w- gascar door Frankrijk. De ministerraad heeft besloten, bij wijze van uitzondering, twee officierskruisen en twintig ridderkrui sen van het legioen van eer te verleenen, naar aanleiding van de tentoonstelling te Amsterdam. Dat het bericht betreffende den aftocht van majoor Galliano uit het fort Makalie in Abessinië in geheel Italië, waar men majoor Galliano met zijn dappere reeds zoo goed als verloren waande, groote blijdschap heeft veroorzaakt, is zeer begrijpelijk, maar even natuurlijk was het, dat onmiddellijk de vraag reesMet welk doel heeft de Abessinische vorst deze concessie toegestaan? Wil hij werkelijk vrede sluiten en heeft hij daarom de van alle kanten ingesloten Italianen vrijgelaten, of was het zijn doel, het garni zoen uit de vesting te lokken, ten einde het, met des te meer kans op succes, in het open veld te kunnen aanvallen tijdens den marsch van Makallé naar Adaghamus Van daar de zeer natuurlijke ongerustheid welke nog steeds te Rome bestaat. Ondanks alle officieuze verklaringen zal deze bezorgdheid zeker niet wijken, zoolang men niet zeker weet, dat majoor Galliano met het garnizoen van Makallé zich werkelijk in veiligheid bevindt. Ook Amerika gaat zich nu met de zaken in Transvaal bemoeien. Gelijk aan de Times uit New-York wordt gemeld, brengt het verzoek van de Transvaalsche Amerikanen om een Amerikaanschen diplomatieken agent naar Pretoria te zenden in Noord-Amerika eenige opschudding te weeg, omdat tot dusverre alleen Engeland er een had. Intus- schen zou de regeering van de Vereenigde Staten geen diplomatiek agent kunnen zenden zonder meewerking van den Senaat. De regeering erkent, dat het Transvaalsche gouvernement tot nog toe rechtmatig heeft gehandeld, en doet alleen een beroep op Ktuger's grootmoedigheid in zake de Ameri- kaansche gevangenen aan den Rand. Toch vragen velen waarom bij voorbeeld de ingenieur Hammond in de gevangenis zit, terwijl de hoofdaanlegger Jameson vrijge laten is. Over den indruk, die generaal Weylers benoeming tot gouverneur van Cuba in plaats van maarschalk Martinez Campos heeft gemaakt, wordt zeer verschillend geoordeeld. Volgens de Spaansche bladen is men op Cuba zeer tevreden over het vertrek van maarschalk Martinez Campos, maar daarentegen wordt uit New-York gemeld, dat onmiddelijk, toen deze tijding te Havana bekend werd, meer dan 1000 paspoorten werden uitgereikt aan ingezete nen, die het eiland verlieten en zich naar de Ver. Staten begaven, uit vrees voor het strengere regime, dat men van den nieuwen gouverneur verwacht. De hoofdleider der Cubanen, Maximo Gomez, vaardigde eene proclamatie uit, waarvan _afschriften over geheel Cuba wer den verspreid en waarin o. a. wordt gezegd «Laat generaal Weyler maar komen. Ik zal niet terugtrekken naar de bergen. Ik heb twintig duizend manschappen meer ter beschikking, dan ik kan wapenen." Dat de Cubaansche aanvoerders het besluit der Spaansche regeering, om maarschalk Marti nez Campos te vervangen door een krach tiger bevelhebber, beantwoorden met een slag op de grootg trom, is begrijpelijk. Men kan dan ook wel aannemen, dat de Cubanen hun zaak met des te meer nadruk zullen verdedigen, nu zij op een feller bestrijding kunnen rekenen. Stads- en Gewestelijk Nieuws. Schiedam, 29 Januari 1896. Amendementen op het ontwerp- Havengeld. Het volgend schrijven is gisteren bij den Raad dezer gemeente ingekomen en reeds ter kennis van de Raadsleden gebracht Aan den Gemeenteraad van Schiedam Naar aanleiding der uitnoodiging van onzen Voorzitter om, wanneer de gemeenteraads deden amendementen hadden voor te stellen op het ontwerp-besluit tot heffing eener belasting onder den naam van havengeld, die binnen enkele dagen schriftelijk in te dienen, heb ik de eer U de navolgende wijzigingen in het tarief voor te stellen A. Zeeschepen. Zoowel voor zeil- als voor stoomschepen zou ik het Rotterdamsche tarief wenschen toegepast te zien. Er bestaat m. i. geen enkele reden waarom het havengeld alhier hooger behoort te zijn dan te Rotterdam. Het tegenovergestelde zoude te verdedigen zijn. Wil men van Schiedam eene der meest geliefkoosde Maashavens maken, waar zij zich zoo uitstekend toe leent, dan voorzekér moet men het havengeld niet hooger eer lager stellen dan te Rotterdam. B. Riviervaartuigen. Op dezelfde gronden, hierboven aange voerd, dient m. i. dit tarief ook minstens gelijk gesteld te worden met het Rotter damsche. Bovendien beschouw ik het hoogere havengeld alhier als eene extra-belasting op onze fabrieken, want, wordt het gelijk ge steld met Rotterdam, dan zal de Rhijnvracht naar Schiedam ook ongeveer gelijk worden met die naar Rotterdam. C. Binnenvaartuigen. Het tarief voor passagiers- en vrachtbooten zou ik wenschen te stellen op 3 c. en 40 c., zooals de sleepbooten betalen. Ik zou geen onderscheid maken tusschen passagiers-, vracht- en sleepbooten. De gemeente eischt 60 c. De heer Engering beweert, dat 25 c. voldoende is. De waarheid zal wellicht hier ook wel ongeveer in het midden liggen, en 40 c. de ongeveere waarheid zijn. Voor spoelingschouwen, niet geregeld varende, acht ik een havengeld van 20 c. per M3 per maand billijk. Deze moeten ter onderscheiding een afzonderlijk teeken dragen. Spoelingschouwen, alhier thuis behoorende, dienen als in art. 7 behandeld te worden en */6 van het tarief te betalen. D. Vaartuigen, uitsluitend dienende tot uitoefening der visscherij, wensch ik volgens het oude tarief te laten betalen. Immers bij de vaststelling van het vorige tarief is ten opzichte dezer schepen reeds consideratie gebruikt, en het havengeld op de helft gesteld, en mij is geen enkele klacht ter oore gekomen dat het tegen woordige tarief in de praktijk blijkt te hoog te zijn. E. Houtvlotten. a. Voor houtvlotten, en voor balken direct uit het zeeschip alhier aangevoerd, acht ik 1 c. per balk voor de eerste 17 dagen voldoende. b. Voor houtvlotten, die met vergunning van B. en W. in de openbare wateren der gemeente worden geborgen, geef ik in overweging 1£ c. per balk per maand te berekenen. Bijaldien vóór aankomst van het zee schip of houtvlot vergunning van B. en W. is verkregen tot berging der balken, dan vervalt a en treedt b direct in werking. Art. 7 zegt dat zeeschepen en andere vaartuigen die, ledig zijnde, binnen de ge meente komen om te repareeren of te timmeren, half havengeld verschuldigd zijn, terwijl letter f in art. 8 zegt, dat vaartui gen, die in de gemeente komen, uitsluitend om te repareeren, niet aan de belasting zijn onderworpen, dus geen havengeld ver schuldigd zijn. Dit is slechts eene opmer king, en doe ik daaromtrent geen voorstel, doch vraag alleen maar, hoe rijmt zich dat te zamen In letter i van art. 8 staat in de 2e alinea y>te lossen of te laden", terwijl in de 5e alinea alleen staat »te laden". Heeft dit een oorzaak of is het een abuis In het eerste geval vraag ik, welke oorzaak kan het hebben In het laatste geval stel ik voor dat in de 5e alinea ook zal komen te staan »te lossen of te laden". Immers aan de boeien en in de haven is hetzelfde haven geld verschuldigd. Het is daarom m. i. billijk dat ook op beide plaatsen dezelfde rechten gelden. D. F. W. Prins. De Raad dezer gemeente is tegen morgen (Donderdag), des namiddag ten kwartier voor twee ure, in openbare vergadering bij eengeroepen naar aanleiding van een spoed- eischend geval bedoeld bij art. 42 der Ge meentewet. Het eenig alsdan te behandelen onder werp zal zijn Missive van de Gedeputeerde Staten dezer provincie, naar aanleiding van bij hen ingekomen bezwaarschriften van J. K. T. Timmerhans van Abcoude e. a. tegen hunnen aanslag in de plaatselijke directe belasting naar het inkomen dezer gemeente, dienst 1895y96. In aansluiting bij hetgeen wij dezer dagen omtrent den toestand van het brandersbe- drijf te dezer stede in 1895 meldden, kun nen wij nog mededeelen, dat de uitvoer van gist naar Engeland in 1895 met eenige percenten achteruit is gegaan, terwijl de uitvoer naar België nagenoeg onveranderd is gebleven. Ons wordt verzekerd, dat zeker een nog grootere achteruitgang van den gistuitvoer naar Engeland in de toekomst te wachten is, als meerdere gistfabrikanten tegenover de gistverbruikers in Engeland dezelfde edelmoedigheid aan den dag leggen als het vorig jaar door de directie der Ned. Gist en Spiritusfabriek te Delft werd betoond. Zooals men weet, werden toen een groot aantal Engelsche gistverbruikers dooi den heer Van Marken in zijne fabrieksin- richtingen te Delft ontvangen en rondge leid. Zouden er onder die eerzame »bak- kers", wier ontvangst de Delftsche gist fabriek een aardigen duit heeft gekost, niet eenige technici verscholen zijn geweest, die nauwlettend de verbeteringen hebben gade geslagen te Delft aangebracht, om die ook in Engeland toe te passen Zoo ja, dan zullen wij zeker in de toe komst, wat den uitvoer naar Engeland betreft, nog nadeeliger resultaten hebben te vermelden dan die nu moeten geconsta teerd worden. Voor de Delftsche fabrikanten, die aldus zelf het paard van Troje zouden hebben binnengehaald, zou dit zeker even min als voor onze Schiedamsche industrie te wenschen zijn. Met leedwezen zullen zeker velen ver nemen, dat de weleerw. pater A. L. Paap, sedert ruim drie jaren kapelaan der parochie van den H. Joannes den Dooper alhier, Vrijdag aanst. onze gemeente gaat verlaten, om in het klooster Langeboom bij Grave den werkkring te aanvaarden die hem daar door zijne kerkelijke overheid is aangewezen. De weleerw. pater Paap zal alhier als kapelaan der St. Janskerk vervangen worden door den weleerw. pater J. P. Rodermans, tot dusver kapelaan der St. Dominicuskerk te Alkmaar. Maandag heeft ten raadhuize van Vlaar- dingen op plechtige wijze de uitreiking plaats gehad van de bij Koninklijk besluit, als blijk van goedkeuring en tevredenheid, aan J. Visser, schipper P. Verheij, stuurman en D. Van Os en J. Harms, matrozen op het loggerschip Marie Henriettc toegekende medailles wegens betoonden moed, beleid en zelfopoflering bij de tijdens stormweer volbrachte redding van de opvarenden van het in ontredderden staat verkeerende tjalkschip Martha Cornelia in de Noordzee op 2 October 1895. De medaille van den schipper is van zil ver, die der matrozen van brons. De uitreiking had plaats met eene toespaak van den burgemeesters en in tegenwoor digheid van den secretaris en den reeder van de Marie Henriet te, den heer L. J. Van Gelderen. BINNENLAND. In de Staatscourant worden sollicitanten opgeroepen voor de betrekking van werk meester-timmerman in het rijksopvoedings gesticht de Kruisberg by Doetimchem, op een jaarwedde van f800 met vrije woning en Vol- kostelooze geneeskundige behandeling- ledige theorische en practische v jjt- daaronder vakteekenen, wordt vere> Gegadigden moeten vóór 7 Februari bi) voorzitter van het college van regente11 sollicitatie en stukken inzenden. Ter wegneming van ongerustheid men op, dat de late behandeling der P sioenbegrooting door de Eerste KameI^^ uitbetaling der pensioenen biet in der- zal behoeven te staan, daar ze tegenW0 tegen de helft der tweede maand van kwartaal betaalbaar worden gesteld- Eerste Kamer komt, zooals men 'f is de eerste dagen van Februari bijeen dus kans, dat men tijdig gereed is. efde H. M. de Koningin-Regentes ver gisteren-a fond met hare zuster, P1'^ Elisabeth van Waldeck en Pyrmonb den eersten keer in dit speelseizoe" voorstelling der Koninklijke Vereend «Het Nederlandsch Tooneel" in den Scb°9 burg te 's-Gravenhage met hare te*> woordigheid. De Vorstelijke personen verschenen den aanvang van Coppée's drama yfc Kroon" in de Hofloge en werden doof orkest begroet met het «Wilhelmus ,s wijl de aanwezigen zich van hun W verhieven. Naar men verneemt, zal de Kon'"ff Regentes zich bij de kroningsfeesten^ Rusland doen vertegenwoordigen door miss'e, bestaande uit baron Du Ton' |s Bellinchave, opper-ceremoniemeester^ g, chef, en verder uit de heeren H. W- baron Taets van Amerongen, kamer1 p ritmeester jhr. van Tets, adjudant, er' len luitenant graaf Dumonceau, ordonna" officier van H. M. Daartoe van geachte en wel inge'!C^]j, zijde gemachtigd, kan worden medege' dat het uit Haarlem vermelde geruch1' vanwege H. M. -de Regentes oneerh3"^, lingen zijn aangeknoopt om het buite blijf Fiswoud onder Bloemendaal a9j'[, f koopen, van alle grond ontbloot is' zelfs nooit gedacht aan dergelijke onde' delingen, of aan het vermeerderen v^^|i reeds aanwezige koniuklijke buiteng"e in de toekomst. Op de scheepswerven in ons land het eerste halfjaar van 1896 reeds zu' |jij groot getal ijzeren schepen besteld, velen voorloopig geen nieuwe beste- kunnen worden aangenomen. De met verlof te 's-Gravenhage aan ^j-, consul te Djeddah, Jhr. Mr. De wordt gedurende zijn verloftijd van veer 4 maanden, werkzaam gesteld Ministerie van Buitenlandsche Zaken- Naar men verneemt, heeft i frik3'1'1 L e y d s, staatssecretaris der Zuid sche Republiek, thans te Berlijn vert het voornemen om over vier wekeljiij Pretoria terug te keeren. Voorat een bezoek brengen aan Londen Nederland. f v Onze landgenoot de zeereerw- P9 Bolsius S. J., is benoemd tot eer® e<jté Keizerlijke Maatschappij van natuur wetenschappen te Moskou. ln de vergadering van het hoo v3' der Ned. Vereeniging tot bescheru1 dieren werd medegedeeld dat n"rn ding van het van Ged. Staten jfe®9 Holland eene commissie zich g®v01 -,e v3 tot het opmaken van eene toelichting op het adres der te in zake de «trekhonden"dat groot aantal gegevens, brochure® ttlür menten daarover bij het alle oorden van Europa zyn ,g gei dat het technisch rapport reeaCj)t gekomenhet juridisch gedee binnenkort. fii' e"' yö1 "Jv14 fdbeS i ir>0

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 2