het hervormingscomité tot de volgende week
onbeslist blijft. Intusschen is de doodstraf
veranderd in vijftien jaar gevangenis. Van
de 59 anderen is er aan 9 alle straf kwijt
gescholden, en zijn er 18 tot vijf maanden
en 22 tot drie maanden gevangenis ver
oordeeld.
In een telegram van den gonverneur der
Kaapkolonie, sir H. Robinson, aan den
minister van koloniën, Chamberlain, wordt
bovenstaand bevestigden er bijgevoegd, dat
eenige gevangenen tot een jaar gevangenis
zijn veroordeeld en de straf van vijftien
jaar gevangenis 'slechts een vorm is. Het
is niet waarschijnlijk, dat zij zal toegepast
worden. De boeten worden gehandhaafd.
De verbanning blijf achterwege zoolang de
gevangenen in de Z.-A. Republiek zich
buiten de politiek houden, waartoe zij zich
op hun eerewoord moeten verbinden.
Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Schiedam, 21 Mei 1896.
Door bemiddeling van den boekhandelaar
A. L. A. van Pinxteren ontvingen wij
Voor de Zwartjes van Afrika f 5.
Het einde der Werkstaking.
De vergadering waarin tot het eindigen
der werkstaking werd besloten, werd,
zooals we reeds meldden, gehouden op de
plaats (dienende tot veestalling) van den
heer Ockhorst aan de Veemarkt te Rotter
dam.
Gisteren-ochtend om 8 ure ving de ver
gadering aan. De Jong, Snelleman en Palte
betoogden nogmaals krachtig dat het raad
zaam was de staking te eindigen de ver
dere geschillen konden langs minnelijken
weg worden opgelost. De geest der verga
dering was kalmer dan den vorigen avond.
Het besluit werd genomen met briefjes.
De uitslag der stemming was, dat met 118
tegen 431 stemmen werd besloten het werk
te hervatten.
Nadat door Palte op de plaats van den
heer Ockhorst de opheffing der werksta
king als uitslag der stemming was bekend
gemaakt, gingen de meesten met een glans
van vergenoeging op het gelaat huiswaarts
om het heugelijke nieuws overal te ver
spreider.. In het Bondsgebouw aan de
Boompjes werd de nationale driekleur uit
gestoken. De afzettingen aan de kaden
werden opgehevende passage vrij gelaten
en de schutters hier en daar bij de op
den wal geloste goederen op post gezet
om de politie bij de bewaking behulpzaam
te zijn.
Hoewel nog ongeregeld, was op vele sche
pen het werk gisteren-middag hervat. Er
lagen gisteren 136 zeeschepen, zeil- en
stoomschepen binnen de gemeente Rot
terdam.
De ware oorzaak van den plotselingen
ommekeer te Rotterdam is, volgens de Msb.,
de volgende
Bij den heer Van Rijswijk, president van
den Ned. R.-K. Volksbond, was eene depu
tatie uit de stakers gekomen met het verzoek
eene vergadering te beleggen van hen, die
geneigd waren het werk te hervatten. Zij
verzekerden, dat de overgroote meerderheid
de overheersching van den N. N, B. B.
moede is en gaarne aan het werk zou gaan,
wanneer het initiatief slechts van dien aard
was, dat het vreesachtigen kon bemoedigen.
Eene vergadering als de bedoelde zou zeker
duizenden doen opkomen. Van bevoegde
zijde werd den heer Van Rijswijk daartoe
de Doeleplaats aangeboden met voldoende
bescherming. Gisterenmiddag ten 2 ure zou
de vergadering hebben plaats gehad.
Dit nu was eergisteren reeds in de stad
bij geruchte bekend, en het was ook den
besturen der stakers ter oore gekomen, die
zulks wilden verijdelen door voor gisteren,
den ganschen dag, de Doeleplaats af te
huren, desnoods tegen dubbel bedrag. Dit
aanbod werd echter afgeslagen.
Toen, terecht vreezende voor het te
wachten fiasco, besloten de besturen der
stakers de eer aan zichzelven te houden.
Vandaar de vergadering van gisteren-ochtend,
waarin zij de stakers die daartoe blijkbaar
zeer genegen waren quasi zeiven deden
besluiten tot hervatting van den arbeid.
Ziedaar de geschiedenis van het slot
dezer staking, die èn patroons èn werklieden
zooveel tienduizenden heeft gekost.
Feitelijk is het de Ned, R.-KVolksbond,
die haar beëindigd heeft en het verlies van
meerdere schatten heeft voorkomen, een
feit, dat door onze stedelijke overheden op
de eerste plaats dankbaar erkend wordt.
De gezamenlijke graanfactors richtten
gisteren aan den president van den Ned.
R.-K. Volksbond een schrijven, waarbij zij
verklaren met algemeene stemmen te hebben
besloten voortaan bij zeewerk voor eiken
ploeg 2 ophouders verplichtend te stellen
en de overlading met den zak te doen plaats
vinden, terwijl verdere kleine verschillen
nader onderling geregeld zullen worden.
De N. R. Ct. wijdt aan het einde der
werkstaking de volgende beschouwing
De werkstaking is geëindigd. Met groote
meerderheid besloot de vergadering van
bootwerkers weer aan het werk te gaan.
Dit is een heuglijk feit.
Heel Rotterdam zuchtte onder den treuri-
gen toestand der laatste dagen. Waar aan
onze kade niet gewerkt wordt, waar de
booten stil liggen of onze haven mijden,
daar voelen niet alleen de direct belang
hebbenden, daar voelt de geheele burgerij
den terugslag. En richt men den blik verder
dan op den toestand van heden, dan tan
de vrees niet onderdrukt worden, dat door
deze werkstakingen de toekomst der haven
met een groot gevaar bedreigd wordt.
Onze haven is uitnemend, zij behoeft voor
geene andere vlag te strijkende schepen
komen er veilig binnen en vinden er alle
faciliteiten, die een verlicht en voorvarend
gemeentebestuur met vooruitzienden blik in
het leven riep. Maar zij moet niet den naam
krijgen, dat zij aan handel en scheepvaart
geen geregelde bediening kan waarborgen
werd dat het geval, dan zouden hare con
currenten boven haar kunnen verkozen
worden.
En daarom, moge Rotterdam in langen
tijd niet weder eene werkstaking beleven
Thans, nu het werk hervat wordt, nu wij
weldra weder de oude levendigheid van het
drukke handelsverkeer zullen zien plaats
maken voor de militaire beweging, die voor
onze handelsstad altijd een abnormaal en
ongewenscht verschijnsel is, willen wij niet
vragen wie de overwinnaars, wie de over
wonnenen zijn. Rotterdam heeft gewonnen 1
laat dit liever de conclusie zijn.
Na met waardeering geconstateerd te
hebben, dat de houding der werklieden
rustig is gebleven en een woord van lof
voor de tact en bezadigdheid van hen die
met het handhaven der orde waren belast,
uit het blad den wensch, dat wan
neer er zich weer grieven mochten voor
doen, de weg van minnelijk overleg zal
gekozen worden, daar een algemeene werk
staking slechts als een uiterst middel bij
groote grieven mag gebruikt worden.
Het geheele le bataljon schutterij, het
welk gisteren-ochtend onder de wapens
kwam, rukte gisteren-avond 8 uur in. [Enkele
posten op Feijenoord bleven bezet door het
bataljon grenadiers en ook een afdeeling
mariniers werd in dienst gehouden. Heden
ochtend kwam een bataljon schutters op.
In den loop van den dag zou eene beslis
sing genomen worden omtrent het in dienst
houden var, aanwezige militairen.
Nader verneemt de N. R. Ct., dat de
Veilingzaal van het Algemeen Verkooplokaal
slechts tijdelijk ongeschikt verklaard is door
de bouwpolitie. Met geringe kosten zal in
de gebreken, die zich openbaarden en welke
zich tot de balkons bepaalden, voorzien
kunnen worden.
Nu de werkstaking ten einde is, behoort
ook een woord van lof ge Dracht te worden
aan onze politie, die gedurende dien
tijd door haar beleidvol optreden zooveel
tot bewaring van orde en rust heeft bijge
dragen. Daarvoor is haar niet alleen door
de Schiedamsche werklieden, maar ook van
de zijde der Rotterdamsche stakers wel
verdiende hulde gebracht.
De lossing van de erstboot Doris, gisteren
middag te 4 uren alhier aangevangen, wordt
met wisselende dag en nachtploegen krachtig
doorgezet.
Gisteren vertrok van Zutphen een 200-
tal werklieden naar Rotterdam om een daar
liggende ertsboot te lossen.
Uit Deventer zijn eergisteren-avond een
50-tal sjouwerlieden naar Rotterdam ver
trokken om daar bij de firma H. Müller
Co. te gaan werken.
Nadat te Dordrecht bericht was ontvan
gen, dat de werkstaking te Rotterdam geëin
digd was, is men ook daar met het lossen
van de reeds verscheidene dagen daar liggende
Kingsley begonnen, en wel tegen het Rot-
terdamsch tarief.
De werkstaking te Rotterdam doet in
tal van opzichten haren nadeeligen invloed
gevoelen. Doordien het goederenvervoer naar
den Rijn stil ligt, hebben ook de sleepbooten
niets te doen. Niet minder dan 27 sleep
booten lagen gisteren in de Merwekade te
Dordrecht gemeerd. DC.)
De ruim 63 H. A. wei-, bouw-, griend-,
rietland, dijk en kaden, genaamd de Gor-
zenpolder, liggende tusschen de Heidsche
en Pernische haven aan de Nieuwe Maas,
grenzenden aan de eigendommen der stad
Rotterdam, waaraan tevens verbonden is
de titel van Ambachtsheer der heerlijkheid
Pernis en Deijffelsbroek, werden heden te
Rotterdam verkocht en op f 129,691.05 in
massa gemijnd door den heer van Meeteren
Brouwer, administrateur in Den Haag.
Uit Vlaardingen wordt aan de N. R. Ct.
in dato 20 dezer gemeld
In het pas gebouwde Zeemanshuis lo
geerden gisterennacht reeds zeven zeelieden
Spiritualiën, bier of iets van dien aard
worden daar niet verstrekt, want de stich
ting is uitgegaan van de Nat. Chr. Geheel-
onthouders-vereeniging, financieel gesteund
door reeders en anderen die, hoewel niet
tot de vereeniging behoorende, toch een
dergelijk gebouw nuttig vonden voor deze
plaats, waar des zomers zoovele zeelieden
van elders verblijf houden.
Te Maassluis arriveerde gisteren-ochtend
de logger Ouartet, schipper L. Spaans, van
de fima M. Dirkzwager Gzn. met 17C kant
jes Stornoway haring, waarvan 4 kantjes
volle en 30 kantjes Noordzee-maatjes bene
vens 4 ton koolvisch.
Den 20 April vertrok deze logger ter
haringvisscherij bij Stornoway, doch kwam
daar te vroeg aan om te mogen visschen.
De schipper keerde toen weder terug naar
de Noordzee en ving daar 30 kantjes haring.
Daarna zette hij nogmaals koers naar Stor
noway, kwam daar den lOn Mei aan en
ving daar in drie nachten bovengenoemde
vangst.
De haring is groot van stuk de kwaliteit
is puik.
Liefhebbers van het echte zeebanket
kunnen zich thans vergasten RN.)
BINNENLAND.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Woensdag 20 Mei.
De beraadslagingen over het
Kiesrecht-ontwerp,
werden voortgezet.
De heer VanKarnebeek bleef waar
schuwen tegen te groote uitbreiding van
het Kiesrecht.
De heer Staalman betoogde, dat men
zich noodeloos bezorgd maakt over de kleine
vermeerdering van het getal kiezers volgens
dit allerslechte, kleinzielige en krentige ont
werp, dat volstrekt de belangen van den
kleinen man niet behartigt, ja, door een
zelfzuchtig conservatisme tienduizenden ar
beiders op laakbare wijze, in hun rechten
verkort. Op die wijze sart men het volk. Hij
protesteerde tegen de wijze waarop de heer
Rutgers de houding der arbeiders besprak. De
weinige belangstelling van het volk voor het
kiesrecht schreef hij toe aan het besef, dat
de Kamer van de wenschen der arbeiders
toch weinig nota neemt en dat van deze
Kamer en Regeering voor de werklieden
niets te wachten is. Zeker mag de kalmte
van het volk niet misbruikt worden om te
beweren dat het onverschillig is, neen, die
onverschilligheid komt voort uit den weer
zin tegen het ontwerp, dat een geest van
verbittering kweekt. Geen beter middel om
den inderdaad bestaanden revolutiegeest te
versterken, dan om voort te gaan onte
vredenheid te wekken door fatsoenlijken
arbeiders kiesrecht te weigeren. Hij kwam
vooral op tegen uitsluiting der lagere volks
klassen, overtuigd als hij was dat hunne
toelating tot de stemhus een betere leiding
aan het staatsbestuur zal geven, ook en
vooral omdat onder die kiezers nog velen
zijn met Christelijke bewustzijn. Men zorge
dat deze niet in handen van het ongeloof vallen.
De heerKuyper, repliceerende, betoog
de nader, dat het kiesrecht meer over de
algemeene kringen des volks moet worden
uitgestrektdat algemeen stemrecht niet
bepaald in strijd is met anti-revoluticnnaire
leer en dit ontwerp blijkens Patrimonium's'
bezadigde motie groote teleurstelling wekt
in werkmanskringen. Hij ontwikkelde ander
maal waarom een regeling van de gemeen
telijke verkiezingen niet bij dit ontwerp be
hoort te geschieden, doch overgelaten moet
worden aan de volgende Kamer. Hij was
overtuigd voorstander van het ontwerp-Tak,
omdat daarin de hooge zijde van het staats
leven en niet het geld op den voorgrond
kwam en omdat het ontwerp beoogde
finale uitbreiding van kiesrecht, die nu toch
zal komen.
Ten slotte protesteerde hij tegen 's Minis
ters onparlementaire bedreiging om zich niet
meer in debat te begeven en kon hij geen
instemming toezeggen voor stemplicht, zooals
die is aangekondigd.
De heer II a r t o g h achtte de kenmerken
strijdig met de Grondwet.
De heer Sanders keurde het goed,
dat in dit ontwerp geen correctieven zijn
opgenomen als: evenredige vertegenwoor
diging en meervoudig kiesrecht, stelsels te
ingewikkeld om in dit voorstel te worden
uitgewerkt. Hij bestreed invoering van
stemplicht wegens verschillende practische
bezwaren en de betere opkomst der kiezers
dan in andere landen. Komende tot het ont
werp, had hij gewenscht, dat 't in kiesrecht
toekenning wat verder ware gegaande
gemeenteraadsverkiezingen er niet in waren
opgenomen, omdat de kieskwestie met deze
wet niet een einde neemt en dat kiesrecht
op onvoldoenden grondslag wordt geregeld.
Spreker had groot bezwaar tegen de wette
lijke erkenning van kiesvereenigingen als,
officieel controleerende lichamen over den
verkiezingsgang. Met het oog op zijn twee
hoofdbezwaren, behoudt hij zich zijn stem
aan het ontwerp voor.
De heer Rutgers verdedigde nader stem
plicht en constateert, dat de groep van
vroegere opposanten bereid is te capituleeren,
wat hem zeer verklaarbaar toeschijnt, daar
hun positie anders zeer zwak zou zijn. Hun
spijt, dat zij de tweede editie van het amen
dement—Van der Kaay moeten aannemen,
is wel begrijpelijk. Zijn slotsom is, dat de
hoofdgroep der opposanten het verzet heeft
opgegeven en de kansen van het ontwerp
goed staan.
De minister van Binnenlandsche zaken, de
heer Van Houten, verzekerde den heer
Heldt, dat geen enkele reden van persoon
lijke overweging zijn oppositie tegen het
ontwerp-Tak heeft beheerscht, zooals hij
trouwens nooit naar het ministerschap heeft
gestaan. Het votum heeft hem hier gebracht
als boedelredder van den vorigen minister
en hij heeft het betreurd dat hij met dezen
niet kon samenwerken, zooals bij de be
drijfsbelasting. Dat hij niet links of rechts
kan gaan, is het gevolg van de omstandig
heden en van de splijtziekte. De minister
verdedigde vervolgens in het algemeen het
het stelsel van artikel 1.
De heer Beelaerts beantwoordde den
heer Kuyper, van wiens »hoog standpunt"
hij slechts in dezen zin heeft gesproken,
dat hij in zijn rede een te hooge vlucht had
genomen,niet dat hij het Godsbegrip hoog
houdt. Wat diens beroep betreft op Groen
van Prinsterer's beginselen ten opzichte van
scheiding van Kerk en Staat, meent spr.,
dat het beter is ons bij Groens denkbeelden
omtrent het kiesrecht zelf te bepalen. Spr.
treedt in een historische uiteenzetting dien
aangaande. De afstand tusschen Groens
opvatting en het algemeen stemrecht is
inderdaad groot.
De heer L o h m a n helderde een misver
stand op in de rede van den heer Kuyper
omtrent de dubbele souvereiniteitmen moet
daarbij de staatsrechterlijke verhouding van
het volk tot de overheid niet uit het oog
verliezen. De heer Kuyper wil geen volks
sou vereiniteit, maar ook wij zeggen, dat
het volk en de overheid onderworpen zijn
aan een hooger gezag. De minister heeft
gesproken van een splijtziekte van de Kamer,
maar de minister is zelf een splijtzwam
(gelach). Als het met de splijtziekte uit
moet zijn, dan gaat dit op van de geest
verwanten van den heer Van Houten. De
minister zou het best doen de geheele
theorie van de splijtziekte maar op zij te
zetten. Voor dergelijke argumentatie zwicht
spr. niet.
De heer Kuyper achtte 't best, dat de
antirevolutionairen thans hun pleit maar
buiten deze vergadering, hoe geduldig zij
het ook aanhoorde, uitvechten. Hij dankte
de heeren Beelaerts en Lohman voor de
welwillendheid in hun beantwoording, maar
kwam ten ernstigste op tegen de voorstel-