Nieuwe Schied. Courant
TWEEDE BLAD
Rhens a. d. Rijn.
Binnenland.
VAN DE
van ZONDAG 1 OCTOBER.
Wie onzer, die de Rijnstreken bezocht,
herinnert zich onder de zoovele schoone,
heerlijk aan de Rijn gelegen plaatsjes
°ok niet het niet ver van Coblenz ver
wijderde stadje Rhens. Hoe het ook zij,
°f men den burcht Stolzenfels beklim
mende, door den wachter, die u op de
schoone gezichtspunten opmerkzaam
maakt, wordt gewezen op het in de
verte aan den Rijn liggende stadje, of
hat men met een der groote salonbooten
hen Rijn op- of afvaart, het vriendelijk
gelegen, ouderwetsche likens, nog met
muren en wallen omgeven, zal niet na
laten eenen aangenamen, blijvenden in-
hruk bij ons achter te laten.
En velen onzer hebben het tevens
hezocht. is er niet gelegenheid te over
van de Rijnstoombooten te hinden, en
^oert niet een voetweg van Boppard
°ns binnen het uur over de bergen
naar Rhens?
Rhens is in alle opzichten een merk
waardig oud en ouderwetsch stadje, en
«en bezoek overwaard toch ïs het hoofd -
hoel, waarmede de meesten Rhens be
zoeken, niet het stadje zelf, maar de
hicht daarbij tusschen schaduwrijke
notenboomen gelegen „Koningsstoel",
een achthoekig gebouw .van ongeveer
van ongeveer 7 Meter in doorsnede en
nog geen 6 Meter hoogte, oorspronke
lijk in 1376 door keizer Karei IV op
gericht, in het einde der vorige eeuw
vervallen en in 1843, met gebruikma
king van de overblijfselen van den vu-
rigen bouw, opnieuw opgericht, door
eene vereeniging van vaderlandslievende
mannen uit Coblenz.
Op deze plek, in dezen koningsstoel
vereenigden zich vroeger de Duitsche
keurvorsten, om de Rijksaangelegenhe
den te bespreken, en hier kozen zij zich
kunne keizers; hier moest in 1846 Kei
zer Maximiliaan op de doorreis naar
Aken, waar hij gekroond zoude wor
den, den rijkseed afleggen.
Het is dat geschiedkundig, zoo schoon
gelegen plekje, dat de meeste bezoekers
naar Rhens brengt.
Toch biedt Rhens nog eene andere
merkwaardigheid aan, waarvan de be
zoekers der Rijnstreken echter op andere
wijze genieten, namelijk de natuurlijk
koolzuurhoudende bron, waaruit het
minerale water van ontzaglijke dieple
af, steeds voortdurend in enorme hoeveel-
keid met groote kracht naar buiten
stroomt. In de vorige eeuw, die eeuw
yan verwaarloozing, geraakte de reeds
oude tijden bekende bron verloren,
totdat in 1857, bij een buitengewoon
lagen waterstand van den Rijn, de
kron wederom werd gevonden, om thans
faar den oever geleid, beter bewaard te
klijven.
Wij noemden die bron hierboven een
Werkwaardigheid en dat terecht, want
kizonder merkwaardig is de uitste
kende chemische samenstelling en de
volkomen zuiverheid van dit water,
Waarin alle abnormale organismen (bac
teriën) totaal ontbreken.
Door herhaald microscopisch en bac
teriologisch onderzoek, ook nu onlangs
n°g door de hoeven dr. P. F. van Ha
mel Roos en W. Harmens Azn. te
Amsterdam gehouden, is de totale af
wezigheid van bacteriën steeds gebleken.
Deen wonder dan ook, dat met voorbij
gang van alle andere minerale wateren,
ket Ekensrr in West Duitschlaod, langs
Rijnstreken, in het Lohndal (Ems)
®nz. ovi ral als tafelwater wordt gedion-
ken, terwijl het door zijn frisschen,
aangenamen smaak iedereen behaagt.
Wijlen de Hoogleeraar Dr. L. Mul-
te Utrecht uitte zich over het E/ien-
Wr kronwater als volgt
„De verhouding van de in het Rhen-
„serwater aanv.ezige zouten i3 bij uitstek
„gunstig. Helder van kleur biedt dit
„water, behalve zijn aangenamen fris-
„schen smaak, nog het bijzondere voor
deel, dat het eene uiterst kleine hoe
veelheid organische stoffen bevatlicht
„verteerbaar vereenigt het in zich alle
„eigenschappen van een gezonden en
„voortreffelijken drank."
Nog tal van Professoren en Doctoren
hebben eene gunstige meening over het
Rhenser mineraalwater uitgesproken, en
het steeds toenemend verbruik in West-
Duitschland, België, Engeland, Amerika
en de Indien, bewijst, dat ook door het
publiek dit tafel water goed bevonden
en hoog geschat wordt.
Het seizoen is reeds zoo ver gevor
derd dat niet velen onzer de Rijnstre
ken nog dit jaar zullen bezoeken, en
aan de Rhenserbron hunnen dorst laven.
Toch kan een ieder ook nu met het Rhen-
serbronwater kennis maken, daar het
tegenwoordig overal in ons land ver
krijgbaar wordt gesteld.
Onze collega's kunnen wij bepaald
aanraden om voor hunne zaken voort
aan alleen het Rhenser in te slaan
zij hebben dan de zekerheid, dat zij
zonder duur in te koopen (de prijzen
zijn niet te hoog gesteld) aan hunne
bezoekers den allerbesten en gezondsten
tafeldrank voorzetten.
In de meeste steden van ons land
heeft de Rhenser bron thans agenten
aangesteld, naar men ons van wel on
derrichte zijde mededeelde.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Vrijdag 29 September.
De onteigeningswet ten behoeve der verbin
ding van het station Delftsche Poort met het
Maasstation te Rotterdam werd bestreden door
den heer Vrolik, die met een geestig beroep
op het voorstellingsvermogen der Kamer, in de
verbindingslijn geen voordeelen als ceintuur
baan zag. Hij vergeleek de ombuiging met een
familiecorset dat moeder en 7 dochters kan
omsluiten. Zjj zou meer aan het doel beant
woorden, indien zij stadsdeelen onderling ver
bond. Voor het reizigersverkeer is de baan
niet dienstig en voor het onderhouden van
een levendig goederenverkeer is de fijn niet
noodig. Zi] schept een noodeloozen omweg en
brengt geen verbetering in den toestand. Ook
verzekert zij geen beter gebruik van het rol
lend materieel. Spr. kon zich het doel van
die ceintuurbaan met het oog op de bruik
baarheid der beide spoorwegmaatschappijen
niet juist voorstellen en vroeg daarom nadere
opheldering.
De heer Mees trachtte die allereerst te ver
schaffen door de beteekenis van de verbinding
in het licht te stellen, welke, zonder nog te
gewagen van het ondergeschikte voordeel eener
directe lijn tusschen Hoek-van-Holland en
Noord-üuitschland, de mogelijkheid opent om
verschillende stations met elkaar in aanraking
te brepgen en de Hollandsche en Staatsspoorw.-
maatsch. gelegenheid te geven aan verschil
lende stations goederen op te nemen en af te
laden. De Minister van Waterstaat ontvouwde
het algemeen belang aan deze verbindingslijn
verknocht, wenschelijk als het is dat groote
handelsplaatsen hare los- en laadplaatsen voor
zeeschepen onderling met den opvoerweg kun
nen verbinden, ten einde de waggons van de
eene naar de andere plaats te kunnen dirigee-
ren, onafhankelijk van de lijnen waarmede ze
worden aangevoerd.
Ook is dergelijke verbinding nuttig bij ge
sloten water. Zoowel wegens het belang van
het goederen- als van het locaalvervoer ver
dedigde de Min. uitvoerig dsze verbindingslijn.
Tegen de verbinding door Rotterdam had de
gemeente groote bezwaren. Het belang van
het rangeerterrein stelde hjj mede in het licht
en bij de aanwijzing van het emplacement zou
nader op de belangen van den handel worden
gelet.
De heer Veeg ens maakte dit plan geheel
los van de spoorwegovereenkomsten van 1890.
De lieer Y r o 1 i k handhaafde zijne bezwaren
en beweerde dat eene verbinding door de
stad Rotterdam alleszins technisch uitvoerbaar
is. Naar zijne ovestuiging zal het millioen
daaraan ten koste te leggen niet leiden tot
het doel. De min. trekke deze overeenkomst in.
Uit een technisch oogpunt vond de heer
Borgesius veel voor de voorgestelde rich
ting te zeggen, maar zijn flnancieele bedenkin
gen waren niet opgelost in zoover hij een bij
drage van het rijk van 13 ton te hoog achtte.
Spr. drong er op aan de flnancieele kwestie
nader te regelen met de betrokken maatschap
pijen en inmiddels de behandeling te schorsen,
tan einde het ontwerp tegen verwerping te
vr ijwaren.
De verdere behandeling zal Dinsdag worden
voortgezet, omdat de Kamer den namiddag in
de secties ging.
Bij Kon. besluit van 27 September
is, met ingang van 1 November a.s.:
lo. aan jhr. rar. E. C. M. De Kuyper,
op zijn verzoek, eervol ontslag verleend
als Commissaris der Koningin in de
provincie Limburg, met dankzegging
voor de vele diensten in die betrekking
den lande bewezen
2o. tot Commissaris der Koningin in
de provincie Limburg benoemd jhr. mr.
G. L. M. H. Ruys van Beerenbroek,
lid van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal
Door den Minister van Financien zijn
eenige wijzigingen gebracht in het wets
ontwerp, houdende nadere bepalingen
omtrent den accijns op de suiker.
Vermits het niet mogelijk zal wezen
de nieuw voorgestelde bepalingen nopens
het rendement reeds bij den aanvang
van den herfst toe te passen, wordt voor
gesteld ook het jaar 1896 in de voor
dracht te begrijpen, maar dan ook het
cijfer van den op te brengen accijns van
f 8,500,000 te brengen op f 8,650,000.
Men schrijft ons, naar aanleiding van
de mededeeling van den Minister van
Financien, dat de uitkoms t der V er mogen s-
belasting vooral niet meer dan de raming
zal opbrengen
„De Vermogensbelasting is vooral ook
onverstandig.
„Zij zal den mindere drukken, omdat
de meerdere, die alle jaren een hoog
aanslagbiljet van den Staat zal ontvan
gen, wel zal toezien, dat zijn andere
rekeningen lager blijven. Zij, die bv.
een gemiddeld inkomen van f 8000 heb
ben, zien nu reeds tegen een uitgaaf
van f 100 opthans zal hun de Staat
jaarlijks een „nota" van f 237 doen
toekomen. De grootere fortuinen zullen
door de nieuwe en gehate heffing da
mogelijkheid tot kapitaaloplegging ver
liezen. Guizot heeft gezegd „1' Epargne
c'est la prosperité des Pays", en die
uitspraak heeft zich wel gerechtvaardigd
in Frankrijk, dat met al zijn verliezen
rijk blijft. In Nedeiland zal van be
sparen op aanzienlijke bezittingen niet
veel meer komen daarom de Vermogens
belasting is een onverstandige belasting.
Een income-tax van 2 pCt., dus voor
een inkomen van f8000 (p. m. 2 ton
kapitaal) f 160, voor een inkomen van
40 mille (p. m. een millioen kapitaal)
f 800 dat ware redelijk en billijk ge
weest.
Het wetsontwerp tot uitbreiding van
het getuigenbewijs in burgerlijke zaken
heft op de uitsluiting van dat bewijs
in civiele zaken, waarin meer dan een
beperkte geldsom wordt gevorderd.
Volgens den minister van justitie heeft
het bestaande stelsel het nadeel, dat
het gebruik van den eed als uiterste
middel ter beslissing van een geschi
wordt bevorderd. Door het wegvallen
van het beperkende art. 1933 van het
burgerlijk wetboek verdwijnen ook de
artt. 19361938 en worden de artt.
1934, 1935 en 1939 gewijzigd.
De nieuwe wet op de krijgstucht be
houdt in hoofdzaak de grondslagen der
vigeerende wetgeving en herstelt alleen
de ondervonden gebreken zij bevat aan
vulling van gebleken leemten of brengt
wenschelijke wijzigingen aan. Het krijgs-
tuchtelijke rejht voor land-en zeemacht
is in één ontwerp vervat. De militaire
disciplinaire vergrijpen worden in twee
klassen ondorscheiden. Tot de eerste be
lmoren handelingen die een schending
der militaire verplichtingen opleveren
tot de andere delicten, die disciplinair
kunnen worden afgedaan en ettelijke
overtredingen tegen de krijgstucht.
In de memorie van toelichting bij de
begrooting voor het departement van
waterstaat, handel en nijverheid wordt
het volgende medegedeeld omtrent de
verbetering van den Waterweg langs
Rotterdam naar zee.
De toestand van dien weg blijft
gunstig.
In en voor den mond en tusschen de
hoofden wordt een ongeveer 170 M.
breed vaarwater met eene diepte van
minstens 75 dM. onder laag water,
doorloopende tot aan de overeenkomstige
diepte in zee, aangetroffen.
Door de in het najaar van 1892 aan
gevangen en thans nagenoeg voltooide
werken bij het zoogenaamde Zuiden, is
de toestand aldaar aanzienlijk ver
beterd, wordende er thans een minste
diepte van ongevoer 67 dM. onder laag
water gepeild. Met vertrouwen mag
worden verwacht, dat in volgende jaren
zoowel het vaarwater bij het Zuiden als
het- vaarwater in den stroomoverhang
bij den Hoorn, waar thans eene minste
diepte van 69 dM. onder laagwater
wordt aangetroffen en de toestand der-
lalve zeer gunstig is, door bagger-
werken van betrekkelijk geringen om
vang in zeer voldoenden toestand zullen
te houden zijn.
Schepen van 74 dM. diepgang kunnen
thans ongehinderd naar Rottei dam op
varen.
Voor de verbetering van de Nieuwe
aas tusschen Krimpen en Rott n-dam
wordt een bedrag van f 355,000 aan
gevraagd, ten einde eenen aanvang te
kunnen maken met het opruimen van
de Groeneplaat en hét maken van eenen
strekdam langs den rechteroever aan
den Stormpolder.
Als een staaltje van beknopte om
schrijving van een begrootings-artikel
vermelden wij hier den inhoud van een
artikel op de Indische Begrooting| voor
1894:
„Uitgaven voor het verzamelen van
gegevens, waardoor door den gourerneur-
generaal kan beoordeeld worden in welke
opzichten verandering van bestaande rege
lingen of gebruiken zou kunnen leiden
tot vermindering van de uitgaven ten
laste der begrooting tan Nederlandsch-
Indië en voor zooveel niet dadelijk
in die richting maatregelen kunnen wor
den genomen hoe eén afdoend onder
zoek kan worden ingesteld naar de mo
gelijkheid der beoogde bezuinigingen en
de middelen om ze tot stand te brengen."
Dit alles zal slechts f6000 kosten.
Het is bijna voor niets. {Dll. v. Z.-H.)
Naar aanleiding van het tweede af-
deelingsonderzoek van het wetsvoorstel
tot instelling van arbeidskamers heeft de
heer Schimmelpennick opnieuw inge
diend een afzonderlijk voorstel. Nieuwe
zaken bevat het nietwijzigingen zijn
aangebracht op grond van de beschou
wingen bij het sectie-onderzoek.
Dat zij den ijver der politie, schijnt
Den Haag geen goed arbeidsveld der
flesschentrekkers meer te zijn. Verschil
lende hunner toch, en onder hen da
meest beruchte, hebben de residentie
metterwoon verlaten.
Er is bepaald, dat dag en nacht a.b.
van Hr. Ms. „Admiraal van Wassenaar"
te Amsterdam, een officier van gezond
heid aanwezig zal moeten zijn, ten einde
desverlangd hulp te verleenen bij plotse
linge gevallen van cholera aan boord
van Hr. Ms. schepen in de marinieiska-
zerne of op 's Rijks werf.
Door het bestuur der afdeeling Am
sterdam van den Ned. E. K. f olksbond
is, naar aanleiding van het door den
minister van marine genomen besluit,
om tegen 15 Oct. een 50-tal huistimmer-
lieden, werkzaam op 's rijks werf, te
ontslaan, aan dien minister een adres
gericht van gelijke strekking als de
adressen, door de scheepsverschieters-
vareeniging Eenheid onder ons en Patri
monium aan don minister gezonden.
In een vergadering van winkeliers
te Groningen is voorgoed besloten, met
ingang van 1 October a. s. 's avonds
te 9 uur den. winkel te sluiten, uitge
zonderd des Zaterdags-avonds, 14 dagen
vóór St. Nicolaas en de avonden voor
de christelijke feestdagen. Het is reeds
zeker, dat deze door het winkelperso
neel zoozeer gewenschte maatregel zal
genomen worden door 100 confectiewin-
en 30 goudsmeden en juweliers. Vele
anderen hebben voorwaardelijk hunne
medewerking toegezegd.
De vergadering besloot verder nog
in beginsel tot het oprichten van een win-
keliers-vereeniging.