Dagblad voor Schiedam en Omstreken. bureau <$oogsfvaaf 31*7. EERSTE BLAD. De Sociale kwestie in Amerika. 15de Jaarg. Zondag 11 September 1892. No. 4382. Feuilleton. PRIJS VAN DIT BLAD: Voor Schiedam per 3 maanden Franco per post door geheel Nederland Afzonderlijke Nommers 1-50 - 2.— - 0.05 Het auteursrecht van den inhoud dezer courant is verzekerd volgens de Wet van 28 Juni 1881 StsblNo. 124, PRIJS DER ADVERTENTIËN Van 1—6 regels0.60 Elke gewone regel meer0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeen komsten aangegaan. De werkzaamheid der Katholieke Kerk op Maatschappelijk gebied is ge noegzaam bekend. Het is een erkend feit, dat die Kerk, welke geroepen is, de door Christus verlosten tot het hoogste doel des levens te voeren, in hare moe derlijke en zorgvolle liefde hare werk zaamheid niet bepaalt tot het gebied dat Haar meer eigenaardig als het terrein Harer zorgen is aangewezen, maar verre over de grenzen van dat gebied, overal waar Haar dit slechts mogelijk is, het tijdelijk zoowel als het eeuwig welzijn Harer tallooze kinderen behar tigt. Een bewijs voor die veelzijdige werkzaamheid der Kerk, ook op maat schappelijk gebied, vinden wij in het geen door Paus Leo XIII reeds van af het begin van Zijn pontificaat ter oplossing der sociale kwestie is ver richt. Op velerlei wijzen heeft die groote Paus, niet ten onrechte de Paus der werklieden genoemd, Zijn machtigen invloed ook op maatschappelijk gebied doen gelden. In die heerlijke encyclieken, welke zijn als de duive, dragende den olijftak des vredes en verkondigende de daling der wateren van Gods gram schap, heeft Hij der wereld de ware leer omtrent de onderlinge verhoudingen der menschen uiteengezet. Vorsten en vol keren luisteren naar Zijn heilvol, opbeu rend woord, en moeten huns ondanks erkennen, dat de Kerk, die den slaaf tot eerlijken loondienaar en den lijfeigene tot een eerzamen pachter heeft gemaakt, ook in de laatste helft der 19e eeuw de beste oplossing biedt van het groote maatschappelijke vraagstuk, dat vorsten en volkeren beroert, en de moderne be schaving van de eeuw der verlichting in den nacht der duisternis door oproer en revolutie verwekt, dreigt te doen ondergaan. Van die voortdurende werkzaamheid der Katholieke Kerk op maatschappe lijk gebied getuigt ook het werken en streven van zoovele bisschoppen en priesters, die op het verheven voorbeeld van den Paus aan de oplossing der zwaarwichtige sociale kwestie arbeiden. Zoo zien wij in den geest wijlen den grooten kardinaal Manning zich be wegen tusschen de stakende arbeiders der Londensche dokken; de magere hand van den ascetisclien Kerkvoogd drukt de vereelte vuist van den stoeren dokker, om haar straks te leggen op de ver fijnde vingeren van den trotschen koop man der Londensche city, en aldus kapitaal en arbeid te verzoenen en tot elkander te brengen. Evenals in Europa en overal elders zoo gaat ook in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika het Episcopaat alle priesters en leeken voor in de werkzaamheid op maatschap pelijk gebied en noodigt zij hen uit aan het sociale leven en de sociale gedacli- tengang deel te nemen, om beiden zoo noodig te regelen en te leiden. Bewonderenswaardig in de hoogste mate is hetgeen in dit opzicht monsgr. Ireland in de Westelijke staten der Noord-Amerikaansche Unie heeft tot stand gebracht. Daaromtrent ontleenen wij aan een artikel van de N. Haarl. Crt. de volgende bijzonderheden„In het ongetwijfeld slechts inbeeldiug. En toen, telkens als de wind opstak, was duidelijk hondengebl if te hooren. Eens zelfs meende Aubry dat van Loys, zijn groote, zwarte windhond, te onderscheiden. He koorts brengt al zonderlinge inbeeldingen met zicb mede. Aubry greep weer zijn vijl en werkte door. De staaf was bijna doorge- rüld. Toch zat zij nog vast. Het begon licht te worden. Aubry ging op zijn stroo liggen, en wilde een oogenblik rust nemen. Nauwelijks was hy ingesluimerd, of het ge ritsel van broeder Bruno s sleutel in het slot van den kerker deed hem verschrikt ontwaken. Broeder Bruno had immers zyn ronde reeds gedaan! en zijn geschiedenis verteld. Gewoon lijk kwam hjj maar eens. „.„ut Ging hij de gewoonte aannemen, eiken nacht jaar 1855 verkreeg deze prelaat, thans aartsbisschop van St. Paul, 11 i.000 hectaren aan den spoorweg gelegen lan derijen. Dit uitgestrekte gebied veran derde onder zijne loiding meer en meer in een Ierscben Staat. De Aartsbis schop voert persoonlijk onderhandelingen met de maatschappijen over het stichten van dorpen; bij bezoekt de leden van het Parlement van Minnesota en noodigt hen uit, uit de wetgeving alle bepalingen en verordeningen te schrappen, welke voor de vrijhêid der Katholieke Kerk nadeelig kunnen zijn; hij is de voor zitter van matigheidsgenootschappen; hij roept congressen in 't aanzijn, zooals dat van Baltimore, waar de door hem geleide Katholieken van het „far West'1 Eulh een goeden indruk maakten, dat kardinaal Gibbons uitriep„Zij zijn onweerstaanbaar die lieden uit het westen, vooral wanneer deze groote voorvechter voor geloof en vaderland aan hunne spits staat „Zonder zich in den strijd der partijen te mengen, begunstigt aartsbisschop Ireland alle patriottische ondernemingen. Toen in de nabijheid van St. Paul de nieuwe stad Minneapolis werd gesticht, verlangde de eminente Prelaat, dat de Pastoor, dien hij daarheen zond, in zekere mate de eerste burgerjder stad zou we zen. Wordt te Minneapolis eene kunst- of nijverheids-tentoonstelling gehouden, dan vindt men den Pastoor in de eerste rijen van de beschermers der onderneming. Wordt er eene biblio theek geopend, dan laat de Pastoor zich onder de bestuursleden opnemen en maakt van de gelegenheid gebruik om katholieke boeken en tijdschriften inde tweemaal de ronde te doen, en tweemaal een geschiedenis te vertellen Ofwel had Aubry's werken hem kwade ver moedens doen opvatten Alvorens onze gevangene den tijd had, om bij zich zelf die vragen te beantwoorden, boorde Aubry op het draaien der grendels een zwaren stap en wapengeritsel volgen. Komaan neef Aubry, zei een zware stem bij de deur, slapen we nogbjj mijn bescherm heilige, mfj dunkt, hier wordt eeu gat m den dag geslapen 1 Aubry sprong ijlings op. Méloir! riep hjj uit. Kom binnen, kom binnen, beer ridder, zei broeder Bruno op zijn beurtdie cellen zjju wel niet zeer groot, maar voor hetgeen men er te doen heeft, toch ruim genoeg, ziet ge. Ik herinner me, dat er in het jaar vijf-en-der- tio- kort na mijn komst in bet klooster, een gevangene met name Olivier Triquetaine in zat die zoo dik was, dat men heel veel moeite had, om hem door de deur te krij gen. Toen hij er uit ging, ging het beter. De man was dood, en lag in zijn kist. Die Oli vier Triquetaine was een vroolijke snaak, 's Zaterdag's 's avonds zei hij altijd Als gjj my er weer uitbrengt, broeder, zei Méloir, moet gij me maar eens breedvoerig vertellen, wat Olivier Triquetaine eiken Zater dagavond aei. Goed! zei Bruno, ik zal er aan denken, bibliotheek te plaatsen. De onderwij zers aan de openbare scholen beraad slagen met hem over de boeken welke zij voor hun eigen studie en voor het onderwijs der leerlingen noodig hebben. Te St.-Paul bestaat geen geachteren geliefder persoon dan de Aartsbisschop. Protestanten en Katholieken zijn het eens, dat mgr. Ireland een splendid man is, dat wil zeggen een man, die in hooge mate de eigenschappen van een Amerikaan bezit, namelijk energie, grooten ondernemingsgeest en eene op rechte en aanhoudende zorg voor de algemeene welvaart. De kudde, welker herder mgr. Ireland is, bestaat voor het grootste gedeelte uit Ieren. Als trouwe en gehoorzame Katholieken zijn de zonen van het groene Erin steeds bereid en ijverig aan den arbeid om den vooruit gang hunner kerk in de Amerikaansche maatschappij te bevorderen. De met aristocratische ideeën bezielde prote stanten worden, jammer genoeg, door het nederige bedrijf der Ierscbe emi granten vaak van de Katholieke Kerk verwijderd gehouden, en daarom is bet de grootste zorg van den Aartsbisschop van St.-Paul, de Ieren op een hoogeren socialen trap te brengen, door hen aan te moedigen het landbouwbedrijf te be oefenen. Onder zijn toezicht werden on derscheidene gemeenten gesticht, waar de uit bet graafschap Cork gekomen boeren den grond bebouwen. Het is te hopen, dat dit voorbeeld navolging vindt, vermits juist in de landbouwbedrijvende Staten, in Ohio, Missouri, Kentucky, Indiania en Kansas, zich naar verhou ding de minste Katholieken bevinden in Ohio nauwelijks een op honderd want ik bemerk, dat gij er belang in stelt, beer ridder. Hjj giug been, en draaide net slot drie maal om. Heer ridder, riep by door de deur heen, zoodra gij lieen wilt gaan, behoeft gjj slechts te kloppen, en liaast u maar niet, ik ga naar de vroegmetten. Duivelschneef, zei Meloir zich tot Aubry wendende, gjj hebt een vrooljjke gevangenbe waarder En boe gaat het u Goed, antwoordde Aubry. Ik moet bekennen, dat ge er ook met slecht uit ziet. Wat komt gjj hier doen "Wel in 't voorbijgaan eens naar u ver nemen en u een welgemeenden handdruk aan bieden. Hjj stak Aubry zjju hand toe, die ze echter weigerde. Oozei Méloirweet ge, dat dit de hand eens ridders is? Ik weet het, en voor die ridderschap schaam ik mjj. Wat beteekent dat! riep Méloir uit, zyn wenkbrauwen fronsende. Maar bij bedacht zich oogenblikkelyk. Sedert onheuglijke tjjden, vervolgde by, lieeft de overwonneling een zeker recht op onbeschoftheid. Ga uw gang, neef, die muren van graniet moeten iemand» binnenste wei e«n weinig verbitteren. Van gevangenen, kinderen en vrouwen weet een ridder alles te verdragen. Een ridderherhaalde Aubry, zjjn schou ders ophalende. En men beklaagt zich nog, dat het met de ridderschap gedaan is Bjj Onze Lieve Vrouw, neef, als er veel zijn die gouden sporen en een schurkenhart dragen, geljjk gij Méloir werd bleek. jk heb gezegd een schurkenhart, herhaalde Aurbry met klem, maar bedaard en koelals er in uw ziel nog een greintje eerlijkheid huist, ga dan heen, want ik heb slechts woorden van verachting voor u. Welnuneef Aubry, zei Méloir met een schamperen lach, myn besluit is reeds genomen, en ik bljjf. Overlaad mjj met beschimpingen, dat zal u verlichten. En ik, ik zal God bid den, dat by my die vernedering, die ik op christelijke wijze verdraag, aanrekent tegen het oogenblik, dat ik den grooten stap moet '°Wat duivel! voegde hjj er, plotseling van toon veranderende, bjjkan men m«t elkander geen oorlog voeren, en tijdens den wapenstil stand op vriendschappeljjken voet met elkaar leven 1 Komneef Aubry, laat uw dwaasheden varen, en spreken wjj als fatsoenlijke lieden, wjj zijn. (Wordt vervolgd) 36) NAAR HET FrANSCH.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1892 | | pagina 1