BURGERLIJKE STAND, falen. |E°8f GEMENGD NIEUWS Cargalijsten Zeetijdingen. Handelsberichten. Berliin. i Parijs, De heer Den Breems verklaarde te kunnen begrjjpen, dat er onder de omstandigheden, die wij in onze gemeente beleven, bezwaren tegen de hoogere uitgaven worden ingebracht, maar er is eene zuinigheid die de wijsheid bedriegt eene zuinigheid, die de hoogere, ja de hoogste belangen zou kunnen schaden. En inderdaad, de hoogste belangen van het onderwijs stian bij dit ontwerp op 't spel. Reeds zijn er in den loop van dit jaar 10 onderwijzers ver trokken om elders eene meer winstgevende be trekking te zoeken. Dit getal zou zeker veel grooter zijn, waren niet vele onderwijzers door het aanhangige ontwerp teruggehouden. Nu staat het zeker vast, dat niets nadeeliger is voor het onderwijs dan die herhaalde muta- tiën. Een onpartijdig beoordeelaar had hem dan ook gezegdstemt de Raad dit ontwerp af, dan is het openhaar onderwijs naar de maanHet is waarhet lager onderwijs is duur, het kost veel geld, maar vergelijkt men ons budget van onderwijs met andere plaat sen, dan ziet men, dat hier alleen het hoog- noodige wordt uitgegeven. Spr. trachtte dit met eene vergelijkende opgave van verschil lende gemeenten te bewijzen. Maar waarom moeten juist de onderwijzers hoogere tractementen hebben zoo vraagt men. Spr. poogde die vraag te beantwoor den, door er op te wijzen, dat er slechts een gemeente-werkman is, die minder verdient dan een onderwijzer 3e klassede gemeente-met selaars, timmerlieden, enz. staan gelijk met de onderwijzers '2e kl. en de „plantsoenenbaas" heeft evenveel als de plaatsvervangende hoof den. Ook wijst men op de hooge kosten van een onderwijs, waarvan niet iedereen gebruik kan makenmen acht die gelden uitgegeven, weggegooid ten bate van hen alleen, die er gebruik vau maken willen, ten laste van allen, ook die er niet van believen gediend. Ook dat argument meende spr. te kunnen ontzenuwen. Zoo groot was de „bekrompenheid" in onze stad nog niet. De staat van bet onderwijs hier ter stede toont, dat van het openbaar on derwijs door alle gezindten wordt gebruik ge maakt en dat het door belijders van alle ge zindten wordt bediend; de gemeente maakt daaromtrent geen onderscheid, zij acht de be lijders der onderscheidene gezindten gelijkelijk in staat de jeugd op te leiden tot alle chris telijke en maatschappelijke deugden(Ja, zij bedient zich ook van de Joden om de Christe nen tot alle christelijke deugden op te leiden. Red. N. Sch. Ct.) Niet de Mangen der onderwij zers zoo zeide spr. maar de belangen van het onderwijs staan bij hem op den voor grond. Na al wat er reeds gezegd en geschre ven was, hoopte spr. dan ook, dat dit onder werp met groote meerderheid van stemmen zou worden aangenomen, teneinde het dienst baar te maken aan de belangen van het onderwijs. De heer Hoogendam merkte op, dat de rede van den heer Den Breems zeer schoon was geweest en veel waarheid bevatte maar zij zou nog meer kracht van bewijs hebben ge had als men zelf niet in strijd met de voorop gezette beginselen handelde immers als men den stand der openbare onderwijzers zoo wil verheffen, dan moet men ook zijne kinderen aan dien stand durven toevertrouwen. Hij voor zich-zelf wilde den onderwijzers gaarne wat meer geven, mits de ouders der schoolgaande kinderen bet betalen. De h»er den Breems repliceerde daarop niet zonder heftigheid, dat de vorige spreker in het persoonlijk feit zonder twijfel hem had bedoeld. Ja, hjj had om redenen van particulieren aard, waaromtrent niemand het recht heeft hem te ondervragen, zijne kinderen aanvankelijk niet aan het openhaar onderwijs toevertrouwd, maar zoodra die redenen waren opgeheven, had hij de zijueu van dat onderwijs doen ge nieten. Na het knaleffect door de slottirade van 's heeren Den Breems rede teweeggebracht, had de eindstemming plaats met het bekende resultaat. Bij de behandeling van het voorstelDe Groot betreffende bet politie-toezicht, op particuliere stratea en wegen merkte de Voorzitter op dat als criterium voor de benaming „openbare wegen" was gesteld, of die wegen voor algemeenen dienst zijn bestemd of zij voor ieder toegan kelijk zijn; niet die beide gegevens te zamen maar ieder afzonderlijk vormt een criterium, zoodat dus een weg ook al is zij niet voor algemeenen dienst bestemd, toch als „openbare weg" onder de toepassing der strafverordenin gen valt, als zij voor ieder toegankelijk is. Desondanks beslist niet de Raad, maar alleen de rechter wat openbare weg is. Ten aanzien van het tweede lid van 's heeren De Groot's voorstel merkte de Voorzitter op, dat de politiedienst door den Burgemeester wordt geregeld in overleg met den Com missaris, de Raad, zelfs het Dagelijksch Be stuur heeft daar niets in te zeggen. Droeg dus de Raad den Burgemeester, de door den heer De Groot gewenschte uitbreiding der po litie zorg te gelasten, dan zou dit besluit toch niet worden uitgevoerd, en met betrekking tot bet derde punt van het betrokken voorstel deelde do Vi orzitter mede, dat het riool aan den Si.igel was gereinigd en alle gewenschte verbeteringen aangebracht. Over dit onderwerp ontspon zich eene uit voerige levendige discussie. De heer De Groot, die eene definitieve uitspraak over het criterium «openbare weg" van het rechtsgeleerd medelid den heer Schuurman wilde uitlokken, kreeg van laatstbedoelde| ten antwoord, dat hij hier als raadslid geene beslissing zou geven, waar toe hij wellicht als kantonrechter zou geroepen Worden, maar dat hij de betrokken verorde ningen in overeenstemming achtte met de wet. Hn toen de heer De Groot, het derde punt van zijn voorstel intrekkende, de andere handhaafde, verzekerde de Voorzitter, dat hij volhardende hij hetgeen hij reeds verklaard had, geen af stand zou doen van zijn recht op de insinuatie van een raadslid. De heer De Groot meende daarentegen, dat zijn voorstel volkomen en règle, en volstrekt niet onbehoorlijk of ongepast was. Hij wilde alleen aan de comm. voor de strafverordenin gen overgebracht zien, hoe zij die verordeningen had te wijzigen. De Voorzitter verklaarde, ook na de opmer kingen door de heeren Hoogendam, Tak en Van Erpecum in verband met deze zaak ge maakt, dat hij niet kon hegrijpen, hoe men een voorstel, als dat van den heer De Groot, in de openbare raadsvergadering kon doen. Al stemden ook zijn beste vrienden in dezen raad er voor, en zijn grootste vijanden er tegen, dan nog zou hij overeenkomstig het votum van zijne vijanden moeten handelen, daar hij zich niets in strijd met zijn overtuiging kan laten opdringen. Hij had eeii eed gedaan en met dien eed en den plicht hem daardoor opgelegd had hij alleen te rekenenhet voorstelDe Groot noemde hij eene absurditeit. „Ook ik, mijnheer de voorzitter, heb een eed gedaan," repliceerde de heer De Groot op de hem eigenaardige wijze. Daarom meende hij er zicli tegen te moeten verzetten, dat, waar aan allen gelijke zorg was verzekerd, het eene deel van de politiezorg zoo ruim voorzien, het andere zoo stiefmoederlijk bedeeld wordt. In stemming gebracht, werd het eerste deel van het voorstelDe Groot met 12 tegen 8 stemmen afgewezen, het andere met 13 tegen 7 stemmen verworpen. Daarmede waren de voor deze vergadering aangewezen onderwer pen afgehandeld en liep deze belangrijke raads zitting ten einde, die zeker nog lang in leven dige herinnering zal blijven. ONDERZOEK omtrent de maatschappe lijke toestandtri der arbeidersom trent, de verhoudingen tusschen werk gevers en arbeiders in de verschil lende bedt ij ven enom.tr ent dentoestand van fabrieken en werkplaatsenmet het oog op de veiligheid en de ge zondheid der werkliedeningesteld door de Staatscommissiebenoemd krachtens de wet van 19 Januari 1890 (Staatsblad n°. 1). A. Neen. V. Door wien wordt gij aangenomen A. Door den meesterknecht. V. En zijt gij reeds lang werkzaam A. Anderhalf jaar. V. Over het algemeen is het porapersperso- neel niet zeer hokvast, niet waar? A. Ik blijf waar ik ben, doch over het alge meen hebt gij gelijk. V. De eigenlijke hand tusschen werkgever en werkman is dus maar zeer slap, niet waar A. Jade pompers hebben zwaar werk te verrichten en daarom trachten zij vaak elders in heter conditie te komen. V. Kuilt gij het pompen niet lang uithouden A. Dat wel, maar het is een zwaar werk' Ik doe 3500 slagen per dag. V. Hoe gaat het, als gij ziek zijt A. Dat weet ik niet. A. Zijt gij in een bus? A. Ja, maar wat dat kost weet ik niet, want dat betaalt mijn moeder. V. Wordt er veel jenever gedronken in de branderijen A. Bij ons drinkt de meesterknecht niet meer dan 1 borrslik neem er 4 of 5, maar die wil kan er 14, 15 krijgen, en de meesten nemen wat zij krijgen kunnen. Y. Is er dikwijls ziekte onder het branders volk A. Och, det staat met andere vakken gelijk. V. Hebt gij bij de firma Zoetmulder wel eens oude werklieden zien pensionneeren A. Neen. Vergadering van Donderdag 18 Augustus 1892. Tegenwoordig de heeren Kolkman, voorzit ter G. EmantsJ. G. Th. Heyligers, secreta ris der Staatscommissie (bij een gedeelte der verhooren)S. M. van Wjjck, lid der Eerste Afdeeling. Verhoor van Johannes Lodovicus Vesldjsbs, oud 24 jaar, brandersknecht bij de firma J. H. Zoetmulder, te Schiedam. De voorzitter: Als hoedanig zij gij daar werkzaam? A. Als pomper. V. Dit is dus nog een fabriek van (len ouden stempel. Tegenwoordig zijn er geen pompers meer in de nieuwere inrichtingen, niet waar A. Neen. V. Waarin bestaat uw werk? A. In water pompen en daarmede de vaten afkoelen. Ik loop heen en weer aan den slinger. V. Mat hoeveel menschen werkt gij daar A. Met drie meesterknecht, onderkneoht en pomper. V. Doet gij niets anders dan den geheelen dag heen en weer loopen? A. Wij komen om kwart voor vier. Het eerste werk is het beslaan. Wij storten de onderkitten in 4 hakken. In iederen hak gaan 25 kitten kokend water, en dan komen er nog 5 kitten koud water bij. Vervolgeus gaat de mout er in, eu dan is het beslaan gedaan. Dan gaan de vier oudste bakken, 's ochtens 2 en om half elf uur '2, in den ketel, en daarna gaan de onderknecht en ik boenen eu verder den distil leerketel volmaken. Voorts worden de helms op den ketel gezet en alles verder klaarge maakt. In dien tijd gaan wij eten. V. Hoe lang werkt gij A. Van 's morgens 3:' uur tot 's namiddags 4:'/t uur. Ik werk 12 A 13 uren. Wanneer het, zooals 's Zondags en 'sWoensdags, slap is, komen wij den volgenden dag een uur vroeger om den ketel heet te stoken. V. Hoe lang werkt gij 's Woensdags A. Ongeveer 6 uren. V. Hoe komt dit A. Woensdag is eenmaal de stilste dag. V. Hoeveel verdient gij A. f9 is bij ons het minste loon. V. Hebt gij niet een hooger loon dan ver schillende menschen in de nieuwerwetsehe branderijen A. Ja wel, maar in een Hollandsche bran derij moet harder gewerkt worden; in eene Fransche wordt veel met de machine gedaan. V. Wat verdienen de andere werklieden in uwe fabriek A. De onderknecht f 10 en de meesterknecht f 13. V. Moet gij ook 's Zondags werken A. Anderhalf uur. V. Daarin hebt gij het dus heter dan in eene Fransche branderij het geval is? A. Ja. V. Werkt gij wel dag en nacht door A. Nooit. V. Zijn er in uwe branderij nog meer dan de drie door u genoemde personen In den nacht van Zondag op Maan dag werd door middel van braak in de machinekamer der bierbrouwerij» „De Krans" te Utrecht uit een gesloten kast een linnen zakje, ruim f'40 aan zilvergeld inhoudende, ontvreemd. Een drietal kleinere zakjes liet men echter onaangeroerd, wellicht omdat zich daar in behalve eenig klein zilver geld, slechts centen bevonden. Naar den dader wordt ijverig dooi de politie gezocht, vooral omdat er ge grond vermoeden schijnt te bestaan, dat de diefstal door geen vreemde kan zijn gepleegd. De onlangs aangekondigde openbare vergadering van Duitsche handelaren en industrieelen ter behandeling der tentoonstelling-kwestie is thans te Ber lijn gehouden. Er is .besloten, onmiddel lijk de noodige stappen te doen om binnen de jaren 1895-1897 te Berlijn eene groote tentoonstelling te houden, waarop alle takken van handel, nijver heid, bedrijf en kunst vertegenwoordigd zullen zijn. Tevens is aan het bestuur opgedragen, inzonderheid ten spoedig ste een waarborgfonds daarvoor hijeen te brengen, en nu reeds dadelijk van dit een en ander kennis te geven aan het gemeentebestuur. De te Berlij naangekomen reiziger Erid- jof Nansen houdt Maandag te Berlijn eene lozing in het Koninklijk Aardrijkskun dig Genootschap over den in 1899 voor genomen Noordpooltocht, waarvan de Noorsche regeering twee derden dei- kosten betaalt. Nansen vertrekt in Juni naar Novazembla en verder naai de Karazee, tot den mond der Lena, om in den omtrek der Nieuw-Siberische eilanden te overwinteren. Hij neemt voor vijf jaren leeftocht mee en hoopt binnen dien tijd de Noordpool te berei ken, door zijn vaartuig met het drijfijs vrijelijk te laten ronddrijven. Deskun digen alhier betwijfelen de uitvoerbaar heid van deze londdrijfmethodemaar het Aardrijkskundig Genootschap sub sidieert mede dan poolotcht. De Duitseh-Oosteni'ijksehe „afstands- rit", die hot van alle kanten zeer ont gelden moet, is dezer dagen ook met vrucht als argument gebruikt in een proces. Een hoer uit hot gebergte Kai- serstuhl in Baden, die nogal kras ge bruik gemaakt had van do zweep, 0111 zijn onwillige paarden vooruit te krij gen, werd wegens dierenmishandeling door de politie tot een geldboete ver oordeeld. Hij liet echter de zaak voor de rechtbank komen en verdedigde zich zelf. „Als ik, bij de uitoefening van mijn beroep, in een vlaag van er gernis mijn paarden wat bard sla" zeide hij, dan is dat strafbare dierenmishande ling. Maar als de heeren van Berlijn naar Weenen rijdenenzoo veel paarden be derven of dood maken, dan is dat geen dierenmishandeling. Die wordt alleen gestraft in ons, de arme lui." Gedaalde grootheden Onder de huurkoetsiers te Berlijn telt men 7 oud-officieren, drie oud-dominccs en zes adellijken. Te Londen vindt men onder de „Cab men" een markies, oen lord, een baron en een oud-lid van liet Parlement. GEBOREN: 14 Nov.EngelinaMaria Liduina, dochter van H. Rammers en E. M. Hillen, Korte Achterweg. 15. Joukje Akke Cornelia, dochter van J. Lechner en A. van der Sluis, Tuin - laan. OVERLEDEN: 14 Nov. Hermanus Bartholomeus Theodoras Verstegen, oud 7 maanden, Nieuwe Buurt. GEHUWDG. Bontenbal en M. J. Wessemdorf. N. Rijnbende en J. P. de Bruin. R. de Groot en N. van Kempen. H. van Schendelen en M. J. Löke. Zeilschip Mariakapt. S. C. Hansen, van Pernau, m t 2940 H.L. Gerst. St. Beresjirdkapt. A. E. Laganger, van Dedeagatet met 2.432.440 kilog. Rogge. St. Bllidakapt. H. Adamsen, van Windau met 674,700 Gerst. St. Dartmore, kapt. K. M. G. Duncanson, van Ibrail met 2.000.000 kilog. Gerst. Van Bilbao, per s.s. Friedrich Krupp kapt. L. Gelirke, met 1.574.215 kilo's Ijzererts en 3 fusten, 500 L. wijn. Schiedam, 16 November vertrokken, s. s. Stijn. kapt. F. Eallenkampf, naar Bilbao. Bilbao, 16 November aangekomen, s. s. Hochfeldkapt. H. Dusing, van Schiedam. Schiedam, 16 November aangekomen, s. s Friedr. Krupp, kapt. L. Gehrke, van Bilbao, geladen met ijzererts, voor Kruppsche Spedition. Malta, 15 November gepasseerd, s, s. Braigmorekapt. A. Parry, van Sulina, naar Schiedam en Rotterdam. BEURS TE SCHIEDAM, 16 Nov. 1892. Moutwijn, f 8.50. Verhandeld: f73/,1 a 7/s. Stemmingonveranderd Jenever f14. Aust. proef f 15.25. Spoeling. T'ereeuigi/ig f 1.40. Rogge, Nov. Nov. Dec. 137.50 I„ April/Mei Spiritus per Nov. 15 Nov. 16 Nov. Apr./Mei j Meell2Merk.l.md. I 12 Dec. Rogge, loop. md. Dec. Spirit. Nov. Dec./Jan. 138.— 31.30 32.70 17.75 15.10 48.30 48.75 13.90 14.10 22.25 22.50 136.— 136.75 31.30 32.70 17.75 14.90 47.90 48.40 13.90 14.10 21.125 22.125 14 Nov. 15 Nov. 0.513 s 0.50- 19 New-York. Maïs Amsterdam. 15 Nov. Rogge op lev. onver.; per Maart f 126. 16 Nov. Rogge op levering prijs houdend per Maart T 125, 126. Keulen llijnlioogte ('s morg. 11 uur) 15 Nov. 2.16 M. 16 Nov. 2.20 M. Wisselkoersen te Rotterdam. Per telegraaf. Londen kort f 12.06V2 Disconto 3 pCt. Parijs -48.— 21/2 Antwerp. -47.90 2Vj

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1892 | | pagina 3