tegenwoordig. Niet alleen dat hij geen enkele ziekte heeft, maar hij is betrekke lijk sterkals hij niet onverwacht een ziekte krijgt, wordt hij stellig negentig jaar." De Paus staat om halfzeven of zeven uur op, leest zijn H. Mis en gebruikt om acht uur het ontbijt bestaande uit koffie of cho colade en melk met brood. Daarna houdt Hij audiëntie en receptie en om twee uur het middagmaal, een weinig soep, een zeer klein stukje vleesch en vruchten. Na een praatje met de prelaten van zijn hofhou ding, doet de H. Vader een middagdutje, daarna leest en studeert Hij, maakt een wandeling in den tuin van het Vaticaan, en om acht uur is het souper, als gij het zoo noemen wilt, want Z. H. gebruikt in een week minder dan een ander op één dag. Na het souper leest de Paus eenige dag bladen, en tegen halftwaalf of twaalf uur begeeft Hij zich ter ruste. (C.) Stads- en Gewestelijk Nieuws. Schiedam, 19 Juli 1894. Voor de leden van den Gemeenteraad is ten raadhuize ter inzage nedergeiegd eene voordracht ter benoeming van eene onder wijzeres 3e klasse aan de openbare school met uitgebreid leerplan voor meisjes. Op die voordracht zijn geplaatst1. J. G. Tijl, onderwijzeres alhier2. M. Bijl, onder wijzeres te 's-Gravezande3. W. Kouwen- hoven, onderwijzeres alhier. Naar van bevoegde zijde aan de Schied. Crt. verzekerd wordt, is het bericht van het Dagblad omtrent een hoofdelijken omslag bij de Ned. Herv. gemeente alhier, geheel onjuist. Vooralsnog is er geen sprake van het heffen van een hoofdelijken omslag, veel minder van verzet daar tegen. Door Me Vlaardingsche Harddraverij-Ver- eeniging »de Eendracht", is in hare Maan dag-avond te Vlaardingen gehouden verga dering besloten, dit jaar geen harddraverij te doen houden. Nog altijd verkeert Vlaardingen's burge meester in een lijdenden toestand. Hoewel niet gevaarlijk ziek, achtten de doktoren in het ziekenhuis te 's-Gravenhage het toch noodzakelijk, dat de heer Falck eenigen tijd in Duitschland verpleegd zou worden in een inrichting speciaal voor zenuwlijders. Daar heen is hij deze week vertrokken. Dinsdag had de machinist van het Rijks recherche-vaartuig Argus, W. Goedendorp te Vlaardingen, het ongeluk met een zijner beenen tusschen de machine bekneld te raken, waardoor hij waarschijnlijk dat lichaamsdeel zal moeten missen. Hij is ter stond overgebracht naar het Ziekenhuis aan den Coolsingel te Rotterdam. Toen gisteren-morgen de hier te lande verwachte Deensche prins met het stoom schip Helgoland Vlaardingen passeerde, werd van het koffiehuis de Maas door den Ha venmeester het gebruikelijke saluut gedaan. Gisteren-ochtend is het Deensche oorlogs schip Helgoland te Rotterdam aangekomen en heeft ligplaats genomen op stroom aan boei 8 vóór het Willemsplein. Aan boord van dezen oorlogsbodem, die onder com mando staat van den kapitein ter zee C. T. Wandel bevindt zich prins Christiaan Fre- derik Karei George Waldemar Axel, geboren te Charlottenlund den 3n Aug. 1872. Deze prins is de tweede zoon van den Deenschen kroonprins en bekleedt bij de Deensche marine den rang van luitenant ter zee. De Helgoland is een pantserschip, heeft een lengte van 259.6 en een breedte van 59 Engeische voet en meet netto 1475 regis- terton. De diepgang is 19.2 Engeische voet. De heer C. M. Viruiy, consul-generaal en de heer C. L. Kirchheimer, vice-consul van Denemarken, begaven zich ter begroeting aan boord. Ook de burgemeester heeft een bezoek aan boord gebracht. Ter eere van de bezoekers werden saluutschoten gelost. Aan het Deensche consulaat in het Poort gebouw, zoomede op de daar liggende zeil en stoomschepen is, zoodra de aankomst van prins Carl bekend werd, de nationale vlag geheschen. In den namiddag arriveerden kort na elkan der de beide Nederlandsche pantserschepen Guinea en Stier. Zij werden ieder afzon derlijk door het Deensche oorlogsschip met het Wien Neerlandsch Bloed begroet, terwijl de equipage zoowel op het Deensche als op de beide Nederlandsche oorlogsschepen in parade was opgesteld. De kommandanten brachten elkander bezoeken. Drie matrozen, twee Duitschers en een Deen, wilden zich gisterennacht van de Rijn haven te Rotterdam naar hun op stroom liggend schip begeven en maakten daartoe een boot van den wal los die daar onbeheerd lag. Onderweg bekwam het vaartuigje een lek en liep aanstonds zóó vol, dat de manner, er uit sprongen met het doel zich aan de boorden vast te klampen en zoodoende drijvende te blijven tot er hulp zou zijn opgedaagd. Op het geroep der in nood ver keerenden kwamen er wel personen in bootjes te hulp, doch even te laat, want de drie drenkelingen hadden zich losgelaten en waren in de diepte verdwenen. Eén lijk is opgevischt en naar Crooswijk gebracht. De twee anderen zijn nog niet gevonden. Aan het politie-bureau in de Witte-de- Withstraat te Rotterdam is gisteren namid dag in bewaring gesteld een man, die uit brooddronkenheid een 13-jarigen jongen in de Westerhaven heeft geworpen. De jongen werd gered door twee matrozen van het daar liggende Fransche oorlogsschip La Mouette, die hem nasprongen. Een pleiziertrem uit Zeeland met 823 passagiers bracht gisteren tal van Zeeuw- sche boeren en boerinnen te Rotterdam, die in hunne oud-nationale kleederdracht den geheelen dag de straten alleraardigst stoffeer den, wat vooral de belangstelling der daar vertoevende buitenlanders opwekte. Door de Kamer van koophandel en fabrie ken te Delft is adhaesie betuigd aan het adres door de Tweede Kamer der Staten- Generaal gericht, waarin wordt gewezen op de wenschelijkheid om bij eene aan staande vacature tot consul-generaal te Ham burg een geboren Nederlander te benoemen. Het Rolt. Nwsbl. verbetert een vorig be richt omtrent de nieuwe gist door de Ned. Gist- en Spiritusfabriek te Delft in den han del te brengen, in dien zin, dat het niet zal zijn »brandgist" maar Bondsgist. BINNENLAND. Blijkens een telegram van den gouverneur- generaal van Nederlandsch-Indië van 18 dezer, wordt de gouvernements-koffieoogst op Java voor dit jaar thans geraamd op 312,910 pikols. Op 5 dezer is te Lissabon, in afwachting der sluiting van een handels- en scheepvaart verdrag op breedere grondslagen tusschen Nederland en Portugal, eene verklaring geteekend, houdende voorloopige regeling der handelsbetrekkingen en van de scheep vaart. St.-Ct De Koninginnen zijn gisteren met een afzonderlijken trein over Frankfort en Keu len naar Soestdijk vertrokken. Naar aanleiding van het reeds door ons vermelde adres, door het hoofdbestuur der Vereeniging van Christelijke Onderwijzers en Onderwijzeressen aan den minister van Binnenlandsche Zaken verzonden, om ook dit jaar aan te dringen op wijziging van het koninklijk besluit in zake het getal on derwijzers, dat op 1 Jan. 1895 op de bijzon dere scholen gevorderd wordt, merkt het (liberale) Schoolblad op »Dit zal wel weer moeten worden toege staan. Nood breekt wet, en op de openbare school houdt men zich, door den nood ge drongen, niet aan de voorschriften, hoe kan met het dan op de bijzondere doen?" De Gouverneur van Suriname, Jhr. van Asch van Wijck, thans in Zwitserland vertoe vende wordt den laatste dezer maand hier te lande terug verwacht en zal waarschijn lijk den 6n en 13en Augustus zijn audien- tien aan het Departement van Koloniën hervatten. Jhr. van Asch van Wijck verlaat vermoedelijk den 28en Augustus het land om naar Suriname terug te keeren. Bij onderzoek van de prov. begrooting van Zuid-Holland is in de afdeelingen aan gedrongen op de beweegbaarmaking der bruggen in het kanaal van den Rijn naar de Schie en op verbetering van het vaar water tusschen Overschie en Schiedam. Aan Gedeputeerde Staten is een voordracht gevraagd tot toekenning van een stoffelijk huldebewijs aan den hoofd ingenieur van den provincialen waterstaat, onder wiens twintig jarig beheer, o. a. de brug over de Oude Maas en de verbetering van het vaarwater tusschen Rijn en Schie tot stand zijn ge komen. Het is zeer waarschijnlijk, zoo wordt ons gemeld, dat de eerst onlangs opgetreden Secretaris der pauselijke legatie Mgr. graaf Scapinelli, reeds in het najaar wellicht, naar een standplaats in zeer zachtere lucht streek zal worden verplaatst, daar sedert zijn aankomst in dit land gebleken is, dat zijn gezondheidstoestand klimaatverwisseling zal noodig maken. Op het congres voor binnenscheepvaart worden 3 4 honderd vreemdelingen ver wacht, terwijl ruim 200 Nederlanders zich als lid hebben laten inschrijven. Ook zullen verschillende dames medekomen, te wier behoeve zich een dames-comité van receptie heeft georganiseerd, waartoe behooren mej. Conrad, mevr. Leemans, mevr. De Jong (uit Rotterdam) en mevr. De Vries (uit Leeu warden). De ontvangst te Rotterdam op Dinsdag a. s. belooft zeer luisterrijk te zijn. Van gemeentewege zal een dejeuner worden aangeboden. Ook zal op een der dagen, men zegt Zaterdag, de voorzitter, de heer Van Bylandt, de leden op zijn landgoed recipieeren. Op de Plaats te 's-Gravenhage was Maan dag een groote oploop naar aanleiding van heftige bedreigingen, die door een persoon naar het hoofd werden geslingerd van een lid der rechterlijke macht, wien verweten werd dat door zijn toedoen op grond van valsche verklaringen een veroordeelerid von nis was uitgesproken. De persoon, die we gens dat vonnis een gevangenisstraf had ondergaan, overstelpte deswege het lid der rechterlijke macht met verwijten. De politie maakte aan de straatscène een einde, door den woordenrijken aanvaller te verwijderen en de menigte uiteen te doen gaan. De geniewerken, te Haarlemmermeer, waaraan ongeveer 4 jaar is gearbeid, kun nen als geëindigd beschouwd worden. Het nieuwe kanaal, hetwelk door sluizen toegang heeft tot het buitenwater, is reeds in gebruik genomen. Mocht deze vaart aan haar doel beant woorden, wat zeer betwijfeld wordt, om reden de diepte gering, de bruggen te laag en de sluizen te nauw zijn, dan zou dit zeer den bloei van de gemeente bevorderen. Prof. J. V. De Groot, Ord. Praed. Een vriendelijke hand stelde de Tijd in staat de volgende levensbijzonderheden mee te deelen omtrent den onlangs benoemden titularis voor den leerstoel in de wijsbe geerte ad mentem St. Thomae aan de Amsterdamsche Universiteit. De eerw. pater De Groot werd te Schie dam geboren den 4 Juli 1848. Zijn voor bereidende studiën deed hij aan het St. Dominicus-College te Nijmegen, onder leiding van den eerw pater Koors z. g. Reeds in September 1866 trad hij in de Orde van den H. Dominicus en voegde toen aan zijn doopnaam Joannes den naam toe van Vin- centius, een daad van piëteit jegens den eerbiedwaardigen pastoor Vincentius Van Ewijk, die hem het H. Doopsel toegediend hem als kind onderwezen en voorbereid had tot de Eerste H. Commnnie. Zijn proef jaar volbracht de jeugdige kloosterling onder leiding van den eerw. pater A. M. Joosten, thans titulair-bisschop vau Marciana en vi caris apostolicus van Curacao. Ofschoon de zwakke gezondheidstoestand van den novice aanvankelijk twijfel deed rijzen of hij in staat zou zijn den strengen kloosterregel te volgen, besloten zijn oversten reeds op 15 September 1867 hem tot de kloostergelof ten toe te laten. In 1870 werd hij belast met het doceeren der humaniora in het St.-Dominicus-College te Nijmegen, waar hij door zijn talent en niet minder door zijn aangename vormen de jongelieden, onder zijn leiding geplaatst, aan zich wist te verbinden en een aanvang maakte met zijn lievelingsstudie, de apolo gie het handhaven, verdedigen van de waarheid, de schoonheid, den goddelijken oorsprong der katholieke Kerk, haar instel lingen en gebruiken. De kerkgeschiedenis werd daartoe met voorliefde door hem be oefend. Weldra zag zijn uitmuntend werk: De Pausen en de Christelijke beschaving het licht en werd door Alberdingk Thijna o. a. met een toejuiching begroet, die even min twijfel liet aan de verdiensten van den jeugdigen auteur als van de verwachting, die de veeljarige kampioen zich van de toekomst zijns medestrijders vormde. In Augustus 1873 te Utrecht priester gewijd, bleef de eerwaarde pater De Groot aan het College werkzaam tot 1877, maar oefende tevens de zielezorg in de parochie uit en doceerde tevens aan zijn ordebroeders, de studenten, de dogmatiek, van 1875 1876, terwijl van dit laatste jaar af tot nu toe met eenige tusschenpoozen de leerstoel der apologie en die der kerkgeschiedenis door hem werd ingenomen. In Juli 1878 werd hem, na verdediging van stellingen, de titel van lector SS. Theologiae toegekend. Met zijn meer streng-wetenschappelijken en literairen arbeid wist hij als zielzorger een vruchtbaren werkkring te verbinden. Veel jaren lang leidde hij de Zondagavond- conferentiën van November tot Pascben in de Parochiekerkhij was de oprichter en bestuurder van den in twee afdeelingen gesplitsen Thomaskririg, waarin hij voor wetenschappelijk ontwikkelde jongelieden de groote vragen van den dag, de groote ge schilpunten in de Kerkgeschiedenis behan delde. Daarenboven eischten zijn druk bezochte biechtstoel, zijn uitgebreide armenpraktijk schier meer dan zijn beschikbaren tijd, in die mate, dat men zich te recht mocht afvragen hoe bij dit alles door hem nog gelegenheid werd gevonden tot het schrijven van verschillende artikelen voor de perio dieke pers, o.a. naar aanleiding der Ency cliek Rerum novarum, bijdragen in proza en poëzie in Alb. Thijm's Volksalmanak, enz. Behalve het boven reeds door ons ge noemde werk De Pausen en de Christelijke Beschaving, zagen nog van zijn hand het lichtVondel in zijn bespiegelingen, het Leven van den 11. Thomas van Aquino en eindelijk de ook buiten ons land met roem bekende Summa Apologetica. Als redenaar gevierd en gezocht, nam hij deel aan verschillende missiën en trad in menige plaats van ons Vaderland op tot het houden van lezingen, die met het nuttige het aangename wisten te vereenigen. Zijn verblijf in de Eeuwige Stad, waar hij zijn examen ad gradus had af te leggen, gaf hem tevens gelegenheid tot archeologische studiën, die wel nergens ter wereld zoo volledig als te Rome kunnen gemaakt worden- Na den daartoe in zijn Orde gevorderden tijd in het onderwijs der hoogere weten schappen te hebben doorgebracht, werd hij tot Magister Ss. Theologiae benoemd, een graad, die in de Dominicaner-Orde op een lijn staat met het doctoraat. In September 1890 werd hij tot prior gekozen van het Nijmeegsche convent, herkozen als zoodanig in September 1893, na op het algemeen kapittel der Orde te Lyon in 1891 tot De- finitor te zijn aangewezen. Naar wij vernemen, zal prof. De Groot, benoemd hoogleeraar aan de Universiteit, zich te Amsterdam vestigen en zijn intrek

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1894 | | pagina 2