met Frankrijk onver
mijdelijk zal blijken te zijn. Om dien te doen
uitbreken is een man voldoende, die een
bruispoeder in een glas water werpt. Dit is
een toestand, waarvan men het einde kan
voorzien. Maar Duitschland en Rusland heb
ben geen enkel belang om elkander den
oorlog aan te doen.
Het gerucht omtrent het ontslag van den
Duitschen ambassadeur te Madrid, baron
Stumm, bevestigt zich. Naar het schijnt,
zijn de door hem, gemeenschappelijk met
zijn broeder, baron Stumm te Neunkirchen
in het werk gestelde pogingen om eene ver
zoening tusschen den Keizer en prins Bis
marck te bewerken, hem euvel geduid.
Generaal Brialmont, die te Brussel tot lid
der Kamer van afgevaardigden is gekozen,
heeft afscheid genomen var. de officieren van
het geniekorps met een dagorder, waarin
o. a. gezegd wordt, dat door den bouw der
Maasforten veel is gedaan voor de verdedi
ging des lands, maar er nog veel te doen
overblijft. Antwerpen in het bijzonder moet
in staat van verdediging gebracht worden,
zooals door de groote vorderingen der artil
lerie-wetenschap wordt geëischt, en dit zal
ook geschieden.
Donderdag-avond bepleitte lord Brassey in
het Hoogerhuis de overneming van Noord-
Borneo door Engeland hetzij rechtstreeks,
hetzij door Radja Brooke van Serawak
rijksbestuurder voor geheel Noord-Borneo te
maken, of wel door Noord-Borneo met
Singapore en de Malakka-staten tot ééne
kolonie te vereenigen. De spreker oordeelde
verandering noodig, bovenal om financieele
redenen, daar de uitgaven voor Noord-Bor
neo de inkomsten belangrijk overtreffen. De
regeering verklaarde de quaestie nog niet
rijp voor beslissing, terwijl het twijfelachtig
was of Noord-Borneo als kroonkolonie zuini
ger zou kunnen worden bestuurd.
In het verkiezingsmanifest, door Gladstone
tot zijne kiezers in Midlothian gericht, noemt
hij het Iersche vraagstuk het belangrijkste
waarover beslist moet worden. Voorts be
toogt hij de noodzakelijkheid van het ver
beteren van den toestand der arbeiders, in
het bijzonder door eene hervorming van het
stelsel van inschrijving op de kiezerslijsten,
en door eene vermindering van het aantal
werkuren. Ook wenscht Gladstone den toe
stand der arbeiders in de mijnen te verbeteren.
BINNENLAND.
Schiedam, 25 Juni 1892.
TWEEDE KAMER
Zitting van Vrijdag 24 Juni.
De behandeling van de belasting-ontwer
pen werd heden voortgezet.
De heer Schaepman verklaarde zich in
het algemeen voor deze ontwerpen, voor zijne
hoofdbeginselen.
't Wordt hoog tijd, uit een sociaal oogpunt
dat men aan belastinghervorming ga denken.
Men zorge dat het niet te laat worde. Spre
ker heeft echter bezwaar tegen de regeling
van den eed, tegen de verhooging van den
accijns op het gedistilleerd, en hij wil meer
dere .zekerheid, dat verband worde gelegd
met de grondbelasting, de perequatie en de
bedrijfsbelasting. Hij wil de bepaalde ver
klaring, dat de Regeering die zal willen af
doen vóór de regeling van het kiesrecht.
De heer Rutgers verklaarde zich inge
nomen met deze ontwerpen, omdat ze
hoewel dan nog niet geheel een einde
maken aan het privilege van het roerend
vermogen en vooral omdat de verlaging van
de mutatierechten een flinke en cordate
maatregel is, dien hij zeer toejuicht. Maar
dan mag ook de boer niet weder in de be-
drijfs-belasting worden getroffen. Ook moeten
de landbouwschuren niet weer in de grond
belasting worden begrepen.
Tegen de verhooging van den jeneveraccijns
zou hij geen bezwaar hebben, maar hij zou
dien willen aanwenden ten bate van den werk
man door verdere afschaffing van accijnzen.
Voorts wilde spr. ook baar geld en kost
baarheden belast zien, en de doode hand niet
vrijstellen. Men mocht den machtigen invloed,
dien deze vertegenwoordigt, niet duchten.
De heer H a v e 1 a a r achtte de vooraf
gaande kennisneming van de ontwerpen be
trekkelijk de bedrijfs- en de grondbelasting
te meer noodig, omdat naar zijne overtui
ging bij de thans aanhangige ontwerpen de
Landbouw zwaarder gedrukt wordt. De
aequivalenten, ook zelfs de vermindering der
zoutbelasting, wegen daartegen niet op, en
ook de vermindering der mutatierechten zal
slechts den tegenwoordigen bezitters ten
goede komen.
De Vermogensbelasting zelve zal zeer druk
kend zijn, vooral voor den kleinen kapitalist
en neringdoenden. Zij zal de ingezetenen
der noodlijdende gemeenten ook weer meer
bezwaren.
Dinsdag voortzetting.
Door Burgemeester en Wethouders is b®
noemd tot kommies by de plaatselijke belas
tingen A. van Duffelen.
Bij Burg. en Weth. is ingekomen een ver
zoek van den heer J. H. Ris Hz., om ver
gunning tot uitbreiding zijner branderij aan
de Noordvest alhier, wijk D, no. 152, kadas
ter sectie A, no. 986, inet een stoomwerk
tuig van 2 p. k. en ketel met een verw. op
pervlak van 3 M2.
Gelegenheid tot het inbrengen van bezwa
ren tegen het toestaan van dit verzoek
worden gegeven ten Raadhuize, op Donder
dag, 7 Juli a. s., des namiddags ten half
twee uur.
De tentoonstelling van schilderijen en stu
dies, door den heer C. Gips Azn. nagelaten,
maakt in de zaal van »Musis Sacrum", waar
zij gisteren is geopend, een uitnemenden in
druk. Zij levert voorzeker het bewijs hoe
veel en hoe onafgebroken de bekende kun
stenaar heeft gearbeid en getuigt van de
gemakkelijkheid waarop hy zich in ieder
genre der edele schilderkunst bewoog.
De uitgebreide verzameling bestaat uit
schilderijen en studies in olieverf en enkele
schetsen, die ook voor den jkunstkenner
eene beschouwing over waardig zijn. Dat
de gevierde meester bij voorkeur het
landschap behandelde, bewijzen de vele
voorstellingen uit de omstreken van de
stad zijner inwoning en van Gorkum, Bergen-
op-Zoom, Den Helder en Twickel, waar hij bij
voorkeur de onderwerpen voor zijne schil
derijen en studies zocht. Van de eerste ver
melden wij vooral een groot schilderij, getiteld
cVaart", een der grootste door den verscheiden
meester bewerkt, waarmede hij zeker wel het
bewijs heeft geleverd, dat hij het water na
tuurgetrouw wist na te bootsen. Van zijn
meesferschap in het schetsen var. het licht
getuigt zeker eene andere schilderij, voorstel
lende een landschap met schapen bij avond
stond. Ook onder de studiën doen verschil
lende fraaie landschappen zien, dat daar de
natuur tot in haar innerlijk wezen is bestu
deerd en met weergalooze getrouwheid weer
gegeven.
Dat wijlen de heer Gips zich echter niet
uitsluitend tot het landschap bepaalde, getui
gen een paar interieurs en stillevens, die
blijkbaar met veel zorg zijn bewerkt. Ook
in het copieeren, vooral van onze groote va-
derlandsche meesters, toonde de betreurde
overledene zich bijzonder vaardig. Zie slechts
die Nachtwacht van Rembrandt, de Stier van
Potter of dat Spinstertje van Nicolaas Maas.
Men zou ze bijna voor 't origineel houden,
zoo getrouw zijn ze tot in de minste details
nagebootst. Onder bedoelde copiëen zijn
ook een paar aquarellen resp. naarW. Roe-
lofs en S. Verveer bewerkt.
En te midden van al deze producten van
een werkzamen geest en vaardige hand zien
wij met weemoed het beeld van den man,
die al deze kunstwerken de zijne mocht
noemen. In een fraaien zwarten lijst met
een immortellenkrans en de attributen der
schilderkunst, door rouwfloers gedekt, ver
toont zich het welgelijkend portret van den
heer C. Gips Azn., een aquarel door den
heer A. F. Gips Czn., te Bergen-op-Zoom,
bewerkt. Het bewijst voorzeker, dat de kunst
traditioneel is in de familie Gipsde geest
van den vader leeft voort in den zoon, di®
hem zoo treffend juist wist te schetsen.
Een bezoek aan deze bijzondere tentoon
stelling zij ieder aanbevolen zij loont ruim
schoots het geringe offer, dat er morg®n
(Zondag) voor wordt gevraagd.
(Zie verder het Bijvoegsel.)