In draadberichten uit Havana wordt ge meld, dat generaal Weyler de nieuwe opper bevelhebber op Cuba is aangekomen en schitterend ontvangen. In zijn aanspraak tot de overheden, zeide de generaal, dat hem edelmoedige gevoelens bezielden hij zou lankmoedig zijn, indien het met zijn plicht vereenigbaar was. Verder verklaarde hij dat hij den oorlog wilde ten einde brengen en geen politieke onderscheiding zou maken zoolang de oorlog duurdedat er op Cuba twee partijen waren, Spanjaarden en sepera- tisten, hij zou met welwillendheid alle klachten aanhooren en de strikste rechtvaardigheid zou al zijn daden besturen. De rede wekte een goeden indruk. Stads- en Gewestelijk Nieuws. Schiedam, 12 Februari 1896. Wij herinneren er onze lezers aan, dat zij die vermeenen op het kiesrecht aanspraak te kunnen maken en niet ambtshalve op de kiezerslijsten worden geplaatst, vóór 15 dezer ten raadhuize aangifte moeten doen. In het kort zij hierbij herinnerd, dat tot bedoelde adspirant-kiezers behooren: zij die in een andere gemeente in de personeeleof grondbelasting tot een voldoend bedrag zijn aangeslagan, ot die als deelhebbers in on verdeelde onroerende goederen of kamers bewoners, volgens de bepalingen der wet het kiesrecht kunnen verkrijgen. Te Rotterdam had Maandag eene verga dering plaats van te Rotterdam wonende personen, die behooren tot het gedeelte van het vroegere personeel der Rhijnspoorweg maatschappij, dat nog geen afstand gedaan heeft van de, aan dat personeel bij art. 6 der overeenkomst van 1890, tusscnen den Staat en genoemde Maatschappij toegekende rechten. In deze vergadering werd besloten»dat de ter vergadering aanwezigen in geen geval van hunne rechten, bedongen in art. 6, afstand zullen doen voor en alleer het staatsgeheim volgens mr. Ameshof (vroeger president van de Ned. Rijnspoorwegmaat schappij) openbaar gemaakt zal zijn." De vergadering werd bezocht door 24 van de 40 te Rotterdam aanwezige personen, die tot het bedoelde gedeelte van het vroegere personeel der Rijnspoorwegmaatschappij behooren. Door dr. G. J. W. Bremer en mej. F. J. Eldering zijn te Rotterdam zeer goed ge lukte proeven genomen met Röntgen-stalen. Met een kleine klos van Ruhmkorff van 3 cM. vonklengte werden verschillende meta len voorwerpen in houten of kartonnen doozen door hout of door eboniet heen ge- photografeerd. Van een hand werd een goed beeld verkregen, waarin zich het beenderen stelsel duidelijk vertoonde. Een klos van 15 cM. vonklengte was daarbij gebruikt. Door den commissaris van politie, den heer J. W. C. Strang, te Rotterdam is een onderzoek ingesteld naar aanleiding van een gerucht, als zou eene in de Eendrachtstraat wonende vrouw zonder geneeskundige hulp zijn gestorven. Tevens werd verteld, dat er misdrijf in het spel was geweest. Het onderzoek heeft aan het licht gebracht, dat er van misdaad geen sprake is en dat de overledene, die sedert geruimen tijd aan zenuwziekte leed, onder geneeskundige behandeling is geweest. Naar aanleiding van het eervol ontslag den heer mr. A. J. Vaillant verleend als president der arrondissementsrechtbank te Rotterdam, welk ambt hij sedert 23 November 1874 bekleedde, zegt de N. R. Ct. het volgende Na eene loopbaan van meer dan een halve eeuw bij de rechterlijke macht, begonnen in 1844 met het katonrechterschap te Schie dam, en 10 jaren later door mr. Vaillant voortgezet als rechter te Rotterdam, zij onzen achtenswaardigen stadgenoot, wiens •yver, nauwgezetheid en plichtsgevoel, ge paard aan rijke kennis en ervaring, zoo algemeen werden gewaardeerd, nog een gelukkige tijd van welverdiende rust toe- ge wenscht. Dat mr. J. van Heukelom, die tot nog toe het vice-presidentschap der rechtbank bekleede, mr. Vaillant als president zal opvolgen, zal zeker algemeen met voldoening zijn vernomen. Reeds geruimen tijd is bij het Rijk de bouw van een nieuw gerechtshof te Rotter dam in overwegingalle desbetreffende maatregelen stuiten echter af op het gebrek aan een goede plaats. Naar het Hbd. ver neemt is het oog thans gevallen op het terrein der voormalige Marinewerf, dat sedert den bekenden brand van vóór een vijftal jaren braak ligt. Gedurende de laatste drie of vier weken werden de bewoners der tweede verdieping van een huis aan de West Kruiskade te Rotterdam voortdurend verontrust door dreigbrieven. Deze brieven behelsden in hoofdzaak de mededeeling dat hunne woning in brand gestoken zou worden en een waar schuwing aan de dienstbode, om zoodra mogelijk haar dienst te verlaten, voor zij eventueel in de vlammen omkwam. Tegen haar was de bedreiging niet gericht. Aangezien de eerste verdieping van dat huis leeg staat, maakte de echtgenoote van den door zijn betrekking weinig thuis zijn- den bewoner zich zeer zenuwachtig en leef den man en vrouw, jonggehuwden, in voort durende onrust. Toen zij nu in het begin van de vorige week wederom een dergelijken brief ont vingen, besloten zij, ten einde raad, in een hotel te gaan overnachten. Dit was in den nacht van Donderdag op Vrijdag. Dien zelfden nacht nu werd het dak hunner woning aan de binnenzijde geheel met petro leum besmeerd. De ontdekking hiervan op den volgenden dag deed het echtpaar be sluiten onmiddellijk te verhuizen, aan welk besluit reeds gevolg gegeven is. Naar men zegt, zouden de bedrijvers van een en ander twee verdacht uitziende doch onbekende mannen zijn, in de buurt aldaar meermalen opgemerkt en ook eenmaal door de dienstbode van het bedreigde echtpaar op de trap dier woning ontmoet. Of zij zich aan de zijde der West-Kruiskade door de straatdeur dan wel door een brandgang en vervolgens door de tuinen achter deze pan den gelegen, toegang hebben verschaft, is niet uitgemaakt. NR. Ct.) Een Haagsch veld-artillerist werd Zon dagavond aan het station Delftsche Poort te Rotterdam gearresteerd, omdat hij in een café aan de Prinsenstraat aldaar de biljartballen gestolen had. De trein stond op 'tpunt te vertrekken, toen hij nog juist intijds door den kastelein herkend werd en der politie aangewezen. Zijne arrestatie ging met hevig verzet gepaard, waarbij de agenten mishandeld werden. Hij werd aan de militaire autoriteiten overgeleverd. Te Maassluis is men reeds druk bezig met aanmonsteren van matrozen voor de aanstaande haringvisschenj. De voorwaarden, waarop de aanmonstering geschiedt, loopen zeer uiteen. Bij enkele reederijen wordt f 8, bii andere 9 en bij nog andere niets voor weekgeld gegarandeerd. Men schrijft aan de N. R. Ct. in dato II dezer uit Monster Tijdens dikken mist werd door het blaffen van een hond aan boord ontdekt dat bij paal III een stoomschip was gestrand. De kust wacht gaf hiervan per telefoon kennis aan den Hoek van Holland en bracht de reddings boot in gereedheid. Na het bericht verschenen spoedig de stoomreddingsboot en 5 sleepbooten van den Hoek van Holland. De strandingsplaats werd van den wal met een misthoorn aan stoomred dingsboot en sleepbooten kenbaar gemaakt, Het schip weigerde naam en nationaliteit op te geven en de bemanning dekte de naamborden met zeilen af en weigerde hulp. door de stoomreddingsboot werd een anker en tros uitgebracht. Hedennacht te 1 uur is het vaartuig zonder assistentie vlot gekomen. Het bleek te zijn stoomschip Tliemis, kapt. O. Kriaut, van Stettin naar Rotterdam en Keulen met stukgoederen. A'-< BINNENLAND. Naar aanleiding van het bericht, dat het stoffelijk overschot van prins Willem George Frederik van Oranje-Nassau (zoon van den stadhouder Willem V en broeder van koning Willem I) uit Padua naar Delft zal overge bracht worden, uit de heer J. Vermeer Az. in de Zw. Ct. den wensch, dat ook het stof van den stadhouder, Prins Willem V, (in ballingschap overleden te Brunswijk den 9 April 1806 er, aldaar begraven) nog eenmaal tot dat zijner voorvaderen in den Delftschen grafkelder verzameld moge worden. De gebeurtenissen in Transvaal zijn ook in Indië niet geheel zonder weerklank ge bleven. Het Soer. Ilbld. zou willen dat zich ook in Nederlandsch-Iridië commissiën vorm den om steun te verleenen aan de Boeren, en een ingezetene van Soerabaja gaat zelfs zoover, het denkbeeld op te werpen om een korps vrijwilligers uit Java naar Zuid-Afrika te zenden. De nachtmailboot de Koningin-Regentes, en de bark de Chambrian-Queen, kapitein Wilhams, in ballast van Antwerpen naar Cardiff, zijn eergisteren tengevolge van de mist in aanvaring geweest. De 3e stuurman van de bark sprong over op de mailboot. De Koningin-Regentes bleef na de aan varing ter hoogte van de bark om assis tentie te verleenen, hetgeen echter onncodig was. De bark heeft aar. het achterschip, de mailboot aan den steven belangrijke schade, beide echter boven de waterlijn. De adsistentbode bij het Departement van Koloniën de Z. is met den dag, waarop zijne veroordeeling wegens den postzegel diefstal onherroepelijk is geworden, uit zijne bediening ontslagen. Het Haagsche Dagbl. voegt aan het gis teren vermelde telegram omtrent de onge regeldheden te Pontianak (Westkust van Borneo) het volgende toe ïUit vertrouwbare bron vernemen wij, dat eenigen tijd geleden een weerspannig hoofd uit de Melawi streek ter hoofdplaats Singtang, voorloopig geïnterneerd, volgens bericht van den resident van daar was ge vlucht en naar zijn landstreek teruggekeerd. Het hoofd is van origine een Dajak, heet Raden Pakoe en was het laatst bestuurder van Nanga Serawei. (Boven-Melawi.) De pogingen hem weder in handen te krijgen, waren volgens berichten van December jl. aanvankelijk mislukt. Maken de Dajaksche stammen van de Boven-Melawi gemeene zaak met Raden Pakoe, dan kan dit aan leiding geven tot eenige moeielijkheden. De N. R. Ct. zegt omtrent den opstand in Pontianak nog het volgende: Het schijnl dat het telegram van onzen correspondent te Batavia, opgenomen in ons Eerste blad C van 9 dezer, hier en daar tot verkeerde gevolgtrekkingen geleid heeft. Wanneer daarin sprake is van een opstand in Pontianak, moet men daarbij niet denken aan de plaats van dien naam, de hoofdplaats van de Wester-afdeeling van Borneo, maar aan dat gewest zelf, dat vaak met den korteren naam dier hoofdplaats wordt aangeduid. De vermelding trouwens van het rijk Sintang en van de rivier Me lawi maken het duidelijk, dat de opstand in het verre binnenland moet gezocht worden. Zulke opstanden zijn, zooals ook uit het artikel van den gep. luitenant kolonel Hooijer in ons Eerste Blad A van 11 dezer blijkt, in Singtang al meer voorgekomen. Het grootste deel van dat rijk is in apanages onder de rijksgrooten verdeeld en deze ge voelen zich daarin vrij onafhankelijk ns met den vorst, dan trekken zij zieh zij in botsing komen met ons bes tu«r apanages terug en gaan met hunne tot openlijk verzet over. Gewo daarna de zaak door ons in orde woiden en verleent de vorst weinig^iH werking, waarover ook nu in het te 0 geklaagd wordt. Vermoedelijk hebben wij ook zulk een geval te maken. De kleedermakers te 's Gravenhafe di« tot verkrijging van lotsverbetering vergaderden, stellen zich o. a. voor ett dringen op wettelijke regeling va^ j)«' minimum-loon en maximum-arbeid e invoeren van een leerlingstelsel ond®r zicht van een vakvereeniging. Het Leidsche Dagblad heeft, naal^fi leiding van berichten, bij prof. H. F-jij1' geïnformeerd of het juist was, dat h'J^. eervol ontslag heeft aangevraagd als leeraar in het Romeinsche recht en schiedenis aan de Leidsche universi een bevestigend antwoord ontvangen tei6 In de groote ruime voorhal van het dy P huis te Leiden zijn thans opgehang^y tien van het buitengoed Endegeest 9 stige fraaie Gobelin-behangsels, welk9^ tendeels nog in goeden staat ve en verschillende voorstellingen beva riff tff"' Onder de talrijke blijken van deehff1^ die Z. Door!. Hoogw. Mgr. Botten)®0'1 zijn herinneringsdag van eergisteren 01 f ontvangen, bevond zich een telegi'9111.^ Z. Eminentie kardinaal Rampolla, waa j staatssecretaris van Zijne Heiligheid 1,9 den Paus, de beste wenschen uiffP voor het behoud van den doorluchtig6'1^,.;;1 laat en het bericht geeft, dat Zijne Hed'^f den feesteling, alsmede de geestelijk''6' de geloovigen der Haarlemsche dioc®5 ganscher harte Zijn apostolischen 1 schenkt. Ongetwijfeld zal dit geheel bijzond06^1 van hooge waardeering voor den P en den arbeid van den doorluchtige" voogd door het geheele katholieke i jé land met levendige ingenomenheid begroet. (9" of De Amst. Ct. vestigt er de aand®6 dat in de laatste weken het E0^/' Hof tegenover het onze weer geen die voorkomendheid heeft gegeven. yj1, door onze natie mag worden verwa6'^/ den dood van den schoonzoon van F land's Koningin ontving ons Hof 8ee'j{ cieele mededeeling, met het gevolg» hofrouw niet werd voorgeschreven. „ff1' de prins van Battenberg werd b®§ lijst van vertegenwoordigers van vr^i- bevatte het officieele programma e6(' landen, maar ons land werd daarop Of de buitenlandsche pers in 1 weer aanleiding zal zoeken tot ste je' opmerkingen, is nog niet bekend, kan het geen kwaad, er vooraf op te j n' dat het gebrek aan voorkomend!'6' van deze zijde komt, zegt het blad- Gisteren-ochtend omstreeks 10 uU melde Reens een 100-tal zijner vriende^f(J^ Dam te Amsterdam. Zij begaven zich stadstimmertuin, waar een verkoop belastingschuld zou plaats vinden- .ef(e gedreigd dat de omstanders van b® verwijderd zouden worden, indien ^g|1 gang van den verkoop mocht ^ol^\>oe stoord. Dit geschiedde niet. De bracht f 131.75 op, waaruit de s'j0or worden voldaan. Reens zag ziek oploopen der prijzen op het laats' o gen bij bekenden geld te leenen- y Gisteren bezocht prinses k'lsft "Waldeck-Pyrmont Amsterdam e" ld V Museum. H. D. H. was ver®e!^eUie hofdames Von der Marwitz en gers, alsmede van den kamerheeI Limburg Stirum. onÜjk J I#1 ei

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 2