Dagblad voor Schiedam en Omstreken. gfreding de4 \felen Jaar®- Woensdag* 3 Juli 1895. No. 5229. bureau ^Boter^tvaai 50. W (gITT* PRIJS TAN DIT BLAD: Franco t'rT PSr 3 maanden f 1.50 o_ - 0.05 PRIJS DER Van 16 regels. ADTERTENTIËN: f 0.60 Elke gewone regel meer- 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten Achterweg. datnllr?e'ï'eester v°°rk<w aanmerkin<,W6thouders van Sch*e- dat d m'ng van on dat het' ter a,ap" ^hhö,ri; verordening op het ten ter ai 2van d.tjutr) 1» nicht"8 ie,Tnfr k™"«. *an9en f vaa d» 7fl°ef afriJ' in de >den Mtenoeo X°gstraat naar den HWsi. r®den riindi a StllpV(H'ts mag Schillic, °P alle rii r bepaling van 01 door°Ide?'e door trêkHiV°ertuieen'onver" Teven band bestuurn6"®11 voortbewogen dat Kj? Vestigen w°rden. de J*t 45 der J?m u de aa"dacht op, beho°«-t, dennaSend!rgu1ïg1|^hied' Waar 9 Schiedam, U)ethouders van versteeg. De secretaris, vernède. ^VERZICUT. 2 Juli '95. ^E-HEEX dit,)6 ^abinetscri<;' 2 ',U'i '95, v°rige Het minislene-slfe!an(l iS geë'n" dUa'^eek onvoll i ^sbury, dat de samen gnaS °Pgetreden, is erdag is R, t n den namiddag »».r wf„rber' ->« «Sm amii over te°ü ger®lsd' om er aan n van hun ag6n d<> zege's) de en°dra„a 5) 1 «Ischen jongen. v. «tSr 8tond«EmV^ At0NTUREN' £6digdve ScSWiJDochZOnterl?eld °fgoed v 'eft n0rzien, ten rni erin werd ®rden 'd°or de huln 7at het laatste 1 Waatst lJ Weldra on van. de Engelschen er en l\ het lot voerdedle"d®/Chepen *CP' dat otsinansmaat on"19' t®" zeil" in Voor Vainw P een Engelscb bestemd. 0hS wn daar ik kpv niet bezonder gekomen °p een Hollandsch >r M,rPen. «ét moest ik mii toch któ'ei nieuwS'f aan.booi'd bood 'k ve'i T°oral met ',u"VmiJ itot beden ep/Pij a] el 'ast. Maar nnif ngelsche taal ëelüuP°edig El rmede leerde ge reis van 52h"" t0®n W« na 52 dagen te Valpa- werden in audiëntie ontvangen de nieuwe bewindvoerders met Salisbury aan 't hoofd, om er deel te nemen aan de ceremoniën van den handkus, een gebruik onaangetast gebleven door den loop der tijden, een symbool der aanhankelijkheid en onderda nigheid. Rosebery heeft ter erkenning van de vele diensten den lande bewezen, of eigenlijk ook al ter handhaving der traditie de Orde van den Distel gekregen. Woens dag wordt Salisbury's manifest verwacht in antwoord op Rosebery's politiek program. In het nieuwe Kabinet hebben nu zitting twaalf conservatieven en vijf unionisten, welke laatsten zijn de hertog van Devon shire, Henry James, Chamberlain, Lands- downe en Goschen. Behalve de weigering van een program wordt aan Salisbury ook het voorbarig op- eischen der zegels van den minister Ban- nerman zeer euvel genomen. Vooral ook om de wijze waarop het geschiedde. Zonder eenige gedachtenwisseling met lord Rosebery stuurde Salisbury eenvoudig zijn secretaris Schomberg Mc. Donnell naar Bannermans woning, waar hij den minister op straat opwachtte en hem daar mondeling de bood schap overbrachtSinds wanneer is het in Engeland gebruikelijk vroeg Rosebery Don derdag-avond in het Hoogerhuis »den minis ters op straat de koninklijke zegels af te eischen, als een struikroover iemands beurs." Wat Salisbury met dien ongepasten haast bedoeld heeft, kan slechts gegist worden. Het Daily News insinueert, dat hij snel een minister van oorlog wilde benoemen, opdat deze dan ook een secretaris voor het Lager huis zou kunnen aanwijzen, die dan bij later verantwoording omtrent het amendement Brodick en het vermeende gebrek aan kruit desnoods zou kunnen worden opgeofferd. Doch, gelijk gezegd, dit is maar een gissing. Het Lagerhuis hield gisteren weer een vergadering. De afgevaardigde Akers Dou glas (de voorloopige leider van de conser vatieve partij in het Lagerhuis) deelde mede, raiso aankwamen, was ik al een heele Engelschman. Met het volbrengen van deze reis was onze overeenkomst met dit schip ook afgeloopen, omdat wij alleen tot Val- paraise aangemonsterd waren. Opnieuw waren wij dus vrij, maar wat zouden wij doen met die vrijheid Vaart was er wel te krijgen, maar eene ontmoeting welke wij op zekeren dag had, gaf aan onze plannen eene andere richting. In het logement waar wij onzen intrek hadden genomen, troffen wij tot onze groote verwondering op een goeden dag een Hollander aan. Deze was betrekkelijk nog jong, van een boersch uiter lijk, geheel baardeloos. Ook hij was ver heugd in deze vreemde streek eenige land- genooten te ontmoeten en klampte zich dadelijk aan ons vast. Hij wist voor ons, zeide hij, een uitmuntend middel om veel geld te bekomen, zelfs rijk te worden, als het geluk ons maar een weinig wilde dienen. Daartoe moesten wij goud gaan zoeken. Nu, dat denkbeeld lachte ons wel aan het artikel goud is nogal gewild en die daar veel van heeft, is gauw een heele piet, al is hij dan ook overigens maar een domme hofmeester of zeilmaker. Onze nieuwe vriend gaf ons allerlei inlichtingen omtrent de wijze dat het ministerie heden een voorloopig crediet zal aanvragen tot bestrijding der gewone uitgaven en tevens zal aandringen op de definitieve aanneming van het wets ontwerp tot regeling van de openbare wer ken. (Dit wetsontwerp werd reeds bij eerste en tweede behandeling door het La gerhuis onder het bestuur van lord Rosebery goedgekeurd.^ De kwestie der christenvervolgingen in Armenië staat met het optreden van het nieuwe ministerie in Engeland in nauw verband. De Porte blijft met haar gedetail leerd antwoord op het hervormingsontwerp van Engeland, Frankrijk en Rusland nog immer dralen blijkbaar met het oogmerk om de politiek van het nieuwe Britsche Kabinet af te wachten en in elk geval tijd te winnen. Nadat Woensdag de dragomans der ambassadeurs van genoemde Mogend heden te Constantinopel opnieuw een nauw keurige omschrijving der punten van ge- wenschte discussie geëischt hadden, stelde Turkhan-Pacha, minister van buitenlandsche zaken, voor, de commissie van enquête opnieuw op te roepen om die punten door haar te laten opmaken, waarvan dan de ambassadeurs met hem over de zaak zouden kur.nen confereeren De ambassadeurs von den dit antwoord zeer onvoldoende, en ware er geen ministerieele crisis in Engeland geweest, dan zou nu stellig een ultimatum volgen. Thans heeft de Porte echter nog allen tijd. Vrijdag heeft zij schijnbaar een nieuw blijk van goeden wil gegeven door onverwachts Sjakir-pacha als inspecteur- generaal voor de Aziatische provinciën van het Turksche rijk aan te stellen. De Times vraagt of die benoeming moet beschouwd worden als een stap in de richting van liet aannemen van de eischen der Mogendheden ten opzichte van Armenië, of als een list om tijd te winnen. Sjakir-pacha, thans eerste adjudant van den Sultan, is een streng heer, maar tevens een rechtvaardig en eer lijk regent, zooals gebleken is gedurende waarop wij tot ons doel konden geraken, maar toen wij hem vroegen om zich bij ons aan te sluiten, daar hij, voor zoover wij bemerken konden, toch niets te doen had, weigerde hij beslist. «Neen, zeide hij, dat kan onmogelijkge moet weten dat ik mjj hier wijd aan de politiek, uitsluitend aan de politiek. In de jaren die ik hier nu reeds heb doorgebracht, maakte ik mij met de landstaal zoo vertrouwd, dat ik kon worden opgenomen in de redactie van een blad. Nu hebben we binnenkort verkiezing van een President, en dat geeft ons ook heel wat werk. Ik moet er dan zelfs op uit, om hier en daar politieke redevoeringen te houden. Ook in mijn vaderland deed ik veel aan politiek, maar uit liefhebberijdaar sprak ik altijd voor boeren en buitenlui, die ik gemakkelijk een knol in de muts kon draaienmet een overvloed van citaten uit geschriften en uit artikelen in couranten ging ik dan mijne tegenstanders te lijt en trachtte zoo mijne liberale gevoelens te verdedigen. Zelfs was ik eenmaal kandidaat voor de Kamer en ik zou wezentlijk de overwinning behaald hebben, als mijn tegen stander niet eenige honderden stemmen meer had gekregen dan ik. Zoo legde ik zijn verblijf op Creta na de herroeping van de constitutie van dat eiland in 1889. De nieuwe inspecteur heeft geen uitvoerende macht. Naar de Pol. Corr. uit Constantinopel meldt, heeft de Porte aan de drie Mogend heden bericht bereid te zijn in hoofdtrek ken het hervormingsontwerp voor Armenië aan te nemen. Echter wil de Porte zich het recht voorbehouden om zonder goedkeu ring der Mogendheden, den hoofdcommissaris van Armenië te benoemen. Wat de verhouding tusscher. Turkije en Bulgarije betreft, geeft Macedonië nog steeds reden tot ongerustheid. De vertegen woordiger der Bulgaarsche regeering te Constantinopel, de heer Demitzof, is naar Sofia ontboden. Men brengt het vertrek van dezen gemachtigde in verband met hetgeen in Macedonië is gebeurd, maar het is toch wel eenigszins voorbarig, daaruit reeds, ge lijk door de Standard geschiedt, de con clusie te trekken, dat de diplomatieke betrekkingen tusschen de Porte en de Bul gaarsche regeering als afgebroken moeten beschouwd worden. Naar de Times uit Constantinopel ver neemt, wantrouwt de Porte de houding van Bulgarije, waar de beweging toeneemt. Albaansche benden overweldigen sommige districten. De voormalige grootvizier erkende tegenover den Bulgaarschen agent, die zich bij hem beklaagde, dat de Porte niet in staat is de Albaansche benden in banden te houden. Feitelijk voeren zij als eene dictatuur over de Porte en beletten haar den heirweg naar Albanië aan te leggen. De vertegenwoordigers der Porte in den vreémde zijn aangeschreven om aan de mogendheden te verzoeken bij de Bulgaar sche regeering op een krachtiger optreden tegen de Macedoniërs aan te dringen. De Keizer van Oostenrijk moet den Bulgaarschen vertegenwoordiger te Weenen gezegd heb ben, dat hij eene aanmoediging van de Macedonische beweging niet zal dulden. het dus af en sedert dien tijd heb ik geen kans meer gehad. Na den dood mijns vaders, die een rijk man was, ging het mij niet voordeelig en zoo trok ik mijn land uit, om hier mijne fortuin te zoeken." Dit alles vertelde hij ons met horten en stooten en met een stuursch gezicht, zoodat het mij niet verwonderde, dat hij als poli ticus niet meer succes had gehad. Intus- schen waren wij hem dankbaar voor zijne hulp en inlichtingenwij schatten ons voor het met de laatste reis verdiende geld de noodige gereedschappen aan en togen spoe dig op weg. Het leven in die goudvelden is echter niet alles. Men ontmoet er lieden van allerlei slag, meestal van minder allooi, en allen dorstend naar het bezit van goud, tot welks verkrijging zij geen middelen ontzien. Diefstal en roof was er aan de orde van den dag, terwijl in de kroegen, waar grof werd gespeeld en gedobbeld, het pistool dikwijls zijn rol vervulde en menigeen er het leven bij inschoot. Daarbij komt dat het geluk hier een groote rol speelt, want sommigen vinden in korten tijd schatten en anderen kunnen dagen lang wroeten en werken, zonder den kost te kunnen «ver dienen". Wij voor ons hadden niet het. NIEUWE SCHiE niiiii'iiiiiiiirii'iiiihiiiiiiiii- ilii'liiiiil'i'iiiiii'i'i iiüiN'j t:»i V l <J ff.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 1