Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
AEMEM.
19de Jaarg.
Zondag 29 Maart 1896.
No. 5454.
bureau ^Sofersfraaf 50.
EERSTE
EEN DIEF V
Feuilleton.
8el«n
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
f 1.50
- 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
II.
*n ons vorig artikel noemden wij het
g^chil in geloofszaken tusschen katholieke
afgescheidene Armeniërs gering, zoodat
'J ons best kunnen voorstellen dat een
l^'gte dier afgedwaalde Christenen te
lik tot de ware Moederkerk overgaat,
°°ral wanneer door omstandigheden eenige
°°t daaraan gegeven wordt. Wanneer
lJ die afwijking van de ware Kerk gering
I °eTOen, dan wil dit niet zeggen, dat wij
6 als een geringe zaak beschouwen als
"en van de waarheid des geloofs afwijkt;
neen iedere ook de geringste looche-
"g van een geloofswaarheid maakt zelfs,
at men buiten de alleen zaligmakende kerk
«bloten wordt. Maar daarmede willen wij
le^36n' dat, wat het uiterlijk godsdienstig
Ven aangaat, bijna geen onderscheid merk-
j,aar is. Zoo zegt men, dat er tusschen
katholieken en Jansenisten bijna geen ver-
9 in godsdienst bestaat, en wel een groot
6rschil tusschen Katholieken en Protes-
^"len, In dien zin kunnen wij zeggen is er in
r«ienië een gering onderscheid tusschen
atholieken en Schismatieken, of afgeschei-
^ehen, en is daardoor een overgang in groot
Setal zeer verklaarbaar, ja haast noodzake-
9k. Doch eigenaardige omstandigheden,
°oals wij vroeger aanstipten, houden het
"ervan terug.
Als men wil overgaan tot de waarheid,
a" komt men onder de macht van den
p edehouder van Christus, dat is onder den
t a"s, die als opvolger van den H. Petrus
Rome zetelt. En zietdaar de geheele
^eilijkheidde Oostersche kerk is er
^®vreesd voor door Rome geregeerd te
'°rden; haar heerschzucht en achterdocht
as oorzaak der afscheuring, is nog reden
a" volharding in dien treuriger, toestand.
bisschop van de nieuwe keizerstad,
°hstantinopel, zoo was in den beginne de
opzet
moest in macht en waardigheid
(Slot.)
,n ''a> hij was op 't oogenblik zonder werk,
\vaar morgen of overmorgen zou hij weer
hebben en geld verdienen en met
*0h 9 gezicht thuis komen en zijn moeder
M Aan zulke bekwame werklieden
aar zoon er eeD was, was immers
99 behoefte!
h Rn die zoon zou slecht zijn Een dief
'°ov 'n^re^erNeen, dat zou zij niet ge-
ea: Hij was een voorbeeld van En
.9 thuis kwam, dan zou zijn moeder
111 m de oogen kijken en zeggen»Niet-
verheven worden gelijk aan die van den
bisschop van de voormalige keizerstad,
Rome; en men vergat dat de bisschop, de
Paus van Rome, door Christus als hoofd
der geheele H. Kerk was aangesteld. Evenals
de Paus het gezag voert over alle landen
en streken van het Westen, zoo moest de
patriarch van Constantinopel het Oosten
beheeren. Het werd voor den Oosterling
een niet te dulden vernedering onder de
rechtsmacht te staan van een bisschop, die
door zeden en gebruiken zoo ver van hun
nationale gewoonten verwijderd stond, en
men hing den Griekschen patriarch aan,
die in alles door den keizer met zijn tijde
lijke macht geholpen werd, en wel met de
grootste welwillendheidop die wijze toch
konden de tijdelijke gezagvoerders ook nog
eens een woordje meespreken in kerkelijke
zaken, wat zoo zeer naar hun verlangen was.
Ach wat een vreeselijke parten heeft het
hun gespeeld, dat onttrekken aan Rome's
heerschappijzij kwamen immers van lie
verlede onder de dwingelandij van een
keizerja, toen de troon van Constantinopel
door de Muzelmannen veroverd werd, onder
de macht van een Mohamedaanschen Sultan
En hij, die van Christendom niets afweet,
hij die dit het meest vijandig is, de Sultan
is nu de opperste beschermheer der Chris
tenen, de beslissende scheidsrechter in
kerkelijke aangelegenheden; en dat verkiezen
zij boven de rechtsmacht der door God
aangestelde opperhoofden, de Pausen.
Een enkel geval wil ik hier vermelden
aan dergelijke staan zij heel natuurlijk bloot,
wat ten duidelijkste de onmogelijkheid van
dien toestand te kennen geeften toch
Rome's goddelijk opperbestuur willen zij
niet, neen in den letterlijken zinliever
Turksch dan Paapsch.
Zooals wij vroeger zeiden, bedienden de
Armeniërs in de H. Mis zich niet van de
bijvoeging van een weinig water bij den
wijn, terwijl de overige Christenkerken van
het Oosten als Grieken enz., evenals de
Latijnsche Kerk dit gebruik vasthielden.
In het begin dezer eeuw nu, ontftond
er over dit verschilpunt twist tusschen
Armeniërs en Grieken; en men beschul-
waar, mijn jongen, je bent toch een eer
lijk mensch
En wat zou hij dan antwoorden, als zij
dat vroeg?
Zoo dacht hij na. Zoo stormde het in
zijn hart. En hij hoorde de stem van zijn
moeder zoo duidelijk die vragen doen.
O, die stemdie hij zoo gaarne hoorde
en die nu voor hem niets anders bevatte
dan beschaming en verwijt. O, die stem
van zijn moeder
Hij waakte op uit zijn gepeins en keek
met woeste, starende blikken rond zich. Hij
bracht de hand aan het hoofd, alsof hij na
moest denken, waar hij eigenlijk was, en
wat er gebeurde. Het klamme zweet brak
hem uit. Zijn vingers beefden koortsachtig.
Hij keek naar het kind en ging er heen,
trok het dekentje weg en keek in het
lieve onschuldige gezichtje van den kleinen
slaper. Dit duurde een seconde. Tranen
sprongen hem in de oogen. Onstuimig deed
hij een greep in de zak en stortte goud-
digde elkander de gebruiken van den Chris-
telijken godsdienst te hebben verminkt. Om
tot een beslissing te komen wierp men het
geschil voor den oppersten rechter, den
Sultan. En de Mahomedaansche minister,
gaf in naam van zijn gebieder de volgende
onmogelijke uitspraak wijn is een onreine
drank, vervloekt en verboden door den Ko
ran men moet er dus volstrekt geen ge
bruik van makenwaarom neemt gij niet
alleen zuiver water.
De Mahomedaan wist natuurlijk niet dat
Christus voor het H. Misoffer brood en wijn
had gebruikt, en zijne Apostelen en dier
opvolgers de plicht had opgelegd hetzelfde
te doen. Maar 't is toch treurig dat de
hoogmoed en heerschzucht den mensch zoo
kan verblinden, dat hij in zulke zaken liever
den Muzelman, den Turk, raadpleegt, dan
den door Christus aangestelde plaatsbekleeder,
den Paus. En als de schismatieke Ooster
ling zich blijkens de feiten zoo iets laat
aanleunen, dan begrijpen wij heel goed, dat
hij zoo gemakkelijk niet zal overgaan, en
zich aansluiten bij de ware Moederkerk.
Want al vindt hij bij zijn overgang, zooals
wij gezegd hebben, in de katholieke Kerk
niets nieuws, dezelfde gebeden namelijk,
dezelfde Sacramenten, hetzelfde Misoffer;
het zwaarste, ja te zwaar valt hem de
onderwerping aan den Roomschen Paus.
Bovendien zal nog de naijverige achter
docht van den Oosterling het ontbrekende
aanvullen, en zou men ook al tot de onder
werping aan den Paus geneigd zijn, (en dat
zullen zeker de oprechten onder hen zijn,
als zij getuigen zijn van onmogelijke ge
vallen als wij boven vermeldden) dan nog
zal de vrees voor het verlies van bun natio
nale gebruiken en privilegiën, zooals wij later
zullen toonen, hen van den overgang af
houden. jd
ALGEMEEN OVERZICHT.
28 Maart '96.
De mededeeling van den Italiaanschen
minister-president Di Rudini in den Senaat,
houdende dat hij over den Afrikaanschen
veldtocht geen documenten kan overleggen,
stukken, kostbaarheden, bankpapier uit over
de wieg. Zijn geweten sprak en in den aan
blik van de misdaad overwon die stem.
Maar hij moest weg! Schielijk weg! 't
Kon zijn, dat hij overvallen werd, en dan.
Maar dat kind Misschien zou het
morgen weer alleen gelaten worden.
Hij greep in zijn binnenzak, scheurde een
vel papier uit zijn notitieboekje, zette zich
neer en schreef haastig
Mevrouw,
Er is niets gestolen. Leer uw kind
u lief te hebben."
Toen legde hij het briefje op het slapende
kind, bij de bankbiljetten en de andere
kostbaarheden, kuste het kind nog eenmaal
en stormde met gedempte schreden de
kamer uit, de trap af, de koude straat op.
Maar in die donkerheid van den nacht,
wijl de sterren fonkelden, voelde hij nog
wijlhij er in het ministerie geen gevon
den heeft, heeft in Italië groote sensatie
gewekt. De opschudding was zoo groot, dat
de Voorzitter bij herhaling tot kalmte moest
vermanen wat bij de dettige senatoren iets
ongewoons is. Men houdt zich overtuigd,
dat Crispi de documenten in handen heeft
en eischt natuurlijk dat zij voor den dag
komen.
In de vergadering door den Senaat gis
teren gehouden, kwam de zaak opnieuw ter
sprake. De heer Parento interpelleerde de
regeering over de verdwijning van stukken,
betrekking hebbende op de gebeurtenissen
in Afrika. De minister president Di Rudini
antwoordde, dat het Kabinet geen groen
boek willende uitgeven zonder de oorspron-
kelijse documenten te hebben gezien, bevel
zond naar Massaua om de kopieën van tele
grammen over te sturen. Generaal Bal-
dissera antwoordde daarop, dat het rapport
van luitenant-kolonel Gulliano betreffende
de verdediging van Makallé met andere
stukken in den slag bij Adoea op 4
Maart verloren was geraakt. Baldissera zal
evenwel trachten het rapport opnieuw
samen te stellen met behulp van de per
soonlijke herinneringen der officieren. Hier
mede liep het incident af.
De bedenkelijke zegepraal door het mini
sterie—Bourgeois in Frankrijk bij de be
raadslaging over de inkomstenbelasting in
de Kamer behaald, is nog steeds het onder
werp van tal van beschouwingen in de
Fransche bladen. De beschouwing der
ochtendbladen zoo seinde gisteren de
Parijsche correspondent der N. R. Ct.
zou men als volgt kunnen samenvatten.
Wanneer het ministerie Bourgeois blijft
leven, zullen wij eindelijk wel iets krijgen,
dat heel in de verte gelijkt op het ontwerp-
Doumer. Dat het eerste zal gebeuren, is
echter weinig waarschijnlijk. Men verwacht
zelfs dat de vergadering van Maandag zal
getuige zijn van een nieuwe worsteling om
het punt in kwestie, waarbij de begrootings-
commissie den aanval zal leiden. De poli
tieke toestand wordt intusschen met den
dag moeilijker. Elk volgend votum graaft
de kloof tusschen de twee helften der repu-
de bewegingen van den storm, die in zijn
hart gewoed had, hoorde hij nog den na
galm van die stem, die hem had teru<*°-e-
houden van een misdaad- Maar nu mocht
hij het hoofd opheffen zonder schaamte en
zonder schande. Hij had overwonnen, óf zijn
moeder, óf zijn geweten, óf God. Hij wist
het niet meer.
En toen de morgen aanbrak en zijn
moeder hem vroeg, hoe het kwam, dat hij
zoo laat was thuis gekomen, toen keek hij
haar in 't lief gelaat en zij begreep er niets
van, dat hij begon te schreien en haar han
den greep, haar op de wangen kuste, zoo
als hij deed, toen hij nog een kind was.
CHE COURANT
o.
'lllllflIHUlWHI'IUlillflfiHiiiiiiiiiiiiMHfiiHnimnmmciiiHÏÏmiïriiniimifimmï