Dagblad voor Schiedam en Omstreken. 18de Jaarg. Donderdag 7 Febraari 1895. No. 5111. bureau "gjboter&txaai 50. Be Doodkistenmaker. algemeen overzicht. PRIJS VAN DIT BLAD: ^oor Schiedam per 3 maandenf 1.50 Franco per post door geheel Nederland -2.— Afzonderlijke Nommers- 0.05 PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 16 regelsf 0.60 Elke gewone regel meer- 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. 6 Februari '95. De nieuwe zitting van het parlement te Men is gisteren op de gebruikelijke geopend. In de troonrede verklaart e koningin, dat de betrekkingen met de eemde mogendheden van vriendschappe- J 'en aard en bevredigend blijven. Verder ^ordt er gewag gemaakt van het vergelijk Frankrijk getroffen in zake de grens- egeling met Sierra Leone en wordt de oorlog tusschen China en Japan betreurd. 6 regeering blijft intusschen met de mo- podheden, welke in die streken belangen ohen, op vertrouwelijke en hartelijke wijze 'n verbinding en zal geene gunstige gele- 8enheid verliezen om een vreedzaam einde 6 stellen aan den strijd. Na een verslag botvangen te hebben over de buitensporig- euen door Turksche troepen in sommige 'stricten van Klein-Azië begaan, heeft de regeering gemeend, in vereeniging met 8ndere mogendheden, bij de Porte een ver log te moeten indienen. De Sultan heeft 2lJ't voornemen te kennen gegeven, de Schuldige officieren en soldaten streng te straffen. Hij heeft reeds eene commissie ^an onderzoek uitgezonden. Afgevaardigden er mogendheden, die consuls te Erzerum ebben, zullen de commissie vergezellen. e troonrede kondigt verder de indiening aan van wetsontwerpen tot wijziging van agrarische wet in Ierland, tot verbete ring van het lot der uitgezette pachters, ^ot opheffing der Anglicaansche kerk in ales als staatskerk, tot local option, tot Vef wezenlij king van het «een man éen stem," en tot instelling van scheidsgerech- ten tusschen arbeiders en patroons. In het Lagerhuis, bij het debat over het adres van antwoord, zeide de minister Har- court te gelooven, dat geen gouvernement en geen vorst oorlog verlangt, maar dat a"en oprecht en ernstig den vrede wenschen. wat de vloot betrof, zoo was de Regeering Feuilleton. ..Op eens hief een dikke Duitsche bakker 2ljn glas op, om de gezondheid der bazen te drinken en die hunner klanten. Deze heildronk vond buitengewone instem ming wederkeerig wenschte men elkander Seluk en werd er lustig over en weer ge blonken alleen Adriaan deed daaraan niet mede, hoewel hij niet verzuimde om toch geregeld zijn glas te ledigen. Deze stilzwijgendheid werd door zijn buur man Yourko opgemerkt. Waarom drinkt gij ook niet eens op lemands gezondheid, vriend Adriaan En aaar iedereen op de gezondheid zijner klan- te" drinkt, drink gij dan ook eens op de Uwen." Dit gezegde bracht Adriaan op een inval begon op droefgeestige wijze te lachen, voornemens het verleden jaar ingeleide program loyaal ten uitvoer te brengen. De verdere beraadslaging werd daarop verdaagd. Bij het debat over het adres in het Hoo- gerhuis zeide de minister-president, lord Rosebery, met betrekking tot Armenië, dat hij wel geloofde,dat de door de Porte gezonden commissie van onderzoek, onder het toe zicht der mogendheden, de waarheid aan het licht zal brengen. Indien de geruchten omtrent de gruwelen waar zijn, dan kan de toestand der Christenen in Klein-Azië niet blijven wat hij thans is. De vermin dering van misdaden in Ierland was voor eerst toe te schrijven aan eene wijze, wel willende en vastberaden politiek, en verder aan de omstandigheid, dat Ierland weet dat de rechtmatige aspiraties van het Iersche volk bovenaan blijven staan op het programma der liberale partij. Wat den landbouw betreft, de toestand daarvan be hoorde tot de allergewichtigste vraagstuk ken doch men moest het verslag der com missie van onderzoek afwachten, alvorens hulpmiddelen te kunnen voorstellen. Ten opzichte van het Hoogerhuis herhaalde Rosebery, dat de tegenwoordige verhouding een ernstig gevaar oplevert, en dat dit vraagstuk diende behandeld te worden langs den weg van eene resolutie in het Lager huis. Het was echter geen zaak, deze resolutie thans reeds te verlangen, aange zien er op haar eene ontbinding volgen moet, terwijl de Regeering vooraf nog eenige ontwerpen wenscht door te zetten, over eenkomstig hare beloften. Het adres van antwoord werd goedgekeurd. In een particulier telegram door de N, R. Ct. uit Parijs ontvangen, wordt het ontslagnemen van Casimir-Perier als presi dent der Fransche republiek, als volgt be sproken. Ernest Daudet, die zich in zijn Figaro-artikels altijd den schijn geeft van het naadje van de kous te weten, als er over politiek wordt gepraat, heeft zijne beschouwingen van heden-ochtend bestem en, zoo goed als het zijne beenen nog ver oorloofden, opstaande, riep hij uit «Gij hebt gelijk, buurman. Op de ge zondheid mijner dooden, en dat het hen wel ga!" Maar niemand beantwoordde deze heil dronk, welke door geheel het gezelschap als onbetamelijk werd beschouwd, en de doodkistenmaker moest te midden eener algemeene stilte weer gaan zitten. Nog maar korten tijd bleven de gasten bijeen, want de toost van Adriaan had de vreugde getemperd van het feest, dat zonder zijne onbeholpenheid, zou hebben voortgeduurd tot al de gasten onder tafel hadden gelegen. De gasten vertrokken eerst tegen den morgen de meesten waren dronken allen min of meer beneveld. De dikke bakker en de boekbinder, wiens gelaat zoo rood zag als een marokijn ledeien portefeuille, namen Yourko, die niet meer in staat was alleen te kunnen loopen, onder den arm, om hem naar het wachthuisje te geleiden, waarmede beiden meer dan eens kennis hadden gemaaktzij waren daarbij het Russische spreekwoord indachtig»wij leenen om later terug te ontvangen." Juister ware het geweest, als zij gezegd peld als «de waarheid over het ontslag van Casimir-Perier." Wat hij vertelt, gelijkt in vele opzichten op het interview, dat het Journal de Rouen openbaar heeft gemaakt. Maar het heet, dat de verhoudingen tusschen den vijfden president en het ministerie Dupuy niets te wenschen overlieten. Behalve in de persoonlijke hoedanigheden van den afgetredene, zoekt Daudet de redenen van het onverwacht ontslag eenig en alleen in de wijze van optreden van zijn civiele om geving, welke hem bewaakte, zooals de Boedhapriesters hun afgod bewaken en hem, om zoo te zeggen, voor zich alleen hield. Het Journal heeft intusschen Dupuy's oor deel ingewonnen over het artikel in het Rouaansche blad. «Allemaal praatjes om het afgetreden ministerie in discrediet te brengen", heeft de vorige premier gezegd. «Mijn heengaan zal ten minste bewijzen", zoo hebben volgens Dupuy de afscheids woorden van Casimir geluid, «dat wij (name lijk het ministerie en de president) het eens zijn geweest tot het laatste toe." Een tegenspraak van het interview van het Journal de Rouen is echter nog altijd niet gegeven. In den Rijksdag te Berlijn werd gisteren het voorstel behandeld van de liberalen en de sociaal-democraten tot wijziging van het kiesrecht in enkele opzichten in het Duitsche rijk en de Bondsstaten. De conservatieven stelden voor de motie niet in behandeling te nemen en over te gaan tot de orde van den dag, maar de sociaal-democraten ver langden hoofdelijke stemming. De president moest aan dit verlangen voldoen, en toen bleek het, dat geen voldoend aantal afge vaardigden aanwezig was om een besluit te nemen. Toen de heer Von Levetzow dit mededeelde, voegde hij er bij, dat er zeker een voldoend aantal afgevaardigden aan wezig zou geweest zijn, indien niet vele leden zich tijdens de stemming opzettelijk hadden verwijderd. Deze verklaring van den voorzitter trok natuurlijk de aandacht. hadden «wij geven terug wat wij geleend hadden", maar in de gesteldheid waarin zij verkeerden, kwam het zoo nauw niet en zij verwijderden zich, luide lachende over de poets, welke zij den Boudschnik gebak ken hadden. De doodkistenmaker was ingehjks naar huis gezwaaidhij was niet slechts dron ken, maar bovendien woedend. Met de halstarrigheid van dronken lieden, die zich dikwerf beleedigd achten, zonder dat er reden voor bestaat, bleef hij spreken over de onbeleefdheid der gasten, die zijn heildronk niet met dezelfde geestdrift had den begroet als de andere toosten. «Wat denken die lieden wel riep hij uit, dat ik minder ben dan zij Even alsof een doodkistenmaker de broer is van den beulZij weigerden op mijne dooden te drinken «Als of de dooden niet veel beter zijn dan de levenden 1 In ieder geval hebben de dooden dit voor, dat zij de levenden met rust laten, iets wat niet altijd van de leven den kan gezegd worden, die soms de dooden nog vervolgen tot in hunne graven." «Leve de dooden Hij strompelde de trap op, naar zijne De liberale afgevaardigden zijn voornemens den president daaroverophelderingte vragen. Als een bewijs dat velen in Italië het Crispi nog steeds euvel duiden, dat hij tegen Sicilië krasse uitzonderingsmaatregelen ge nomen heeft, kan het volgende strekken. De advocaten van Catania hebben in een vergadering van 116 man den ex afgevaar digde advocaat De Felice, die wegens ver grijpen tegen het gezag op Crispi's last in het tuchthuis te Volterra gevangen zat tot lid van het bestuur der bali gekozen. Betreffende De Felice wordt verder gemeld, dat hij dezer dagen voor het eerst zijn dochter in de gevangenis zal mogen ontvangen. Deze dochter, een meisje van zestien jaar, heeft bij Crispi audiëntie aangevraagd en ver kregen. Zij vroeg genade voor haar vader. De premier zeide niets voor den gevangene te kunnen doen doch bood het meisje 500 lire aan. Zij weigerde, zeggende dat de familie wel behoefte heeft aan geld, maar dat zij het niet wilde aannemen van iemand, die haar vader openlijk in de Kamer een mis dadiger heeft genoemd. Crispi stak daarop het geld in de hand van het jongere zusje, dat mede ter audiëntie was. Den volgenden dag heeft de moeder het geld teruggebracht bij den kabinetschef van Crispi, Pinelli. De Spaansche generaal Fuentes, die zich veroorloofde den afgezant van zijn Moorsche Majesteit Abdul Aziz te Madrid op een kaakslag te tracteeren, zal nog in den loop van deze week door den krijgsraad ge vonnist worden, maar zijne familie pleit krankzinnigheid en hoopt zijne verwijzing naar een krankzinnigen -gesticht te verkrijgen. De Marokkaansche gezanten zijn intusschen begiftigd met de Orde van Isabella la Cattolica en worden van alle kanten met eerbewijzen overladen om den kwaden in druk weg te nemen. De strijd die tusschen de beide oorlog voerende mogendheden in Oost-Azië om het bezit van de oorlogshaven Wei-hai-wei in China is gevoerd, is nog niet beslist. slaapkamer zonder acht te slaan op den knecht, die zijne te huiskomst had afge wacht en hem nu behulpzaam was bij het ontkleeden. «Ik wilde hen, zoo sprak hij verder, nog wel uitnoodigen om bij mij te komen sou- peeren, bij wijze van tegenbeleefdheid maar nu zij mij zoo hebben behandeld, wil ik niets meer met hen te doen hebben. «Dat zij zich maar met hunne klanten bemoeien, en mij de mijne laten. Ik zal mijne dooden uitnoodigen met hen zal ik klinken, en als die mij geen bescheid doen, dan zal ik ten minste weten waarom zij zwijgen." Hij barstte in een zenuwachtig lachen uit en nep luidkeels «Dat blijft gezegd, ik noodig mijne dooden uit om bij mij te komen soupeeren «Maar, mijnheer, wat spreekt gij toch zonderling, zeide de verbaasde knecht. «En als zij liever een diner hebben, ook goed, hernam Adriaan. Wordt vervolgd.) NIEUWE SCHIEDAMSGHE COURANT i]miiinini»tuiiniti limmiiiiuiillliiHli

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 1