Dagblad voor Schiedam en Omstreken. "24ureait hoogstraat 317. BILBOQUET. 15de Jaarg. Zaterdag 29 October 1892. No. 4423. ALGEMEEN OVERZICHT. Feuilleton. PRIJS VAN DIT BLAD: PRIJS DER ADVERTENTIËN: CHE GOU Voor Schiedam per 3 maanden Franco per post door geheel Nederland Afzonderlijke Nommers f 1.50 "- 2.— - 0.05 Het auteursrecht van den inhoud dezer courant is verzekerd volgens de Wet van 28 Juni 1881 StsblNo. 124.) IA-. IIIIIIIIIIIIUIIIIIII1IHIIIIII Van 16 regels0.60 Elke gewone regel meer- 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeen komsten aangegaan. 28 October '92 De scheidsrechterlijke uitspraak tus- schen de Mijnnjaatschappij en de werk stakers te Carmaux heeft aanleiding gegeven, dat do toestand in 1 rankiijks noordelijke mijndistricten in de Fransche Kamer een onderwerp van ernstige be spreking is geworden. .Gisteren heeft de bekende socialistische afgevaardigde Basly zijne interpellatie gehouden over de conflicten tusschen Fransche en Bel gische werklieden in het departement van. Pas de Galais. De minister van openbare werken heeft geantwoord, dat een besluit van een gemeenteraad geen invloed kan hebben op den gang van zaken in eene werkplaats, n dat de tegenwoordigheid van buitenlandsclie werklieden in mijnen geenszins dezelfde bezwaren oplevert als bij spoorwegen. De Minister werd beantwoord door den socialistiscken afgevaardigde Lafar- gue, die de kapitalisten met groote hef tigheid aanviel en door hot centrum en de rechterzijde herhaaldelijk in de rede werd gevallen. Lafargue verklaarde, dat de daling der arbeidsloonen het gevolg is van de mededinging der vi eemde werklieden en deed in verband hiermede het voorstel, iederen werkgever een patent van 2 francs te laten betalen per vreemden werkman in zijnen dienst, en bovendien een bedrag, gelijkstaande met het verschil tusschen het loon, dat aan de vreemde en dat hetwelk aan de binnenlandsclie werklieden moet worden betaald, dus gelijk aan de winst, welke de werkgever maakt op de loonen, door in plaats van Fransche, vreemde werk lieden in dienst te hebben. Een motie m dezen zin werd door Lafargue ingediend. Yolgens nader bericht heeft de Kamer de eenvoudige orde van den dag aan genomen naar aanleiding van het vooi- stel van Basly om de regeering uit te noodigen, de Fransche mijnwerkers te be- schermen met het oogmerk, voor het land de steenkolen te verzekeren, welke het voor verdediging noodig heeft. Het voor- stel-Lafargue werd naar de bureaux verzonden. Een voorstel van Terrier om amnestie te verleenen voor gebeurte nissen tijdens 4e werkstakingen werd verworpen met 324 tegen 98 stemmen. Dumay beval vervolgens aan, de troepen uit Carmaux te doen teruglceeren en stelde eene gemotiveerde motie van orde voor, welke echter op verzoek van den heer Loubet verworpen werd met 399 tegen 91 stemmen. De werkstakers te Carmaux zijn per telegraaf met dit votum der Kamer in kennis gesteld, onder bijvoeging dat de minister van openbare werken verklaard heeft, dat zoodra het werk in de mijnen hervat zoude zijn aan de veroordeelden gratie zou worden gegeven. Volgens loopende geruchten zou er in het Engelsche Ministerie een ernstig verschil van meening bestaan ten op zichte van Oeganda. Eenige ministers zouden zich verzetten tegen de ontrui ming van dat gewest en met hun ont slag dreigen, indien zij nier wordt uit gesteld Ook zou Gladstone aan de an dere ministers gezegd hebben, dat hij niet dan bij uitzondering met het oog op zijn gezondheid, in liet Lagerhuis kan optreden. De afgetreden minister president lord Salisbury heeft in een der toongevende Engelsche bladen een artikel geschreven over Home-Ruie. Hij behandelt daarin o. a. de mogelijkheid dat Gladstone eenige honderden pairs zal kunnen be noemen, ten einde de aanneming an zijn home-rule-ontwerp in het liooger- huis door te drijven. Lord Salisbury betoogt, dat het Huis der Lords krach tens een meermalen toegepast gewoonte recht bevoegd is, het nemen van zitting door zulke nieuwbenoemde lords te weigeren, wanneer daaruit het voorne men der regeering blijkt, om de onaf hankelijkheid van het Hoogerhuis aan 4) te randen. Hij voegt er bij, dat het scheppen van pairs onnoodig is, want het Hoogerhuis zou zekerlijk don volks wil eerbiedigen, wanneer die de invoering van Home-Rule inderdaad verlangde, hetgeen hij echter ontkent. Hij zegt, dat er geen ander middel bestaat om den volkswil omtrent constitutioneele gewichtige aangelegenheden te leeren kennen, dan de bevoegdheid van het Hoogerhuis om maatregelen te verwer pen, die het strijdig met den volkswil acht. Dien waarborg tegen ongrondwet tige en overhaaste wetten vindt men in vele constitution van andere landen terug, o. a. ook in de Nederlandsche. Verscheidene Iersche nationalisten, waar onder O' Kelly, stellen een proces van laster in tegen don Engelsohen regee- ringsspion Le Caron en tegen den uitgever naar aanleiding van laster lijke aantijgingen in Le Caroa's dezer dagen uitgegeven gedenkschriften. De Parijsche correspondent van de Daily Chronicle verneemt, dat de Czaar zeer ontstemd was, omdat keizer Frans Jozef hem te Skernewicie geen bezoek heeft gebracht, zooals was overeenge komen. Frans Jozef heeft zich veront schuldigd door het aanslaand bezoek van den keizer van Duitscliland. Te St. Petersburg wordt dit incident era. stig betreurd, daar men in de samen komst een nieuw onderpand had gezien voor de handhaving van den vrede in Europa. De liberale pers van Italië kan maar niet rusten over den te Sevilla gehou den Spaanschen Katholiekendag. Dat daar 4 aartsbisschoppen, 18 bisschoppen, 500 priesters en verscheidene duizenden ka tholieke leeken zich zoo kras voor liet herstel van de wereldlijke macht van den Paus uitspraken en zelfs eene com missie benoemden, welke een internatio naai comité ter bevordering van be doeld herstel moet voorbereiden is haar een ergernis niet alleen maar doet haar den schrik om het hart slaan. Het Dit is nog niet alles, zeide Boquet, men kan liet spel afwisselen, met het andere eind te gebruiken dat uitgehold is, om den bol op te ontvangen. Hoe heet dit spel? Ik weet het nog niet. Parbleugij moet liet den bilboquet noem eu. Zooals gij wilt. Verkoop mij die voorwerpen. Kapitein laat mij toe ze u aan te Weden. Jadoch luistert goed naar mij. Gij moet eene menigte van deze speeltuigen ver vaardigen, zooveel als gij maar kunt. Boquet krabde zich achter het oor. Ja, maar Gij hebt misschien geen geld Hier is geld, zeide kapitein La Monthe. En hy legde zijne beurs op de trommel. Gij zijt te goedkapitein, ik mag het niet aannemen. Neem het aan, en doe wat ik u ge zegd heb. III. Een staatsgeheim. Den volgenden ochtend wachtten de hove lingen langen tijd om toegelaten te worden totB de morgenontvangst van Zijne Majesteit Hendrik III, koning van Frankrijk en Polen. Met gesloten deuren, gaf de koning zich over aan eene speeldefening die aan zijnen gunsteling Quelus zeer weinig belang scheen in te boezemen, doch waarin zijn nar Chicot veel vermaak schepte. De koning speelde met den bilboquet. De kennis van een spel verkrijgt men slechts, door veelvuldige oefening, en de eerste oefe ning van den vorst was waarlijk weinig aan moedigend. Om de eene of andere reden, volgde de bal zijnen zwier niet en botste op de koninklijke vingers, die voor hunne onbe hendigheid gestraft werden. Bij elke mislukking, bij elke botsing, zeide Chicot Pak aan, mijn zoon. Ik heb het gisteren gedaan, ik zal het vandaag ook doen, antwoordde de koning. En hij ging in zijn spel met een verwon derlijk geduld voort. Soms was de slag heel slecht, soms wat beterhet scheelde eenmaal niet veel of de bal zat vast op de punt. Doch hij kon hem er niet op krijgen. De jonge ko ning begon ongeduldig te worden en stampte met de voeten. Gij speelt een zeer wijsgeerig spel, zeide Chicot. Hoe meent gij dit? Dit leert u dat de koninklijke macht hare palen heeft. Uwe macht gaat nog zoo ver niet dat zij eenen bal op zijne plaats kan brengen. Hendrik haalde de schouders op en begon het spel opnieuw. De weerstand dien hij ontmoette, prikkelde zijnen wil om te overwinnen. Hij kon het maar niet aannemen dat een houten bal, dien hij niet goed bestuurde, zich tegen hem kon verzetten. Zou hij door twee stukken hout overwonnen worden Neen, zeker niet. Met vorstelijke halsstarrigheid hernam hij zijne taak, verdubbelde hij zijne pogingen, dan werd hij weer kalmer en trachtte door eene zekere beweging den bal te kunnen vatten. Eindelijk gelukte het hem den bal op de punt te krijgen. Gij ziet het! zeide de koning zegevierend. -Een toeval, zeide Chicot. Ik zal u het tegenovergestelde bewijzen. Wacht er maar niet te lang op. De koning had het eindelijk gevonden. Drie, viermaal gelukte hij er in den bal op te vangen. Hjj was ten uiterste verheugd. Hoe ge ring ook de uitslag is, het welslagen is iets „leve de Paus-Koning" waarmede liet Congres besloten werd, lieeft haar ook al zoo pijnlijk aangedaan, wat niet te verwonderen is, daar verleden jaar de Fransche pelgrims te Home om het een voudige Vive le Papc" half dood waren geslagen. En waren de hesluiten van het Congres nu maar niet als 't ware bekrachtigd door de ontvangst der pre laten ten Hove maar dat de Koningin- Regentes den Pauselijken nuntius en de twee-en-twintig bisschoppen, die aan het Congres deelnamen, aan een diner noo- digde, waarbij de minister van buiten- landsche zaken, hertog van Tetuan, mede aanzat, zie dat is niet meer om uit te houden. De Italianisnmi willen dan ook, dat de Regeering een diplo matieke nota naar Madrid zal zenden om opheldering te vragen en te protes teeren, terwijl sommigen hunner be weren, dat de Spaansche regeering reeds ïare verontschuldigingen bij het Quiri naal heeft doen aanbieden door te ver klaren,dat zij niet officieel op het Congres vertegenwoordigd was en de Koningin- Regentes, door de ziekte van den kleinen Koning te Sevilla opgehouden, niet anders kon doen dan de prelaten ont vangen. Maar dit bericht klinkt vrij verdacht. Veeleer mag men aannemen, dat de Regentes zich niet door Italië de wet zal laten voorschrijven of zij al of niet Spaansche bisschoppen aan hare tafel mag noodigen. En dit te meer, omdat Spanje de overweldiging van Rome nooit erkend heeft, en dus den Opperpriester te Rome nog steeds als Ya^s-Koniny blijft erkennen. Bij het openen der Sobranje heeft vol gens bericht uit Sofia de Vorst verklaard, dat het land in een regelmatigen staat van ontwikkeling verkeert en tevens met nadruk gewaagd van de bewijzen van vriendschappelijke gezindheid, welke hij op zijn reis in het buitenland heeft ondervonden. Ik hoop, vervolgde de prins, dat het dappere Bulgaarsche volle als overwinnaar zal te voorschijn komen waarvoor een uienscli niet ongevoelig is. En gij heet dit spel Den bilboquet, naar den naam van den uitvinder, die Boquet heet. Ik heb er vandaag genoeg van. Ik zal morgen vroeg beginnen. En nu, Quelus, Chicot, daarover aan niemand «en woord ge sproken. Een staatsgeheim vroeg Chicot. Ja. Het is van weinig belang. Misschien zal hst gezwegen worden, zside de nar. IV. Hoe men oood met hoopen vindt. De beurs van den kapitein was ruimschoots voorzien van klinkend geld. Boquet aarzelde niet om dat onvoorziene hulpmiddel te ge bruiken en den raad te volgen dien zijn vriend uit Polen hem gegeven had. Hij kocht eene groote hoeveelheid palmhout, nam knechts in dienst, stelde draaibanken op, en begon met bewouderenswaardigen ijver ballen en hand vatten te draaien. Binnen enkele weken wa ren in zijnen winkel zooveel balvangers of bilboquetten, totdat hij eindelijk geen plaats meer had om ze te bergen. Wordt vervolgd

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1892 | | pagina 1