Het Pausdom en liet moderne Heme.
4
Frankrijk, waar hij verscheidene weken vertoefde. Zoowel
koningin Victoria en haar gemaal, als Louis Philippe en
familie, ontvingen hem herhaaldelijk op zeer eervolle wijze.
Twee en dertig jaren lang bleef Mgr. Pecci op den bis
schopszetel van Perugia, van 1846 tot 1878. De aanneming
van deze benoeming was niet juist eene bevordering geweest
voor den in vollen opgang zijnden kerkelijken diplomaat, die
reeds den titel van aartsbisschop bezat en den kardinaalshoed
mocht verwachten. Maar hij had bemerkt, dat de Paus hem
voor Perugia wenschte, en daarom verklaarde hij zich dadelijk
bereid tot den terugkeer op zijn tot dan toe gevolgde loophaan
en tot het aanvaarden van de hoogere zielzorgwel een
bewijs voor de aan het wonderbare grenzende organisatie
onzer H. Kerk, en tegelijk van de persoonlijke belangloosheid
van Mgr. Pecci. Als bisschop van Perugia wijdde hij zich
stil maar onvermoeid aan zijn ambt, en vooral ook op het
gebied van de praktische naastenliefde werd zeer veel door
hem verricht. In de tweede helft van zijn episcopaat viel de
bezetting voor van den Kerkelijken Staat door Piemont.
Mgr. Pecci van Perugia was het, die in deze moeilijke tijden
aan de spits van het midden-italiaansche episcopaat de des
betreffende protesten, manifesten en de brieven aan Yictor
Emanuel persoonlijk opstelde en voorstond, en een bewijs
van zijn groot verstand en van zijn tact is het zeker, dat
hij in die zestien jaren maar eenmaal voor het gerecht
behoefde te verschijnen, om daarvan op glansrijke wijze
vrijgesproken weer terug te keeren. Pius IX werd Mgr
Pecci steeds meer en meer genegen, en in 1853, tien jaar
na zijne bisschopswijding, benoemde hij hem tot kardinaal.
In 1857 bezocht de Paus hem persoonlijk te Perugia, en
later bood Z. H. hem den tot Rome behoorenden bisschops
zetel van Frascati aan, opdat Mgr. Pecci, die in Rome steeds
noodiger werd, altijd bij de hand zou zijn. De bisschop nam
dit aanbod niet aan, doch in 1877 droeg Z. H. hem den
hoogsten persoonlijken post van vertrouwen op in het Vaticaan,
en benoemde hem tot Camerlengo der II. Kerk, die tegelijk,
voor het geval de H. Stoel ledig is, ook de plaatsvervanger
is van den Paus. Een half jaar later overleed Pius IX en
Kardinaal Joachim Pecci besteeg op 20 Februari 1878 als
Leo XIII den pauselijken troon.
Als Paus staat Leo XIII nu in het vijftiende jaar aan het
hoofd der Katholieke Christenheid, en reeds nu staat het
vast, dat Z. H. in de geschiedenis onzer Kerk een hoogst
eervolle plaats zal innemen. Twee zaken kenschetsen zijne
ambtelijke werkzaamheid: vooreerst zijne Encyclieken, de
groote brieven aan de geheele katholieke Kerk, waarin Z. H.
in klassieke taal en groote trekken de hoofdvragen van
onzen tijd van Zijn verheven standpunt behandelt. Daaron
der worden vooral geroemd de Encyclieken over Anarchisme
en Communisme, over de maatschappelijke orde in christelij-
ken zin en de Encycliek llerutnNovarumdie hem den titel
van den Paus der werklieden verschaft. Verder schittert
zijn Pausschap ook door zijn buitengewoon levendig en uit
gebreid diplomatiek verkeer met Vorsten en Staten, en het
goede gevolg daarvan voor den vrede van Kerk en Staat
hierin openbaart zicli de vroegere Nuntius. Onder zijn bestuur
is de Duitsche Kulturkamp voor een goed deel geëindigd, en
eene groote hulde aan zijne diplomatieke bekwaamheid werd
Paus Leo indertijd gebracht, toen hem het scheidsgerecht
werd aangeboden in den strijd tussclien Spanje en Duitsch-
land over de Carolinen-eilanden.
In den personeelen omgang is Paus Leo uiterst vriendelijk
en beminnelijk tegenover ieder zonder onderscheid zijne
onderhoorigen weten evenwel ook te verhalen van zijne
onbuigzame rechtvaardigheid en van de dikwijls niet geringe
eisclien welke aan hunne werkzaamheid gesteld worden, in
't bijzonder van zijne secretarissen. De strengste ordelijkheid,
gepaard aan spaarzaamheid, heerscht, als wellicht nooit te
voren, onder Leo XIII in het Vaticaan.
Daarnaast evenwel is de Paus een Vorst in zijne ge
schenken, zoowel in die welke hij aanbiedt, als in die
welke door hem ter ondersteuning worden gegeven. Zoo
deelde Z. H. gedurende den choleratijd in Rome bijna een
half millioen francs uiten dat de Italiaansche regeering
zijn plan belette om in de nabijheid van het Vaticaan een
cholera-hospitaal op te richten, doet geen schade aan het
edelmoedig voornemen. Voor kunst en wetenschap draagt de
Paus de meeste zorg. Zoo werden voor het gebruik van de
beroemde Vaticaansche Bibliotheek nieuwe bepalingen ge
maakt, welke van de grootste vrijgevigheid getuigen, en
iedereen, zonder onderscheid van nationaliteit of belijdenis,
in staat stellen daar te -arbeiden. Ieder die het tegenwoor
dige Opperhoofd dgr Kerk persoonlijk of meer van nabij uit zijne
werken leerde kennen, van welke richting of geloof men ook
zijn moge, zal hem moeten erkennen als een Kerkvorst in
den edelsten zin, een man uit éen stuk, eene voorname ver
schijning, een der grootste kenners van zijn tijd en een
schitterend persoonlijk voorbeelden zoo zal dan ook ieder
een begrijpen, dat onder deze omstandigheden het Bisschop
pelijk jubilee van Paus Leo XIII, in de geheele katholieke
wereld en ver daarbuiten, met oprechte deelneming wordt
herdacht en gevierd.
M. J. V.
ApE hedendaagsche toestand in het land met den eeuwig
®"®blauwen hemel, Europe's lustoord, is als eene straf voor
den overmoed, eertijds en nog ten huidigen dage door Rome's
overweldigers en de bestrijders van het Pausdom aan den
dag gelegd.
De overwinnaars, door de bres der Porte Pia in de
eeuwige stad binnengerukt, kwamen, althans zoo beweerden
zij, op de puinhoopen van het Rome der Pausen een nieuw
Rome bouwen. Het derde Rome dus, dat het Rome der
Cesars en dat der Pausen verre zou overtreffen.
De priesterlijke macht, zoo bluften zij, kwamen zij om.
verwerpen, om daarvoor de „zedelijke orde" in de plaats te
stellen. Weg met de verderfelijke overheersching der Pausen!
Deze moest plaats maken voor een stelsel van zuivering en
verzedelijking, om de misbruiken en schandalen, sedert eeuwen
straffeloos opgestapeld, te doen verdwijnen.
„Het Pausdom is doodhet Italiaansch gouvernement moet
dat lijk wegvagen en door een zedelijke reiniging al dat vuil,
te Rome opgehoopt, doen verdwijnen. Het gouvernement,
dat naar Rome moet gaan, zal een zuiverings-gouvernement,
un governo lavandaio zijn!"
Zoo verklaarde een der afgevaardigden in de Kamer, na
den 20sten September. En wat is er nu, na 22 jaren werk
zaamheid, van het governo lavandaiovan al het gezwets en de
snoeverijen van die hervormers geworden?
Het Rome der Pausen is onder alle opzichten slechts
treurig verminkt! Uit financieel oogpunt is men er alleen
in geslaagd van Rome „de bloeiende zetel der bedelarij, de
hoofdstad van ellende en honger" te maken, zooals een liberaal
blad zelf verklaarde.
Hoe radicaal de zuivering is die het governo lavandaio te
Rome heeft verricht, bewijst het tegenwoordige bankschandaal.
In twintig jaren heeft het „zuiverende gouvernement" in de
eeuwige stad zooveel misbruiken, zooveel schandalen opeen
gestapeld, dat het ten slotte zelf de zedelijke reiniging moet
ondergaan, waarmee het 't Pausdom bedreigde. Zoo groot
worden de verwikkelingen van het bankschandaal, dat het
gouvernement zelf er voor terugdeinst.
En wat is er intusschen van het Pausdom geworden,
dat bovenbedoelde afgevaardigde als een weg te vagen lijk
voorstelde
Hooger, glorierijker dan ooit troont de edele grijsaard
van het Vaticaan boven al dat slijk, waarin zijne belagers
zich wentelen. Nooit verspreidde de driedubbele pausenkroon
meer glans, al moet die glans zich dan ook een weg banen door
de streng bewaakte muren van liet Vaticaan, dat Leo, de
Paus-Koning niet verlaten mag. Nooit ontving do plaatsbe-
kleeder van Christus meer huldeblijken van volkeren en
koningen, van geloovigen en ongeloovigen.
En hoe dieper het „derde Rome" wegzinkt in den poel,
des te schitterender rijst het Pausdom en verspreidt aan alle
kanten zijn levenbrengend licht.
Voor hem die niet ziende blind is, toont zich duidelijk de
beschikking der Voorzienigheid.
Aan de zijde der ongeloovigen ziet men schandaal op schan
daal zich afspelen; wij zien het arme Frankrijk ten prooi
aan eene crisis, die de hooggeplaatsten der aarde, senatoren
en ministers, in de gevangenis werptItalië's toestand hebben
wij zoo even geschetst en daartegenover jubelt de geloovige
Katholieke wereld op het feest van den grijsaard, den waar-
digen Opperherder der H. Kerk, van welke Christus heeft
gezegd: Ik zal met u zijn tot het einde der eeuwen.