Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
Eerste blad.
Kennisgeving.
20ste Jaarg.
Vrijdag 1 Januari 1897.
bureau löofersfraaf 50.
KENNISGEVING.
NIEUWJAAR.
m,
Feuilleton.
vu.
K
VEILIGHEIDSWET.
PRIJS VAN DIT BLAD:
^oor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
^gens den feestdag van 's HEEREN
AIJdeNIS zal de lMetiwe Schie-
Courant Vr ij d a g-a vond
et verschijnen.
Burgemeester van Schiedam, gezien
Schikking van den Minister van Wa-
Handel en Nijverheid, van den
dezer n®. 166 afd. Arbeid en Fabrieks-
brengt ter kennis van belangheb-
,®n, dat van het tijdstip van het in
,"ig treden der veiligheidswet, bepaald
Januari a.s., ter secretarie verkrijgbaar
d'anco formulieren van de kennisgevin
gen hii art. 12 en van de opgaven
nde
De
jernecster
VERSTE
IftGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN SCHIE-
det op art. 18 der wet van den 4den
dtber 1872 Staatsblad no. 134), tot
s'ening tegen besmettelijke ziekten
®ngen bij deze ter kennis van de inge
ven, dat ten huize van den stadsheel-
5ter, den heer J. A. Rutschy, aan de
^straat no. 30, driemaandelijks en
op den eerstm Dinsdag van elk kuiar-
1 gelegenheid zal bestaan tot kostelooze
«ng en heiinënting tegen pokken.
chiedam, èn 31sten December 1896.
urgemeester in wethouders voornoemd
VERSTEEG.
De secretaris,
VERNÈDE.
p,en echir niet denken, dat deze
Wisseling altij even bevallig en vroolijk
Het was w, altijd hetzelfde christe-
hart en desllde fransche geest, die
li' doorstraalde:; maar de omstandighe-
i Waren ernstiggeworden, en de brieven
abt «gelijks voor de deur van
-er «onot n„arhtt« hrap.ht dikwiils
- 0.05
PRIJS DER ADVERTEN
Van 1—6 regels
Elke gewone regel meer
Voor herhaalde plaatsing worden billyke
aangegaan.
-F -
d
zi«nvoor Lade
"borgen biyyec
oom! zeide .ij,
Een geheel jaar, bij den aanvang als
een uitgestrekt tijdsgebied met zekeren
schroom betreden, bij het einde als een
vluchtigen droom met een gemengd gevoel
van vreugde en smart verlaten, is weer
voorbijgegaan. Voorbijgesneld is het oude
jaar met zijn vreugdevolle oogenblikken,
maar ook met zijn kommervolle dagen. En
al werpen wij nog een vluchtigen blik op
het verdwenen jaar, het houdt ons toch
niet meer bezig. Aller oogen zijn gericht
op den jonggeborene, dien wij op dezen dag
als de hope der toekomst begroeten. De
hoop, dat het nieuwe jaar ons zal brengen,
wat liet oude ons niet heeft gegeven, ver
vult aller hart. En al pinkt er ir. menig
oog nog een traan bij de gedachte aan de
geleden smart, al schrynt nog zoo m
wond door den voortspoedenden tijd te
warnood geheeld, toch overwinnen
'toog gericht op Hem, Die alle t
drogen, alle smarten heelen kan, de
die de onzekere toekomst ons inboezemt,
en gaan wij weder vol hoop en moed den
nieuwen tijdkring in. Met den gebruike-
lijken heilgroet op de lippen, treden tamilie-
leden en vrienden elkander tegemoet. En
waar de heilwensch voor het nieuwe jaar
wordt uitgesproken, is hij de uitdrukking
van de blijde hoop, die in aller harten leeft,
dat de nieuwe tijdkring ons onder alle op
zichten ten heil en zegen zal zijn.
Wat is er niet omgegaan, sedert dien
gebruikelijken heilgroet het laatst tusschen
verwanten en vrienden gewisseld werd
Hoevelen die het vorig jaar nog met het
koor der heilwenschenden instemden, is 't
voor dit jaar niet meer gegeven aan het
algemeen vriendschapsbetoon deel te nemen
hoevelen die in eigen kring, in stad of
maatschappij zoo noode werden gemist, zijn
de lange veelzeggende lijst van hen die ons
op een avond, terwijl zij uit eene warme
bron dronken, of ik zou boos op u kun
nen zijn.
En waarom, mijn kind? heb ik u bij
toeval verdriet veroorzaakt
Neen. Maar gij bewaart onmededoo-
gend eenen brief in uwen zak, dien gij
reeds voor drie dagen ontvangen hebt, en
die brief is van Ferdinand
Die kleine snapster! zeide de abt;
echter heb ik niets te zeggen, ik heb haar
niet gezegd het geheim te bewaren.
Daar is hier geene sprake vanmaar
wel om te weten, wat Ferdinand u zoo
vertrouwelijk heeft medegedeeld. Is hem iets
ernstigs overkomen
Wat God bewaart is goed bewaard.
Dat is de stelregel van Lamoricière, het
moet die van elk goed Christen zijn.
Zonder twijfelmaar zouden wij on-
''li', dien dierwai»- I
tchtf.VftS kuiten, tl' Zi-.!i: 7
lijn voorgegaan, weer komen vergrooten
Zoowel in ,het familie- als in het maat
schappelijk en staatkundig leven is het ver
scheiden jaar weder rijk geweest aan ge-
oeurtenissen, die een vluchtigen terugblik
op dén afgesponnen tijdkring alleszins wet-
'igen. Werpen wij alleen een blik in de
staatkundige wereld, dan mogen wij onder
iankend opzien tot Hem, Die het lot van
vorsten en volkeren in Zijn hand heeft,
getuigen, dat ons werelddeel in het ver
scheiden jaar gespaard is gebleven voor den
gruwel van den oorlog, voor groote alge-
meene rampen gelukkig is behoed. Maar
fan den anderen kant zien wij, de Staten
an Europa zich meer en meer groepeeren,
;ich al meer en meer wapenen en voorbe
reiden als gold het een strijd, die onver
■'lijdelijk komen moet, terwijl in het zuid
oosten vooral de brandstoffen zich meer en
meer ophoopen en ieder oogeriblik een enkel
t oorlogsvuur dreigt te ontsteken
geweldigen krijg, die als einddoel
op de Ayn Sofia zal doen zego
de Halve Maan.
_.;dere werelddeelen zijn de brand
stoffen in bedenkelijke mate opgehoopt, ja
slingerde veelal zelfs reeds de lont door het
kruit. De volkeren in Amerika strijden den
kamp tegen de overheersching van Europa:
de oude volkplantingen trachten zich aan
de voogdijschap van het moederland te ont
worstelen. En Spanje, dat in Amerika een
nieuw reusachtig rijk stichtte, ziet wellicht
de laatste sporen zijner heerschappij in
den parel der Antillen verloren gaan. Het
Hollandsch-Amerikaansche ras aan Afrika's
zuidelijk einde bekampte met goed gevolg
eene laatste wanhopige poging om het op
nieuw onder Engelands voogdij te brengen,
en ontwikkelt zich meer en meer tot eene
zelfstandige geheel onafhankelijke natie
terwijl het zwarte werelddeel meer en meer
voor de beschaving geopend wordt en zijne
half beschaafde Staten, getuige het gebeurde
in Abessinië, de kracht blijken te bezitten,
C;.ws.*r<sugj v:.m
ir.ii'sri h«ns to; dusverre vc
«.o-v tard Leb. ri ziiifcr, geschi-
CV. 39C.8 1HG
v 3,Maten v n -r, 'v
one!
srov
0-:V$u j
>r mij il
.met ne
us te varen.
hot punt
veraten
Ferdinand is zelfs reeds aan een groot ge
vaar ontsnapt.
Een gevaar riep LucieFerdinand is
aan een gevaar ontsnapt, en wij weten er
niets vanOm Gods wil, oom, geef dien
brief hij behoort mij toe.
Lucie las, bevende van belangstelling, den
volgenden brief
VIII.
Van de Toskaanschegrenzen Augustusl860.
Waarde Oom,
Zooals ge weet, is de Paus met niemand
in oorlogen als men ons met vrede laat,
zullen wij niet zoo spoedig deze gelukkige
rust verlaten. En echter heeft uw Ferdinand
reeds het vuur o-cvinn t.,
Ustr ifioeé u achter opmerken,
- verder ir u, dat iet treurspel
fee kluchtspel v&fat.der is,
2>Laatiied»v Dinsdag, tegen - des
iwgene wé de leraaf de UunoHdèra
ferv vetnerming éfc; gene a.do der Toé
'aausvhe g'»-» io. o. vut» we&en kant I
TU oRnphcideiü'i doo. de vtöfHbwwu di-
de Europeesche ove
In Azië is de st
meer dan ooit aan
de koloniseerende
als tusschen de ou
En de Engelsche k
wellicht op een ni
de sedert lang ver
volslagen onafhank
Zoo ontwikkeler
wereld nieuwe toe
scheiden deel var
ons Vaderland noen
algemeenen alles
nieuwenden stroom
Kieswet, die ook
nieuwe toestanden
durende rustelooze, oearijvigheicl op maat
schappelijk gebied bewijzen, dat ook wij mede
gevoerd worden door den geweldigen stroom,
die met voorzichtig beleid en kalm overleg
in de juiste veilige bedding zal moeten ge
leid worden.
Hopon wij, dat or ook voor onze Veel
beproefde stad in de naaste toekomst
nieuwe toestanden mogen geboren worden,
die een eind maken aan de veeljarige
kwijning van onze aloude industrie. Komt
het Schiedamsche bedrijf weer tot nieuwen
bloei, dan zullen welvaart en voorspoed in
onze goede stad wederkeeren. Dit bedrijf
toch, hoe verschillend ook beoordeeld, is
toch de hoofdbron van ons bestaan en heeft
zeker, waar het in zijne verschillende pro
ducten de vaderlandsche nijverheid en land
bouw ten goede komt, recht op bestaan en
aanspraak op bescherming van den Staat.
Hopen wij, dat het juiste middel om dit
aloud bedrijf weder op te beuren eindelijk
worde gevonden. Spannen wij al onze
klachten in, om t uit zijne langdurige
kwijning op te heffen 1
Brenge het nieuwe jaar dus verbetering
in den moeilijken en onhoudbaren toestand
van onze aloude industrie en daardoor nieuwe
welvaart aan de stad onzer inwoning.
volgens mijn gevoelen door Piëmont betaald
worden, verontrust werden. Ik vernam die
tijding, en ofschoon ik nog tot de ruiterij
noch tot het hoofdkwartier behoor, zoo ver
zocht ik echter stoutmoedig aan den tocht
deel te nemen. Ik wilde eens bij ondervin
ding weten, op welke wijze die pleizier-
tochtjes plaats hadden, en al had ik ook al
eens eene losbranding moeten doen, die zou
mij hoogst aangenaam geweest zijn.
»Wij vertrokken. Te voet vraagt ge mij
Neen, ik bereed een groot paard, dat mij
een Italiaansche jager geleend had. Onze
kleine bende, met den generaal aan het hoofd
trok fier tegen een twijfelachtigen vijand
op, onderzocht de plaatsen, sloeg de ge
zichten gade, won narichten in; dan eens
volgden wij holle wegen, dan weder spron
gen wij dwars door het veld, over grachten
„nHpr «ns o-ezegd. was
zwaar ge;, eg voor een ruiter
gehalte. 'J
ffrotï.!* -Xjlpc