Dagblad voor Schiedam en Omstreken. Cr. zijn rr?: 19de Jaarg. Woensdag 17 Juni 1896 No. 5518. IJSutreau jöofersfraaf 50. ten noodlottige reis. algemeen overzicht. feuilleton. PRIJS VAN DIT BLAD: ^oor Schiedam per 3 maanden franco per post door geheel Nederland Afzonderlijke Nommers 16 Juni '96. DuitsehCdUnifa?Co° de" RÜksda" in werk stellen nm pnieuw pogmgen in 't bannin. d r Je, de langduHge Ver" een a Jesuieten uit het Duitscheryk gemeW 6 maken' Naar uit Berlijn wordt van ^6t Centrum zÜn goedkeuring WetK 6, v,eranderingen in het Burgerlijk Bor,a°' daarvan afhankelijk maken, dat de Udsraad toestemt in de opheffing der smtenwet waartoe de Rijkdag het vorig 'r. beeft besloten, maar waarvan de uit hef"^8 n°ê Werd vertraaSd- Daarom heeft d ntnirn een interpellatie in den Rijks- zitt' lngediend of de Bondsraad nog in deze 'ng een besluit zal nemen omtrent de smetenwet en gevolg zal geven aan het Um van den Rijksdag. Ie RiiksdaS heeft gisteren in tweede 2l"g het wetsontwerp betreffende de vier ^ataljons aangenomen. Het voorstel van le ter om den tweejarigen diensttijd vast 6 stellen bij de wet, werd verworpen, dé -de nat'onaal"bheralen, het centrum, e vrijzinnige vereeniging en de conser ven zich er tegen verklaard hadden. 9 tweede lezing heeft de Rijksdag van donanvub'ngsbegrooting den post betreffende overgang van de souvereiniteit over het euw-Guinea-protectoraat van de Nieuw- stpr^6a omPa^n'e °P het Rijk, in overeen- vpr mm° met bet voorstel der commissie, verworpen. sta^.t^ng"T^aDg' de bekende Chineesche m«t u enveei te kampen heeft gehad ziin ^e'ub als met het ongeluk, die zich n ge e vest, het teeken zijner waardigheid, V ^ri °°®'enbbb stevig om de schouders e hangen, bevindt zich thans te Berlijn en !S daar met een luister ontvangen over eenkomstig de groote belangen, welke uitschland in het reusachtige Chineesche rfib heeftof zal krijgen. Zondag heeft - 0.05 PRIJS DER ADVERTENTi;ËN Van 1—6 regelsf 0.60 Elke gewone regel meer- 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. Het was in het begin Maart 1804 en alles scheen aan te duiden, dat de landing van "et Fransche leger op de Engelsche kust, Q1e door Napoleon reeds lang was voorge komen, eindelijk zou plaats hebben. Op 2fikeren morgen, toen generaal Hervé, die e Boulogne een brigade infanterie comman deerde, zich juist aan tafel zette om te ont- °yten, trad zijn adjudant Delin binnen, li *D°eden morgen, kapitein", zeide hij vroo- 1. »kom je met mij ontbijten? Je komt lu'st °P tijd. Maar drommels 1" riep hij uit, ontdaa" 8e'aat van zijn vriend ziende, .at kijk je bedrukt vandaag, is er iets gebeurd ^Generaal, ik ben inderdaad te beklagen", de Chineesche onderkoning een audiëntie gehad bij den Keizer. Deze audiëntie werd bijgewoond was het om door veel ge schitter indruk te maken op den prachtlie- venden Aziaat door de Keizerin, de prinsen van het koninklijk huis, allen met hun gevolg, den rijkskanselier, den staats secretaris van buitenlandsche zaken, de ministers, de generaals en de admiraals. Li-Hung-Tsjang hield in het Chineesch een toespraak, waarin hij de vriendschappe lijke betrekkingen tusschen Duitschland en China duidelijk in 't licht stelde en wees op de goeden diensten door Duitschland aan China bewezen door het zenden van instruc teurs voor het Chineesche leger en bij het aankoopen van oorlogsschepen. Hierop antwoordde de Keizer dat het hem een groote vreugde was als buitenge woon gezant van Zijne Majesteit den Keizer van China een staatsman te begroeten die geoefend is door een jarenlangen en uitste kenden arbeid. Gaarne zag hij in zijne zen ding een nieuw en kostbaar bewijs der vriend schappelijke gezindheid, welke de machtige gebieder van het Hemelsche rijk hem en het Duitsche rijk bewijst. De Keizer sprak ten slot te den wensch uit, dat de vriendschappelijke betrekkingen tusschen Duitschland en China zich verder zouden ontwikkelen tot zegen van beide landen. Aan beide zijden heeft het derhalve niet ontbroken aan wederzijdsche complimenten De rede van Li-Hung-Tsjang is een compli ment en de Keizer heeft in beleefdheid bij den Chineeschen staatsman niet achter willen staan. Het ontslag van den heer Nelleman als minister van justitie in Denemarken, is, wordt uit Kopenhagen gemeld, niet een verschil van meening met zijn collega's, doch meer een gevolg van het verlangen om rust te genieten, na 20 jaren lang als een der voornaamste leden der conserva tieve partij op den voorgrond te hebben gestaan. Door zijn aftreden verliest het antwoordde de adjudant, een diepen zucht slakend. «Je begint je hier te vervelen, niet waar, beste kapitein Juist als ik. Om de waar heid te zeggen, is het leven, dat we hier leiden, niet heel plezierig. Maar wat kan je eraan doen, beste man? De eerste con sul wil het zoo, er is niets aan te veran deren." «Generaal, u is tot dusver zoo goed voor me geweest, dat ik van uw welwillendheid een nieuwe gunst, een groote gunst durf verzoeken.... maar...." «Maar..., maar.... Komaan, wat wil je Spreek op, en als ik het kan, zal ik aan je verlangen voldoen." De kapitein aarzelde te antwoorden en stamelde vervolgens eenige woorden, die zijn verlegenheid verriedenhij was echter bij zijn generaal met veel beslistheid binnen getreden maar al zijn moed was in zijn schoenen gezakt, naarmate het oogenblik naderde, dat hij met zijn verzoek voor den den dag moest komen. Spreek dan toch," riep de generaal met een beweging van ongeduld. Welnu, ik moet alles verliezen, wat ik liefheb, indien tegenwoordige Kabinet een uitstekende kracht. Het tegenwoordige Kabinet werd gevormd in 1894, toen de langdurige on- eenigbeid tusschen regeering en volksver tegenwoordiging, dateerende van 1889, tot een eind kwam en de heer Estrup plaats maakte voor den heer Reedz Thott. In de vergadering door het Hoogerhuis in Engeland gisteren gehouden, verklaarde lord Selborne het voor onmogelijk eene enquête-commissie in zake de jongste ge beurtenissen is Zuid-Afrika te benoemen, zoolang het geding tegen Jameson nog voort duurt, maar zoodra het afgeloopen is, zal de enquête plaats hebben. In verband met deze uitlating verdient het de aandacht, dat de rechter van het politie-gerechtshof in Bowstreet gisteren Jameson, Willoughby, Coventry, Grey en de twee White's heeft verwezen naar de assises en de overige gedaagden in vrijheid laten stellen. Volgens nader bericht zijn Jameson en de overigen vrijgelaten tegen een waar borg van tweeduizend pond per hoofd en bovendien nog een persoonlijken waarborg van duizend pond. In het Lagerhuis werd gisteren de motie van Dalziel ter verdaging van het debat ten einde den weinig bevredigenden stand van de werkzaamheden van het Huis in behandeling te nemen zonder hoofdelijke stemming verworpen. In den loop van het debat verklaarde de minister Balfour dat, indien de onderwijswet niet voor den 15n Augustus is aangenomen, het niettemin het voornemen is haar behandeling voort te zetten in deze zitting zoo niet in dit jaar. De regeering hoopt voorts te kunnen doen aannemen de wetten betreffende locaal- sporen, de veeziekte, de plaatselijke belas ting van landerijen en gedeeltelijk zoo niet geheel de wet tot verbetering van de lersche landwetten en de wet tot aanleg van den Oeganda-spoorweg. De staatssecretaris van buitenlandsche zaken Curzon deelde nog mede, dat hij geen «O zoo, nu zijn we er." Er. de generaal begon hartelijk te lachen zonder het minste medelijden met den ongelukkiger jongen mandeze meende, dat de goede luim van zijn generaal zijn succes zou verzekeren en liet de woorden ontsnappen: «een verlof van acht dagen slechts". «Een verlof van acht dagen riep de generaal van zijn stoel opspringend. «Een verlof van acht dagen .'"herhaalde hij toorn- nig, «je denkt er toch niet aan, kapitein, je weet, dat het onmogelijk is. Ik sta er zelfs verwonderd van, dat je er mij over durft spreken. En zonder twijfel moët dat verlof dienen om naar Parijs te gaan «Ja, generaalzij heeft mij daar ont boden." »Zoo, en juist te Parijs, waar geen enkel officier van het leger van Boulogne heen mag gaan zonder verlof van den eersten consul. Inderdaad, lui, die verloofd zijn, doen soms gekke dingen. Door u het gevraagde verlof te geven, haal ik mijzelf misschien een berisping op den hals En gij, beste man, wie weet, hoe uw tegenwoordigheid door den plaatseüjken commandant zal worden beoordeeld." Delin deed allerhande redenen gelden, officieele bevestiging van de ontscheping der Engelsche matrozen op Creta ontvangen heeft. In den loop van het proces tegen gene raal Baratieri, dat vooral in Italië met zooveel belangstelling is gevolgd, zijn nog verschillende bijzonderheden aan het licht gekomen. Majoor Salsa, de bekende onder handelaar tusschen den Negus en generaal Baldissera, deelde o. a. bij het getuigen verhoor het onderhoud mee, dat hij met generaal Albertone heeft gehad, die hij in zijn gevangenschap bezocht. Het proces tegen Baratieri vernemende, verklaarde de gevangen generaal, dat het hem speet niet te Massowah te kunnen zijn, om voor zijn gewezen chef en tegen de anderen te ge tuigen. Met die anderen zijn blijkbaar Crispi c. s. bedoeld. Baratieri hield zich tijdens het proces vrij kalmalleen toonde hij nu en dan eenige vermoeidheid. Op treilende wijze werd door hem en den president van den krijgsraad hulde gebracht aan de gevangenen van Adoua. De toestand op Creta toont eenige neiging tot een gunstig verloop. Zoowel de Turken als de bevolking houden zich eenigszins kalmer dan enkele dagen vroeger. «Een dozijn in opstand gekomen dorpen hebben hun onderwerping aangeboden en vergiffenis gevraagd," zegt een telegram uit Konstantinopel. En een ander telegram uit Athene verzekert. «Volgens de laatste telegrammen uit Creta is de toestand minder ernstig, sedert de Turksche troepen sommige steden hebben ontruimd. De sultan heeft eindelijk besloten de ver tegenwoordiging van het eiland bijeen te roepen, maar men maakt zich van de uit komsten, welke die vergadering zal opleveren, weinig illusies. Men verwacht meer van een optreden der verschillende consuls, ofschoon ook van dat optreden geen al te groote verwachtingen moeten worden gekoesterd. om de vrees van zijn generaal te verdrijven. Deze bood ten laatste slechts geringen te genstand meer en besloot eindelijk het ver langde verlof toe te staan, zeggende «Luister eens hier, beste Delin ik ben niet bijgloovig, maar toch heb ik er een voorgevoel van, dat deze reis u ongeluk zal aanbrengen. Denk er eens goed over na, nu het nog tijd ismisschien zal je me voor die raadgeving nog dankbaar zijn." De kapitein gaf door een hoofdknik te kennen, dat hij alles rijpelijk had overwogen en dat hij, wat er ook gebeuren mocht, niet van zijn plan zou afzien. De generaal gaf zijn toestemming en zeide tot besluit «Je moet in acht dagen terug zijnvoor al geen onvoorzichtigheid, en kom niet op plaatsen, waar je gevaar loopt kennissen aan te treffen. De aanbeveling is zoowel in uw belang als in het mijne. Bonjour dan, kapitein," sprak hij, hem de hand toeste kend. «Geve God, dat mijn voorgevoel niet bewaarheid worde". Twee uur later reed de kapitein in galop den weg op naar Parijs. (Slot volgt.) NIEUWE SCHIE

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 1