Dagblad voor Schiedam en Omstrel
Schaepman over Je Zondagsrust
GODIN VAN
xxveaxx g&ooQ&lxaat 317.
15de Jaarg.
Woensdag 19 October 1892.
No. 4414.
Feuilleton.
PRIJS VAN DIT BLAD:
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
68)
Het berouw.
Voor Schiedam per 3 maanden 1.50
Franco per post door geheel Nederland - 2.
Afzonderlijke Nommers- 0.05
Het auteursrecht Tan den inhoud dezer courant ii verzekerd
volgens de Wet van 28 Juni 1881 StsblNe. 124.)
Van 16 regels0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeen
komsten aangegaan.
Li.Zondag hield Dr. Schaepman, daartoe
uitgenoodigd door het Bestuur der Bak-
kersgezellen-Vereonigingte 's-Hage, eene
ïede over de wenschelijkheid van Zon
dagsrust voor de Bakker».
De gevierde spreker begon met te
Zeggon, dat hij de tot hem gerichte
hitnoodiging onverwijld had aangeno
men, wijl hij er gaarne het zijne toe
^ilde bijdragen om aan de bakkersge
zellen datgene te bezorgen, wat iederen
hiensch toekomt, nl. de noodige rust
°P den Zondag. Het was onnoodig te
dragen of ook een andere dag der week
dan de Zondag voor rustdag geschikt
omdat elke andere dag eene onge
lijkheid zou scheppenmen zou dan
krijgen een rustdag voor de bevoorrech
ten en een rustdag voor de vorstootenen
neen, men moet hier vasthouden aan
den dag, door God zelf als rustdag
ingesteld.
Spreker stelde vervolgens het onre
delijk verzet aan de kaak, dat gevoerd
ivordt tegen den Zondag als rustdag, en
besprak de oorzaak van dat verzet, het
welk voortspruit uit lage zelfzucht, welke
Weer de oorzaak is van zoovele maat
schappelijke jammeren. Ieder mensch
streeft naar vooruitgang en ontwikke
ling, maar zoodra die zucht wordt opge
zweept tot heerschappij, dan wordt
jjdelkeid en onregelmatigheid gekweekt.
Zoo wil ook een ieder het zoo goed
hogelijk hebben op deze wereld, en
deze eisch is billijk, en een regelmatig
streven naar de vervulling daarvan is
zeker gerechtvaardigd. Spr. zegt dan:
voorwaarts, als men gaat in de goede
richting, maar zoo niet, dan ontaardt
dat streven in zelfzucht en eigenbaat.
n het bewijs daarvan vindt men hierin,
sommigen alles alleen vöor zich-
ze ven eischen, en geen oogenblik den
ken aan de gevolgen daarvan voor
anderen.
haar hbt Frawsch.
Jantje omhelsde Loys ter dege, en zwoer
hem een eeuwigdurende vriendschap.
Dat gaat goed, zei broeder Bruno, ieder-
e«u is tevreden, behalve ik. De heer Aubry
wordt ridder, en Schapenvachtje zjjn schild
knaap.
En wat verlangt gij riep mijnheer Hue
uit, nog altijd z|jn lippen op Heine's voorhoofd
drukkendegij zjjt een heldhaftig mam.
Ik ben slechts een arme monnik, mijm-
neeren dat herinnert mjj het gebeurde met
Domineuc, den koekbakker van Vieux-Bourg,
uie zong voor zijn vrouw, met name Francine
Horain, een nicht van den kleinen Tiennet van
de afgebrande hoeve, (die even al» Barabaa zijn
oogen kruiswijs had staan), die voor hem
*ong Maar wordt niet boo», mijnheer, ik
bedenk daar, dat gjj niet van geschiedenissen
houdt, en ik zal u maar niet zeggen, wat
Domineuc voor zijn vrouw zong. Alleen ver-
Zoo worden de bakkers gedoemd tot
arbeid op Zondag, omdat sommige men-
schonaltijd 'smorgens vei-sch brood willen
hebben. Daarbij dwingt de concurrentie
der patroons onderling tot Zondagsar-
beid, maar die concurrentie moest niet
bestaan de patroon» moesten ook om
de gezellen denken en liunne kameraad
schap met dezen erkennen, omdat zij
zelf toch ook uit den arbeid voortge
komen zijn. Spr. wees vorvolgens
op het gebrek aan moed, om weer
stand te bieden aan den eisch om versch
brood, een eisch welken door niets wordt
gerechtvaardigd, omdat het brood niet
vermindert in waarde, doordat bet een
uur of wat ouder is het tegendeel is
eer waar. Het is alleen een kwestie
van smaak, maar aan den eisch om versch
brood op Zondag is geen enkel wezent-
lijk belang verbonden. Den tegenstand
tegen absolute rust, bijv. van de Pos-
terij .achtte spr. zeer wel mogelijk, om
dat deze slecht, hatelijk, zelfs onrecht
vaardig zou kunnen werken voor ande
ren. Maar bij de bakkers is dit bet ge
val niet, want bier geldt bet alleen bet be
lang van de patroons, die gedreven worden
door de vrees van klanten te verliezen.
Maar die afnemers mogen zich niet ver
schuilen achter onbekendheid met den
eisch om Zondagsrustdit is onverant
woordelijk, en iedereen moet integendeel
de onafwijsbaarheid van dien eischjerken-
nen. Want, zoo vraagt spr., wat wordt
er van hen, die van rust op den Zondag
zijn verstoken?
Doordat sommigen verscli brood wil
len hebben op dien dag, onthouden zij
den armen werkman zijne rust; maar
de onthouding, de weigering daarvan
is een van de sociale zonden, welke zich
zullen wreken de grondslagen der maat
schappij worden losgemaakt door bet grie
ven van den werkman wegens ongelij kbeid
in rust. De bakkersgezellen worden daai-
door ontevreden, en brandstoffen tot verzot
en oproerigheid worden verzameld. Het
verzet tegen den arbeid op Zondag acht
zoek ik u, voor het streng# «tilzwijgen, dat ik
de laatste vier-en-twintig uren in acht geno
men heb, dat gij bij den eerwaarden Jan Con-
nault mjjn voorspraak zijt, opdat hij mijn straf
kwijtschelde.
Broeder Bruno kreeg genade.
Toen hij den trap der ziekenzaal opklom,
lei hij bij zieli zelf
Ik kom er met mjjn gebroken arm goed
afHeilige aartsengel MichaelAls men van
tijd tot tijd een klein avontuurtje had kunnen
verhalen, zeg ik, dat het feest zijn gelijke
niet gehad zou hebben En dat doet mo den
ken aan de geschiedenis van Olivier Jicquel,
den bochel van Plestin, die ik den broeder-
ziekenoppasser haarfijn ga vertellen, om mijn
tong tvat op te knappen
BESLUIT.
Den achttienden Juli 1450, omstreeks negen
ure 's morgens, volgde eon ruiterstoet, langs
de oever» der Loire, den weg van Aneenis
naar Nantes.
Het was somber en regenachtig weer. De
anders zoo prachtige rivier vloeide somber en
glansloos onder den zwarten hemel daarheen.
De ruiterstoet bestond nit een ridder, een
wapendrager en een jonge dame. Eenige be
dienden volgden.
spreker rechtvaardig, omdat het recht
oprust onafwijsbaar is, en ieder Christen
moet daarvoor opkomen, tijdig en on
tijdig, kloekmoedig en onversaagd. Deses-
pereert niet, roept spr. den gezellen toe,
laat n niet bevreesd makende Zondags
rust zal komen, al» ook de gezellen af
stand doen van alle egoïsme, als zij
ernstigen eenparig de Zondagsrust willen,
trouw blijven aan hun beginsel, niet
toegeven voor meer loonzij moeten
vereenigd blijven, geen verschil van
gevoelen of beginselen moet hen scheiden.
De schuld der weigering van rust
ligt ook hij do werklieden, die zich
hebben laten misleiden en verleiden.
Spr. wijst er op, dat er éen wapen is
vooral dat hen dienen en hen leiden moet,
nl. het Christelijk beginsel, deSouvereine
Wet van^Godhij spoorde aan om voort-
tegaan op den ingeslagen weg, langs
het pad van orde, tot bereiking van
het voorgestelde doeldit is niet alleen
een godsdienstige maar ook een maat
schappelijke plicht. Overtuigd en kloek
moedig moeten zij optreden, dan wordt
tenlangeleste do Zondagsrust hun
geschonken, zoo goed ala zij thans hun
loon ontvangen.
De rede, herhaaldelijk door toejui
chingen onderbroken, werd aan het einde
met groot applaus begroetde Voorzit
ter der Vereeniging dankte den heer
Schaepman hartelijk en stelde daarna
de gelegenheid open tot debat.
De eerste dio daaraan deelnam, noemde
zich ook een slachtoffer van de hier
bestaande anarchie en wilde, dat niet
alleen voor de hakkers, maar ook voor
andere vakken geijverd werd voor Zon
dagsrustdaarom wilde hij dus aan
eensluiting.
Daarna trad Cornelissen op, een he
kend socialist, die zelfs plaats nam in
den katheder. Deze wilde ook aaneen
sluiting hij wilde echter niet bepaald
rust op Zondag, omdat een andere dag
even goed is; de woorden van Dr. S.,
dat verzet rechtmatig is, prees hij, en
Toen de stoet voor de poorten van Nantes
kwam, bogen de wachters met eerbied hun
hellebaarden voor den hoogbejaarden ridder.
De stoet trok voorbij.
De wachters zeiden hij zich zei ven:
Dat is Hue de Haurever, die op hertog
Frans weerwraak komt nemen.
Eu het oogenblik was waarlijk gunstig. Her
tog Frans lag doodelyk ziek aan een onbe
kende kwaal, waarvan zich de eerste ver
schijnselen te Avranches hadden vertoond, op
den avond, dat daar in de kerk van den berg
Sint Michel voor de rust en zaligheid der ziel
van' mijnheer Gilles van Bretanje de lijkdienst
was gevierd.
Den 6den Juni van hetzelfde jaar onzes
Heeren, veertig dagen vroeger, had hertog
Frans met zijn hof een pracht ten toon ge
spreid, schitterender clan ooit eenig vorst van
Bretanje.
Maar in de stad werd gezegd, dat het hof
van hertog Frans nu zijn broeder en opvolger
Pieter van Bretanje omstuwde.
Eenige oude bedienden hieven met Isabella
van Schotland, zjjn vrouw en twee zonen bij
het bed, waarin de stervende vont lag.
In de «tad werd ook gezegd, dat daar de
vinger Gods zichtbaar was.
In de oogen d#r menigte verdween de on
dankbaarheid der hovelingen voor de recht
vaardigheid der straf.
Nantes was toen de hoofdstad van dat woest
hij beweerde ook dat gevoelens, als
door dazen spreker geuit, hier nog niet
algemeen zijn, wel bij de katholieken
in Amerika en hij den Paus, aan wie
hij allen lof toezwaaide. Opmerkelijk
was ook zijne aansporing vooral tot
de Katholieke gezellen, om zich
te vereenigen met hunne kameraden,
hetgeen zij tot heden te weinig doen.
Ook viel deze spreker den heer Schaep
man aan als verkondiger van utopiën,
en pleitte hij vorvolgens voor wettelijke
regeling van den arbeid en voor werk
staking.
Een derde spreker uit Amsterdam
verweet Dr. Schaepman, dat hij bijv.
onder het vorig ministerie niets gedaan
had tot verkrijging van Zondagsrust;
hij viel verder de patroons aan en de
grootkapitalen, dio allo eischen om meer
loon en minder werk afwijzen; ook be-
weerdo hij, dat voor de hakkers Zon
dagsrust onmogelijk is, omdat de ovens
niet deugen de oven is de vijand
verder wilde hij ook nachtrust voor de
bakkers.
De heer Schaepman diende daarna
dezen sprekers van repliek, en begon
met te zeggen, dat hij over de persoon
lijke kwestie gerust kon zwijgen spr.
had gedacht, dat de hoffelijkheid eene
andere wijze[ van bestrijding had gevor
derd. Hij protesteerde echter tegen de po
ging om hem aftescheiden van zijne mede
katholieken. Daarna kwam hij op tegen
de bewering, dat het geweld door hem
was gerechtvaardigd, waartegen hij in
tegendeel had gewaarschuwd; als men
niet heter weet te onderscheiden en niet
degelijker beslagen is, dan ware het
beter, msonde spr., dat men zweeg.
Hij verdedigde verder zijn optreden
en zijne meening en stelde het optreden
van zekere partijgangers aan de kaak
spr. is afkeerig van discussies, die ge
legenheid geven om eigen ideeën in an
dere kringen binnen te smokkelen. Ook
kwam dr. S. op tegen het verwijt van
zijne werkeloosheid op het onderhavige
en dapper land, dat tusschen twee vijandige
rijken, Frankrijk en Engeland, zijn onafhan
kelijkheid behield.
Nantes was een edele stad, die haar gothi-
sche gevels in de wateren der Loire spiegelde,
en er trotsch op was, de koningin der steden
van Bretanje te zjjn.
De stoet trok onder den aanhoudeiden regen
langs de met rijke woningen prijkende straten.
Mijnheer Pieter van Bretanje bewoonde het
kasteel van Richemont, een oud leengoed van
zjjn broeder Gilles.
Aan de poort van het kasteel stond een
menigte soldaten en heeren, die zich, zooals
het der menschelijke wijsheid past, naar den
kant der opgaande zon keerden.
Soldaten en heeren zeiden ook by zich zelf,
als zij den stoet voorbij zagen trekken
Dat is Hue de Maurever, die op hertog
Frans weerwraak komt nemen.
En was dat niet rechtvaardig
Hertog Frans had hem als een wild dier
opgejaagd. Hertog Frans had een prys op
zijn hoofd gesteld
De stad had een treurig aanzien. Door do
slijkerige goten vloeide by stroomen een grijs
achtig water. De muren der huizen, door den
regen doorweekt, gaven aan de straten een
somber voorkomen.
Alle doodsklokken der hoofdkerk deden haar
eentonige trillingen door de stad weergalmen.
Wordt vervolgd.)