Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
Bericht.
No. 4386.
bureau ^oogstraat (S 317.
15de Jaarg.
Vrijdag 16 September 1892.
ALGEMEEN OYERZICHT.
Feuilleton.
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maanden 1.50
Franco per post door geheel Nederland - 2.—
Afzonderlijke Nommers- 0.05
Het auteursrecht van den inhoud dezer courant is verzekerd
volgens de Wet van 28 Juni 1881 StsblNo. 124.)
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Van 16 regels0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeen
komsten aangegaan.
Zij. die zich tegen 1
Oct. op dit Blad abonneeren,
ontvangen de tot dien datum nog
te verschijnen Nummers Gratis
15 September '92.
De toestand der Belgische mijnwerkers
in de noordelijke departementen van
Frankrijk is onhoudbaar. Zij worden
voortdurend bedreigd door hunne Fran-
sche vakgenooten, die zich zelfs niet
schromen tot handtastelijkheden over
te gaan. De Patriote dringt er op aan,
dat de Belgische gezant te Parijs met
kracht zal optreden, en wijst er op dat
de Belgische mijnen vol Fransche werk
lieden zijn. De officieuse Fransche pers
verlangt daarentegen, dat de diplomatie
zich buiten de zaak zal houden, maai
de Belgische bladen komen daartegen
met kracht op. Een briefschrijver meldt
uit Bergen, dat de gemoederen aldaar
zeer opgewonden zijn over de gebeur
tenissen aan genen kant der Fransche
grens. Verleden week kwamen geheele
treinen met Belgische huisgezinnen het
land in, die ginder verjaagd waren. De
toestand van onze landgenooten is gin
der niet meer houdbaar, zegt do corres
pondent. Op hun weg naar de werk
plaats worden zij uitgejouwd, geslagen
en beleedigd dooi benden twistzoekers.
Die handelwijze, zegt de correspondent,
begint op den duur ook op Belgisch
grondgebied hare gevolgen te doen ge
voelen. Te Hornu o. a. heeft een uit
Frankrijk verjaagde werkman zich ge-
40)
Z> dolk zat nog wel in de schede, maar
'y de Kergariou was een fier soldaat. Hem
in deehamlkkad t6 als,hij,een deg™
MAirtï. was een dwaasheid geweest.
knri i ?dei rekte en betastte zich.
ir-ini ti-4?ze' Aubry> laat u binden!
Melon trad Uaar hem toe.
Alibiy lie hem zonder komplimenten de
punt van den degen tusschen zijn oogen.
Op een afstand! zei hij; goede rekenin
gen maken goede vriendenkom niet bij mij,
of ik steekJ J'
Gij vertrouwt mij dus niet?
Ik heb haast. Maak voort!
Ik ben er al. neef Aubry, ik ben er 1
Méloir begon inderdaad zijn wapenrusting
los te rijgen. Hij had slechts een lichte wapen
rusting aan, en niet de ijzeren huid, die men
in de vijftiende eenw nog in den strijd droeg.
Zjjn uitrusting bestoud uit stalen sporen,
wroken door, terwijl hij dronken was,
twist te zoeken met de vrouw van een
Franscliman en in hare woning alles
stuk te slaan. De man kwam intusschen
thuis en er ontstond een gevecht, waarin
beiden gekwetst werden.
Dat het socialisme aan deze beweging
niet geheel vreemd is, mag men met
grond veronderstellen. De socialisten
spiegelen den volke steeds een aardsch
paradijs van geluk voor. Wat er intus
schen in gemeenten, waar zij hunne
leer kunnen toepassen, van dat geluk
terecht komt, kunnen de volgende
staaltjes van liberaliteit der Fransche
socialisten genoegzaam leeren. Te St.-
Quen heeft de socialistische gemeente
raad het armbestuur, welks jaarlijksche
begrooting 90.000 frs. bedroeg, opge
heven. De negentig duizend francs
worden nog altijd uitgedeeld, maar
niet meer aan de armen maar aan de
vrienden der raadsleden, welke nu na
tuurlijk „stille armen" heeten. De wer
kelijk behoeftigen krijgen geen stuiver
meer en daarenboven worden hun nog
hunne kinderen ontnomen, die in een
verwereldlijkt weeshuis worden geplaatst
onder de opmerkingDe gemeente
neemt den last op voor uwe kinderen
te zorgen ziet dat ge nu zelf klaar
komt. Te St. Denis, dat ook het twij
felachtig geluk heeft een rooden ge
meenteraad te bezitten, heeft deze den
priester verboden aan het hoofd der
lijkstoeten te gaan. Ook deze maatregel
is rechtstreeks tegen de armen gericht
want de gegoeden stellen den priester
een rijtuig ter beschikking, waarin hij
den stoet volgen kan, een uitgave, die
de armen zich niet kunnen veroorloven
Deze maatregel der socialisten is tevens
een ruwe schending van de godsdienst
vrijheid, waarop ieder Fransch burger
recht heeft. Zoo toont het socialisme
zich in zijne ware gedaante als vijand
van den godsdienst, waarvoor het zegt
onverschillig te zijn.
De berichten, dat er eene verlcoeling-
aan de dikke buffelleeren dijstukken van het
harnas vastgeschroefd, een gemalied borsthar
nas, mouwen van buffelleer, een punthelm met
een pluim, zonder vizier.
Aubry hield hem in het oog.
Als Méloir geheel ontwapend was, en niets
meer aan had dan zijn broek en buisje, haalde
Aubry van onder zijn bedstroo een touw te
voorschijn, waarvan hij zich bij zijn voorge
nomen ontsnapping moest bedienen.
Uw vuisten! gebood hy.
Wacht ten minste, totdat gij gewa
pend zijt.
Aubry glimlachte.
Ik zal mij wapenen, als gij gebonden zijt,
antwoordde hijgeef uw vuisten
Méloir gehoorzaamde eindelijk, maar niet zon
der tegenzin. Die brave ridder had waarlijk
gedacht, zjjn zaak weer in orde te brengen,
terwijl Aubry zich kleedbe.
Hij bromde, terwijl hij zjjn vuisten uitstak
Wie drommel zou gedacht hebben, dat
dat mannetje zoo stevig kon knijpen
Ziedaar, zei Aubry, die een goeden knoop
dad gelegduw voeten schenk ik u. Ga nn
op mijn plaats zitten, als gij wilt, en denk
maar over de wisselvalligheden van het lot na.
Méloir ging zitten.
Hy had veel van een vos, die door een kip
gevangen is.
In een oogwenk was Aubry van top tot teen
gewapend.
is ontstaan in de internationale betrek
kingen tusschen Berlijn en Petersburg
worden bevestigd door liet feit, dat ter
wijl op den verjaardag van den Czaar
zelfs de keizer van Oostenrijk een heil
dronk instelde op den beheerscher aller
Russen, keizer Wilhelm zich niet, zoo
als gebruikelijk is, heeft doen vertegen
woordigen bij de godsdienstoefening,
welke te di^c gelegenheid in de kapel
van het Russisch gezantschap te Ber
lijn werd gehouden. Evenmin was er
een deputatie bij tegenwoordig van het
garde regiment „Alexander",waarvan de
Czaar eerebevelhebber is. Waarschijnlijk
is dit eene wraakneming geweest van
keizer Wilhelm wegens het houden van
een Franschgezinden toost door den
kolonel van het regiment, waarvan hij
het eere-commando heeft. En terwijl
Duitschland en Rusland zich aldus al
verder van elkander verwijderen, sluiten
Frankrijk en Italië zich steeds nauwer
aaneen. Terwijl koning Humbert reeds
aan den admiraal van het Fransche
eskader een grootkruis heeft verleend,
werd gisteren aan admiraal Rieunier
door de gemachtigden van een 300 de
mocratische vereeni gingen aan boord
van de Formidable het aangekondigde
adres van sympathie overhandigd. Italië
wordt meer en meer de zware lasten,
waartoe het door den drievoudigen bond
gedwongen wordt, moede, en schijnt zijn
heil in een aansluiting bij Frankrijk
te gaan zoeken.
De Cholera.
De gevreesde ziekte blijft steeds over
een groot deel vau Europa voortwoeden.
In een der voorsteden van Brussel heeft
zich een nieuw cholera-geval voorgedaan.
Yolgens bericht uit Antwerpen heeft
zich een geval van cholerine voorge
daan in de naburige plaats Oeleghem.
Dinsdag zijn te St. Anna, nabij Zwijn-
drecht, een vrouw en een kind aan
cholerine overleden.
Zie ik er zoo goed uit, vroeg hij.
Sapperlootriep Méloir woedend, moet ik
u nog niet tot spiegel dienen
Kom kommaak u niet boos, neef Mé
loir. Den een of anderen keer geef ik uw
wapens wel eens terug. Nu behoeft er nog
maar een prop in uw mond gestoken te worden.
Het was te laat om weerstand te bieden.
Méloir liet zich den prop in den mond
duwen.
Maar er was geen spoor van zjjn uitstekend
karakter meer over. Woeste, wraakzuchtige
gedachten doorkruisten zijn hoofd.
Aubry wenschte hem hoflelijk goeden dag,
en klopte met zijn ijzeren handschoen op de deur.
Hij sloeg uit al zijn macht, want hij herin
nerde zich, dat de goede broeder Bruno gezegd
had„Ik ga naar de vroegmetten."
Maar het schijnt, dat broeder Bruno zich
bedacht had, want bij den eersten slag ging
de deur open.
Aubry kon niet nalaten, een schrede achter
uit te gaan.
Daar stond hijdacht Aubry hij heeft
zeker alles gehoord.
En toen Méloir op hefzelfde oogenbllk plot
seling opsprong, en met zjjn prop in den mond
onverstaanbare gillen slaakte, dacht Aubry, dat
hij verloren was.
Wat scheelt toch dien gek riep de goede
broeder Bruno. Dien hem met uw degen wat
klinkslagen toe
Onder de nieuwe gevallen van cholera
in Duitschland wekken vooral opzien de
gevallen welke te Stettin zijn voorge
komen, omdat onmiddellijke overbren
ging uit Hamburg niet aangetoond kan
worden en dus ook de Oder geïnfec
teerd schijnt. Dr. Petri, die door het
Reichsgesundheitsam.lt Stettin is afgevaar
digd, vermoedt dat een Hamhurgsche
boot wellicht haren in de Elhe inge
nomen waterballast bij aankomst te
Stettin in den Oder heeft laten loopen,
en zoo het Oderwater door Elbe water
geïnfecteerd is. Ook is het mogelijk,
dat het grondwater eener boot, dat ge
woonlijk in kleinere schuiten zich op
den bodem verzamelt, zooals pleegt te
geschieden, uitgeschept en geïnfecteerd
geweest is. Te Stettin zijn terstond zeer
strenge maatregelen tegen de uitbrei
ding der ziekte genomen.
Yan eergisteren tot gisteren-middag
zijn te Hamburg 344 aangiften van
cholera gedaan en 148 sterfgevallen
aangegeven. Hiervan komen er 198 aan
getasten en 96 dooden op Dinsdag. Ver
voerd zijn eergisteren 137 aangetasten
en 47 lijken.
Oostenrijk blijft voortdurend de scherp
ste maatregelen nemen tegen de cholera
Zoo heelt de minister van binnenland-
sche zaken een besluit uitgevaardigd
tegen uitwijking van personen bij het
verschijnen der ziekte in het land. Uit
dien hoofde wordt verordend, dat bij het
vertrek van personen, verdacht van
aangetast te zijn door de ziekte, dezen da
delijk verhinderd zullen worden hunne
woonplaats te verlaten. Op alle spoor
weg stations, gelegen aan plaatsen
waar de cholera voorgekomen is, moeten
onmiddellijk bureaux van onderzoek in
gesteld worden, om alle vluchtelingen
te onderzoeken, en aan de stations wor
den waggons, als voorloopige hospitalen
voor aangetasten ingericht, beschikbaar
gesteld.
Voorts gaat de regeering te Weenen
met het plan om, nu reeds eene binnen-
Méloir was naar de deur gesprongen. Hjj
trachtte zijn aangezicht in liet licht te brengen
om zich door den leekebroeder te doen her
kennen.
Maar deze wendde zich tot Aubry, zeggende
Ik heb nooit zulk een gevangene gezien
gij hebt hem toch niets te drinken gegeven,
hoer ridder In het jaar negenendertig hadden
wij een gevangene, Thomas Gréveleur gehee-
ten, die in ditzelfde hok dolzinnig werd. Ik
heb lust, u zjjn geschiedenis te vertellen. Ver
beeld u, dat die Thomas Gréveleur
Méloir lag als een razende te woelen.
Laat ons gaanzei Aubry, die bleek
was, en zich verwonderde, dat de broeder niets
van de vergissing bleef bemerken.
De goede Bruno ging terstond heen, en daar
Méloir zich aan hem vastklampte, meende de
goede Bruno niet beter te kunnen doen, dan
dien weerspannigen gevangene een vaderlijken
vuistslag toe te dienen.
Die vuiet van den goeden monnik was een
stevige. Mèloir's borst klonk als een trom.
Hij wankelde en viel op het stroo neer.
't Is waarachtig mjjn werk niet, zotten te
streelen zei Bruno verontwaardigd. Ik heb
me nog het tweede lid van den ringvinger
bezeerd
Aubry was over den drempel.
Bruno volgde hem, altijd doorbabbelende, eu
weer van voren af aan brommende.
Hij sloot de deur zorgvuldig.
NIEUWE S
NAAR HET FrANSCH.