Dagblad voor Schiedam en Omstreken. H)de Jaar^. Zondag 25 October 1896. No. 5627. bureau ^Sofersteaaf 50. EERSTE blad. Anna van Untenhove. Parijsche Kroniek. Feuill e ton. PRIJS TAN DIT BLAD: Voor Schiedam per 3 maanden1.50 Franco per post door geheel Nederland - 2. Afzonderlijke Nommers- 0.05 PRIJS der adyerte;nti;ëN: Van 16 regelsf 0.60 Elke gewone regel meer0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. Nu roes terug; eeniE' bezig de Parijzenaars weder uit de feest- °ntwaakt en tot hun gewoon leven ceri) *fikeerd zijn, is het niet onaardig eens t0e bijzonderheden aan te stippen, waar- Zee 6 Ze^S V00r ParÜs ongekende menschen- ^eb'b WaaroP WÜ een kleine week lang ^en rond gezworven, aanleiding gaf, intej ''et ^ournal des Transports las ik eene liet 6SSante statistiek waarvan de juistheid dit .^twijfeld behoeft te worden, omdat sluit Z'C^ sPec'aa'' voortdurend I end met het onderwerp svervoer schr 611 a'S ne'00*waardig staat aange- sch 6Ven' en waar'n betreffende de men- enmassa, welke voor het bezoek der k^ische souvereinen aan Parijs, daar aan- ana en er weder uit vertrok, breedvoerige ^rs en opgaven worden medegedeeld, dr i°^ n°°it 's die beweging, zelfs in de u ste weken der tentoonstelling van 1889, aa^araan de spoorwegmaatschappijen zulke .oo^name herinneringen bewaard hebben, groot geweest als in deze tweede week Van October. Vo^e spoorwegmaatschappijen gaven de gende cijfersDe Oosterspoor vervoerde den 2n tot den 8sten October, behalve yju gewone reizigers, 140.000 en zijn lijn ^erUeui|_yincennes-Parijs 90.000 perso- De lijn van Orleans bracht 100.000 estv'erenden aan de Westerspoor of Gare aitlt Lazare er. Montparnasse 210.000 de are de Lyon 270.000 en eindelijk de Noor- erspoor 120.000, waaronder 10.000 buiten- die^6rS' ^°^aa' dus 930.000 personen e den Czaar wilden zien. v n de stations was de drukte meer dan rc'ubbeld. Den 6n October arriveerden in morgen ongeveer 65.000 reizigers aan 6 Noorderstation, en met de terugreizen ®Schiedkundig verhaal uit de Kruistochten. 2) j03et buis was in dien tijd bewoond door er ^gehuwdenClaes van Uutenhove had 4 aedert een jaar zijne jeugdige echtgenoote 1 'la van Messem binnengeleid, en reeds er)Ute een schoon kind de engelen tegen strekte zijne armpjes naar de moeder uit. gel i?n. daS was de jeu8d'?e moeder, de een bige vrouw, een weinig treurig. Bij ter -er booge vensters harer kamer gezeten |as*ljl haar zoon rustig aan hare zijde sliep, lSo, 2lj een handschrift, dat op hare knieën Va°- Het was het leven der H. Elisabeth get Dongarjje, door Theodorus van Thurin- w geschreven. Zij was die plaats genaderd, veri.r<?.P de jeugdige prinses de zekerheid 'ligt, dat haar echtgenoot voor een mede gerekend, organiseerden die Maat schappij op dien Dinsdag alleen 82 extra- treinen. De Omnibus-Maatschappij, die den 6n 's avonds na zes ure veler zijner rijtuigen niet meer mocht laten rijden, en niettegen staande de vele verstoringen door de muren van menschen op de straten en boulevards gedurende den dag, maakte nog prachtige zaken en ontving van 30 September tot en met 6 October f81.192.05 meer dan gedu rende dienzelfden tijd in 1895. Den 6n Octobèr alleen werden 883,335 reizigers door deze Maatschappij vervoerd met een ontvangst van fr. 159.000, dat is ruim fr. 50.000 meer dan op een gewonen dag. En nu de fiacres. Vooral de koetsiers moeten den Czaar voor zijn bezoek dank baar zijn. Zjj maakten fantastische recettes. Een hunner, zoo schrijft het Journal des Transports, verzekerde ons den 6n, 7n en 8n October fr. 50 per dag verdiend te heb ben. Wel was de prijs, welke zij aan de compagniën of verhuurders per dag moesten betalen, van fr. 12 a 15 tot fr. 21 gestegen, doch dit belette niet dat zij mooie zaken maakten en het publiek het kind der reke ning werd, het bekende refiein bevestigend van»Wat den eenen een pleizier kan doen, is den anderen soms tot plaag". In plaats van den gewonen prijs van fr. 2, per uur vergden de meesten dezer in 't algemeen onaangename sinjeurs fr. 5.— en de slechte controle over de huurrijtuigen kwam zelden zoo sterk uit als in die drie a vier overdrukke dagen waarin menig hartelijk woordje tusschen het Parijsche publiek en de koetsiers gewisseld werd. De strijd tusschen hen zal zeker eens een hevig con flict, in de vorm van een algemeene werk staking, doen ontstaan, dat even als een flinke onweersbui de lucht voor lang van al die ongerechtigheid zal zuiveren en de politie zoodanige maatregelen zal dwingen te nemen dat die heeren zich in 't vervolg aan een vastgesteld en aangenamer tarief kruistocht vertrekt, en waarop zij bezwijkt, terwijl zij het kruis in de hand houdt, dat zij in de beurs van den hertog heeft ge vonden. Tranen vloeiden op het handschrift, toen de jonge vrouw de treffende woorden las, die Elisabeth tot haren echtgenoot richt te Waarde broeder, als het niet tegen den wil Gods is, blijft dan bij mij Zij kon niet verder lezen en deed het boek dicht, maar zuchten welden in haren boezem op, en zij zeide op zachten toon Helaasnimmer heeft zij hem weder gezien En zal ik indien hij vertrekt, hem immer wederzien O 1 mijn dierbare echt genoot moet ik u ook met het kruis op den schouder zien, en gelijk Elisabeth aan de zijde van een vaderloos kind in tranen wegkwijnen Hij die gedachte, teekende zich een le vendige smart op haar gelaat, dat, zoo jeugdig en onschuldig, nog tot de kindsch- heid scheen te behooren. Zij was gelukkig boven velen, maar haar geluk was broos en werd bedreigdeene donkere wolk, waarin een on weder lag opgesloten, stoorde de helderheid van haren schoonen hemel. Men sprak van een nieuwen kruistocht te gen de Turken, door sultan Bajazet aan- voor eens en voor goed zullen te houden hebben. Bij het hervatten der staatkundige werk zaamheden op Dinsdag aanstaande zullen de aanvallen tegen het ministerie niet ontbreken en de regeering zal dan, naar mijn inzien, niet beter kunnen doen, dan de kwestie van vertrouwen op de Fransch—Russische alliantie te brengen welke bij de discussie over de credieten der feesten zeker zal besproken worden. De mooie prater Jaurès zal dan gemakkelijk tot zwijgen gebracht kunnen worden, daar er in het geheele land, op onbeduidende uitzonderingen na, geen ernstige bemerkingen of afkeuringen over groote de zeker groote sommen welke aan die feesten werden ten koste gelegd, gemaakt zijn. In afwachting dezer parlementaire scherm utselingen wil ik in korte trekken eene gerechtelijke dwaling verhalen welke veel besproken wordt en nu binnen eenige dagen voor goed geregeld zal worden. Den 15den November 1887 veroordeelde het hof der Seine Inferieure Pauline Dela croix, weduwe Druaux, te Malaunay bij Rouen, wegens vergiftiging van haren man en broeder tot levenslange dwangarbeid. Alles was tegen haar en toch hebben de experts, rechters, het parket, de juryleden het hof en het publiek zich bedrogen en de debatten welke thans voor het hof van Amiens gehouden worden, zullen dit duidelijk aan het licht brengen. De heldin dezer noodlottige vergissing hield een herberg de sKalkoven" genaamd, en deze naam vond zijn rede in het feit dat een kalkoven naast haar huisje gelegen was. De beide mannen werkten in een margarinefabriek te Malaunay en bij de vroegere beschuldiging werd de vrouw Druaux als wat veel aan het glaasje ver slaafd en wat galant met een harer klanten te zijn geweest, voorgesteld. Wat daar van zij, deze minder prijzenswaardige eigen schappen werden haar zeer zwaar aange rekend en toen op Paaschdag van 1887 tegen gevoerd, en de Vtaamsche en Bourgondische adel maakte zich gereed, om den jongen graaf van Nevers te volgen, die sedert Jan zonder vrees ger.oemd werd. II. Het vertrek. Drie maanden daarna vereenigde zich een schitterende stoet, uit schildknapen en rid ders samengesteld, op de Vrijdagsmarkt. Het was het militaire huis van de» graaf van Nevers, vergroot door de voornaamste ridders, wier leengoederen van het graaf schap Vlaanderen of van het hertogdom Bourgondië afhankelijk waren, en die allen den zoon van hun opperleenheer op zijn kruistocht tegen Bajazet vergezelden. De Gentsche bevolking, zoo vatbaar voor geest drift, juichte luide die dappere krijgers toe, begroette de doorluchtige namen, die hen voorbijtrokken, en was op het gezicht der ongehoorde weelde, in die toebereidselen tot den oorlog aan den dag gelegd, zeer verwonderd. De tijden van Peter den klui zenaar en Godfried van Bouillon waren lang verdwenen, toen de strenge en dappere krijgers van het noorden en het westen 12 ure 's middags eenige klanten in de her berg kwamen, vonden zij er de twee lijken van Druaux en zijn schoonbroeder Delacroix op den grond uitgestrekt. Men constateerde dat zij gebraakt hadden en beiden hielden nog een ledige wijnflesch in hunne verstijfde vingers. De vrouw stond er met verwilderde oogen bij te staren en als door den drank bevangen sprak zij dwaze onsamenhangende woorden, welke niet weinig er toe bijdroegen haar te doen arresteeren. Zij bekende haar man en haar broeder 's morgens koffie geschonken te hebben en daar de scheikundigen tot vergiftiging besloten zonder het vergift be paald te kunnen aangeven, werd de onge lukkige, die zich buitendien slecht verdedigde en zeer onhandig was, voor levenslang veroordeeld. Haar verdediger, meester Julien Goujou, van hare onschuld overtuigd, ver zuimde niet de juryleden opmerkzaam te maken, dat de beide mannen zich vroeger bij herhaling onpasselijk gevoeld en daar over geklaagd hadden en de oorzaak daarvan zeker in de uitwasemingen, welke uit den kalkoven kwamen, moesten gezocht worden en dat kooloxyde de mannen best konde gedood hebben, doch niets mocht baten en hij kon de beschuldigde niet redden. Na de veroordeeling werd de herberg door een jong echtpaar betrokken en vanaf den eersten dag gevoelden zij die zelfde malaise; de jonge vrouw werd zelfs meer malen in zwijm op den grond liggende ge vonden en stierf in 1888. Daar bij haar dezelfde verschijnselen als bij de twee vroegere slachtoffers werden waargenomen, trok dit reeds de aandacht, en toen zich bij de volgende huurders der herberg opnieuw brakingen en flauwten voordeden, won de overtuiging veld, dat de oven de vergiftiger moest zijn. De oven werd gesloten en sedert viel er niets bizonders meer voor. Wel een overtuigend bewijs. De weduwe Druaux, die een meisje van zeven jaar had, welk men in een gesticht niets dan hunne linnen kleeding en hunne lompe wapenrusting medenamen, en met een verwonderd en verbolgen oog de weelde van het Byzantijnsche hof aanschouwden. Geheel de hoogmoedige trots van het huis van Bourgondië straalde door in het gevolg van den graaf en zijne ridders. Men zag niets dan schitterende banieren met goud en zilver doorwerkt, met wapenschilden en zinnebeelden overladen, gedamaceerde wa penen, waarvan het blauwachtige staal met gouden versierselen was bezet, rijke klee derdracht, en barbarysche paarden, uitge- doscht alsof zij een koning in zijn hoofdstad moesten binnenleiden. Nimmer zou men gezegd hebben, als men dezen schitterenden stoet aanschouwde, dat het krijgslieden van het Kruis waren, die voor de verdediging van het rijk van Christus uittogen. Hel scheen veeleer eene vergadering van vor sten, die voor een steekspel of een vrooiijk tijdverdrijf van het hof vereemgd waren. (Wordt vervolgd.) ftóo--- "Sn Di

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 1