Dagblad voor Schiedam en Omstreken. geving. iSde Jaar<r. Woensdag 17 Juli 1895. No. 5241 bureau "XSofersfraat 50. mh. v PRIJS VAN DIT BLAD: fr„ "~cb'edam -Der maanden ranco n>. if, Post aoor ceheel Nederland Smmw, f 1.50 o - 0.05 f nSJ''','?)! mm PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 16 regelsf 0.60 Elke gewone regel meer0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. Ti 8 da^.^^'fteestpr H ^rerisen ter Wethouders van Schie" d ,er tenni Gemeente- ""ntwaterleiding. °is van de ingezetenen, le wegens u as cf ^r|^waterLr;SHteIllng aan de hoofdbuis Rn ?°r het hi 'n®' de toevoer van wa lk! a. s e"net °P Woensdag, den !p* S te 3 i,-l' aan te vangen des namid- Sc en» gedurend '^ende ëeaurende eenige achter- :i«EdAv ^eheel gesloten zal zijn. 10" Jnli 1895' 3emeester Wethouders an Schiedam, VERSTEEG. De Secretaris VERNÈDE. ^een OVERZICHT. heri6 Verki 16 Jul' '95> tegs'1 ,in het vfen/n ®nSel»nd blijven tot ON Tot 6e' der n'euw opgetreden NlJrTat'even s lVer ziJn gekozen 145 4 Parneir Jlberale uni°msten hbe- ^liciCan(hdaat 'a e"' anti-ParnelIisten en Sevl ^y'san-i 161 WerhliedenDartii. Lord ■'saanK„ w,v»cuenpartij. ^orct Nv'"1®0» de l,t nge,rshebben reeds 13 zetels (de Jogden beh^611 ee°' T<Jt de gekozen N, 0,1 van lord c <!°ren °- a"lord Cranborne N 5,V (die t« i* 'sl,Ury)de Afrikareiziger 'eritrVabeven Cdlle^Partii0RPtrad) de ,eider Ho,6 toongeVPr .ur,ns en de minister Ritchie, (tik;en' hehoort 6 'bera'er- die niet werden Of tn het .°',a-deheer ShawLetèvre H'es d'eUw® bels %d °et inïw'lAT °P ae Uongr 'N reeds <rf.Vf,|k haren noodlottige Nat ider petits r-8n' Te Cahors zal het N^het °rimogelÏTSiW,°rden g6Sl0ten' tjk de belasting kan be- ®u*Ue ton. van een clien jongen. als candidaat der van de talen. De opheffing van dit college, dat sinds vele jaren bestaat en door tal van ouders werd gezocht, omdat hunne kinderen eene uitmuntende christelijke opvoeding ontvingen, zal een groote leegte veroorza ken. De Monde bevatte dezer dagen eene curieuse mededeeling omtrent den in druk dien het droit d'abonnement op kar dinaal Gibbons had gemaakt. Toen de Ame- rikaansche prelaat vóór eenige weken te Parijs was en bij een aanzienlijke katholieke dame ten gastmaal genoodigd was, kwam het gesprek op de nieuwe belastingwet en vroeg men daarover het oordeel van den kardinaal. Het viel den eminenten prelaat in den beginne moeilijk zich een juiste voor stelling van de wet te maken en van hare tallooze perfide finesses. Maar toen men hem alles duidelijk had gemaakt, zeidehij: «Zoo iets zou bij ons niet mogelijk zijn. Maar gij, Franschen, hebt eigenlijk nooit geweten wat eigenlijk de vrijheid is. En hij verhaalde daarop het volgende geval dat hem-zelven overkomen is «Op zekeren dag," zeide hij, kwam een hoofdambtenaar van de belastingen mij een bezoek brengen en mij vragen, mijne scholen, weeshuizen, gasthui zen enz. te mogen zien. Toen hij alles ge zien en alles bewonderd had, sprak hij aldus Monseigneur, dat alles is zeer nuttig voor het volk en moet zeer veel goed doen. Op grond daarvan ontsla ik u voor de helft van het bedrag der belasting, of wenscht gij in het gemeene recht te blijven Ik dacht een oogenblik na en antwoordde Ik geef de voorkeur aan het gemeene recht en wil betalen wat een ieder betaalt." Helaas, waarom zijn wij niet in Amerika, roept de Monde uit De Kamer van afgevaardigden in Italië is nog niet gereed met de behandeling der begrooting. Al weer werden de beraadsla gingen daarover gestoord door eene inter pellatie van de radicale afgevaardigden Faroni en Imbriani over Abyssinië, en wel naar aanleiding van het bericht, dat de 1?) V Heren a zéoNr'i6 baver? i)°^'£WaiJleenHollandsche 4>£NdaUnsnefina aNaU gebeuide het 'It H|e J bezocht j r Hol'andsche H ana' Was het doch sedert ik tie NN 2eker nif f1"61 Voor^ekomen 5 ütliNiDa °PWachtir,r verzmmd hebben «f)tNe j|e; vooreerst ,gaan maken bij W n- e ar>dschV ort|dat ik dan mijne Ne„ n verder N n°o eens kon Vqei, erder in a7i. ,og eens kon Hh N' P Or,tmoeter. iv°°.p' daarbÜ soms VeN^t in vervnli; D'6 ll00'' ^s even- °P Malta'ng gfgaan> hoewel Op hMalta nu al eenige jaren S d h «chij baeanCu' dat thans een NSo -erst«NeleL ngaOI?en' sPoedde W,.| etl Weldra g <r' de beste naar ^at vreeL ^aanb°ord. Men °P» loen men in mij, een Engelsch onderofficier, een landgenoot herkende, die zich vol vreugde met zijne landslieden kwam onderhouden. Maar wie begrijpt niet mijne vreugde, toen op eens de stuurman op mij toetrad en mij aan sprak met de woorden »Leendert ik ken je tegelijk vatte hij mijne beide handen en drukte en schudde die zoo hartelijk, alsof hij mijn broeder ware geweest. Doch ook ik herkende hem toen als een goede bekende uit mijne geboorteplaats, en het verschafte mij eene groote blijdschap, toen hÜ mij het een en ander kon mededeelen omtrent mijne familie. Dat ik mijne bezoeken nog dikwijl her haalde, zal men zeer natuurlijk vinden uren lang sprak ik met mijn vriend den stuurman over Holland, over mijne familie en mijne geboorteplaats, waarbij ik dikwijls het verlangen uitsprak om bevrijd te zijn van dienst en weer naar mijn land en mijn huis te kunnen terugkeeren. Op zekeren keer deed mijn vriend mij een gewaagd, maar voor mij toch aanlokkelijk voorstel' «Vertrek met ons schip, zeide hij S dat ge op den avond vóór onze afreis onbe merkt aan boord komt en ik zal u dan zoo danig verbergen, dat niemand u zal vinden." Italiaansche reiziger Capucci door koning Menelik in hechtenis wordt gehouden. De minister van buitenlandsche zaken, baron Blanc, antwoordde, dat de regeering nog geen officieele bevestiging van deze tijding had ontvangen. Daarmede was de zaak uit en kon men weer tot de behandeling der begrooting overgaan. De strijd over de conversie der buiten landsche schuld is in Servië nog niet beslist. De financieele commissie heeft zich ver klaard voor het ontwerp, maar de Skupt- schina, waar heden de beraadslagingen over dit regeeringsvoorstel zullen beginnen, moet het natuurlijk bekrachtigen. Niet alleen de liberalen, maar ook de radicalen hebben besloten er tegen te stemmen. Het is der halve nog zeer onzeker, of het den progres sisten gelukken zal, de financieele plannen hunner leiders Garachanine en Novakovitch inderdaad ten uitvoer te brengen. De. welwillende ontvangst der Bulgaarsche deputatie te St. Petersburg heeft in Bulgarije veel vreugde gewekt. De Times verneemt uit Sofia, dat de Russenpartij, behalve de Tsankofisten, zich zeer verheugd toonen over de ontvangst der Bulgaarsche deputatie te St. Petersburg Prins Lobanof moet aan de deputatie tijdensde audiëntie de voorwaarden hebben medegedeeld, waarop Rusland be reid zou zijn de betrekkingen met Bulgarije te hernieuwen. De kwestie van de erkenning van vorst Ferdinand zoude onbeslist blijven, maar Rusland zou consuls in de hoofdplaatsen benoemen. De tijding dezer uitlatingen moet mede een gunstigen invloed hebben uitge oefend op de verhouding tusschen Bulgarije en Turkije. Volgens een Reuter-dépêche uit Sofia heeft gisteren-avond een aanslag op den vorigen Bulgaarsche minister-president plaats gehad. Toen de heer Stambulof (de vorige minister-president) van de Unionclub met den heer Petkofï huiswaarts keerde, werd hij aangevallen door vier personen die met revolvers en messen gewapend waren. De Is dat niet gevaarlijk, zoo opperde ik, voor u en voor mijen wat zal uw kapitein daarvan zeggen «Met den kapitein zal ik het wel klaar spelen, antwoordde mijn vriend en wat het gevaar betreft, dat is wel niet gering, maar men moet wat wagen." Ik was getroffen door dit blijk van ware vriendschap, want er was werkelijk groot gevaar aan verbonden om een soldaat te helpen bij zijne ontvluchting, en ik wist bovendien, dat de Engelschen niet gemak kelijk zijn op dit punt. Daarom aarzelde ik lang, huiverig als ik was om den kapitein bloottestellen aan gevangenschap en wel licht het geheele schip aan confiscatie. Maar mijn steeds grooter wordende afkeer van den dienst en het onaangename vooruitzicht van naar Engelsch-Indië te moeten ver huizen, behaalden ten slotte de overwinning op mijne vrees en ik waagde den stap. Natuurlijk kon ik niemand deelgenoot maken van mijn geheim, en kon ik dus ook geen afscheid gaan nemen van mijn vriend Ferrero en zijne huisgenooten maar toch ging ik er nog een laatste maal heen en in den geest nam ik afscheid van alles wat mij daar dierbaar was geworden, waarbij ik heer Stambulof ontving een ernstige wonde aan het hoofd. Zijn toestand is bedenkelijk wegens het aanmerkelijk bloedverlies. Het is wel opmerkelijk dat juist nu een toe nadering tot Rusland wordt gezocht, deze aanslag wordt gepleegd op den staatsman, wiens geheele politiek er op gericht was, Bulgarije s onafhankelijkheid van Rusland te verzekeren. De vermaning der Mogendheden aan het adres van Bulgarije ter zake van de oproe rige beweging in Macedonië tegen het Turksche gezag is niet geheel zonder uit werking gebleven. De Bulgaarsche minister president Stoïloff heeft aan de prefecten een circulaire gericht om hun onder het oog te brengen, dat het aanwerven van vrijwilli gers, het inzamelen van gelden en het vormen van vrijscharen op Bulgaarschen bodem ten behoeve van een opstand in een naburig gewest tegen een met Bulgarije bevriende Mogendheid, strijdig is met de internationale verplichtingen des Rijks, zoodat dus de pre fecten gehouden zijn daartegen ten strengste te waken. Ondanks de levendige belang stelling van de Bulgaren in het lot der Mace- doniërs, mogen toch zulke ondernemingen niet oogluikend worden toegelaten. Van den anderen kant heeft echter de Bulgaarsche regeering opnieuw bij de Porte geklaagd over een inval van Mahomedanen op Bul- gaarsch gebied. De oproerige beweging der Macedoniërs duurt intusschen voort. Tusschen Wardar en Struma hebben opnieuw bloedige ge vechten plaats gehad, waarbij den muiters twee kanonnen in handen vielen en de Turksche troepen het onderspit delfden. Er zijn nu troepen van de Montenegrijnsche grens afgezonden om die nederlaag te wre ken. Langs de Bulgaarsche grens is het zoo onrustig en onveilig, dat veel gezinnen naar Saloniki gevlucht zijn. Dat het der Bul gaarsche regeering, althans uiterlijk, ernst is met het beletten der Macedonische ma nifestaties op haar gebied, toonde zij eer- er mijzelve een stil verwijt van maakte dat ik de goede menschen als het ware bedroog. Het geringere moest echter wijken voor het grootere, en ik ging dien dag van hen weg, met de zekerheid dat ik daar nooit weer een voet over den drempel zou zetten. Want gelukte mijne ontvluchting, dan kwam ik zeker nooit weer op Malta, en gelukte zij niet dan wachtte mij, zoo' niet de kogel, toch zeker gevangenschap en deportatie. Toen de dag aanbrak voor het vertrek van het schip bepaald, vroeg ik aan mijn overste een verlofpas, om den volgenden nacht bij een kennis te mogen doorbrengen ik kon daarvoor gemakkelijk een of ander voorwendsel vinden. Die permissie kreeg ik en daai mede gewapend stapte ik de kazerne uit, in het vooruitzicht van mijne bevrijding zoo gelukkig, alsof ik de honderdduizend had getrokken. Ik slenterde zoo wat rond in de stad en bezocht eenige goede bekenden, die ik voor het laatst nog eens wilde zien. Wordt vervolgd jMKH,:U a,. HMtBIMflllllBIUIIIIllini I- »«i -Lorifi#an i.* j i

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 1