Dagblad voor Schiedam en Omstreken. leerplicht. xxveaxx oter&tvaat 50. EERSTE blad. 19de Jaarg. Zondag 26 Juli 1896. No. 5550. li Een sonate aan de Maan. feuilleton. PRIJS TAN DIT BLAD: Voor Schiedam per 3 maanden Franco per post door geheel Nederland Afzonderlijke Nommers Ingezonden «Heerlijk ideaal zegt zoo menig libe- aa »die leerplicht. Als alle burgers van het vrije Nederland nog eens den zegen v»n goed onderwijs mochten deelachtig worden, het denkbeeld alleen doet ons wa tertanden. Geen analphabeten meer; ieder burger goed onderwezen, goed ontwikkeld geen domheid meer, het woord zelfs uit de woordenboeken gebannen. Waarlijk, er zal eerst eene nieuwe aera aanbreken, zijn we eenmaal zoover." Zoo redeneert en oreert en declameert e iberaal in Nederland, gelijk overal elders, oo redeneert de liberaal, die op zijn stu- eerkamer gezeten, bewijst en betoogt en h°g eens betoogt en bewijst, dat leerplicht toch zoo'n kostelijke zaak isdat het toch zoo noodig is als brood, dat leerplicht wordt 'ogevoerd. Hij jammert, dat er toch nog zoovelen gevonden worden, die de kunst van lezen en schrijven niet verstaan. Geen wonder roept hij dan uit dat de Katholieken zóó tegen leerplicht zijn, zij willen het volk dom houden, dan kunnen he Paus, de bisschoppen en de priesters het zooveel te beter in bedwang houden. Daar heb je het oude liedje van domhou- den weer. Het is goed, dat de Kerk tegen zoo n speldeprikje kan. Zij heeft altijd %n op alle plaatsen, door alle eeuwen heen en >n iederen streek der aarde, de zaak van !et onderwijs voorgestaan, neen die zaak ej" hand genomen, haren priesters en mon- h' en bevolen te onderwijzen, de armen om u°ds wil. Zij heeft gedurende de midden eeuwen, door hare vijanden zoo ge smaad en gelasterd, het onderwijs tot een hoogte opgevoerd, als de eeuw, die op de zoogenaamde hervorming der 16e eeuw - 0.05 PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—6 regelsf 0.60 Elke gewone regel meer- 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. d) Beethoven deelde het lot van vele waar lijk groote mannen hij leefde aanvankelijk miskend en in behoeftige omstandigheden. Geruimen tijd woonde hij te Bonn, zijn ge boorteplaats, op de bovenste verdieping van oen gering huisje en was zóó arm, dat hij wegens den slechten toestand zijner kleede ren alleen des avonds uitging, om een kleine wandeling te doen en in de vrije natuur aan zijn beklemd gemoed lucht te geven. Niettemin bezat hij een meubel, dat hem lauw aan het hart lag, nameljjk een piano en te midden der ontberingen had hij daarbjj menig gelukkig oogenblik. Hij had te dien Hjde het gehoor nog niet verloren en kon zich ten minste in eigen compositiën ver volgde, die niet kende; zij heeft in die veelverguisde middeneeuwen het onderwijs tot een bloei gebracht, als dien wij nu ternauwernood kennen. Tel ze, die midden- eeuwsche hoogescholen met haar duizenden en nogmaals duizenden studenten, saamge- stroomd om lessen van wijsheid op te vangen uit 's meesters mond. Tel ze, die sterk bevolkte klooster- en kapittel scholen, waar de elementaire kennis werd onderwezen en houd dan nog de be schuldiging vol, dat de Kerk, waar zij vrij is, het onderwijs vernietigen en het mensch- dom dom houden wil. Maar de Kerk, als een wijze moeder, die gedurende haar bestaan van bijna negentien eeuwen, meer wijsheid en doorzicht heelt opgedaan dan de eerste de beste, die leer plicht aanprijst als eer, middel, geschikt om alle sociale kwalen te heelende Kerk ziet in, dat als leerplicht staat ingevoerd te worden, vele Katholieken gedwongen worden hun kinderen aan het openbaar onderwijs toe te vertrouwen en dat tot misschien een leeftijd van veertien vijftien jaren. De meest liberale kopstukken zouden wel tot zestien jaar willen gaan en dan de jeugd nog een vier of vijf jaren herhalingsonder wijs willen laten genieten. Wij willen nu eens niet uit wijsgeerig oogpunt de vraag bezien Heeft de moderne staat het recht aan geloovige Nederlanders te gebiedenstuurt uwe kinderen naar de neutrale (d. i. godsdienstloozej school. »Maar dat doet de staat niet, als hij leerplicht invoert hooren we een liberaal hierop zeggen de Staat gebiedt niemand zijn kinderen naar deze of gene school te zenden. Hij zegt alleen de ouders zijn ver plicht hun kinderen van het zesde tot het veertiende levensjaar b. v. lager onderwijs te laten genieten." Eilieve, wacht even. Alles goed en wel, maar op plaatsen, waar geen katholieke of andere bijzondere school te vinden is, is men alsdan wel in de droeve noodzakelijk- heugen. Doch in zijn laatste jaren moest hem zulks ook nog ontzegd worden. Op een helderen winteravond werd Beet hoven eens in zijn armoedig verblijf bezocht door den heer P., die zich overtuigd hield, dat deze man een waar genie was. Hij vond Beethoven aan het venster in den maneschijn gezeten, zonder vuur of licht het gelaat in zijn handen verborgen en over al zijn leden bevende van koude. Voorzichtig zocht de vriend hem uit zijn zwaarmoedige gedachten te trekken en als naar gewoonte tot een wandeling te bewegen. Voorheen had Beethoven hem altijd gaarne vergezeld, doch thans scheen hij daartoe niet te kunnen besluitenhij was zoo be drukt en terneergeslagen, dat elke troost voor hem ontoegankelijk scheen. Eindelijk stond hij nochtans op en volgde werktuige lijk zijn vriend. Na lang en diep stilzwijgen sprak hij opeens Ik haat de wereld ik haat mij zeiven. Niemand bekommert zich om mij. Ik heb genie en ik wordt als een verstooteling be handeld ik heb een hart en vind niemand om te beminnen. Ongelukkiger dan ik is er niemand." heid zijn kinderen aan den openbaren onder wijzer toe te vertrouwen. Het zoogenaamd neutraal onderwijs is van huis uit een onding en door den geest, die in de hoofden van vele openbare onderwijzers, vooral de jon gere, gevaren is, een gevaar geworden, dat men niet licht moet tellen. Ja, en dan komt er zoo'n mooi, duur ding bijvader Staat moet het, volgens de voorstanders van leerplicht, den ouders zoo gemakkelijk en zoo min kostbaar moge lijk maken. »Wie er goed vóórzit, zoo redeneeren zijn, moet iets betalen, maar de rest is vrijgesteld." Mooi zoo. Maar wie zal dat betalen O, geen krimp, de burger is er goed voor. Profiteert niet heel het land er van, als zijne burgers goed onder wezen zijn Wel zeker, maar dan gaat de burger al gauw denkenAls het land of de Staat of de gemeenschap er belang bij heeft, dat mijn kinderen goed onderwezen worden, dan heeft hij er toch zeker ook belang bij, dat zij goed gewasschen, ge kleed, gevoed wordenook dat zij op tijd hun ontspanning hebben. Dan moet vader Staat ook zorgen voor zeep en regenwater en handdoeken, voor kleeding, voor voedsel, voor amusementen. En daar zijn we nu zoo zoetjes bij de leer van het Staatssocialisme aangeland. Daar leidt heel de liberale leer dan ook, vroeg of laat heen. Intusschen, niet alle liberalen willen dien weg op. Laten we eens vernemen, wat een Franschman (liberaal) hierover kort maar krachtig ge zegd heeft »Goed bezien, en met wat naam men het ook moge opsmukken, het regeeringsstelsel, dat het kostelooze verplichtend onderwijs heeft ingevoerd, is een zuiver socialisme van Staat. Het onderwijs .is iets nuttigs, 'tis het sieraad van den geest, maar ook het brood is iets nuttigsen als men 't eene kosteloos verstrekt, is er geen reden om niet ook het andere te geven. Er is vol strekt niet meer billijkheid in gelegen onderwijs te verschaffen, dan aan degenen, De vriend, die zich overtuigd hield, dat Beethoven in deze omstandigheden door tegenspraak niet tot andere gevoelens zou komen, antwoordde niet, doch ging onder een afkeurend stilzwijgen aan zijn zijde. Hij ging nochtans op denzeifden toon voort, tot zij van hunne wandeling in de stad terugkeerdentoen ook verviel Beet hoven in een somber stilzwijgen. Aldus kwamen zij in een afgelegen straat, waar Beethoven plotseling bleef staan en luisterde. Ook de andere luisterde en onder scheidde de zwakke tonen eener piano. Het was een klagende, diep roerende melodie en niettegenstaande het slechte instrument gaf de speler het stuk zulk een wegsleepende uitdrukking, dat het tot het hart doordrong. Beethoven zag zijn vriend met glinsterende oogen aan en sprak »üat stuk is een uittreksel van mijn sym- phonie in F. Hier is het huis, hoor, hoor toch. Wat een spel, wat een uitdrukking Het was een klein, onaanzienlijk huisje, en lichtstralen drongen door de spleten van een oud venstertje. Beethoven, die eenige schreden voorwaarts gedaan had, bleef staan om te luisteren. Te midden van het spel werd het eensklaps onderbroken, er had een die er gebrek aan hebben, kosteloos stof felijke goederen te verschaffen, als kleede ren, huisvesting, voedsel, geneeskundige hulp, geneesmiddelen enz. Te zeggen, dat de maatschappij verplicht is aan alle rnet verstand begaafde wezens kosteloos lager onderwijs te geven, is een paradox, die gelijk staat met, zoo niet sterker is dan de wonderspreuk, die zou willen beweren, dat zij voor alle magen gratis soep moet op- disschen. 't Is niet voldoende, dat een zaak door de maatschappij als goed, uitmuntend zelfs, erkend wordt, om te beslissen dat bedoelde maatschappij haar kosteloos onder het bereik van al hare leden brenge, minder nog, dat zij het gebruik ervan opdringe. Verplicht onderwijs voorschrijven is het zelfde, alsof men verplichte zindelijkheid, verplichte gymnastiek wilde voorschrijven, zooals in Sparta, want het is voor den Staat minder heilzaam vlugge en krachtige dan goed onderwezen burgers te hebben. Heeft men eenmaal een dergelijken weg betreden, dan is er geen reden meer stil te staan. De man heeft gelijk, en het was waar lijk te hopen, dat zoovele doldriftige voor standers van leerplicht deze gulden woorden eens ter harte namen. ALGEMEEN OVERZICHT. 25 Juli '96. In de vergadering door den Senaat in Italië gisteren gehouden, zeide de minister president Di Ruduni in antwoord op eene interpellatie over de jongste ministerieele crisis, dat die toe te schrijven was aan een ontwerp tot legerhervorming, dat een bot sing tusschen de beide Kamers dreigde te veroorzaken. Di RiJuni nam alle verant woordelijkheid op zich, en verklaarde, dat hij niet anders had kunnen handelen. De omstandigheden hebben de militaire gedrags lijn van het ministerie gewijzigd, maar in geen ander punt van zijn program is ver andering gekomen. Generaal Ricerti zeide, kortstondige stilte plaats toen vernam men een zwakke stem »Ik kan niet meer, Frederikik kan dezen avond niet verder spelen." »En waarom niet, zusje?" was het ant woord. »Ik weet het zelf niethet zal misschien het verhevene der compositie zijn, dat mij ongeschikt maakt, om de gedachten van den vervaardiger weer te geven. Ach wat een geluk moet het zijn, dit stuk goed te hooren spelen 1" Goede zuster", hernam Frederik zuch tend, daartoe moet men rijk zijn, om zich zulk een genoegen te verschaffen." »Gij hebt gelijk, Frederikdoch terwijl mijn vingers over de toetsen der piano loopen, kan ik den wensch niet bedwingen, slechts eenmaal in mijn leven de muziek van dezen grooten meester, door een even vaardige hand uitgevoerd, te hoorenwat helpt echter deze wensch?" Er lag iets bijzonder roerends in den toon, waarop deze laatste woorden gespro ken werden. Beethoven zag zijri vriend aan en sprak vastberaden »Wij moeten hier binnengaan." »Daar ingaan", hernam deze, »en waarom

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 1