Dagblad voor Schiedam en Omstreken. lSde Jaar Donderdag 5 December 1895. No. 5360. bureau ~<§>oicr&txaat 50. N#od vau Frank Melville, e u i i 1 e ion. O* PRIJS TAN DIT BLAD: A°or Schiedam per 3 maanden1.50 F'anco per post door geheel Nederland -2.— •Afzonderlijke NommersQ Q5 Veeinvoer in België. be j6r kewgfinneester van Schiedam brengt >6tls aai/v Van be'anSbebber-den, dat blij- .^en j Ministerie van Buitenlandsche ih ^e'êisc?6 i!"1611 ber'cht een besluit van iin»aft 6 eoeering is verschenen, waarbij 1 8 Van 5 b)ecember e. k. de invoer tJ°egestaan van rundvee, 6 gfootpG ,Ult Nederland en bestemd voor 2eltda rs- \r\ besduR zal den invoer van b6 toestaan. ^2, SC0Wran' van 30 November jl., S chi nadere inlichtingen. ^am, 4 December 1895. Burgemeester voornoemd, VERSTEEG. OVERZICHT. Sfl °Pe«ing 4 Dec. '95. Mrekt'e 8jVan den RÜksdag in Duitscli- C de Sew; umaal minder belangstelling, 2e|f ha«de)ing niet door den <1 2e|f "d-iiuejing met door den kn deh RWierd venacbt. I" de troonrede, «e ll,nerd aa sRanselier voorgelezen, wordt ^art aU groote gebeurtenissen van Riik6LlW ge'eden> aan de vestiging (|e sf°rin„ ,^ot den Rijksdag wordt de Op Verhon(iegericht gemeenschappelijk met lat t gronri.i ö8ee"ngen voort te bouwen 25 jaren Seleden gelegd, V "Q'k et welvaart van het Duit- C r®chtJit0t ontwikkeling van de r.atio- eglnS- Verder worden eenige fe *n slotte6" aangekondigd. Olet>dsch.,2e8^.de Troonrede, dat goede fel A''® m Pp Üke betrekkingen bestaan eD agendbeden dan wordt nadruk PRIJS DER ADYERTENTIËN: Van 16 regelsf 0.60 Elke gewone regel meer- 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten °P rl UdIA WürHi nadruk beiïl0 6 8°ede uitkomst die Duitsch- eitngen gemeenschappelijk met 'rankrijk opleverden tot het S, C^!i6ts ^''|Li,rïiaarepLalds'" antwoordde hij som- «itt'ï is m?n vermoedt dat hij naar NnV of tp en rnijn Plicht is het, Jf ilj .br0eder i<fPOren'. d?°d van mijn I«il s.^an nog altijd niet gewroken S haf zal hehh tjtdat de moordenaar V>et Uiii ondergaan. Intusschen >i' J moeite genoeg van hier te hot 3.'°osde w a- op (|A ,1J, dR_ compliment en deed vhsbaaron ijverig naar een speld 'J ojj^er JLi2 e ZÖ »Is deze vervol- k BevaartJVaardlg Mr' Melville en is was m V00r u zelven i« ^oorde^ a'scd haar stem bij de ar met Tn weinig beefde. Hij ver- groote aandoening, hoevele voorkomen van verdere verwikkelingen in Oost-Aziëverder wordt gewezen op de gebeurtenissen in Turkije, waarbij de regee ring zegt zich te verheugen in het bond genootschap met andere mogendheden waarbij het rijk volgens de beproefde be ginselen der Duitsche staatkunde, ten allen tijde bereid is geweest om de zaak des vredes te dienen in vereeniging met de mogendheden die door hare belangen in de eerste plaats tot een optreden waren ge roepen. De overeenstemming tusschen de mogendheden en de eerbied voor de be staande tractaten, en tot ondersteuning van den Sultan bij de pogingen tot herstel van de rust in zijn rijk, geeft gegronde hoop op een goeden uitslag van die pogingen. Terwijl aldus de Duitsche rijksdag door den kanselier Von Hohenlohe geopend werd, vertoefde de Keizer te Breslau, waar hij op een militair diner een toespraak hield tot de lijfkurassierswier discipline en kameraadschap hij prees, herinnerend aan den gedenkdag van den slag bij Loigny (Orleans) die juist dien dag werd gevierd. Vele dui zenden trouwe soldaten, ten deele zonder middelen, ten deele reeds op hoogen leeftijd gekomen zeide de Keizer hebben een bezoek gebracht aan de slagvelden, waar zij streden en hun bloed gaven. Zij trachtten de betrekkingen tot hun oude regimenten weder aan te knoopen. Den dag van heden kunnen zij niet beter vieren dan door pal te staan om te behouden en te verdedigen, wat de groote keizer en zijn legeraanvoer ders tot stand brachten. Hoe meer men zich terugtrekt achter groote woorden en partijbelangen, des te zekerder reken ik op mijn leger; ik hoop, dat mijn wenk ter harte zal genomen worden zoowel buiten als binnen het leger en herinner daarbij aan de woorden, die mijn grootvader tot het officierskorps richtte, toen hij in 1848 te Coblenz aan wal stapte«Dat zijn de heeren, waarop ik mij verlaat. Het regiment der kurassiersgarde hoera I hoera hoera 1" De uitdrukking in bovenbedoelde rede gelukkige jaren hij met Frank had door gebracht en hoe deze gedurende het moei lijke begin van hunne vestiging door zijn onverstoorbare opgeruimdheid er den moed bij Mark had ingehouden. Bij het herden ken van dien tijd stroomden Mark de tranen over het gezicht en Maud luisterde naar hem met een blik van medegevoel en deel neming. Plotseling werd de deur geopend en kwam een jong man haastig binnen, die met een courant in de hand, uitriep»Maud, ik heb nieuws, goed nieuwsToen zag bij dat zijn zuster niet alleen was en keek naar den vreemdeling, die met den rug naar hem gekeerd stond. Maud zei vriendelijk «Hier is mijn broe der Charles, Mr. Melville," en zijn droefheid intoomende, keerde Mark zich om en zag vóór zich den man, die volgens de be schrijving de moordenaar moest zijn van zijn broeder Hij stond als verpletterd. De tong wei gerde hem den dienst. Wat moest hij zeg gen tot den broeder van het meisje, dat bij lief had Charles, hoewel verbaasd over de houding dat de Keizer wil, dat men zoowel in het binnen- als in het buitenland wete, hij op zijn dapperen vertrouwt, zal wel in 't bij zonder aan het adres der sociaal-democraten gericht zijn. Het is bekend, dat keizer Wilhelm gedurende den laatsten tijd zich zeer heftig tegen de sociaal-democraten heeft uitgelaten. Vandaar de geruchten, dat weer een tweede Umsturzvorlage op til was. Mocht het nog blijken, dat deze geruchten juist zijn, dan zal misschien dit wetsontwerp worden ingediend bij den Pruisischen Landdag en derhalve uitsluitend van kracht zijn voor het koninkrijk Pruisen. Wellicht staat daarmede de vermoedelijke aftreding van den heer Von Köller, den Pruisischen minister van binnenlandsche zaken, in verband. De oorzaak van de ont slagaanvrage van dezen minister is nog niet opgehelderd. De een beweert, dat de heer Von Köller bij het bestrijden der socialisten verder wilde gaan dan de Keizer, de ander zegt, dat de Keizer nog strengere maatre gelen wil nemen, dan zelfs de heer Von Köller wenschelijk acht. Wat daarvan aan is, moet nog blijken. Hierover zijn echter allen het eens, dat de aftreding van den heer Von Köller geen groot verlies is. Reeds bij de behandeling der Umsturzvorlage, die door den Rijksdag werd verworpen, behaalde deze minister weinig lauweren. Waarschijn lijk zal de zwakke positie van den minister wel meer hebben bijgedragen tot zijn af treding, dan een geschil van meening tusschen den Keizer en hem over de maatregelen, welke de regeering tegen de sociaal demo craten wil nemen. Evenwel van officieele zijde is het ontslag van den minister nog niet bevestigd. Met zekerheid weet men alleen, dat hem door den Keizer verlof is verleend, maar toch gelooft men te Berlijn algemeen, dat de minister niet meer op zijn post zal terugkeeren. De heer John Morley, minister van Ierland in het vorige Kabinet Rosebery, heeft te New-Castle een redevoering gehouden, die in Engeland nog al de aandacht heeft ge- van Mark en over den zonderlingen blik, dien hij hem toewierp, sprak het eerst. »Ik zei immers, dat ik goed nieuws heb. Hier staat het in 't laatste nummer van de Koe rier. Gedurende veertien dagen heb ik geleefd onder een aanklacht wegens moord, die tegen mij was uitgebracht, maar waaraan ik onschuldig ben. Ik wist, dat mijne ver klaring alleen niet voldoende zou worden geacht, maar hier is het bewijs, dat wat ik zeg de waarheid is." Verwonderd nam Maud de courant aan en las daarop het volgende «Verrassende ontknooping van den moord op Frank Melville. Woensdag-avond werd James Grundy, houder van een herberg in Toowoomba, neergeschoten door zekeren Dick Taylor, bekend onder den naam «Roode Dick." Grundy is doodelijk gewond en zijn moordenaar gearresteerd. De herbergier heeft medegedeeld, dat hij vroeger een valsch getuigenis heeft afgelegd in de zaak van den moord op Melville. De ware toe dracht der zaak is, dat toen Durning wei gerde met hem te drinken en Roode Dick op hem schoot, Durning die ongewapend was, de deur uitvluchtte, waarop Frar.k trokkken. Deze liberale leider, die voorheen dit district in het Lagerhuis vertegenwoor digde maar bij de jongste verkiezingen niet werd herkozen, sprak hoofdzakelijk over den politieken toestand. Zijn inziens behoeven de liberalen zich niet te laten ontmoedigen door den uitslag der verkiezingen hoewel deze den Tories en liberale unionisten een groote meerderheid verschaften. De liberale partij zeide de heer Morley zal ondanks haar nederlaag zoowel de schei ding van Kerk en Staat in Wales als de invoering van Home-rule inlerland handhaven. In de Kamer van afgevaardigden in Italië werd gisteren opnieuw over de politiek der regeering beraadslaagd Fortis stelde eene motie voor, waarbij de Kamer, akte nemend van de verklaringen der regeering over hare binnenlandsche en buitenlandsche staatkunde, en vertrouwend uitsprekend in de regeering, verklaart ook de noodzakelijkeid te erkennen van hervormingen, oeconomische en admini stratieve hervormingen, die aan de behoeften des lands voldoen en het zijn rust zullen teruggeven. Na eenig debat nam de Kamer met meer dan 100 stemmen meerderheid de motie van vertrouwen aan door Muratori voorgesteld. In de Kamer van afgevaardigden in Hon garije, weerlegde de minister-president Ugrons critieken over de militaire organi satie en teekende verzet aan tegen de be doelingen die door Ugron aan den minister van buitenlandsche zaken worden toege schreven tegenover Turkije onwelwillende gevoelens te koesteren. Ik heb reeds ver klaard, zeide de minister, dat het in het belang van Oostenrijk-Hongarije is, alle pogingen aan te wenden tot herstel van orde en rust in het oosten en tot handha ving van het statu quo. Banffi eindigde met de formeele verzekering te geven dat den minister van buitenlandsche zaken de be langen van Oostenrijk en van Hongarije evenzeer ter harte gaan. Zijn woorden werden met levendige toejuichingen ont vangen. Melville opsprong om Roode Dick te belet ten nogmaals te vuren en van dezen het schot kreeg, dat hem het leven kostte." »Maar hoe," vroeg Maud, «staat gij in verband met deze zaak »Dat zal ik ophelderen," antwoordde haar broeder. »Die Durning ben ik. Ik gaf dien naam op, toen de herbergier mij onbe scheiden vroeg, wie ik was, daar ik geen noodzakelijkheid zag, hem mijn waren naam te zeggen." «Goddank,mompelde Mark, »de moor denaar is niet haar broeder en hij drukte warm de hand, welke Charles hem toestak. «Zoo is dan uw vertrek naar Sydney overbodig," zei Maud, »en de moordenaar zal door den rechter worden gestraft." »Ja", antwoordde Mark, «Maar ik kan toch niet van hier gaan, voor ik je gezegd heb, Maud, hoe innig ik je lief heb. Wil je mijn vrouwtje worden Charles was uit de kamer verdwenen en Mark, in haar vochtige oogen starende, las daarin het antwoord. En dat antwoord wasja. nieuwe sghiedamsche courant Q _1 hi

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 1