Binnenland
TWEEDE KAMER.
Sedert de aanneming der militaire
wetten in Zweden herleeft in Noorwegen
de beweging der Separatisten die Noor
wegen afgescheiden van Zweden en als
onafhankelijke Staat hersteld willen
zien, en thans beweren, dat de nieuwe
wetten eigenlijk slechts werden inge
diend om een inval in Noorwegen voor
te bereiden. Zij wijzen daarbij op het
votum van den Zweedschen Rigs dag,
waarbij eene motie der radicalen om
het overschrijden der Zwecdsebe grens
door het leger afhankelijk te maken
van de toestemming des Parlements-
verworpen werd. liet Dagblad van Ohris-
tiania, een officieus orgaan van het kabi
net-Steen, dringt daarom op reorgani
satie van het Noordsche leger aan, opdat
het in staat zij zich eventueel tegen
een Zweedschen inval te verdedigen.
Eenige overdrijving in deze agitatie
valt niet te ontkennen, daarom heeft
reeds een gedeelte van de ministerieele
partij, namelijk de gematigde liberalen,
zich afgescheiden en bij manifest ge
protesteerd tegen de revolutionaire en
anti-monarchistische strevingen van het
kabinet-Steen. Zij wenschen de gelijk
stelling van de twee rijksdeelen dei-
Scandinavische monarchie gehandhaafd
te zien en achten de oprichting van een
afzonderlijk Noorsch departement van
buitenlandsche zaken met eigen consuls
in den vreemde onnoodig, niettegen
staande dit juist een voornaam punt
van het verkiezingsprogram heeft uit
gemaakt. De positie van het kabinet-
Steen is door deze afscheiding der ge
matigden ernstig bedreigd.
Bij de algemeene beschouwingen over
de begrooting in de Kamer te Budapest
verzette de minister van financiën zich
tegen vermeerdering van de militaire
uitgaven doch niet tegen uitgaven tot
nuttige doeleinden. De toestand dei-
openbare schuld, zeide hij, is gunstig.
In de laatste vijf jaren is 3.700.000 fl.
geamortiseerd.
Naar uit Bucharest wordt bericht, heeft
de Koning gisteren het adres der Kamer
in ontvangst nemende, voor hare be
tuiging van verknochtheid dank gezegd.
Al zijn streven, zeide hij, is het Rumenië
voor het tegenwoordige rust en voor de
toekomst veiligheid te verschaffen.
Volgens een bericht uit Constantinopel
aan de Times vinden de plannen eener
opium-regie bij de regeering aanhangig
krachtige bestrijding bij de bevolking
der opium-streken. Talrijke protesten zijn
ingekomen.
Schiedam, 14 December 1892.
Zitting van Dinsdag 13 December.
De heeren Van Vlijmen en v. d. Kun hebben
hunne geloofsbrieven ingezonden, die commis
soriaal werden gemaakt.
Voortgezet werd de behandeling van de
Begrooting van Justitie, en wel bij
art. 22 met het amend, van den heer Gr. v. Dedem,
om den post te verminderen met f2286, met
de bedoeling, om de voorgenomen aanstelling
van inspecteurs te doen vervallen.
De Min. v. Justitie verdedigde in 't
breede de voorgenomen organisatie in 't belang
van den dienst en van het prestige der chefs.
De heer Harte achtte verbetering van de
tractementen der rijksveldwachters noodig, maar
was nog niet overtuigd van de noodzakelijkheid
van de voorgenomen organisatie van de inspectie.
Ook de heer G. van Dedem bleef het be
ginsel van zijn amend, handhaven.
De heer Lncasse verdedigde de orga
nisatie.
De heer Levy verklaarde dat de meerder
heid der commissie tegen het amend, is, omdat
zij de gronden voor de organisatie zwaarwich
tig acht.
Het amend, werd verworpen met 38 tegen
31 stemmen.
Op eene vraag van den heer K e r d ij k
verklaarde de Minister zich bereid het onder
wijzend personeel in de opvoedingsgestichten
uit te breiden, en op een vraag van den heer
Hartogh dat het euvel der acoustiek in de
gevangenis te Nieuwer-Amstel niet afdoende
is te verbeteren.
De Begrooting van Justitie werd goedgekeurd.
Bij het algemeen debat over de Begrooting
van Binnenlandscke Zaken verklaarde de Mi
nister, op eene vraag van den heer H i n t z e n,
dat overwogen zal worden eene partieele wijzi
ging van de Gemeentewet, met betrekking tot
de geheimhouding van de lijsten der hoogst
aangeslagenen, in verband met die van de
kohieren der Vermogensbelasting; en op vragen
van den heer Hartogh, dat wijziging van
de Gemeentewet in verband met de kosten voor
Rijkszaken die op de gemeenten drukken, moet
wachten op de herziening der kieswet en dat
de kwestie der vereeniging van Meuwer-Amstel
met Amsterdam nog aanhangig is.
Voorts heeft er nog eene gedachtenwisseling
plaats gehad tusschen den heer K e r d ij k en
den Minister over de beperking van het
recht van vereeniging en vergadering, door
de Burgemeesters van Den Haag (ten opzichte
der kiesrechtmeeting van 18 September) en
van Tietjerksteradeel (niet vergunning tot het
houden van bijeenkomsten op Zaterdag- en
Zondag-avonden.)
De Minister handhaafde het bekend stand
punt van de Regeering in de Haagsche kwestie,
waarbij van wetsschending of rechtskrenking
geen sprake was en verklaarde overigens, dat
zij, met eerbiediging van de volksrechten, zich
evenwel zal onthouden van onnnodige bemoeiing
in de bevoegheden van lagere besturen.
Het algemeen debat is gesloten.
Avondzitting van Dinsdag 13 December.
Bij het voortgezet debat over hoofdstuk
Biunenl. Zaken, is bij art. 39 f 9635 uitgetrok
ken, voor vergoeding van huishuur voor den
nieuwen commissaris der Koningin in Gronin
gen, waardoor de verbouwing onnoodig wordt.
Uitvoerig werd beraadslaagd over den post
„onderstand aan hulpbehoevende gemeenten."
De heer Houwing keurde deze wijze van
hulpverschaffing af, en meende dat het veel
beter was de gemeenten in staat te stellen
zich zeiven te helpen.
De heer Yan Alphen protesteerde tegen
den post, op grond dat een leidend beginsel
bij het verleenen der subsidiën ontbreekt.
De Min. van Binnenl. Zaken verze
kerde, dat de gelden worden toegestaan na
voorlichting van Ged. Staten, en dat sedert
de hulpverleening in deu toestand van vele
gemeenten verbetering is gekomen. Hij ver
zekerde dat de hulp wordt verleend overeen
komstig de vroeger gedane toezeggingen, en
herhaalde de wenken van meerdere decentra-
liseerende hulp aan de gemeenten te zullen
behartigen.
Bfi de afd. medische politie, drong de heer
Boreel van Ho gelanden aan op preven
tieve maatregelen door de gemeentebesturen
te nemen tegen de cholera, door toepassing van
het stelsel van isolement, zoowel door gemeen
ten als door de Regeering.
De heer Levy sloot zich geheel aan bij de
wenken door den heer Borgesius in zijne nota
gegeven en wenschte dat het centraal gezag
zich krachtiger zou doen gelden.
Nader werden door den heer Borgesius
zijne opinie en denkbeelden toegelicht.
De heer Hennequin wees op enkele
gebreken die aan het licht zijn gekomen bij
de genomen maatregelen tot bestrijding van
de cholera.
De heer Lieftinck wenschte een bepaalde
verklaring van dezen Minister omtrent de lijk
verbranding.
De heer v. d. Velde drong aan op nauw
gezette overweging der adressen betrekkelijk
het mond- en klauwzeer.
De Min. van Binnenl. Zaken verze
kerde, dat de Reg. dezen zomer gedaan heeft
wat ze vermocht om de gevaren af te wenden
en zij wenscht dit ook in het vervolg te blij
ven doen. Hij bracht hulde aan de toewijding
der geneeskundige ambtenaren en aan de inge
zetenen, leden der cholera-commissiën. De Min.
verwachtte meer van plaatselijke samenwer
king, dan van maatregelen van het centraal
gezag. Niet dan in bijzondere gevallen, wenscht
hjj verplichtingen op te leggen aan de burge
meesters. Opneming van de cholera-nostras
onder de besmettelijke ziekten achtte hjj ge
vaarlijk, wegens de toenemende zucht om bet
kwaad lichter voor te stellen dan het werke
lijk is. Intusschen blijft de Reg. de ziekte-wet
nader bestudeeren aan de hand der ervaring.
In Januari zal de Minister een gemeenschap
pelijk wetenschappelijke bespreking, tusschen
de leden van het Staatstoezicht uitlokken.
De Reg. zal voortgaan te trachten den land
bouw zooveel mogelijk te vrijwaren tegen de
nadeelen van de voorzorgsmaatregelen tegen
het mond- en klauwzeer.
De zaak der lijkverbranding is in onderzoek
bij het geneeskundig Staatstoezicht; de adviezen
moeten worden afgewacht.
Aan den heer Hennequin beloofde de
Min. een onderzoek omtrent de cholera-geval-
len in Staats-Vlaanderen en eventueel ver
scherping van controle.
Op eene vraag van de heer VanBylandt
heeft de Minister verklaard, dat de som van
f 500 voor opleiding van verplegers en ver
pleegsters in het Rijkskrankzinnigengesticht te
Medenblik moet strekkeu ter voorziening in
de behoefte aan bekwaam hulppersoneel in dat
gesticht zelf en niet om in te grijpen in het
particulier initiatief in deze, aan welks ijver
zoowel door den heer Yan Bylandt als dooi
den Minister hulde werd gebracht.
Wij herinneren onze lezers aan de
driemaand elijksche collecte van het
„college uit liefde tot den arme" welke
blijkens achterstaande advertentie mor
gen (Donderdag) altlier zal gehouden
worden.
Vooral in dit gure jaargetijde, nu er
zooveel nood te lenigen, in zoovele be
hoeften te voorzien valt, kunnen wij
deze collecte in de weldadigheid onzer
katholieke stadgenooten niet genoeg
aanbevelen. Hoe weinigen denken er
aan als zij bij gierenden sneeuwstorm
ot koude regenvlagen bij het flikkerend
Haard- of kachelvuur zijn gezeten, dat
er daar buiten zoovelen zijn die ter
nauwernood het noodige hebben om zich
te dekken, veelal het onontbeerlijke
missen om zich te verwarmen. De
fraaie ijsbloemen op de ruiten van den
welgegoede, wat al kommer en ellende
verbergen zij niet in de woning van
den armeBedenken het toch allen
wel welk eene behoefte de winter mede
brengt In de burgergezinnen weet
men daar maar al te wel van te spre
ken, hoeveel te meer zal het dan zijn
in de woning van den arme, vooral in
dezen tijd nu het werk zoo scHaarsch is,
de loonen zoo laag zijn.
Katholiekeingezetenen van Schiedam,
toont u dan ook nu weder uw eere
naam van „Schiedamsche Katholieken"
waardig! Opent de milde hand, tot wel
doen steeds gereed en stort een ruime
aalmoes op de schaal van het collego
uit. Do aalmoes, den arme geschonken
zij zal u voorzeker nieuwen titel ver
werven op 's Hemels overvloedigen zegen
dien wij, voor ieder in 't bijzonder en
de stad onzer inwoning in 't algemeen,
zoozeer behoeven.
Naar wij vernemen, is de branders
knecht O. Stolk, die Zaterdag 11. hot
ongeluk had in den openstaanden boeren-
bak te vallen, aan de gevolgen van
zijne hevige brandworden heden-nacht
in het Ziekenhuis alhier overleden.
Nadat het mond- en klauwzeer in onze
stad geheel geweken was, is het eer
gisteren alhier opnieuw uitgebioken
onder het vee van den veehouder M. van
don Berg aan den Eotterdamsclien dijk
alhier.
De opbrengst der Rijksmiddelen was
van Januari tot en met November dezes
jaars f 109.034.782 tegen f 101.032.546
in dezelfde periode van het vorige jaar.
De vermeerdeeing lag voor de helft in
het successie-recht.
Do Minister van Buitenlandsche za
ken brengt ter kennis v.>n belangheb
benden, dat, blijkens telegraphische me-
dedeeling van Harer Majesteits minister
president te Lissabon, de lossing van
alle Nederlandsche artikelen wederom
in Portugal is toegelaten, met uitzonde
ring evenwel van vodden.
Gedeputeerde Staten van Zuid-Hol
land hebben de toelating van den heer
Schouten als raadslid te Dubbeldam
gehandhaafd.
Met het oog op de snelle verspreiding
van het mond- en klauwzeer hebben
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
den minister van binnenlandsche zaken
verzocht, het houden van veemarkten
in geheel Nederland tijdelijk te verbie
den. Onder vee zijn alleen te verstaan
herkauwende dieren. Het schijnt dat
markten als Rotterdam, Uti-echt en
ook Zwolle veel tot overbrenging dei-
besmetting bijdragen.
Uit Aken seint Reuterdat wegens
de uitbreiding van het mond- en klauw
zeer in Nederland, de invoer van rund
vee van die zijdr van heden af verbo
den is.
Door do politie te Delft is aangehouden
J. R., oud 26 jaar, wagenmakersknecht,
gedomicilieerd te 's-llertogeubosch, wiens
opsporing en aanhouding is verzocht in
het Algemeen 'Politieblad tot het onder
gaan van hechtenisstraf. Hij is naar het
huis van bewaring te 's-Graveuhage
overgebracht.
Mede hield do polilie aldaar aan C.
J., oud 35 jaar, schippersknecht, zonder
vaste woonplaats, wiens opsporing en
aanhouding is verzocht in hot Algemeen
Politieblad tot het ondergaan van 14
dagen gevangenisstraf, hem opgelegd
door de arrondissementsrechtbank te
Alkmaar wegens zaakbeschadiging. Hij
is ter beschikking van de justitie naai
den Haag overgebracht.
De veeziekte is te Naaldwijk gewe
ken. De toestand in het geheele West-
land is zeer gunstig de ziekte breidt
zich niet uit en bepaalt zich thans tot
Wateringen en Loosduinen.
De Westlandsche Stoomtram heeft, in
weerwil van de massa sneeuw, den dienst
tusschen Den Haag en de Westland
sche dorpen flink volgehouden. Dit is
vooral voor den spruitkoolhandel van
veel belang. Soms kon de rit alleen
worden volbracht met behulp van twee
locomotieven.
De vakvereenigingen van den „Neder-
landschen Katholieken Volksbond" ver
gaderden Zondag in „Frascati" om
eenige besprekingen te houden tot voor
bereiding van het vakcongres, dat eerst
daags te Rotterdam zal worden belegd.
In deze huishoudelijke vergadering
leidde de gedachtenwisseling in hoofd
zaak tot het besluit, het congres in de
maand Januari a. s., althans vóór Fe
bruari te doen plaats hebben, en niet
slechts werklieden en gezellen, maar
ook patroons tot bijwoning uit te noo-
digen.
Door den kantonrechter te Haarlem
is bij vonnis van den 9 December 1.1.
uitgemaakt, dat bij huur van dienst
boden, indien de dienstbode met 1 Januari
de overeengekomen Nieuwjaarsfooi in
ontvangst neemt, en daarna haar dienst
tegen 1 Mei opzegt en op dat tijdstip
haar dienst verlaat, zij aan den meester
het bedrag der ontvangen Nieuwjaarsfooi
moet teruggeven.
Hoe weinig vertrouwen men kan stel
len in de noodremmen op onze spoor
wegen, bleek mij, aldus schrijft iemand
aan De Zaanstreekdeze week. Ik ver
trok met de tram naar Amsterdam. Deze
stopte aan de Houthaven ter uitlating
van reizigers. Voor evenwel .allen wa
ren uitgestapt, zette hij zich reeds we
der in beweging en een der passagiers
was verplicht mede te gaan tot Amster
dam. Een ruk aan de noodrem en
de tram bleef stilstaan Pardon,
reed door alsof er niets gebeurd was.
Te Amsterdam aangekomen, werd de
couducteur opmerkzaam gemaakt, dat
er waarschijnlijk iets aan de noodrem
mankeerde. En na het verhaal van het
gebeurde, gaf hij doodleuk ten antwoord:
„Dat wil ik wel gelooven, mijnheer
Er is wel een lijn, maar geen rem."
Waartoe nu die lijn dient en waarom
de aanwijzingen „Ingeval van nood
trelcke men de lijn sterk naar beneden"
zijn aangebracht, is mij een raadsel.
Over de steenkolen uit de ombiliën-
veldeu bevat de Java-bode het volgende
bericht, waaromtrent nadere opheldering
zeker verwacht mag worden
„Men verzekert ons, dat de Ombiliën-
steenkolen bij nader onderzoek niet mee
vallen en voor het gebruik alleen ge
schikt zouden zijn bij vermenging met
Engelsche kolen. Als het waar is, zou
het overweging verdienen met de exploi
tatie niet te beginnen."
Uit Scheveningen wordt geschreven:
Thans is de geheele visschers vloot,
bestaande uit 218 bomschuiten en 36
loggers, binnen. Ongeveer 120 schuiten
staan aan het strand, 84 a 85 te Vlaar-
dingen, 10 te Maassluis en enkele te
Schiedam en Delft.
De Scheveningsclie bevolking is hier
door weer voor een tijd met een kleine
4000 hoofden, oud en jong, vermeerderd,
en velen althans, tot de schrobnet-
visscherij na Nieuwjaar aanvangt, wan
delen wederom dagelijks bij den weg,
hetzij in de hoofdstraten van het Dorp,
aan het strand en omgeving, in het Van
Stolkparlc en langs den ouden Scheve-
ningschen weg.
Door de vloot werden gemiddeld 4
reizen gedaan, ten minste bjj 7/g dei-
schuiten was dit het geval. Do meer
dere reizen overtroffen niet het getal
van zes.
Hoezeei het gemiddeld bedrag dei-
besommingen over dien reistijd nog niet
met juistheid is bepaald, zal men niet