Binnenland Ingezonden. Schiedam, 5 November 1892. Aan het commissariaat van politie zijn als op straat gevonden aangebracht of aangegeven een beursje met f 0.22, eon kinderxak met griffels, een kinder zak met een R.-K. kerkboekje enz., een zwarte bonten muts, een portemonnaie met f0.40, een dameszomermanteltje, een kip met koekoeksveeren en een sleuteltje. De heer Gr. J. Bertels alhier is door liet bestuur der afdeeling Schiedam van den Ned. lï. K. J olhsbond benoemd tot lid van verdienste, als erkenning dor goede diensten door hem aan de bonds- afdeeling bewezen. Ook de kegel club „Anti-Poedel" al- bier, zal deelnemen aan den internatio nalen kegel wedstrijd uitgeschreven dooi de kegelclub „Haarlem" te Haarlem, welke morgen aldaar zal gehouden wor- deu. In ons nummer van Vrijdag meldden wij abusief, dat het mond- en klauw zeer ook in deze gemeente was uitge broken. Het gedeelte van de Vijfsluizen waai de hoeve van den bouwman M. Ham ligt, behoort niet tot Schiedam, maar tot de gemeente Vlaardinger-Ambacht, waar zich reeds meerdere gevallen van de besmettelijke veeziekte hebben voor gedaan. Namens H. M. de Koningin-Regentes zal een grafbouquet van bijzondere grootte, geheel van palmtakken samen gesteld, op het graf van de Koningin- Weduwe van Wurtemberg worden ne- dergelegd. Naar aanloiding van het bericht, dat do vorstelijke familie den 3 December van het paleis Het Loo te 's-Hage zal tcrugkeeren, meldt liet J). v. Z.-1Idat daaromtrent in de eerste weken nog niets zal worden bepaald. De Pr. Gron. Ct. verneemt, dat de Commissaris der Koningin in G-roningen, jhr. mr. J. M. A. van Panhuijs, be noemd is tot Commissaris der Koningin in Overijsel, ter verhanging van den heer Geertsema. Blijkens telegrapliische mededeeling van den consul-generaal te Lissabon, heeft de Portugeesclie rogeering de Nederlandsche havens, sedert 1 dezer a rij verklaard van cholera. De heer dr. J. Zaaijer Azn. in de plaats van dr. Lamping, die om ge zondheidsredenen ontslag heeft genomen tot hoofdredacteur der N. li. Ct. be noemd, zal als Kamerlid aftreden, zoodat eerlang in het district Leeuwarden eeno verkiezing zal moeten plaats hebben. Door den raad der gemeente Naald wijk is besloten behoudens nadere goed keuring van gedeputeerde Staten, do tijdelijke veemarkt welke op Woensdag 9 November voor het laatst zou gehou den worden, nog Gedurende de maanden November en December te laten voort duren. De berichten, die in verschillende bladen de ronde doen van lage vee- prijzen, bebben, naar men meldt, alleen betrekking op de mindere kwaliteiten; althans in vele jaren is in den lieifst de eerste kwaliteit vee niet zoo schaars en duur geweest als dit jaar. Nog voortdurend vertrekken afdce- lingen militairen naar plaatsen waai de besmettelijke veeziekte heerscht. Gisteren is weer een detachement infan terie uit Leiden naar Koudekerk a/d Rijn vertrokken, om te waken tegen uitbreiding van mond- en klauwzeer, dat zich daar bij een landbouwer onder het vee heeft voorgedaan. Meeschrijft uit Rotterdam aan den Tijd Ken der drukste marktdagen van het geheelo jaar is nog altijd de eerste marktdag in de maand November. Eer tijds droeg die dag den naam van „Os jesdag". Op dien dag kwamen alle boe renknechts en meiden uit den omtrok naar de stad, met het doel zich opnieuw te verhurentevens werd die dag ge bruikt om bij winkeliers en markt kramers inkoopen te doen. Vroeger werd de „Osjesdag" echter veel meer bezocht dan tegenwoordig. Bij gansche troepen zag men dan de bouwknechts en meiden, dikwijls zin gend en joelend, langs de straten dwa len. Ofschoon zij thans nog wel, maar in steeds kleiner wordend getal, hier heen komen, is er van buitengewone drukte weinig sprake, vooral niet als het weer ongunstig is. De herbergen varen er steeds het beste bij. De oorsprong en de naam van den „Os jesdag" liggen in het duister. Vrij algemeen houdt men hot ervoor, dat op dien dag het vee, waarvoor gedu rende den winter geen plaats op de stal len is, van de hand werd gedaan, en omdat de aanvoer dan grootendeels uit ossen bestond, wil men daarin het ont staan van den naam „Osjesdag" zoeken. Reeds gedurende een zestal weken volgden de agent-majoor van politie P. 1. B. Huijts en de agent 3e klasse W. P. Stolk, alsjkolensjouwers verkleed en met zwart gemaakt gelaat, onver moeid het spoor van twee ongunstig be kend staande boeven, jdoor hen verdacht van zich aan verschillende groote dief stallen, die in den laatsten tijd te Rot terdam plaats vonden, te hebben schul dig gemaakt. Ook gister-avond volgden zij deze lieden en zagen zij, gezeten op eene schuit die aan de Coolvest lag, hen omstreeks 7 uren verdwijnen in de woning van de weduwe Van den Toorn, aan den Coolsingcl No. 57, hoek van de Van Oldenbarneveltstraat. Deze weduwe, die de bovenverdieping be woont, waarin zich de ingang aan de zijd e van de Van Oldenbarneveltstraat bevindt, had zich naar de Roomsch-ka- tholieke kerk op de Hoogstraat bege ven, hetgeen door de inbrekers was op gemerkt, die bepaald geweten moeten hebben, dat de weduwe gewoon is dit iederen avond te doen. Na met een valsc.hen sleutel de straat deur geopend te hebben, hebben zij zich naar boven begeven, verschillende kasten en laden opengemaakt of openge broken, en ontvreemd een bedrag van ruim f 1000 aan bankpapier en specie. Vermeenende hun werk behoorlijk te hebben verricht, waartoe zij zich onge veer 20 minuten in de woning hebben opgehouden, begaven zij zich naar be neden om te vertrekken, doch werden toen door genoemde agenten, die inmid dels hunne schuilplaats verlaten en zich voor de woning van de weduwe Van den Toorn geposteerd hadden, gegrepen, geboeid en naar het politie-buveau in de Wittejde Withstraat overgebracht, waar al het ontvreemde in hun bezit is ge vonden. Beide aangehoudenen, de een reeds bejaard en de andere een man in de kracht van zijn leven, maakten reeds herhaalde malen met de politie en jus titie kennis. Zij zijn voorloopig achter slot en grendel gezet en zullen aan de justitie worden overgeleverd. (A. li. Ct.) Donderdag-avond genoot de af'd. Leiden der Maatschappij tot bevordering der Toonkunst het voorrecht het koor a Capolla, directeur de heer D. Do Lange, in de tot in alle hoeken bezette Stads- zaal voor haar leden te zien optreden. Schitterend is ook hier het behaalde succes geweest. Als blijk van waardee ring ontving de heer D. De Lange twee piachtige kransen, een van het bestuur der afd. aangeboden door den heer prof. De Gocje met eenige woorden van dankbaren lof voor het ophouden van den roem van oud-Nederlandsche meesterwerken ook in 't buitenland en een van de Zangvereeniging der afd., waarvan de heer De Lange directeur is. Uitsluitingen van het kiesrecht In eene eergisteravond gehouden ver gadering van de Amsterdamsche afdee ling der „Vereeniging tot Afschaffing van Sterkendrank" werd de vraag be sproken of het wenscholijk zou zijn, dat de Yereeniging met het oog op het nieuwe kies wetsontwerp zich ook tot de Re geering zou wenden met verzoek om branders, tappers en habitueele dronk aards van het kiesrecht buiten te sluiten en 2o. om op verkiezingsdagen de drankhuizen te doen sluiten. Vrij algemeen was men van gevoelen, dat het niet aanging tappers en branders het kiesrecht te ontzeggen, omdat de Regeering drank verkoop niet als misdrijf beschouwt, en de schatkist er jaarlijks millioeuen bij profiteert, maar ook omdat deze categorie van kiezers alle zonder onderscheid, alle kenteekenen bezitten van maatschappelijken welstand. De dronkaards behoorden wel als gevaarlijk voor do gemeenschap buiten gesloten te worden, maar het was zoo moeielijk dronkenschap te constateeren. De vergadering besloot het hoofdbestuur uittenoodigen zicli tot de regeering te wenden met verzoek op verkiezingsdagen het tappen van sterken drank te ver bieden. De cholera blijft in verschillende plaatsen van ons land nog sporadisch heferschen. Te Scheveningen, Katwijk en Koudekerk aan den Rijn, IJselstein, Nederhorst-den-Berg, Breda en Sneek hebben zich in de laatste dagen nog gevallen, meest met doodelijken afloop, voorgedaan. Donderdag is te Nederhorst-den-Berg een nieuw geval van Aziatische cholera voorgekomen en wel by de moeder van den aangetasten jongeling. Beiden zijn nog in leven, doch hun toestand is bij na hopeloos. Bij het 4-jarig meisje beginnen zich eenige verschijnselen van beterschap te vertoonen. Men schrijft ons van Oud-Beierland Niettegenstaande de kermis, die samen viel met de eerste najaars-veemarkt, al sedert vier jaar is afgeschaft, blijft het volk steeds voortgaan dien dag te vie ren en hebben er tooneelen plaats, die tijdens de kermis nooit voorkwamen. Gisteren waren reeds vroeg in den mid dag de straten gevuld met zingende en hossende paren baldadigheden had den er niet plaats. Dit duurde tot half twee in den nacht. Toen op dat uur eene groote volksmenigte op den dijk bij het politie-bureau verzameld was, kwam op een gegeven oogenblik de politie met de blanke sabel naar buiten en begon er geducht op in te hakken, waardoor een groot aantal personen werden gewond. Daarna verspreidde zich de menigte en was de rust spoedig teruggekeerd. (Y. li. Ct.) Donderdag-ochtend is de gemeente Iluisen bezocht door den inspecteur van den geneeskundigen dienst, op wiens last het besmete water in de wetering door middel van petroleum onbruikbaar is gemaakt. Intusschen blijft de cholera in de besmette woning voortwoeden. Gister ochtend is weder aangifte gedaan van cholera asialica bij de ruim zestigjarige moeder der Zondag overleden vrouw. Dit is nu het vijfde geval in hetzelfde huis. De werkstaking bij de firma Carp te Helmond is geëindigd met het ontslag der werkstakers. De fabriek wordt nu gaande gehouden met de zes of acht werklieden, die niet aan de staking hadden deelgenomen. Alhoewel er gisteren-avond in den omtrek van de fabriek wel eenig volk op de been was, was er van rustver storing toch geen sprake. Als voorzorgs maatregel wordt de fabriek des nachts door de maréchaussee bewaakt. Dr. S. Soer, te Tilburg heeft te Gin- neken bij Breda het buiten Mariëndal aangekocht en zal aldaar een badin richting volgens do methode van pas toor Kueipp openen. Mijnheer de Redacteur Met veel genoegen las ik verleden Zondag in de „Praatjes over dit en dat" de bemerkin gen, naar aanleiding van de voorgestelde ver hooging der onderwijzers-traetementen ge schreven. Het heeft er werkelijk veel van, dat hier met het geld der belastingbetalers wat al te luchthartig wordt omgesprongen ik voor mij zie althans volstrekt niet in, waartoe hetnoo- dig is, om, onder de tegenwoordige omstan digheden vooral, voor liet onderwjjs weer eene kolossaal grootere uitgaaf te doen, welke dan voortaan elk jaar weer zal terugkeeren. De heeren moesten toch eens ernstig nadenken, en overwegen dat voor het meerendeel onzer in gezetenen tegenwoordig elke gulden er een is. Ik wil daarmee zeggen, dat het hun groote moeite kost om al die verschillende belastin gen op te brengen, en dat het hun daarom niet onverschillig is, hoe die penningen besteed worden. In den toestand nu waarin onze gemeente- financiën thans verkeeren, is eene grootere uit gaaf als nu gevraagd wordt, ten eenemale ongepast, vooral omdat het zeker is, dat die uitgaaf ons niets zal opleveren. Het is dus zoo goed als weggeworpen geld, en ik kan nog niet begrijpen hoe mannen, die toch minstens beloofd hebben dat zij een goed en doelmatig beheer onzer financiën zullen betrachten, maar zoo gemakkelijk over een dergelijke manier om ons geld te besteden, zonden heenstappen. In het stuk dat sedert een paar dagen in deze courant verschijnt, en dat als eene aan prijzing van de nieuwe inkomstenbelasting kan gelden, wordt gezegd dat het „grootste ge deelte van hét opgebrachte geld hier goed wordt besteed." Maar ik zou gerust durven beweren, dat de nu voorgestelde uitgaaf be hooren zal tot dat kleinere gedeelte, dat vol gens den schrijver van die toelichting dan niet goed wordt aangewend. In elk geval is het plichtmatig om in deze zaak met groote behoedzaamheid te handelen, en liever het oog te vestigen op andere meer nuttige en noodige zaken, waarvoor ons geld beter besteed zal zijn. Van de prudentie en de eerlijke betrachting hunner verplichtingen tegenover de burgerij, durf ik dan ook van de Raadsleden verwachten, dat de bedoelde ver hooging ten minste dit jaar nog niet zal wor den toegestaan. Dankend voor da plaatsing, Een belastingbetalende. Schiedam, 5 Nov. '92. Mijnheer de Redacteur Gelezen hebbende het ingezonden stuk over de inkomsten-belasting, ben ik niet ongenegen als Schiedamsch burger mijne penningen, hoe gering ook, m de gemeente-kas te storten. Echter acht ik het zeer te betreuren dat de Katholieken (de heeren adviseurs daar buiten gesloten) niet in aanmerking komen om daar aan iets te verdienen, daar het mij gebleken is dat éen persoon belast is met het rondbren gen der biljetten, en dat wel een niet-Katho liek. Men had dit toch wel zóó kunnen inrich ten, dat b.v. 2 personen dit werk verrichtten, een Katholiek en een niet-Katholiek het gaat toch niet om de Katholieken overal buiten te sluiten, ten minste als er iets te verdienen is. Met betalen komen wij nog al in aanmerking. Dankzeggend voor de verleende plaatsruimte, Hoogachtend, Een bestendig lezer. Kerknieuws. Overbrenging van de Relikwieën der H. Liduina te Brussel. Onlangs had te Brussel een plechtig heid. plaats, welke door de Katholieken van Schiedam met belangstelling zal worden vernomen. De kostbare overblijfselen der H. Liduina werden gelij k bekend is, in het jaar 1615 op last van Albert en Isabella, prins en prinses der Zuid-Nederlanden, van Schiedam overgebracht naar Brussel, en door dit vorstelijk echtpaar ter be. waring toevertrouwd aan de Zusters Carmelitessen, voor welke het een kloos ter in genoemde stad had gesticht. Ruim 250 jaren later, in 1871, werd een aan zienlijk gedeelte dier relikwieën afge staan aan de O. L. Y. Visitatiekerk alhier; het andere gedeelte bleef eigen dom van voormeld klooster zoo werd, na het door Paus Pius IX bevolen on derzoek, door den Kardinaal-Aartsbis schop van Mechelen en den Bisschop van Haarlem en limine wederzijdsche last hebbers beschikt. Het klooster der Carmelittessc i te Brussel lag ia de liae Quatre Brat. Vooreenigen tijd werd dit voorgeme te (Kuiten VïïantwGordeljjkhcMl van de Redactiu). il

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1892 | | pagina 2