Dagblad voor Schiedam en Omstreken. 20ste Jaar Zondag 23 Mei 1897. No. 5801. "gj&xxveatx l£otev£txaat 50. J^RSTE blad. EUPHROSYNE. Gemeente Schiedam. Feuilleton. rr PRIJS VAN DIT BLAD: Voor Schiedam per 3 maanden franco per post door geheel Nederland Wonderlijke Nommers -SJFICIEELE BERICHTEN. - 0.05 PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 16 regels f 0.60 Elke gewone regel meer- 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. Openbare Aanbesteding. ten 2 ,^on<*erdag 3 Juni a. s. 's namiddags H°UDERUr za' c'oor Burgemeester en wet- aanKn .S VAN Schiedam openbaar worden feesteed, volgens bestek no. 42: i oostwaarts verlengen van den cl „auden strekdam in de rivier 6 Maas nabij het Westerhavenhoofd 16 Schiedam. aap ^estek met teekening ligt ter inzage is terret kantoor der gemeentewerken en ter ogen betaling van f 0.75 verkrijgbaar pj etneet>te-secretarie. aanwijzing geschiedt op Dins- Juni, 's voormiddags ten 11 uur. Urcjernecster en Wethouders voornoemd, VERSTEEG. De Secretaris, VERNÈDE. OamÜRGemeester en wethouders van Schte- b n?011 °P sollicitanten naar de vacante 6 r e k k - - ^aar; in g van Schouwer der Distilleerketels Twnaa^ verbonden is eene jaarwedde van "ee honderd gulden. VóA,erzPekschriften moeten zijn ingeleverd °f op 12 Juni a. s. h c h i e d a m, 22 Mei 1897. 7 UrQemeester en Wethouders voornoemd, VERSTEEG. De Secretaris, VERNÈDE. HET KARAKTER. (Ingezonden.) Zi n.'6^aar een artikel, waaraan tegenwoordig der 66n ®root gehrek bestaat. Het geslacht oaannen van karakter schijnt met den Novelle door MATHILDE. 22) het*6 kamenier nam de kleine mantille en 1 stroohoedje voor haar meesteres en zij 2i.rl'«ten de kamer. Arm in arm sloegen J den weg naar het dorp in. h, Ophrosyne sprak over haar aanstaand Welijkj als zij hertogin de Champfleury g worden was, dan zou Minette toch nog ^..ar eerste kamerjuffrouw blijven en als J zin kreeg te trouwen kon zij op een v °0len uitzet rekenen. Het meisje luisterde t0r,rRkt en schiep even schoone luchtkas- als haar gelukkige meesteres. Atj waren in het dorp gekomen, waar ouH 6r VroollJk en opgowoht uitzag, de deren zaten onder de linden voor de üri de kinderen joelden en juichten op dag uit te sterven, dat der karakterloozen neemt met den dag toe. Wat is karakter 1 Welke eigenschappen bezit het? Hoe openbaart het zich? Daar zijn, gelijk bekend is, lieden, van wie men zegt, dat zij geen karakter bezitten. Daar zijn anderen, van wie men getuigt, dat zij een laag karakter hebben. Maar daar zijn er ook, Godlof maar hun aantal is niet zoo heel groot die een fier, een edel karakter toonen. Wat nu verstaat men door »karakter" Door het karakter verstaat men den gemoedsaard, niet zoozeer of deze blijmoedig of droefgeestig gestemd is, maar of de gemoedsaard zich voortdurend richt naar de magneetnaald van een onveranderlijk, edel en oprecht beginsel. Het karakter is het zedelijk geraamte der ziel. Denk het karakter weg, en wat blijft er over van den mensch Hij wordt een speelbal van zijn eigen hartstochten, een willoos werktuig van anderen, een riet, dat door den wind wordt heen en weer bewogen. Karakterloos is de dronkaard, die ter wille van een zinnelijk en bovendien nog zeer twijfelachtig genot, de zuur verdiende pen ningen verteert en gade en kroost half gebrek laat leiden. Karakterloos is de lafhartige, die tegen beter gevoelen en beter weten in, enkel en alleen om niet voor een geloovig christen te worden gehouden, meespot met wat hem heilig en eerbiedwaardig is of tenminste geweest is. Karakterloos noemen wij den jongeling, die den eerlijken moed niet heeft om den liederlijken ploert, van wiens lippen onbe tamelijke, zielverwoestendende scherts komt, den mond te snoeren of den rug toe te keeren. Karakterloos is de gierigaard, die, in zijn zucht om altoos meer te bezitten, den armen, lijdenden medemensch van honger en ellende zou laten omkomen. Helaas, op elk gebied des levens voeren beginselloosheid en karakterloosheid den straat. Een vroolijke klant was met een viool op een bierton gesprongen en de meisjes dansten op het groene grasperk de hut der oude Martha lag dieper in het dorp, achter de pastorie. Euphrosyne moest menigen groet beantwoorden, voor zij ein delijk aan den drempel stond. Was de pastoor van middag bij Catha- rina," vroeg zij vlak voor de deur aan Minette. »Ja, en hij spoorde haar aan geduldig te lijden uit liefde Gods, maar dan ant woordde zij slechts»Dat zal ik doen, zoodra ik haar alles gezegd heb," en toen verwijderde mynheer pastoor zich met een diepen zucht." »Het schijnt, dat Catharina's toestand een treurigen indruk op zijn gemoed heeft gemaakttoen ik hem van morgen na de Mis sprak, waren zijn oogen vol tranen en hij zag mij met zulk een bijzondere uit drukking aan. Wat zij mij toch te zeggen heeft," en zij liet den klopper op de deur vallen. Minette ging naar het dorp terug en Euphrosyne trad alleen binnen. De ster vende lag in een nette alcoof, met de oogen gesloten en de handen op de borst schepter. Zoowel op het gebied der staat kunde als in den tempel der kunst vindt men karakterloozen, lieden, die het goede en vaste beginsel uit het oog verliezen op hun zwerftocht naar roem, eer en voordeel, ja naar het laatste .vooral. De zelfzucht is de groote vijandin van het karakter de ze\(verloochening de moeder van dezen kostbaren parel. Terstond springt het alzoo in het oog, dat onbaatzuchtigheid een van de voornaamste eigenschappen is van een goed karakter. Hij, die leeft voor zijn beginsel, daarvoor gloeit, hij gaat niet geheel en ten volle op ir. den strijd om het bestaan, In den strijd om aardsch gewin. Het bovenzinnelijk ideaal staat hem immer voor oogen voor de verwezenlijking daarvan offert hij zijn tijd, zijn krachten, zijn rust op. De onverschil ligheid, de spot, de verguizing van de me nigte deren hem weinig of niets. Doordron gen als hij is van het waarlijk goede beginsel, waarvoor hij strijdt, doet hij zonder om te zien zijn plicht en stryd met onbezweken moed. En ziedaar nu de tweede essentiëele eigenschap van een goed karakterMoed Wat zouden er vele mannen van karakter gevonden worden, als moed geen noodzake lijk vereischte voor het bezit van een dege lijk karakter wasIn te gaan tegen den stroom, zich aan de afkeuring ei. de spotter nij van anderen niet te storen, geen an dere voldoening te kennen dan het bewust zijn van de soms harde en moeilijke plichts vervulling, ziehier wat velen afschrikt om karakter te toonen. Hoe dikwerf is een enkele blik, een ge- fluiterd woord van onze tegenstanders vol doende, om ons zeiven de vraag te stellen of wij niet dwaas handelen met altijd ons beginsel op den voorgrond te stellen. Wij gevoelen ons niet geroepen martelaars te zijn van onzen plicht. Martelaars nietbe lijders dan? Och neen, wanneer het ons kleine onaangenaamheden en moeielijke gevouwen. Een kruisbeeld met wijwaters- bakje stond naast haar op een tafeltje, een flikkerende olielamp wierp een zwak licht op haar uitgeteerde, verdroogde trekken. Een traan welde aan Euphrosyne's oog, toen zij haar trouwe doch soms al te barsche verzorgster in dien toestandzag. Slaapt zij fluisterde zij Martha toe. »0 neen, juffrruw, zij ligt den heelen dag zoo." Op het zelfde oogenblik sloeg de zieke de matte oogen op en keek onver schillig de kamer rond plotseling flikkerde een straal van vreugde iu dien uitgedoofden blik. Zij had het meisje herkend. »Mijn arme, goede Catharina," riep Euphrosyne bewogen, shoe is het met u sik dank u, Euphrosyne voor uw komst", mompelde de kranke, sals zij u alles ge openbaard heeft, kan de rampzalige Catha rina gerust sterven." Martha schoof een stoel nader bij het bed, zette een glas suikerwaterop een tafeltje en verwijder de zich. sWapen u met moed, lieve juffrouw," sprak de oude nogmaals, sik zal u vee) treurigs verhalen doch het is noodig dat gij het weet." «Begin dan maar Catharina, ik zal u tot het einde aanhooren." oogenblikken moet veroorzaken, dan zijn wij liever niets. Wij paaie n voor het overige ons geweten met de moraal van het spreekwoord sEen vergeten burger, een gerust leven." Op de derde vraagWaarin openbaart zich het karakter kan het antwoord kort zijn. Het karakter vindt zijne uitdrukking in dadenin daden van openlijken moed in daden van onbegrensde toewijdingin da den van edele onbaatzuchtigheid. Trouwens op iedere daad van eenige beteekenis drukt de mensck onwillekeurig den stempel van zijn karakter. Hoe dichterlijk schoon is de christelijke leer, volgens welke de ziel, de ziel des menschen in haar zuiveren toestand het beeld en de gelijkenis van God voert I La ten al de daden, die wij wisselen, voorden Hemel gangbare munt wezen, waarop de beeldenaar prijkt van Hem, door wien wij zijn en ons bewegen, en voor wien de ka rakterloosheid als een beleediging en mis kenning van het recht der waarheid, een verminking tevens van Zijn beeld en gelij kenis moet zijn. ALGEMEEN OVERZICHT. 22 Mei '97. De oorlog tusschen Griekenland en Turkije. De onderhandelingen over den vrede tus schen Griekenland en Turkije zijn eergis teren te Constantinopel begonnen tusschen de gezanten der Mogendheden eenerzij ds en twee gedeelegeerden der Porte anderzijds Van Turksche zijdelijn Taki-bey en Noeri- by, respectivelijk raadsheer en secretaris van het ministerie van buitenlandsche zaken, aangewezen om de onderhandelingen te voeren. Naar het heet, moeten de gezanten van het Concert hebben voorgesteld de oorlogsschatting te reduceeren op 120 mil- lioen francs terwijl de grens van Thes- »Welnu, het is de geschiedenis uwer familie, de zuivere waarheid, die ik u ga mededeelen, stervenden liegen niet. Ik heb God's barmhartigheid te veel noodig dan dat ik u nog zou bedriegen." Zij zweeg even als om haar gedachten te verzamelen en begon »Ik zal u weinig zeggen van mijn jeugd en meisjesjaren; ik had brave ouders, die hun voornaamste geluk er in vonden de kinderen godsdienstig op te voeden. Bij mij vooral schenen hun zorgen een ge- wenschte uitwerking te hebben. Nog nau welijks zestien jaren oud, vroeg ik hun toestemming om mij in een klooster te be geven. O, Euphrosyne ik was toen waarlijk braaf en goed, ik beminde God uit geheel mijn ziel, uit geheel mijn hart; doch helaas in het klooster reeds verflauwde die ijver en eenige dagen, voor dat ik den slu:er zou aannemen, verliet ik in stilte het huis Gods om mij in de wijde wereld te begeven. Wordt vervolgd.) NIEUWE SCHIEOAMSGHE COURANT mmimrrjnnnmntniMiirt;.!n 11 i

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1897 | | pagina 1