Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
cri. skïï.
16de Jaarg.
Dinsdag 11 April 1893.
No. 4558.
bureau hoogstraat 817.
ALGEHEEN 0YERZ1CHT.
De Witte Wolf.
Feuilleton.
PRIJS VAN DIT BLAD:
PRIJS DER ADVERTENTIÈN
Naar ubt Fransch van Paul Féval.
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
H«t auteursrecht van den inhoud dezer courant is verzekerd
volgens de Wet van 28 Juni 1881 (Stsbl.) No. 124.
f 1.50
- 2.—
- 0.05
Van 16 regelst 0.60
Elke gewone regel meer
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeen
komsten aangegaan.
10 April '93.
De nieuwe bewindsleden, die sedert
eenige dagen te Parijs de leiding der
zaken in handen hebben genomen, zijn
nog steeds het voorwerp van velerlei
aanvallen, en niet het minst van be
spotting, in de Fransche pers. Geen
enkel blad schijnt tevreden over hun
optreden en er heerscht volslagen onze
kerheid omtrent de zaken, die dit mi
nisterie brengen zal. Tusschen de regels
door wordt in de beschouwingen der
pers menige aanval gericht op den pre
sident der Republiek, die, gelijk men
hier en daar zegt, dit Kabinet aan de
natie heeft opgedrongen en slechts aan
personen, maar niet aan beginselen heeft
gedacht. Een lang leven schijnt men
het ministerieDupuy niet te mogen
voorspellen.
Naar men uit Parijs bericht, heeft de
heer Peytral in den ministerraad ver
klaard, dat hij van een onderhoud met
de financieele commissie den indruk had
gekregen, dat men bijna zeker tot over
eenstemming zal geraken, mits de hervor
ming der belasting op de dranken uitge
steld worde tot de begrooting voor 1894,
het voorstel betreffende de Beursoperatiën
door een ander, waarin de middenweg
gevolgd is, vervanger., en in de belasting
op de patenten wijzigingen worden ge
bracht.
Nauwelijks heeft de 78-jarige prins
Bismarck zijn verjaringsgedrukte achter
den rug, of hij gaat alweder aan het
„politieken"De Voss. Zeiiung had be
weerd, dat de officieuse pers van Bis
marck millioenen had verslonden. Wat
roept nu de Priedrichsruher mede-redac
teur der Hamb. Naehr. uit, millioenen.''
Geen enkele Mark! De provinciale en
verdere ambtelijke bladen stonden allen
onder de leiding des ministers van Bin-
nenlandsche Zaken, en het was slechts
hij uitzondering dat Bismarck er eens
gebruik van maakte, die zich overigens
enkel van de Nordcleutsche bediende even
als thans Caprivi, maar dat kostte geen
cent. Ook bediende zich Bismarck niet(?)
van de officieuse pers om een regeerings-
gezinde meening te verwekken, maar
enkel tot toelichting van de ware be
doelingen der Regeering en tot afwering
van aanvallen. Het ware te wenschen,
zeggen de Hamb. Nachr., dat zulks ook
thans nog geschiedde en geen ontwer
pen zonder eenige voorbereiding of toe
lichting in het Parlement gebracht wer
den, met den gelijktijdigen eisch eener
onmiddellijke aanneming zonder wijzi
ging. Dit laatste doelt opdeLeger-
wet, die intertijd door de officieuse pers
alleronhandigst was voorbereid en ver
dedigd, maar overigens zien de Hamb.
Nachr. geheel voorbij, dat tegenwoordig
althans de vroegere verdachtmaking van
sommige partijen en de persoonlijke be
schimpingen, zooals die onder Bismarck
schering en inslag waren, gelukkig bij
de officieuse pers van Caprivi niet meer
voorkomen.
De rede, de vorige week door den
minister-president Gladstone in het La
gerhuis te Londen hij het debat over de
lwme-rule gehouden, is nog steeds het
onderwerp van tal van commentaren
in de Engelsche pers. De Times en Pal/
Mall Gazette verwijten den great old
man als uit één mond, dat hij eigenlijk
al zeer weinig politieke argumenten
aanvoerde en om al de gewichtige be
zwaren tegen zijn ontwerp ingebracht,
heelt heengepraat. Gladstone's rede
voering, zoo leest men in eerstgenoemd
blad, bevestigt op treffende wijze het
volksgeloof, dat hij om zoo te zeggen
in een luchtballon woont, met feiten
nooit voeling houdt en de stroomingen
van openbaar denken en voelen eenvou
dig niet kent. Ongeveer in denzelfden
trant laat de Pall Mall Gazette zich uit.
„De heer Gladstone (zegt zij) weerlegde
in zijn vernuftige rede geen enkel unio
nistisch bezwaar. Het is afsof er voor
77)
Toen* Wa> voor kaar ontroering bezweken,
een hp»;1 bewustzijn terugkeerde, maakte
Intusa. l'ip orta zich van haar meester,
aauo-ebruken li-id ™or het middagmaal
latende twL j Bêchameil, de keuken ver-
Utende kwam de eetzaal binnen; het door
De waardige geldman *ag er zedi en toch
zich zelf vanzyn waarde bewust, uit. Hij scheen
reeds bjj voorbaat te genieten van de algemeene
loftuitingen, die hem zouden ten deel vallen
voor dit meesterstuk van kookkunst, nog kost
baarder om de edele hand, die het had ver
vaardigd hjj dacht reeds aan een korte toe
spraak in dichtvorm, warrin hij mile. De Vaunoy
zou verzoeken baar naam te geven aan het
nieuw uitgevonden blanc-manger
Helaas! het noodlot is blind, alle dichters
hebben het gezegd, en de ontwerpen des
menschen zijn broos en vergankelijk. De eerste
ling van dit kostbare gerecht zou aan een paar
lage knechten ten deel vallen.
Toen hij de eetzaal binnentrad, glimlachte
Bêchameil allervoorkomendst. Het was echter
verloren moeiteer was niemand.
Hervé De Vaunoy was niet teruggekeerd
Alix was teu prooi aan hevige smarten. Mile
Olive waakte bij haar lijdenssponde. Waar
Didier was, wist men niet.
Toen Bêchameil dit zag, werd hij, gewoon
lijk zoo vredig, ernstig boos. Ontroostbaar,
niemand te hebben om de waarde van zijn
blanc-manger te beoordeelen, vroeg hij zijn rij
tuig en vertrok in galop naar Rozenoord.
Het blanc-manger bleef op tafel staan ver
laten meesterstuk.
Eenige minuten later traden de hofmeester
Alain en Lapierre toevallig de eetzaal binnen.
Hij zal niet terugkomen, zeide Lapierre.
Gij zijt een slecht voorspeller, antwoordde
de oude Alainhij zal wel terugkomen.
De twee knechten zagen het blanc-manger
staan. Zij namen eenvoudig plaats. Wij moe-
ten aannemen tl at het meesterstuk van Bécha-
meil in hun smaak viel, want na enkele oogen-
blikken was het spoorloos verdwenen.
Hij zal niet terugkomenherhaalde
Lapierre, zich als iemand, die goed gegeten
heeft, in zijn stoel achterover werpende.
hem geen critiek bestond, alsof nooit
zelfs een fluisteren van al wat gezegd
wordt, tot hem in zijne afzondering
doordrong. Hij troont in het felle licht
van den politieken opperrang en toch is
het als bereikte de openbare meening
nimmer zijn oor. Slechts twee punten
van zijn bill roerde hij aan de finan
cieele bepalingen en het in-and-out.
Doch zijne uitingen hierover waren vaag
en nevelachtig; om de wezenlijke moeilijk
heden draaide hij heen; en zelfs zijne
partij-organen bejammeren heden zijne
weifeling en onzekerheid.
De staat, van zaken te Hull blijft
nog steeds vrij bedenkelijk. Vrijdag
:ieeft er weder eene lange bijeenkomst
tusschen het lid der reederij Wilson
en de aanvoerders der werkstaking
plaats gehad. Eerstgenoemde bleef stand
vastig verklaren, dat de firma liever
Huil zoude verlaten dan in dedwinglandij
van den dokwerkersbond berusten. Het
blijkt dat de reederij van Wilson er in
geslaagd is, een paar stoombooten naar
Scandinavië af te zenden met beman
ning van den reedersbond. Dit vergramde
den dokwerkersbond en lokte een bevel,
per draad verspreid, uit, tot eene alge
meene werkstaking in de dokken, nu
niet enkel voor de oorspronkelijk ge
boycotte, maar voor alle reederijen. Op
eene avondbijeenkomst van dokwerkers
herhaalde Ben Tillett zijne bedreiging,
om rond te reizen, teneinde gelijktijdige
werkstakingen in Londen en andere
groote havens uit te lokken, waardoor
de reedersbond belet zou worden, arbei
ders naar Huil te zenden. Hij had al
vele jaren deze schoone gelegenheid voor
eene algemeene werkstaking afgewacht.
Thans was hij vast besloten, er zooveel
mogelijk voordeel uit trekken. Hij zou
tevens pogen den mijnwerkersbond tot
meedoen over te halen. Daardoor zou de
zending van kolen naar Huil afgesneden
worden. Ondanks deze snoeverijen ge
looft- men niet, dat de werkstakers te
Huil het lang zullen uithouden, omdat
zij geen geld hebben en er losse arbei
ders in overvloed te krijgen zijn.
De Times erkent in een hoofdartikel
den ernst van den toestand te Huil en
beschuldigt daarvan het lid der reederij
Wilson, die uit den reedersbond trad
om te Huil eenen eigen werkersbond
naar de nieuwste begrippen te vormen.
Maar toen hij spoedig ondervonden had,
dat het bondbestuur even onhandelbaar
tegenover hem, den werkmansvriend,
als tegenover den reedersbond was, trad
hij op de jaarlijksehe vergadering weder
tot den reedersbond toe.
Volgens berichten uit Dahomey hebben
schermutselingen plaats gehad en is het
te voorzien, dat de Fransche troepen
na het regenseizoen flink zullen moeten
optreden. Dodds komt waarschijnlijk in
het begin van Mei in Frankrijk terug.
De opstand, die de vorige maand in
den staat Catamarca, prov. Buenos-
Ayres, is uitgebroken, wordt ernstig.
Verscheidene gevechten hebben reeds
tusschen opstandelingen en staatstroepen
plaats gehad aan weerszijden vielen
daarbij ettelijke dooden. Krijgsgevan
genen worden doodgeschoten. De spoor
wegen zijn in handen der opstandelin
gen. Bottdstroepen worden te hulp ge
zonden om den uationalen eigendom te
beschermen.
De New-Yorksche Times behelsde in
haar laatste nummer telegrammen uit
Vancouver volgens welke daar eene be
weging tot afscheiding ontstaan is. De
voornaamste burgers zouden besloten
hebben niet langer met Gander samen
te gaan en reeds eene voorloopige re
geering benoemd hebben.
Aan de New-York Herald wordt uit
Rio Gran do Sul per draad beves
tigd, dat San Juan door de opstandelingen
genomen is. Zij zouden ook fuaraby (V)
en Ibicuy (T. aan de Ibicuy? of T. en
Itaqui ingenomen hebben. Halcado is
van de regeeringstroepen naar de opstan
delingen overgeloopen.
gij Zal terug komen hield Alain vol, de
blikken flesch aan zijn lippen zettende wilt
grjj
Gaarne. Als hij niet terugkomt zouden
wij er niet veel bij verliezen. Die kleine Didier
heeft een edelmoedig hart en een altijd geopend
hand. Hij zal een goeden prijs voor onze koop
waar betalen.
Als hij ons niot la&t ophangen.
Kom, kom.
Er werden drie harde slagen op de buitendeur
gegeven. De twee knechten sprongen van hun
stoelen op.
get is Vaunoyriep de oude hofmeester.
Of Didier zeide LapierreEen denk
beeld Als het Didier is, willen wij dan spreken?
Vaunoy is gierig. Wij versuffen in zijn dienst.
Alain aarzelde en dronk. Toen hij gedron
ken had, aarzelde hij niet meer.
Afgesprokenriep hij vroolijk. Als het
Didier is, zullen wij spreken. Als Vaunoy dan
toch nog terugkeert, dan komt hij te laat. Maar
als het Vaunoy is
Dan wordt het voor my onbetwistbaar,
dat de duivel hem beschermt, en moge de
hemel dan den kapitein Didier beschermen
Amen, antwoordde Alain.
Men hoorde in de voorkamer loopen.
De twee 'kuechten stonden op en richtten hun
blikken op de deur.
Ik zou willen wedden, dat het Vaunoy is,
zeide de hofmeester.
Welnu, laat ons wedden
Een kroon voor Vaunoy
Een kroon voor Didier
Op het uur, dat Pelo Bouan aan Jude het
verhaal deed hetwelk wij hierboven hebben
medegedeeld, daalde een in zijn mantel ge
wikkeld man voorzichtig de helling van het
Wolvenhol af. Ter sluiks wierp hij onrustige
blikken rondom zich hij scheen gevaar te ver
moeden.
Niettenmin ging hij steeds verder.
Toen hij op den bodem van het ravijn was,
bij den hollen eik, waarin Nicolas Treml vroeger
het ijzereu kistje hegraven had, bleef hfj staan
om adem te scheppen.
Zouden zij mij niet hebben gezien mom
pelde hij, terwijl hij van angst klappertandde.
Zijn oogeu waren waarschijnlijk beneveld door
de koorts, die al zijn ledematen onder zijn mantel
deed rillen anders zou hij geen twytel hebben
geopperd, want van alle zfjden begonnen zich
hoofden te vertoonen, de laagste takken van
het kreupelhout vaneen scheidende.
Op het oogenhlik, dat de vreemdeling weder
on weg ging, zich richtende naar de plek, waar
de hnt van Mathieu Blanc had gestaan, spron
gen drie of vier gemaskerde mannen uit het
hout, grepen hem aan en wierpen hem in een
oogwenk op den grond.
Wordt vervolgdj