Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Damescomité tegen armoede.
BINNENLAND.
waarvoor 130.000 p. st. noodig zouden zijn,
verworpen. De correspondent van de Times
betreurt dit besluit, dat hij onvoldoende
acht. De schatten van het museum zullen
nu gedurende twee of drie jaren ontoegan
kelijk zijn en diefstallen tijdens de restau
ratie zullen vrij gemakkelijk worden. Hij
roept alle Egyptologen op, om van hunne
belangstelling voor het museum te doen
blijken.
De Times verneemt uit Ottawa, dat
krachtens het nieuwe mail-contract, door
de regeering met Huddart gesloten, de
nieuwe maildienst tusschen Engeland en
Canada in het voorjaar van 1890 zal begin
nen. Door de aansluiting aan de mail Pa-
cificzijde zullen de reizigers en de brieven
slechts vijf-en-twintig dagen noodig hebben
voor de reis van Londen naar Australië.
Schiedam, 9 Maart 1894.
Wij vestigen de aandacht op achterstaande
rede van den heer mr. Smeenge, lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, omdat
daarin door een erkend tegenstander beves
tigd wordt, wat van katholieke zijde over
den toestand van den arbeid en de richting
van het openbaar onderwijs reeds meerma
len werd in het midden gebracht.
Bij Burgemeester en Wethouders van
Schiedam is ingekomen een verzoek van den
heer S. J. Zoetmulder alhier om vergunning
tot uitbreiding zijner brander ij
aan de Nieuwe Haven alhier.
Gelegenheid tot het inbrengen van be
zwaren tegen het toestaan van dit verzoek,
zal op Donderdag 22 Maart aanst. ten
Raadhuize worden gegeven, terwijl drie
dagen vóór genoemd tijdstip van de schrif
turen die ter zake mochten zijn ingekomen,
ter secretarie kennis kan worden genomen.
De gewone jaarlijksche Paardenmarkt,
heden alhier onder begunstiging van fraai
weder gehouden, was zeer druk bezocht.
Aan de lijn bevonden zich 125 paarden,
2 muilezels en 1 ezel, waarvoor gevraagd
werd van f 40 tot f 250 71 paarden werden
verkocht, waarvoor besteed werd van f 50
tot f 250, Onder die 71 paarden waren er
30 voor de slachtbank bestemd, die van
f 40 tot f'100 golden.
Verleden jaar waren er aangevoerd 98
paarden en 1 muilezel, waarvan er 63 wer
den verkocht.
De ongewone drukte die heden de Paar
denmarkt in onze stad bracht, ging, als
altijd, vergezeld van eenige woelige tooneel-
tjes. Zoo raakten o. a. op de Groote Markt
eenige spoelinghalers handgemeen met den
houder van een koekkraampje, die door
de politie met de blanken sabel moest wor
den ontzet.
Op den 2en Maart jl. hield het Bestuur
van het Dames-Comité tegen armoede zijne
eerste vergadering.
Art. 10b van het huish. reglement zegt
Het Bestuur regelt de vorming van de kas
tot bestrijding der kosten van stofteiijken
onderstand.
In verband hiermede werd besloten, dat
door de leden der wijk-vereenigingen in
elke wijk zal worden rondgegaan met het
doel een jaarlijksche contributie of een gift
in eens te ontvangen tot vorming van bo
vengenoemde kas.
Als wij de vrijheid nemen, deze nieuwe
aanvrage om eene geldelijke bijdrage aan
te bevelen, dan mag allereerst wel worden
gezegd, waartoe deze kas zal dienen.
Kortheidshalve laten wij hier volgen de
artikelen van het Reglement, welke hierop
betrekking hebben.
Art. 2. Het doel van dit Comité is be
strijding van de oorzaken der armoede.
Art. 3. Dit doel zal het trachten te be
reiken door het verstrekken van:
a. Zedelijken steun.
b. Stoffelijken onderstand bij volstrekte
noodzakelijkheid.
Art. 11. Als regel wordt het verstrekken
van stoffelijken onderstand aan de armbe
sturen en de bestaande instellingen van
weldadigheid overgelaten.
Bij volstrekte noodzakelijkheid en bij ver
kregen overtuiging, dat de toestand van den
behoeftige er duurzaam door wordt ver
beterd, kan door de wijkvereeniging in over
leg met het betrokken armbestuur of eenige
instelling van weldadigheid stoffelijk onder
stand worden verstrekt.
Die onderstand kan nooit langer dan voor
6 weken worden verleend, tenzij telkens
onder goedkeuring van het Bestuur.
In spoedeischende gevallen heeft elk lid,
onder verantwoordelijkheid tegenover de
wijkvergadering, de bevoegdheid stoffelijken
onderstand te verstrekken tot ten hoogste
f10. Zij is verplicht hiervan mededeeling
te doen aan de eerste wijkvergadering.
Art. 12. De uitgaven worden bestreden
uit de kas van het Comité.
Deze kas wordt gevormd door
a. Geregelde bijdrijgen 'tzij in geld
ot in natura.
b. Gitten.
Art. 13. Jaarlijks wordt door het Bestuur
rekening en verantwoording gedaan aan de
Vereeniging tegen Bedelarij, die deze open-
baarmaakt.
Art. 15. Het Comité streeft naar samen
werking met de armbesturen en de be
staande instellingen van weldadigheid.
In geen geval dus bedeeling, in geen ge
val optreden zonder voorkennis van een
betrokken armbestuur ot eenige instelling
van liefdadigheid.
Het kan niet met genoeg nadruk worden
gezegd, dat het comité niet wil treden op
het terrein der kerkelijke armenzorg, noch
vraagt om het geld, dat men gewoon was
daarvoor af te zonderen.
Wanneer sleclits in hoofdsom wordt ver
kregen, wat wordt gegeven, of kan worden
gegeven aan bedelaars van allerlei soort,
dan zal naar onze meening de moeite van
den ommegang ruimschoots worden beloond.
Het comité neemt ook giften in ontvangst,
bestemd voor bepaalde personen, onder
voorwaarde evenwel, dat ze besteed kunnen
worden tot blijvende verbetering van den
toestand der aangewezenen.
Met een hartelijke aanbeveling tot deel
neming, al is het nog zoo bescheiden, be
sluiten wij dit bericht.
Het Bestuur v,h Dames-Comité voorn.
M. W. Visser-Sonneveld,
algem. presidente.
J. M. Aaltsz,
algem. secretarisse.
In de Raadszitting gisteren-middag te
Rotterdam gehouden, werd besloten tot uit
gifte van het restant ad f 1.000.000 der 3|
pCt. leening van 1893 bij openbare inschrij
ving zoowel daar als te Amsterdam.
Met het oog op het heerschen der pok
ken te Rotterdam c. s. voor den miliciens
der lichting 1894 uit die gemeenten wel
onder de wapenen geroepen, doch niet op
de garnizoenen alwaar te zijn ingedeeld
gedirigeerd.
Zij worden tijdelijk gekazerneerd in het
fort Rynauwen, tot logies ingericht, en blij
ven aldaar eenige weken in observatie. Als
commandant is aangewezen, de kapitein
voor sociale diensten. A. van Hille, van het
6e regiment infanterie te Breda, voor welk
korps die lotelingen grootendeels bestemd
zij»-
Op de circulaires, te Rotterdam rondge
zonden, betreffende het geven van stoelen
aan winkeljuffrouwen, waarvan wij eenige
dagen geleden melding maakten, zijn 58
antwoorden met betuiging var. instemming
inkomen. In verreweg de meeste daarvan
werd medegedeeld, dat reeds lang aan het
vrouwelijk personeel gelegenheid tot zitten
werd gegeven, in de overige werd dit voor
het vervolg toegezegd. Op de overige 218
circulaires werd geen antwoord ontvangen
zoodat de medewerking van de winkeliers
niet zoo algemeen is, als men gehoopt had.
Rotterdam een reuzenzalm kocht, gisteren
werd hij eigenaar van een visch, die niet
minder dan zestig halve kilo's weegt. De
zalm heeft de zeldzame lengte van 147 cm.
dus bijna manshoogte, terwijl de grootste
omtrek 77 cm. bedraagt. De reus zal ge
rookt worden en denkelijk voor de tentoon
stelling te Antwerpen dienen om daar een
voorbeeld te geven van onzen Hollandschen
winterzalm.
Maakte men Onlangs melding dat de heer
I. Van Soldt, op het Kralingsche Veer te
De verbroken communicatie van den Oost-
singelweg nabij de Tweemolentjesvaart te
Delft zal worden hersteld, althans gedeelte
lijk. Zoowel daar, als aan het einde der
Nieuwelaan, wordt een pontje in de vaart
gebracht, waartoe door Gedeputeerde Sta
ten van Zuid-Holland concessie is verleend.
Te Maassluis is van de trawlvisscherij
binnengekomen de Katwijksche bomschuit
«Luctor et Emergo" met een klein partijtje
plat- en rondvisch. De visschers hadden veel
last van het onstuimige weder.
Mr. Smeenge over Ambachts-onderwijs.
Voor eene weinig talrijke vergadering trad
gisteren-avond in het lokaal «Paulus" op
de heer mr. Smeenge, lid van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal. De Voorzitter
der «Kiesvereeniging Schiedam," die de ver
gadering had belegd, de heer M. Horn,
leidde de spreker bij de vergadering in als
een medestander van den minister Tak
van Poortvliet, wien hij hulde bracht om
zijn helder inzicht in de toekomst door de
indiening van het ontwerp-kieswet betoond.
Deed deze inleiding vermoeden dat de
heer Smeenge over de Kieswet zou spreken
- een vermoeden dat wellicht velen van
het bezoeken der vergadering had teruggehou
den de spreker had onder dit opzicht
den inleider teleur moeten stellen. Veel
meer dan de politieke kwestiën zullen volgens
hem in de naaste toekomst de sociale vragen
aan de orde komen, en daarom had spr. het
beter geoordeeld eene voordracht te houden
over ambachts-onderwijs een zaak die langen
tijd maar al te veel verwaarloosd is en een
voorname plaats in het sociaal program
inneemt.
Uitgaande van het spreekwoord «kennis
is macht" betoogde spr., dat dit woord te
meer waarheid bevat in onzen tijd nu de
strijd voor het bestaan voor velen zoo moei
lijk is en niet meer de wegen kunnen be
wandeld worden, die vroeger werden be
treden. In het kort stelde spr. in 't licht,
dat de belangstelling in de opleiding van
den toekomstige ambachtsman er sedert de
uitbreiding van het kiesrecht wel wat
op verbeterd is, om daarna te komen tot de
vraag hoe is het gekomen, dat het met de
opleiding van den ambachtsman thans zoo
treurig gesteld is. De oorzaak was volgens
hem daarin te zoeken dat, toen de nieuwere
denkbeelden in botsing kwamen met het
oude gildewezen, men de beperkende voor
schriften heeft opgeheven, zonder het goede
te behouden dat er in dat gildewezen ge
legen is: de band tusschen leermeester en
leerling was onberaden verbroken.
Verder stelde spr. in het licht, dat de
tegenwoordige richting van liet lager onder
wijs er niet op berekend is lust voor liet
ambacht op te wekken, maar de leerlingen
veeleer tot klerken en bureaulisten vormt.
Ook het middelbaar onderwijs, dat volgens
de bedoeling van Thorbecke strekken moest
om de spreuk «kennis is macht" voor den
ambachtsman tot waarheid te maken, heeft
zijn doel gemist, omdat liet slechts bere
kend is op de theoretische vorming en de
practische opleiding geheel voorbij ziet.
Wat moet er dan worden gedaan om in
dien onhoudbaren toestand verbetering te
brengen Volgens spreker moeten wij
terug naar het grijs verleden, naar het jaar
1303, toen er contracten gesloten werden
tusschen leermeester en leerling, waarvan
spr. er een paar mededeelde. Die contrac
ten waarborgden de duurzaamheid van de
betrekkingen tusschen patroon en gezel.
Zij verhoedden, dat de leerling na kortetl
tijd zijn leermeester verliet om een and0'
ren baas de vruchten te doen plukken va"
het onderwijs, dat zijn eerste meester aaD
hem had besteed maar zij waren ook v°°r
den leermeester een spoorslag om zijne11
leerling zoo spoedig mogelijk op de hoogt0
te stellen, omdat hij dan zooveel te eerd01"
en voor langen tijd vruchten van hem k°!l
trekken. Onder de gewijzigde tijdomstaU'
digheden zou spr. willen, dat daartoe °P*
gerichte vereenigingen in dit geval voor d011
leerling optraden, en in zijne plaats d01'
leermeester de verlangde waarborgen va11
duurzaamheid zouden geven.
Ook het ambachts-onderwijs beantwoord'
volgens spr. in de tegenwoordige omsta11'
digheden niet geheel aan zijn doel. Ëetl
groot bezwaar voor de ouders om hunn0
kinderen van dat onderwijs gebruik te do011
maken, is dat zij in den tijd dien zij op d0
ambachtsschool moeten doorbrengen, nie';S
kunnen verdienen. Spr. zou dit bezwaa'
willen opheffen door de leerlingen der hoogs'6
klassen van die ambachtsscholen voor hunn00
arbeid te doen betalen. Ook hier zoud0ll>
waar de krachten der betrokken bestur011
tekort schieten, vereenigingen bemiddelend
kunnen optreden. Spr. beval zijne denk'
beelden der vergadering aan en hoopte da'
zij er over zoude nadenken.
Van de gelegenheid tot debat werd all0el1
gebruikt gemaakt door den heer G.
Snel, die wees op het exploiteeren van jon'
gens bij vakken, waardoor de patroon word'
gebaat, maar den ouderen werklieden word'
te kort gedaan. De heer Smeenge beloofd6
den heer Snel over dit moeilijk vraagstuk
nog eens ernstig te zullen nadenken en '6
overwegen hoe dit euvel op de beste vvijze
is te keeren.
De Voorzitter der «Kiesvereeniging Scbi0'
dam" dankte den spreker van den avond
voor zijne leerrijke voordracht. Hij had d0
vergadering geboeid door de wijze waamP
hij het onderwerp zijner lezing had behaU'
deld en haar tot nadenken gestemd.
de verzekering dat er zal worden overwog611
wat wij in onze stad kunnen doen om zij°6
denkbeelden te verwezenlijken, sloot hij d0
vergadering.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Donderdag 8 Maart.
Aan de orde is art. 4 der Kieswet en d0
daarop voorgestelde amendementen.
De heer Van der Kaay verdedigd6
nader het mede door hem voorgesteld am01?'
dementRoëil, en beveelt het nader gevvij'
zigd amendement De Meijier in de welwn'
lendheid der Regeering aan.
De heer Borgesius bestreed h6
amendement De Meijier, omdat het van b0'
lasting spreek en z. i. te hooge eischen aa6
de woningen stelt.
De heer Mees beval het amendement-"'
de Meijier der Regeering aan, maar g0e'
den voorsteller in overweging zijn amend0'
ment in dien zin te wijzigen, dat hij d0
alinea, waarin gesproken wordt van de p01"
soneele belasting, laat vervallen, en d0l)
eisch stelt dat. de woning van den kiez01"'
hoofd van een huisgezin, zal moeten bestaa'1
uit twee vertrekken of' uit een vertrek 6"
een keuken of achterhuis voor huishoudelijk
gebruik bestemd.
De heer H e I d t bestreed het amendement''
De Meijier, ook indien het gewijzigd wo'd
in den geest van den heer Mees, onnda
in de groote steden honderdduizenden de
beste werklieden een woning hebben, w0'k6
uit slechts één vertrek bestaat.
De Minister van Binnenland
sche Zaken ontried aan de Kamer
aanneming van het amendement Roëll e
ontwikkelde eenige bezwaren tegen he
amendement - De Meijier. Speciaal nao6
daaruit vervallen de personeele belasting
blijken, dat de inwonende zonen, comnae11
salen en bedienden niet worden uitgeslot0^
De heer L u c a s s e bestreed de schi'i)
proef, en maakte enkele bedenkingen teg6
het amendement-De Meijier. t
De heer Van A 1 p h e n zou voor h6
amendementDe Meijier stemmen,
daarin de personeele belasting vervalt- J
en de heer Mackay zullen in dat geval hu
eerste amendement intrekken.
De heer V e e g e n s bestreed het anae