delsvereenigirig te Rio de Janeiro, de offi- cieele vertegenwoordigster van den handels stand, verneemt dat aan u is getelegrafeerd, als zou te hunnen bate een moratorium zijn voorgesteldhet wenscht u de verze kering te geven, dat het niets met zulk een voorstel uitstaande heeft, en dat de handels lieden er niet aan denken zoo iets te vragen, hetwelk, gelukkig, slechts het denkbeeld is van een enkelen afgevaardigde een denkbeeld, dat met bijna algemeene stemmen door het Parlement is verworpen. Zij geven u tevens de verzekering, dat de toestand van den handel, ofschoon vrij moeilijk, niet de overdreven berichten rechtvaardigt, welke naar Europa zijn verzonden. I Heden-ochtend omstreeks IR ure ging de 61-jarige Thomas Kiela, wonendejjiu de Grotbaan alhier, achter een handwagen be laden met steenkolen, die door den 28-jarigen P. Sitton werd bestuurd. Bij het overgaan van de brug aan de Korte Haven weigerde de hond die onder den wagen liep, den dienst, met het gevolg, dat de wagen omhoog wipte en Kiela met de linkerhand tusschen den wagen en het voetpad van de brug beklemd raakte. De top van de middelste vinger werd hem daarbij nagenoeg afgeklemd, zoodat, nadat de geneesheer Rutschy het reeds verbonden had, de busdokter dr. Endtz dit lichaamsdeel geheel moest weg nemen. Stads- en Gewestelijk Nieuws. Schiedam, 15 October 1896, Wijziging der Verordening op het Havengeld. Naar aanleiding van het pre-advies van Burgemeester en Wethouders, is door den heer Nolet nog de volgende Memorie aan den Raad gezonden Aan den Gemeenteraad van Schiedam. Naar aanleiding van het door B. en W. uitgebrachte pre-advies, dd. 28 September, op mijn voorstel tot wijziging van het Havengeld voor zekere catagorie van stoom- booten, met het doel, het sedert 1 Januari verloren verkeer langs de rivier de Maas weder te herwinnen, acht ik mij verplicht aan uwen Raad in verband met dit advies eenige wijzigingen van mijn voorstel aan te bieden, ten einde zooveel mogelijk bezwaren daartegen op te lossen. Zonder te treden in eene beoordeeling der waarde van het meerendee) der argu menten van B. en W., geef ik gaarne toe, dat de technische inrichting van mijn voor stel te wenschen overlaat en het ter voor koming van minder juiste toepassingen in de toekomst wenschelijk is duidelijker te doen uitkomen, welke soort van stoombooten van het lagere tarief zullen genieten. Even zeer is net waar, dat de plaatsing van de nieuwe bepaling in Art. 2 minder doelmatig door mij is gekozen. Aangezien de door mij voorgestelde wijzi ging nu zeker niet vóór 1 Januari a. s. kan ingaan, zoo komt nu het tweede deel van mijn voorstel, de toevoeging aan Art. 6, te vervallen en blijft alleen over eene duide lijke redactie te geven aan de op Art. 2 voorgestelde wijziging. Mij bij voorbaat bereid verklarende iedere verbetering van redactie, bij de behandeling der zaak voorgesteld, te aanvaarden, komt het mij voor, dat geheel wordt tegemoet gekomen aan het bezwaar van B. en W., indien ik uwen Raad nu voorstel Art. 2 litt. C aldus te lezen 1°. Voor zoogenaamde passagiersstoom- booten, alleen gebruik makende van de aanlegkade aan de Maas, en den dagelijkschen dienst onderhoudende tusschen onze ge meente en de plaatsen langs de Oude en Nieuwe Maas en verdere stroomen a. voor elke reis 2 cents h. voor een jaar 25 Per 2". Voor andere stoombooten en alle andere vaartuigen, spoelingschouwen uitge zonderd Blijft onveranderd. 3°. Voor spoelingschouwen Blijft onveranderd. Het komt mij voor, dat door deze wijzi ging iedere twijfel wegvalt met betrekking tot de soort van stoombooten welke bedoeld wordt, alsmede het gevaar, dat ook de vrachtbooten van het uitzonderingstarief zouden kunnen profiteeren. De verklaring der verschillende maat schappijen, dat zij naar dit tarief zullen terugkomen, geeft ons de zekerheid, dat de gemeente wel verre van er financieel bij te verliezen, daarbij dadelijk een voordeel zal hebben van circa f300.— 'sjaars, terwijl de mogelijkheid niet is uitgesloten, dat nog meerdere passagiersbooter,, aangemoedigd door het lage tarief, er toe besluiten om ook onze plaats in de toekomst aan te doen al wederom tot versterking onzer geldmid delen en zeer zeker tot gerief en voordeel van Schiedam's ingezetenen en van handel en nijverheid. Ik vertrouw, dat de Raadsleden deze aan gelegenheid met den noodigen ernst zullen onderzoeken, en dat zij zullen besluiten hunne stem te geven aan een voorstel, wat zonder twijfel medebrengt vermeerdering van verkeer, waarnaar reeds zoo lang vruch teloos gestreefd wordt. UEd. Dw. Dienaar, (get.) Jac. J. G. Nolet. Schiedam, 14 October 1896. In een Dinsdag-avond te Rotterdam ge houden vergadering der sVereeniging tot behartiging van de belangen der vrouw" betoogde Miss "Wilson, de secretaresse van de gravin van Abberdeen te Ottawa, de wenschelijkheid van de oprichting van een internationalen vrouwenraad en van aan sluiting aan den Women's Internationale Council. Als voorbeeld van de nuttige wer king van zulk een internationalen vrouwen raad schetste zij den werkkring van dien van Canada, waarvan alle vrouwenvereeni- gingen van dat land deel uitmaken. De spreekster werd met belangstelling aange hoord. In de Rotterdamsche Diergaarde is de Siberische koningstijger ziek geweest. De N. R. Ct geeft het volgende verhaal omtrent het geval: «De Siberische koningstijger is doodelijk ziek geweest; drie-en-twintig dagen lang had hij niets gegeten, en haast nietgedronken, en bovendien leed hij aan een hardnekkige verstopping. Dat gaf diepe verslagenheid in heel het logies. De directeur had al ge tracht den zieke te cureeren door hem eerst met slaolie en toen met wonderolie te be spuiten, maar het gaf niets, want de patiënt was te zwak om coquet te zijn, en zich het bonten kleed schoon te likken. Toen eindelijk kreeg de directeur een fortuinlijken inval. Hij gaf zijn zieke gras te eten, en dat had dezelfde uitwerking op de maag, als die zich bij katten vertoont. En toen kwam de oorzaak van den kwaal te voor schijn; een groote massa haar. De patiënt was in die weëe stemming steeds zeer kalm. Hij lag recht uitgestrekt, den kop naar de tralies, en toen hield de directeur hem, door veel liefkoozingen, langen tijd rustig, en van die gelegenheid maakte de dierenop- zichter gebruik door den tijger een glyce rine-lavement te zetten. Deze bewerking waarbij de zieke zeer kalm bleef werd vijf maal herhaald, en daarna was hij genezen. Door de slappe werking van de darmen had het haar, dat hij zich aflikte, zich daarin opgepropttoen 't zoo verwijderd was, was zijn herstelling tot stand gekomen. «Maar nu die aandoenlijke liefdesbetuigin gen van de wijfjes, toen hij weer in de conversatiezaal kwamzij lieten 'm geen oogenblik met rust, en toen hij eindelijk, de liefkoozingen moede, gevlucht was op de tafel, gingen zij met haar voorpooten daar- tegenopstaan, om hem nog te vinden." In verband met de gewijzigde grensrege ling tusschen Delft, Nootdorp en Pijnacker zal de commissie, bedoeld bij art. 131 der gemeentewet, Woensdag 21 October bijeen komen ten raadhuize te Delft. MEMORIE VAN ANTWOORD van Burgemeester en Wethouders op het verslag van het onderzoek der gemeente- begrooting voor 1897 in de afdeelingen uit den gemeenteraad. I. Algemeene beschouwingen. Zonder te willen ontkennen, dat deze be grooting een ongunstige uitkomst oplevert, meenen we toch dat de financiën der ge meente, bij een goed en zuinig beheer, geen zorg voor de naaste toekomst behoeven te wekken. De ontvangsten zijn allen laag geraamd, terwijl die uitgaven, waarvan het bedrag niet met juistheid is te bepalen, toch, zon der overdreven te zijn opgevoerd, tot zoo danig cijfer zijn uitgetrokken, dat zij vol doenden waarborg aanbieden, dat de be trekkelijke posten niet zullen worden over schreden. Waaruit het ongunstig verschil van f17000. tusschen de gewone inkomsten en uit gaven moet worden verklaard, werd door den Voorzitter van een der afdeelingen duidelijk in het licht gesteld. Daar wij, aan hetgeen door dat lid van ons College werd aangevoerd, niets hebben toe te roegen, en het door hem gesprokene in het Verslag van het onderzoek der begrooting nauw keurig uiteengezet is, meenen we, ter ver klaring van het genoemde verschil, te kunnen volstaan met naar dat verslag te verwijzen, Uitgaven. HOOFDSTUK I. Afdeeling I. Volgn. 61. Jaarwedden van de ambtena ren en bedienden der gemeente-secretarie. Met genoegen eonstateeren we, dat in twee afdeelingen erkend werd, dat de door ons verhoogd voorgedragen tractementen laag zijn. Volgn. 84. 'Kosten wegens aankoop van periodieke boekwerken. Aan het verzoek om eene opgaaf dier werken, ten einde het gebruik er van door raadsleden te bevorderen, voldoen we gaarne. Die werken, waaronder ook eenige dag- en weekbladen zijn te rangschikken, zijn de volgende Beslissingen van den Raad van State (afdeeling geschillen van bestuur.) Luttenberg's chronologische verzameling der wetten, besluiten en arresten. Bijdragen tot de kennis van Staats-, Prov. en Gemeentebestuur in Nederland. Van den Honert's verzameling van Arres ten van den Hoogen Raad der Nederlanden. Het Staatsblad. Het bijvoegsel op het Staatsblad. Het Provinciaalblad. De Staatscourant met bijblad. De Gemeentestem. Het Register op de Gemeentestem. Het Weekblad voor de Burgerlijke admi nistratie. Het Weekblad van het recht. Het Register op het Weekblad van het recht. De Staats-almanak. De Residentie-almanak. De Provinciale-almanak. Het Gemeenteraads-verslag. Afdeeling II. Volgn. 90. Toelage ter tegemoetkoming in de kosten der uitgave van het Verslag der handelingen van den gemeenteraad. Nu de Raad, in zijne zitting van den 29sten September jl., reeds besloten heeft aan de gemeente-secretarie een Commies redacteur aan de stellen, die met het maken van een tachygrafisch verslag der handelingen van den gemeenteraad zal worden belast, vervalt de toelage van f1000.—die aan den tegenwoordigen uitgever van dit verslag wordt toegekend. Wij stellen daarom voor den post geheel te schrappen. De vrees, in de afdeelingen uitgesproken, dat voor f1200.moeielijk een zoo bekwaam en veelzijdig ontwikkeld man alsgewenscht wordt, blijvend aan de gemeente te ver binden zal zijn, zal wellicht later blijken ge grond te zijn geweestreeds nu kunnen we de verzekering geven, dat er onder de solli citanten naar die betrekking hoogst bekwame personen zijn, van wie te verwachten is, dat zij aan de gestelde eischen zullen kun nen beantwoorden. zouden we u reeds vroeger hebben v0°r^e steld éen of twee vaste knechts, do01 t gemeente te bezoldigen, en onder toez' staande van den doodgraver, met het ne laten in het graf te belasten. Nu uit den boezem uwer vergad®11 stemmen in gelijken zin opgaan, zulle-"1 gaarne overwegen, wat in deze tot ver terir.g zal kunnen leiden. BINNENLAND. 1 Bij kon. besluit is, met ingang va" November: lo. het lid van den Raad vaU State, mr. P. F. Hubrecht, op zijn vei'Z°e eervol ontheven van het lidmaatschap "e afdeeling van dien Raad voor de gesch'"®11 van bestuur2o. benoemd tot lid der a deeling van den Raad van State voor e geschillen van bestuur mr. J. P. MoltzcD lid van dien Raad. Uit de statistiek van den in-, uit- e" doorvoer in Nederland over 1895, uitgegev'e" door het ministerie van financiën, blijk1' dat de algemeene invoer in ons land is ve' meerderd, bij 1894 vergeleken met bij11* 1.22 pCt., de uitvoer met bijna 0.84 p^" de uitvoer uit het vrije verkeer met rui10 5.68 pCt., de doorvoer met overlading ru'1" 6.32 pCt. en de doorvoer zonder overladi"^ ruim 9.91 pCt. Daarentegen is de invoer tot verbrui verminderd met ruim 1.16 pCt. iik HOOFDSTUK II. Volgn. 92. Onderhoud van wandelplaatsen en plantsoenen. In aansluiting aan hetgeen in het jafdee- lingsverslag omtrent de toelichting op ons voorstel tot aanstelling van een deskundige in het boomkweeken wordt gezegd, wenschen we hier te herhalen, dat wij dien te benoemen ambtenaar ook zouden willen belasten met het toezicht op de gemeente-landerijen en grienden. Da toelichting in de begrooting op den post van f150.—, voor aanleg van grond werken voor een fontein in de Plantage, is juist. De meening, waarvan het verslag melding maakt, dat zij niet juist zoude zijn, berust dus vermoedelijk op een misverstand. Volgn. 95 Onderhoud van havens, vaarten, kaaimuren, sluizen en andere waterwerken. De regeling van het diep- en schoonhouden der havens zal gelijktijdig geschieden met die van den reinigingsdienst. Voorstellen daartoe zullen eerstdaags den Raad bereiken. Volgn. 100. Kosten van aanleg en onder houd der algemeene begraafplaats. De wijze waarop alhier wordt begraven kan ook ons geenszins bevredigen. Ware het niet dat daarmede betrekkelijk aanzienlijke kosten gepaard gaan, dan zeker Voor openbare behandeling, schrijft Haagsche correspondent van de Zutph. CH" waren thans gereed de wijziging van Provinciale en van de Gemeentewet, met het oog op de provinciale en gemeentevC' kiezing, maar men zegt, dat de regeeri'1# op spoedige behandeling van die voorstede" geen prijs stelde. Misschien wil zij kwestie van de verdeeling der kiesdistricten en de verdeeling der groote gemeenten i" verschillende districten ook voor de ge' meenteüjke verkiezingen een plan waar' tegen blijkens het verslag veel oppositie »3 nog eens in nadere overweging neme*1, Mr. J. W. van den Biesen, te Ginneke"» die gisteren tot lid der Eerste Kamer voor Noord-Brabant is gekozen, is sedert 187^ lid van de Provinciale Staten dier provincie geweest voor het district Breda en behoort tot den Raad van toezicht en discipline der orde van advocaten bij de rechtbank te Breda. Hij is de tweede zoon van den heer Van den Biesen, die met Gebr. Diederich5 het Handelsblad heeft opgericht, en jongere broeder van mr. J. J. W. van den Biesen, advocaat te Amsterdam, die eenige jaren lid der Tweede Kamer is geweest. Hbl Een verdoovend middel acht de Midd. Ct- de wijze waarop in een aantal bladen wordt verkondigd, hoe bij de a. s. verkiezing onder de nieuwe kieswet de aaneensluiting moet zijn tusschen de verschillende fracties onder de staatkundige partijen in ons land- Tegen den tijd dat de kiezers warm moeten wezen, zijn ze al overzadigd van ai het geredeneer en gepolitiseer, zegt het blad. Noodig zijn duidelijk sprekende pro gramma's, en deze moeten uitgaan van de hoofdleiders. Stilte en kalme verkenning van het terrein is dan nommer twee. in de derde plaats krachtig werken in de dagen van verkiezing. De beide laatste plichten rekent de Midd- Ct. tot den werkkring der kiesvereenigingen- Voor de vrijzinnige liberalen, is, meent het blad, het woord aan de Liberale Unie- Atjek. In een particuliere correspondentie uit Kota-Radja van Mars aan het IV. v. d. D- lezen wij volgende dankbetuiging, door pas toor Verbraak voor het hem door het leger aangeboden huldeblijk aan den leger-com- mandant gericht: «Panteh Perak, Atjeh, den In Aug. 1896- Ti Hooggeachte Heer! «Hiermede neem ik de vrijheid, mij tot Uwe Excellentie te wenden met het beleefd verzoek, om aan alle plaatselijke comman danten en plaatselijke militaire comman-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 2