Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
se 2gwe' c»^-
J 8de Ja ar ir.
Zaterdag 27 Juli 1895
No. 5250.
bureau ^Sofersfraaf 50.
■v
°n en Murat.
sty^s. d
H,
PRIJS TAN DIT BLAD:
Schiedam Der 3 maanden1.50
^co per
^óeriijhe Nommers
post door ireheel Nederland
- 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelso.60
Elke gewone regel meer0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
OVERZICHT.
aangegaan.
K
26 Juli '95.
ae nieuw
in 0''0rPen f "g in België tegen ue mcuw
l00^wet ontstaan, schijnt nog
He® ^S^Uri»6 18 nemen- Pe Koning heeft
"%eter &Uls °n(*erh°ud gehad met burge
«uoet °Ver maatreeelen die men
de aanst. Zondag te
en over de vraag of
zou verbieden. De bladen
de bu
m* te?en
mfestatie
fijtlJ*'1 ^1 w burgerwacht Zondag opge-
VS/egrootpenh7 alle geheUrUjkheden
?0U(j sch0o] eto°gmg van de liberalen
Dg'd de k Wet te ver^oeden. De troepen
v®rki62l'aZernes geconsigneerd worden.
N
>e],'ngen 'n Engeland zullen nu
'°Pen zijn. Immers, nu reeds
tekpP f 'iekend in 619 districten. Er
<1",:
O, k«k
na^nog slechts 51 districten. Te
r hetgeen nu reeds over den
*»l|g|dat de v'a 'S' vermeerdert steeds de
^ordg6' WachEngen der anti-liberalen
^etien Verwezenl9kt- Naar
'1 h->- - conservatieven
men
en unio-
o' Vatl t0i ra'Gn nu reeds eene meer-
Va».. stemmen hebben behaald.
dPHg,Van Bord Salisbury's aan-
a'Ve volkomen.
<Ha Vn
N>
''V e®kenrl ""Segregaties
verschenen
Uyersten der
^ernn,,'"1' en Richard van Parijs
<het andum, waarin na rijp be-
r? °hki ^slotel66^06"86 uiteenzetting van
'-1 0f' 'ijke u Wordt tot onderwerping aan
o tohj0ordepi i onnanent. De Oversten
Sr» r Zedoi-?1 hu" Seweten niet toelaat
«s^tièu an? Noodzakelijkheid hunne
uiterste gevolgen der
Univers bevat
van Staatswege
ehd e ^u"eregaties in Frankrijk
n aan de kardinalen Lange-
e ton.
i)
„ertstdag
?edt>pLarin reed-00'6 Bevolutie vooraf-
H\!ak u en i; J uioest een bestelling
N dg geviel |1B .'uste'°os voort, want
Sto*Ht k^' tot li? !n cëeheel niet. Hij
St Snip g® ho.°&®rs geboren. Met
'(fiK^dn eer, f' een helder vf.rc+t.r,a
!4tr«!e'd 7, s'erKe wmd van
leesPkJ°ngen r- rankrijk woei, liep
\k °hth a°d 'a '°jC^'mo genaamd, met
tirïw». tjjgii: aan den arm in de straten
Wet prijs te geven, maar dat zij van twee
kwaden het minste moeten kiezen, hopende
dat de Goddelijke Barmhartigheid de dagen
der beproeving verkorten zal en deze dus
slechts eenigen tijd zal duren.
De minister van buitenlandsche zaken,
baron Blanc, heeft in de Kamer van afge
vaardigden in Italië ten aanzien van het
tractaat met Oescialli verklaard, dat de
mogendheden akte hebben genomen van de
notificatie van art. 17, met uitzondering van
Rusland, dat, van de ontvangst kennis ge
vende, hierbij eenige opmerkingen heeft
gevoegd betreffende de reserves, welke be
trekking hebben op de bezittingen van den
Sultan, en tevens verklaarde dat het zich
geheel buiten de zaak wilde houden en in
Ethiopië geen andere dan godsdienstige
be'angen heeft. Italië is in het bezit van
het bewijs, dat het door koning Menei
bedrogen is, maar niemand kan tusschen-
beide komen tusschen Menelik en Italië.
Frankrijk heeft verklaard vreemd te blijven
aan de intriges en beloofd den uitvoer van
wapenen en munitie te zullen verbieden.
De douanerechten in Erythrea (het Itali-
aansche gebied langs de Roode Zee) zullen
met 600.000 lire toenemen. De minister
eindigde met zijn vertrouwen uit te spreken
in de toekomst van Erythrea, dank zij de
solidariteit van de belangen van Engeland
en Italië.
Naar men weet, wordt generaal Bara-
tieri, de commandant der Italiaansche troe
pen in Oost-Afrika, dezer dagen te Rome
verwacht. Betreffende de komst van dezen
generaal zijn te Rome allerlei geruchten in
omloop. Men beweert zelfs, dat weldra de
oorlog tusschen de Italianen en koning
Menelik van Abessinië zal uitbreken. Het
geldt slechts de vraag, of de Italianen den
aanval der Abessiniërs zullen afwachten.
Deze kwestie zal eerst door de regeering
beslist worden in overleg met generaal
Baratieri. Wellicht zijn deze geruchten
overdreven. Dit is althans te hopen voor
den Italiaanschen minister van financiën,
want een oorlog in Afrika zou natuurlijk
>1 h;-6eu WEI" I,e,I"fr verstand en
L fteri/' ^at het PC J temperament
«W °°pen 0D de vveroiri
Gioach
limo volgde, had aan
de eene zijde eene kleine helling aan welker
voet een beek ruischte, en toen hij, het
hoofd vol phantastische ideeën en toekomst
plannen, voortliep, hoorde hij eensklaps
achter zich een hevig stooten en ratelen,
stampen en snuiven. Snel keerde hij zich
om en bemerkte, hoe een reiskoets door
twee wild geworden paarden meer voort
gesleept dan getrokken werd. De wagen
vloog nu eens naar deze, dan naar gene
zijde der straat, en Gioachimo zag, dat hij
elk oogenblik öf tegen de rots verpletterd
öf van de helling afgeslingerd zou worden,
als de paarden niet tot staan gebracht wer
den. De koetsier was radeloos en hield zich,
luid om hulp roepend, krampachtig aan den
bok vast. Ook uit den wagen hoorde Gioa
chimo stemmen. Bliksemsnel zette hij zijn
vleeschbak neer en klampte zich aan de
paarden vast. Eenige seconden werd hij
door de in woeste vaart voorthollende dieren
gesleept en het scheen bijna, alsof zij hem
onder hunne hoeven wilden vertrappen.
Hij echter trok de teugels neer en eindelijk
stonden de paarden stil, trillend, met zweet
bedekt, met snuivende neusgaten. Ook de
weer groote uitgaven veroorzaken. In elk
geval kan men wel aannemen, dat de toe
stand in de Italiaansche kolonie niet bevre
digend is, gelijk wel blijkt uit hetgeen de
minister van buitenlandsche zaken daarover
in de Kamer mededeelde.
De regeering van het dezer dagen zoo
veel besproken Bulgarije heeft op de klacht
van het corps diplomatique over het schan
delijk gedrag der gendarmerie bij de be
grafenis van Stamboeloft, natuurlijk geant
woord met duizenden verontschuldigingen,
maar hiermede is het feit niet ongedaan
gemaakt, dat de regeering door haar eigen
zonderlinge houding het niet deelnemen
aan de begrafenis, de opruiende taal harer
pers, het oogluikend toestaan van manifes-
tatiën op het graf van majoor Panitza enz.
tot het gedrag der politie had aanleiding
gegeven. Niet ongegrond is dan ook het
bericht der Engelsche bladen, dat de Bul-
gaarsche minister-president Stoïloff voorne
mens is af te treden. Zondag moet hij
reeds een bezoek gebracht hebben aan vorst
Ferdinand te Karlsbad, om hem zijn besluit
mede te deelen.
De Vorst verblijft nog altijd te Karlsbad.
De Vorstin, die bij haar vader te Schwar-
zau vertoefde, zal insgelijks naar die bad
plaats vertrekken, zoodat de geheele vorste
lijke familie daar bijeen is, en daar wel za)
blijven totdat gebleken is, welken loop de
zaken in Bulgarije zullen nemen. Te Weenen
loopt een gerucht, dat Vorst Ferdinand
voornemens zou zijn afstand te doen van
den troon ten behoeve van zijn zoon, prins
Boris. Voor dezen prins, die nog geen twee
jaren oud is, zou dan een regentschap de
regeering voeren onder leiding van een
Russischen prins. Voor de toekomst van
Bulgarije is het te hopen, dat dit gerucht
niet bewaarheid wordt, te meer daar Rus
land niet tevreden zou zijn voor de jonge
prins van den Katholieken tot den Griek-
schen godsdienst overging. Een corres
pondent van de Köln. Zeit. meldt, dat te
St. Petersburg het zoontje van prins Alexan
der van Battenberg genoemd wordt, als een
redder beefde aan al zijne leden,zijne oogen fon
kelden en schenen vonken te spatten, maar
hij stond als van ijzer voor de dieren
hij gevoelde zich overwinnaar.
Terwijl Gioachimo nog bezig was, de
paarden te sussen, bemerkte hij, hoe een
zeer jong officier in de uniform van luite
nant der artillerie uit den wagen sprong
en zeide »Alles is voorbij, mama, er is geen
gevaar meer. Help moeder, Carolina, hare
bezwijming zal spoedig over zijn, wees maar
kalm, er is niets meer te vreezen."
Gioachimo zag den officier aan. Hij was
klein, een tengere, onooglijke gestalte, waarop
echter een hoofd met een breed verrassend
ernstig voorhoofd. De gelaatstrekken maakten
ongetwijfeld diepen indruk en rechtvaardig
den zeker zegevierend vertrouwen, zekere
bevelende kortheid in woorden en gebaren.
Vervolgens stapte nog een zeer jong
meisje uit den wagen, blijkbaar de zuster
van den officier. Gioachimo was geheel ver
diept in den aanblik van dit meisje, toen
de officier hem aansprak.
»Uw daad verdient een kroon, dappere
vriend. Maar tot mijn spijt heb ik er geen
door Rusland gewenschte candidaat voor
den Buigaarschen troon. Rusland zou dan
aan den zoon kunnen goedmaken wat het
aan den vader misdreef. Tenzij de Bul
garen zeiven hem tot aftreden dwingen, zal
Ferdinand zich echter vooreerst nog wel op
den troon handhaven. In het begin van
Augustus zal vorst Ferdinand te Weenen
aankomen en zich van daar naar zijne fa
milie te Schwarzau begeven. De Vorst zal
daarna naar Sofia vertrekken, terwijl zijne
gemalin en prins Boris te Schwarzau blijven.
De kwestie betreffende Armenië is nog
niet opgelost. Toch schijnt dezer dagen een
beslissing op til te zijn. Ten minste uit
Constantinopel wordt gemeld, dat gisteren
het antwoord der Porte op de laatste nota
der Fransche, Russische en Engelsche ge
zanten wordt verwacht. Men zal zich her
inneren, dat de Porte geen beslissend
antwoord heeft gegeven op de eischen, welke
door de gezanten der drie Europeesche
mogendheden betreffende de hervormingen
in Armenië werden gesteld. In hoofdzaak
verklaarde de Sultan zich bereid, de eischen
der mogendheden in te willigen, maar wat
het toezicht in Armenië betreft, kon de
Porte zich niet onvoorwaardelijk met de
voorstellen der Mogendheden vereenigen.
De gezanten verzochten toen weer nadere
inlichtingen over hetgeen de Sultan wilde
toestaan en deze antwoordde, dat hij daar
over weldra informatiën zou verschaffen.
Nu hebben de gezanten bericht ontvangen,
dat dit antwoord der Porte onderweg is en
waarschijnlijk reeds heden in hun bezit
zal komen.
De grensregeling in het gebied van Pamir
zal vermoedelijk nog niet zoo spoedig tot
stand komen. Rusland blijft aandringen op
ontruiming van de landschappen Rosjan en
Sjoegnan door de Afghanen; de Armu-Dorja
zou, naar van Russische zijde beweerd
wordt, van den beginne af beschouwd zijn als
grens tusschen Afganistan en het Russische
gebied.
Betreffende den opstand op Cuba zijn nog
geen nadere berichten ontvangen. Te Madrid
te vergeven en moet mijn dankbaarheid
voor uw moed naar mijne middelen regelen.
Neem dit van mij aan."
Half verwonderd, half nog onder de be
koring van het jonge meisje nam Gioachimo
een vijffrankstuk van den officier aan. Het
geschiedde bijna tegen zijn zin, maar hij
deed het toch.
»Ik neem het geldstuk niet aan als een
belooning. maar als een herinnering," sprak
hij werktuiglijk.
Met zijne doordringende oogen zag de
otficier den slagersknecht een oogenblik^an.
»Het zal mij altijd aangenaam zijn u weer
te zien. Hoe heet gij
»Gioachimo Murat, luitenant."
'Als gij mij eens noodig mocht hebben,
mijn vriend, wend u dan tot luitenant
Napoleon Bonaparte van het 6e regiment
artillerie te Parijs. Adieu, mijn waarde en
nogmaals mijn dank."
Wordt vervolgd
o_
IIIMIII J I I III i i m 111 HUI I t| 11 I III 11
k
0r,K ®\vP(T
„de
gcLuiiaigiiccI Cl WOrQGIl»
®i<i het r """«awvieveu en umo-
op eene meerder
de^ ereilct SteiïlInen- Op dit cijfer inder-
dgt 'Üketl jZ&! Worden, kan natuurlijk
focjj 6 Verkjn let 'aatst dezer week, wan-
^Oet zeuZlngsstryd een einde neemt.
'hk,.F; a0ti.|i, <ie Daü,y News erkennen,
d6inere
""V." Man., uer vai
Vah m &v.
e®h k
w do „van het jaar 1788> het
|hcSfip
4t> file