Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
Bericht.
15de Jaarg.
Vrijdag 12 Augustus 1892.
No. 4357.
bureau <$oog£traat 317.
POLITIE.
ALGEMEEN ÖYERZICHT.
Feuilleton.
PRIJS VAN DIT BLAD:
r&zm
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Zij die zich tegen 15
Aug. op dit Blad abonneeren,
ontvangen de tot dien datum nog
te verschijnen Nummers Gratis.
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nonnners
1-50
- 2.—
- 0.05
Het auteursrecht van den inhoud dezer courant is verzekerd
volgens de Wet van 28 Juni 1881 StsblNo. 124.)
Van 16 regels0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeen
komsten aangegaan.
Aan het commissariaat zijn als gevonden
aangebracht of aangegeveneen wit schort,
een ring met 5 sleuteltjes, een schroeftang,
een zilveren eierlepeltje, een bril, een bont
8chort gemerkt W. v. K., een portemonnaie
met fO.Ol'/i enz., een rood en wit gestreepte
ceintuur, een oliefust, opgevischt uit de Nieuwe
Haven, een kinderrozenkrans met zilveren
kruisje, een blauw gestreept zakje waarin een
boekje en een nikkelen kinderarmbandje, en
als achtergebleven in het gebouw der spaar
bank, een zwarte sanella parapluie.
11 Augustus '92.
Bij het departement van binnenland-
sche zaken van den Congo-staat is gis
teren een telegram ontvangen, waarin
bevestigd wordt, dat er opnieuw onlus
ten zijn uitgebroken te Nyangwe. Te
Ribariba is een beambte gedood. An
dere Europeanen worden gezegd in ge-
Vaar te verkeeren. Van den anderen
kant schijnen de Arabieren aan de wa
tervallen te Kassongo en in de Bene
den Lomani thans rustig te zijn.
De Fransche regeering beeft het vol
gende telegram uit Kotonou (westkust
van Afrika) van gisteren ontvangen.
10)
NAAll het Fransch.
De gansche kring zat met gapenden mond
en nieuwsgierige blikken te luisteren. Simon
le Priol nam een flinke teug en vervolgde:
Wij zijn er n0g niet, vrienden, o, neen 1
Gij zult weldra zien, wat de Toovergodin van
het strand nu deed. Luister
V.
Een Bretanjer, een Franschman en een
Normandiër.
Simon Le Priol vervolgde aldus
Dat was dan zoo, vrienden De Bretan
jer ridder zeiKameraden, ik bid u, laat mij
mjjn gebed doen.
Maar, om de waarheid te aeggen, de Fran-
schen zijn duivelsche lieden in, beste vrienden
De Franschman hernam
Uw gebed is morgen even goed als van-
daag, mijnheer Koeterwaal. Als gij iets in
Uw beurs hebt, doe ik u hetzelfde voorstel als
den Normandiër.
Kolonel Dodds is gisteren morgen be
gonnen de geheele kust van Dahomey
te bombardeeren. De Talisman bombar
deerde Wydah. Van het blokhuis en het
fort werd de vlakte van Kotonou be
schoten. De Heron en Ardent namen
op de reede aan liet bombardementdeel.
Vervolgens zullen wij G-odomey bom
bardeeren. De Opale bombardeert Abo-
mey. Eene kolonne van 3000 man
rukt op naar Zobo. Eene tweede ko
lonne zal naar Forto Novo en van daar
naar Dekame vertrekken.
Uit Kotonou wordt nader gesind, dat
de uitgezondene kolonne teruggekeerd
is en het dorp Kotonou verbrand en
Zobo genomen heeft. In verscheidene
andere dorpen, zuidelijker gelegen, ont
moette zij den vijand tegen wien dadelijk
eene fusillade geopend werd. De Daho-
meyanen werden in een bosch gejaagd,
van waar zij schoten. Een Fransch
en een inlandsoh sergeant werden ge
dood en 10 tirailleurs gewond. De
Dahomeyanen leden een groot verlies.
Naar luid van berichten uit Tangor
hebben Marokkaansche troepen giste
ren-ochtend ten negen ure de in opstand
gekomen Angherieton aangevallen, die
eene sterke positie op de nabij Tanger
gelegen heuvels hadden ingenomen. De
Marokkaansche troepen staken eenige
dorpen in brand, maar zij werden her
haalde malen teruggeslagen door de
opstandelingen. De vijandelijkheden
werden ten vier ure gestaakt, en de
Marokkanen keerden naar hun kamp
terug. Hun verlies is niet bekend. Het
verlies der Marokkanen is meer dan
100 man aan dooden en gekwetsten en
24 paarden. Het verlies der opstande
lingen gaat geen 50 man te boven.
Volgens liet Berlijnsche Tagellatt heeft
de civiel-gouverneur van Duitseh Oost-
Afrika, vrijheer von Soden, dringend
zijn ontslag verzocht. Soden werd we
gens liet in 't oog vallend ongunstig
gevolg van zijn bestuur reeds lang dooi
de drukpers aangevallen. Het voorne-
De Bretanjer maakte een kruis, en zei amen
zijn gebed was uit.
Gij zegt amenriep de Franschman der
halve stemt gij toe Als een eerlijk man heb
ik dobbelsteenen in mjjn zak, Normandiër sta
op en wees getuige
Wie zat er in de klem, beste vrienden
Niemand anders dan de Bretanjer ridder,
want hij had slechts een armzalig stukje van
vier-en-twintig stuivers in zjjn beurs, dat in
het midden nog doorboord, en rondom besnoeid
was.
Maar hij had amen gezegd, en voor de eer
van Bretanje kon hij niet terugtrekken.
Voor een zoo nietig diug, dacht hij, zullen
God en de heilige Maagd mij niet te hulp komen.
De goede Toovergodin van het Strand sta
mij bjj
Op het hooren van dien naam werd onder
den schoorsteen een diepe zucht van tevreden
heid gehoord.
De voetbankjes werden naderbjj geschoven.
Aller oogen verslonden Simon Le Priol.
Nu deze zich zeker zag van zijn zaak, vroeg
hij kruik en nap nog eens.
En allen mompelden
Omeester Simonvertel verder, vertel
verder.
Meester Simon deed het op zijn gemak, hjj
zwolg een boordevol glas naar binnen, en ver
volgde
Gjj zult vragen, wat de Toovergodin van
men zou bestaan om weer een militair
gouveneur in den persoon van den ka
pitein-luitenant terzeeRüdiger derwaarts
te zenden. Karakteristiek zou het zijn,
wanneer er bij de Regeering in 't ge
heel geen sprake meer zou wezen van
Wiszmann als opvolger van Soden.
Wiszmann schijnt bij voortduring in
ongenade te zijn. Yoor rekening van
de Duitseh Oost-Afrika maatschappij
werden over Singapore 240 Chineezen,
243 Javanen en 25 Javaansclie vrou
wen ingevoerd.
De Berlijnsche bladen melden, dat
graaf Szechenyi, gezant van Oosten-
rij k-Hongarije, weldra zijn post te Ber
lijn zal verlaten. Bovendien zullen
de volgende diplomatieke veranderingen
plaats hebben generaal Yon Schwei-
nitz, Duitseh gezant te Petersburg, zal
zich in October terugtrekken, en ver
vangen worden door graaf Wedel, ad
judant des Keizers. Graaf Munster, ge
zant te Parijs, zal aan het einde van
dit jaar zijn ontslag nemen. Baron de
Radowitz wordt als zijn waarschijnlijke
opvolger genoemd. Yolgens anderen
zou Wedel naar Stockholm gaan, wijl
Busch van daar naar Bern moet in
de plaats van Bülow, die naar het Ya-
ticaan gaatmaar Busch blijft nog te
Stockholm, totdat koning Oscar van de
jachtpartij te Gothenburg zal zijn weer
gekeerd, waaraan ook keizor Wilhelm,
die pas van zijn reis uit Engeland te
Potsdam is teruggekomen, zal deel
nemen.
Te Linz in Oostenrijk is eergisteren
hot katholiek congres geopend in tegen
woordigheid van een groot aantal pre
laten en verdere geestelijken en volks
vertegenwoordigers. De studenten, tot
een der katholieke genootschappen be-
hoorend, traden in de vergaderzaal op
als commissarissen en vormden de eere-
wacht. De president van het Congres,
graaf Sylva Tarouca, hield een zeer
kernachtige redevoering. De Pauselijke
gezant Galimberti, sprak over de 2000
het Straiul wel doen kon aan een dobbelpartjj,
die op het vaste land gespeeld werd
Wacht maar vrienden. Gjj zult zien.
Kameraad, zei de Bretanjer ridder, bij
ons in Cornwallis kent men geen dobbelen.
Wat speelt men dan bij u in Cornwallis
Het sorbenhout-spel, kameraad.
En hoe speelt men dat sorbenhout-spel 1
Dat speelt men zonder tafel of tapijt,
maar met twee lange knuppels op den dorsch-
vloerdaar is een vaste voet, een geoefend
oog bij noodig, en de rest wordt aan de Voor
zienigheid overgelaten
De Franschman had hem begrepen, en trok
een zuur gezicht.
Het gezelschap barstte in gul en vrooljjk
lachen uit.
Die Bretanjer was niet linksch zei Ma-
thurin.
- Een leeperd, die Bretanjerriepen ver
scheidene Gothon's.
Ieder kneep zijn buurman uit pret en zon
der boos opzet tot bloedens toe in den arm.
Alleen Jantje hoorde niets, en kneep nie
mand. Hij zat altijd maar te denken
Had ik die vijftig Nanteezer kronen
maar
Nu dandat was dan zoo, hervatte Simon
Le Priolom de waarheid te zeggen, de Bre
tanjer was niet dom
Thans zat de Franschman in de klem.
De Normandiër had een inval.
aanwezigen zijn priesterlijken zegen uit.
Het Bulgaarsche regeeringsblad, de
Swobodagaat voort met nieuwe bewijzen
te leveren voor het beweren, dat Rus
land in den geheelen Balkan kuipt en
intrigeert. Het blad bevat thans weer
vier documenten, waaruit, indien ze echt
zijn, blijkt, dat Rusland in 1884 in
Servië (dat toen nog geheel onder Oos
tenrijks invloed stond) een opstand
trachtte uit te lokken. Het geestelijk
hoofd des lands, de metropolitaan Mi
chael, ontving volgens dB mededeelingen
van de Swoboda10.000 francs op voor
waarde, dat hij den Russischen invloed
in het land versterken zou en het her
stel der dynastie van Karageorgevitch
zou voorbereiden.
Yolgens bericht uit Londen toonen
verschillende fractiën van het Lagerhuis
zich zeer ontevreden over Gladstone's
avondspeech. De partij der achturen-
mannen verklaart, dat Gladstone's pro
gramma die hervorming behoorde voorop
te zetten. De Iersche nationalisten ver
gaderden terstond na Gladstone's rede
voeringen, verklaarden diens toezeggin
gen geheel onvoldoende, maar besloten
toch nog voorloopig de Gladstonianen
te steunen. Boseberry's vertrek naar
het vasteland veroorzaakt geruchten
omtrent scheuring in het kamp der libe
ralen. Waarschijnlijk is bovenstaand
bericht niet van overdrijving vrij te plei
ten en heeft de partij van lord Salis
bury hier haar wensch voor de daad
doen gelden.
De Times verneemt uit St. Peters
burg dat de benoeming van Gromt-
chevski schijnt te beduiden, dat Rusland
met het oog op de Afghaansche crisis
den tijd gekomen acht voor een beslist
optreden in Midden-Azië, waarbij het
eenerzij ds aanspraak maakt op het door
de Afghanen bezette Shignon, en ander
zijds de Chineesche positie in Kashgar wil
omtrekken. Blijkt dit bericht waar
heid te bevatten, dan zal men eerst
daags den onvermij del ij ken strijd tus-
Brave christenen, zei hij, die zaak kan
in orde gebracht worden, en, als gjj wilt, zal
ik meedoen. Geen dobbelsteenen of stokken
Laat ons naar het huis van den heiligen aarts
engel Michael een bedevaart doen, en allen op
hetzelfde oogenblik vertrekken. Wie er het
eerst is, is de baas.
Aangenomenriep de Franschman, die,
over den weg gaande, den Berg in de verte
gezien had.
Aangenomen zei de Bretanjer, die niet
terugtrekken wilde.
De Normandiër lachte in zijn vuist, omdat hjj
achter Avranches. uit het dorp Genest, vandaan
was, en dus het strand kende.
Zij gaven elkander de hand, en alle drie
gingen naar den paardenstal.
Het zou onmogelijk zjjn, de gretige nieuws
gierigheid te beschrijven, die Simon Le Priol
door dat eenvoudig verhaal onder zjjn toe
hoorders verwekte. Vooreerst was de strjjd
tusschen drie op elkander najjverige rassen
Bretanjers, Norinandiërs en Franschen, goed
gesteldten andere was er spraak van de
zandstreken, die woestijnen zonder gebaande
wegen, met haar bekende en altijd geheimzin
nige gevaren; eindeljjk zag men het verhaal
van de Toovergodin van het Strand, de fabel
leer des lands, het bovennatuurlijke, waarmede
de verbeeldingskracht der Bretanjers zich zoo
gaarne bezig houdt, in de verte opdagen.
(Wordt vervolgd.)