Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
No. 4538.
bureau ^oogstraat 817.
De Witte Wolf
16de Jaarg.
Donderdag 16 Maart 1893.
Zij die zich voor het vol
gend kwartaal op de Nieuwe
Schiedamsche Courant abon-
neeren ontvangen tot 1 Aprilde
deze maand nog verschijnende
nummers GRATIS.
Zoolang de voorraad strekt,
wordt den nieuwen abonnés
het Feestnummer ter eere van
Z. H. Paus Leo Xlll geschonken.
ALGEMEEN OYERZICHT.
Feuilleton.
PRIJS VAN DIT BLAD:
PRIJS DER ADVERTENTIÈN
lEüiE SüHI
COURANT
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Hommers
Het auteursrecht van den inhoud dezer courant is verzekerd
volgens de Wet van 28 Juni 1881 (Stsbl.) No. 12i.
f 1.50
- 2.—
- 0.05
niiiiiiilHliliiliUlm lil
Van 16 regelsf 0-60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeen
komsten aangegaan.
15 Maart '93.
Bij de beraadslaging over de G-rond-
wetsherzieni ig in de Kamer van afge
vaardigden te Brussel heeft gisteren de
heer Janson het stelsel van differen-
tieele woningcensus bestreden. Het zou
het overwicht der plattelandsbevolking
verzekeren en de fraude alsook de ver
kiezingsprocessen vermeerderen. De heel
de Smet de Nayer viel den spreker hef
tig in de rede en werd deswege tot de
orde geroepen. De heer Janson, zijne
rede voortzettende, herinnerde aan het
te Brussel gesloten verdrag en keurd#
het in den heer Van der Kindere af,
dat deze zich schijnt vereenigd te heb
ben met het stelsel van den woning
census. De spreker verdedigde vervolgens
het algemeen kiesrecht. Het is geen
panacee voor de sociale kwalen, maai
de toepassing van de leer der rechtvaar
digheid overeenkomstig de christelijke
beginselen. Hij wederlegde voorts do ar
gumenten, die de heer Woeste te baat
neemt, om de historie van het algemeen
kiesrecht m Frankrijk op te vatten,
llij las eene bladzijde voor uit een ge
schrift van den heer Woeste uit het jaar
18G9, toen deze aandrong op de invoe
ring van algemeen kiesrecht. De tegen
woordige voorstanders van algemeen
kiesrecht willen niet de revolutiezij
hopen door algemeen kiesrecht tot sociale
hervormingen te komen.
Bij de behandeling van het Panama
proces voor het hof van assisen te Parijs
bezwoer de advocaat Boulloy den
heer Ch. de Lesseps om de volledige
waarheid, zonder eenige terughouding,
te zeggen, en de namen der 104 parle
mentsleden bekend te maken. Help ons,
sprak de advocaat, de verraders te ont
maskeren, ook in het belang van uwe
verdediging. De voorzitter deed een ver
klaring voorlezen van Monchicourt die
ziek is. Het Hof besloot daarop dat
Monchicourt ten zijnen huize zal wor
den ondervraagd. Loustalot, de advo
caat der civiele partij, hield nu zijn
pleidooi en eischte de terugbetaling van
zekere sommen in de kas der maat
schappij. Constans, daarop door den voor
zitter ondervraagd, ter zake van de lijst
van 104 namen, zegt dat hij de ver
klaringen zal herhalen, door hom voor
de commissie van enquête afgelegd.
Ik heb gezegd, zoo sprak hij, dat ik
geen enkele lijst aan den heer Gamot
heb overgebracht; dat ik geen lijst in han
den heb gehad, en er dus ook geen kan
hebben overgebracht. Ik betreur het, dat
de heer Yves Guyot hier niet is, om in
zijne tegenwoordigheid te kunnen uit
spreken. Lagasse vroeg vervolgens, of
Constans kennis had gedragen van po
gingen tot omkooping, waarop Constans
antwoordde alles wat hij omtrent de
Panama-zaak te weten was gekomen,
pas vernomen te hebben, nadat hij mi
nister was geworden, en na zijn aftre
den als zoodanig het zijn plicht te heb
ben geacht, dit alles als vergeten te
beschouwen. Het getuigenverhoor is nu
geëindigd.
De Senaat hield gisteren eene zitting
die in vele oopzichten eene herhaling
was van hetgeen den vorigen dag in de
Kamer was voorgevallen. Zij werd be-
Naar het Franscii van Paul Féval.
sloten met de aanneming van dezellde
motie waaraan de Kamer reeds haie
goedkeuring had gehecht. Evenals in
de Kamer werd zij in tweeën gescheiden,
en het eerste deel aangenomen met het
opsteken der handen en over het slot
gestemd. De minderheid in den Senaat
was alleen veel geringer. Slechts 56
senatoren gaven door hunne stem te
kennen, dat zij met de verklaringen der
regeering geen genoegen namen. Ook hier
werd om het eigenlijke punt in kwestie
heengepraat, maar met de woorden: „Je
le couvreheeft B-ibot alle verantwoor
delijkheid op zich genomen en de galant
hom/me, zooals hij Soinoury noemde, kan
dus wel zeker zijn, hoewel zijn ontslag
als directeur van de afdeeling gevan
geniswezen is aangenomen, van eerst
daags door de benoeming tot eene andere
betrekking voor dit ontslag te worden
schadeloos gesteld. Waarom de ver
plaatsing van de afdeeling Sureté Générale
naar die van gevangeniswezen? Waar
om heeft Soinoury den dag na het onder
houd drie permissiebiljetten aan Mm.
Cottu ter hand doen stellen Er is ook
thans geen volledig antwoord op ontvan
gen. Het geheim van het langdurig
onderhoud tusschen Soinoury en Mm.
Cottu zal dus wel nimmer,tenzij misschien
later in mémoiresgeheel worden opge
heven. Loubet kwam als senator per
soonlijk herzeggen, hetgeen Bibot den
vorigen dag uit zijn naam aan de Kamer
had verklaard, verzekerende dat hij het
was, die Soinoury voor de betrekking
van directeur der Sureté Génerale had uit
gekozen.
De oud-minister Constans herhaalde
zijne getuigenis, reeds voor het hof van
assisen afgelegd, dat hij de fameuse lijst
van afgevaardigden die in het Panama
schandaal betrokken zouden zijn, nim
mer in zijn bezit had gehad, en ze dus
ook niet aan den president der Bepu-
bliek had kunnen overhandigen en Bi-
bot betuigde weder met trillende stem
zijne verontwaardiging over al de ver
dachtmakingen waaraan de Begeering
tengevolge van dit incident had bloot
gestaan. De senator ïrarieux deed nog
eene poging om door eene kleine wijzi
ging in de motie den Senaat wel het
vertrouwen in de Begeering te laten
uitdrukken, maar niet te laten oordeelen
over de waarde der gegeven verklarin
gen doch hij had geen succes. Het
ministerie-Bibot werd ook door den Se
naat nog eens met zijn volle vertrouwen
vereerd. En als de pogingen om Bour
geois op zijn ontslag te laten terugko
men, gelukken, kan het zich weer voor
eenigen tijd als vaststaand beschouwen.
De interpellatie van Millevoye, vragend
naar de gevolgen welke de inmenging
in de Panama-geschiedenis zal hebben
voor Floquet, Freycinet en Clémenceau,
en waarvan de behandeling werd uit
gesteld tot na de uitspraak der gezworenen
in het omkoopingsproces, kan dan het
tijdperk van onzekerheid weer openen.
Hoogst officieus wordt te Berlijn ver
zekerd, dat er van Buslands zijde nog
volstrekt geen antwoord op de Duitsche
tegenvoorstellen betreffende een handels
verdrag ontvangen is. Bovendien zou
er, zelfs ook uit eene mogelijke afwij
zing van de door Duitschland gevor
derde concessiën, volstrekt nog geen
definitief mislukken van het tractaat
voortvloeien, doch slechts de wensche-
lijkheid om eenen nieuwen grondslag
voor de onderhandelingen te zoeken.
Het Stortlnng te Christiania heeft een
motie aangenomen, door de radicalen
voorgesteld, volgens welke de consulaat
zaak heslist moet worden, zonder on
derhandelingen met Zweden, en de door
Michelsen voorgestelde onderhandelingen
onaannemelijk werden verklaard. Steen
raadde de aanneming der motie, door
de gematigden en conservatieven voor
gesteld, afterwijl de leider der con
servatieven, Stang, deed uitkomen, dat
men slechts de keuze heeft tusschen
het volgen van de regeering, die on
grondwettige middelen van geweld wil
58)
Alain maakte zich kleiner en sloot ile
oogen evcu&lg vreesachtige kinderen doen voor
de plak van den meester. Lapierre daaren
tegen zotte zün stoel op de vier pooten, kruiste
de boenen en leunde zoo bedaard mogelfjk in
zijn stoel.
De vrees van den eerste en de uitdagen
de houding van den andere, gingen beide on
opgemerkt voorbij. Vaunoy lette er niet op.
In plaats van met scheldwoorden tegen hen
uit te varen, om een oogenblik later tot be-
driegelijke vleierij te vervallen, zooals bij dik
wijls tegenover deze twee getrouwen handelde,
KÜ bedaard op zijn stoel zitten en zag
ben nu beurtelings aan op een wijze, die zelfs
Lapierre tot nadenken stemde.
Binnen een uur, zeide hij langzaam en
op elk woord drukkende moet een onzer te
paard zijn.
Als ik het maar niet ben, antwoordde
Lapierre, dan heb ik daar niets op tegen.
Zwijgzeide de eigenaar van La Trem-
lay zonder stemverheffingik herhs.al het,
binnen een uur moet een onzer van hier. Het
moet. Ik zou dwang kunnen gebruiken, ik
ben de meester maar die zou kunnen schip
breuk lijden, óf op uw gevoelloosheid, Alain,
öf wel op uw stufhoofdigheid, Lapierre de
tijd is te kostbaar om dien te verspillen met
u te willen dwingen. Daarom wil ik liever
uw gehoorzaamheid koopen. Wie van heiden
wil duizend francs verdienen
De matte, uitgedoofde oogen van den hof
meester werden een oogenblik als door een
bliksemstraal verlicht.
Angstig volgde Vaunoy de uitwerking van
zijn "voorstel. Een oogenblik dacht bij dat de
grijsaard door het aanbod als verblind was,
maar hij had niet op Lapierre gerekend.
Duizend francs, zeide deze. De dooden
keeren niet terug om hun loon te ontvangen,
en u hebt mooi praten mijnheer. Duizend
francsAls ik nog erfgenamen had
Alain nam zjjn mummieaclitige houding
weer aan.
Twee duizend francs! riep Vaunoy uit;
ik geef twee duizend francs, dadelijk, op
staanden voet te betalen, aan wien mij ge
hoorzaamt.
Lapierre trok zijn schouders eens op en Alain,
zich geheel naar hem regelende, schudde ont
kennend met het hoofd.
Het voorhoofd van Vaunoy werd bedekt met
groote zweetdroppels.
Maar mijn Godhoeveel vraagt gij dan
toch wel? riep Vaunoy wanhopig uit. Ik zeg
u dat het moetWaarheen ik mij ook wend,
overal en altijd treedt die man mij in den
weg. Eenmaal van hem ontslagen, verdwijnt
ook elke hindernis zoolang hij echter niet dood
is, zal hij steeds als een levende bedreiging
tegenover mij staan:
Als het zwaard van Damocles, merkte
Lapierre op. Het is de zuivere waarheid.
Zijn tegenwoordigheid, vervolgde Vaunoy,
zich opwindende, hindert mij niet alleen in
mijn voornemens ten opzichte van mijn doch
ter, zij bedreigt ook mijn fortuin, mijn naam,
mijn leven.
't Is Volkomen waar, zeide Lapierre.
En gij weigert mij uwe hulp in hetzelf
de oogenblik, waarin ik hem met éen slag zou
kunnen verpletterenZeg, moet ik de som
verdubbelen, drie-, viermaal z<m groot
maken
Achtduizend francs, berekende de oude
Alain.
Achtduizend francs, mijn beste, oude,
getrouwe dienaar! riep Vaunoy uit; tien
duizend, als gij wilt, en mijn eeuwige dank
baarheid en
En een brandstapel ergens in het bosch,
viel Lapierre hem in de rede. Het is ver
leidelijk.
Vaunoy kneep hem woedend in zijn arm.
Spreek althans alleen voor u zeiven, zeide
hij zacht, en tracht niet invloed uit te oefenen
op hem. Ik wil zelfs uw stilzwijgen be
talen.
Goed, antwoordde Lapierre. Hoeveel geeft
gij mij?
Tweehonderd francs.
De oude koorddanser werd stom, doch het
was te laat. De slag had getroffen. Een oogen
blik verblind door dat aanbod van tienduizend
francs, deinsde de oude hofmeester voor de
gedachte aan den dood terug. Vaunoy mocht
doen wat hij wildeAlain beantwoordde alles
met een hardnekkig stilzwijgen.
Gij weigert dus beiden? riep eindelijk
Vaunoy opstaande uit.
Wat mij betreft, ik weiger, zeide Lapierre
stoutweg.
Alain antwoordde niet.
't Is goed! zeide Vaunoy. Ik moest dit
verwachten. In het meest beslissende oogenblik
ontglipt ons dikwijls het wapen. Dan begint
de strijd van man tegen man Alain, vervolg
de hij op bevelenden toon, maak mijn reis
kleederen en mijn pistolen gereed. Lapierre,
laat mijn paard zadelen.
Wordt vervolgd.)