Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
eerste blad.
Het „dure brood."
20ste
Jaarg.
Zondag 8 Augustus 1897.
No. 5862.
bureau *g$oierstxaat 50.
i
DE MADONE
0FjiCiEEle berichten.
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maanden
■franco per Dost door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
1.50
'2.
- 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsƒ0.60
Elke gewone regel meer -0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
Kennisgeving.
^meldende de perceelen waarvoor geen
P^rsoneele belasting, naar de eerste
arie grondslagen, wordt geheven.
c®edam,
k., ?ien art. 1, 2e lid van het koninklijk
sluit van 18 December 1896 (staatsblad
"0 223);
se rengen ter openbare kennis, dat op de
ci'etarie der gemeente voor een ieder ter
|jZa8e is nedergelegd, het door hen van den
rlr®cteur der directe belastingen, invoer-
chten en accijnzen ontvangen afschrift
h,11 de lijst, bedoeld in art 4, 2, der
v et van 16 April 1896 staatsblad no. 72),
^meldende de inrichtingen van weldadig-
of tot genezing of verpleging van zieken
gebrekkigen en de inrichtingen tot alge-
®eu nut, in deze -gemeente gevestigd,
Ervoor geen personeele belasting naar
ietl lsten, 2den en 3den grondslag wegens
gebruik van perceelen of perceelsge-
6e'ten zal worden geheven.
1 is hiervan afkondiging geschied, waar
et behoort, den 6den Augustus 1897.
Urgemeester en Wethouders van Schiedam,
VISSER L°. B.
De Secretaris,
VERNÈDE.
Openbare Aanbesteding.
Op Donderdag 9 September a.s. zal
^°°t Burgemeester en wethouders van
c8tEDAM, openbaar worden aanbesteed,
°lgens bestek no. 45.
Set ophalen van asch en vuilnis en
het uitbaggeren van havens en grach
ten binnen de gemeente Schiedam,
met bijkomende werken.
Het bestek is van 11 Augustus a.s. tegen
®taling van f 0.50, ter gemeente-secretarie
,eiArijgbaar en ligt ter inzage aan het
hreau der gemeentewerken.
Urgemeester en Wethouders van Schiedam,
VISSER, L°. B.
De Secretaris,
VERNÈDE.
Feuilleton.
GUADELOUPE.
3)
Wij kregen aanzegging op versterking te
^chten, alvorens voorwaarts te rukken,
d't had ten gevolge, dat wij acht dagen
°P het kasteel vertoefden. Onze Fransch-
'Qan was wel zoo uitgelaten niet meer,
*haar toch altijd nog spotachtig. Donna
'Wrelia had onzen twist gehoord, en ver
goedde de gevolgen. Bij meer dan eene
Selegenheid gaf zij blijken van hare scherp-
2"inigheid en haar goed hart, door bestendig
eene verzoening tusschen ons aan te
oringen. De acht dagen, welke ik hier
doorbracht, waren de schoonste mijns levens,
^,e verwijdering en stoefheid tusschen den
'fanschman en mij niet medegerekend.
Herhalingsschool
verbonden aan de openbare school met
uitgebreid leerblan voor jongens
lvroeger talencurcus.)
Voorden aanstaanden Cursus dezer school,
beginnende 6 September e.k. bestaat tot
15 Augustus a.s. dagelijks, van 's morgens
9 tot 's namiddags 1 uur, gelegenheid zich
aan te melden bij het hoofd dier school,
den heer A. H. E. TIJL.
Politie.
Gevonden voorwerpen.
a. Terug te bekomen aan het Commis
sariaat van politie een gedeeltelijk vertrapt
gouden oorknopje, een sleutel en een wit
beenen naaldenkoker, een wit sloofje en
een kinderschoentje.
b. Terug te bekomen aan de volgende
adressen een halskettinkje met gouden
sluiting, bij B. Schellevisch, Broersveld 101,
een kettinkje met gouden slootje, bij Mar-
bus, Piet Heinstraat 5, een linnen zak ge
merkt B. J. v. d. M., bij G. Alers, Hoog
straat 62, een witte rok, bij Lindemann,
Broersveld 23, een gouden oorbelletje met
rood steentje, bij A. Zeeuw, Kethelstraat 7,
een papiertje met f0.80, bij H. Hille,
winkelier, Broersveld, en eene portemonnaie
met 3 briefjes der SS. loterij enz., bij J.
Hertog, Kortlandstraat 516.
I.
(Ingezonden.)
Er is bij eenige politieke verkiezing zel
den met meer valsche en wetens en willens
meer bedriegelijke leuzen geschermd, dan
bij de laatste keuze van leden voor onze
Tweede Kamer. Bij alle gemis van een
eigen, flink program, waar men houvast aan
had en waaruit blijken kon wat men tot
wezentlijk heil van volk en staat zou willen
en kunnen bewerken, heeft men zich vooral
van meer mak-liberalen kant geworpen op
negatieve leuzen, waardoor het kiezersvolk
misleid werd en verblind. Een dier leuzen
was het ïdure brood
Op den bepaalden dag kwam de ver
sterking aan de officier, die haar bege
leide, was niet lang na haar vertrek uit
Barcelona door eenen vijandelijken kogel
getroffen geworden. Dit treurige voorval
spoorde ons beiden aan tot spoed en dub
bele waakzaamheid. Ik nam afscheid van
onze brave gastvrouw en beleed haar met
bevende stem, dat ik haar nimmer zou
vergeten. Een traan parelde in haar oog,
en ik bespeurde met genoegen, dat mijn
vertrek haar niet onverschillig was. Dank
baar kuste ik hare hand, toen mijn makker
binnentrad, om ook een dankbaar afscheid
te nemen. Zij greep zijne hand, legde die
in de mijne, zag ons beurtelings aan en
zeide mijne heereh vijanden, om mijnent
wege 'zijt gij oneenig geworden, wellicht
koestert gij het plan in een doodelijk twee
gevecht een einde aan uw geschil te maken.
Hoe zeer ik ook de zaak mijns vaderlands
ben toegedaan, zoo zou mij toch het be
wustzijn, de onschuldige oorzaak uwer on-
eenigheid te wezen, diep ongelukkig maken
mag ik dan hopen, dat de ridders, die zoo
gaarne om des zwakkeren geslachtswille de
Op gemakkelijke wijze heeft men daar
door vele onnoozelen van den goeden weg
kunnen brengen. Als een schrikbeeld werd
het hun voor de oogen gehouden: als de
anti-liberalen overwinnen, zult gij duur brood
moeten eten en zal daardoor aan uw gezin
groot nadeel worden berokkend. Haarfijn
werd voorgerekend, hoeveel dat nadeel per
week en per maand en per jaar zou bedra
gen. Met zekere brutaliteit werd elk nood
wendig goed gevolg van een beteren gang
van zaken door bescherming geloochend;
botweg werd den werkman alleen voor oogen
gesteld, dat uit eene heffing van rechten
op graan voor hem nadeel zal ontstaan,
maar de bijna wiskunstige zekerheid van
de ook voor hem te wachten goede gevolgen
van een beteren gang van zaken, werd hem
verborgen gehouden. En vooral deed men
dit de groote waarheid, dat het beter is
wat duurder brood te kunnen koopen, dan
het goedkoopere brood te moeten derven,
het niet te kunnen koopen, door gebrek
aan werk, dus aan geld 1
Door aldus te handelen heeft men, ja,
menigeen verleid tot een domme keuze.
Maar wat gaf men daarvoor in de plaats,
wat kon men in het vooruitzicht stellen als
middel tot verbetering van den toestand op
het gebied van nijverheid en landbouw?
Niets! Men gat den werkman-kiezer steenen
voor broodMen bedroog hemen als
straks weer gebrek aan werk ontstaat, ge
brek aan brood, dan zullen zij, die zich nu
lieten misleiden, troosteloos daar staan en
de hand moeten uitsteken naar eene gave
der liefde, in plaats van zeiven in hun eigen
onderhoud en in dat der hunnen te kunnen
voorzien
Zien wij eens, aan de hand van een be
kwaam man, hoeveel er waar is van het
beweren, dat heffing van graanrechten niet
anders dan nadeelig kan zijn voor den
werkman, dat daardoor voor hem het brood
duurder zou worden, duurder in dien zin,
dat hij het niet behoorlijk zou kunnen beta
len, De heer Armand Diepen, de bekende
en bekwame Tilburgsche industrieelhelaas
kling trekken, hier de kling laten rusten en
zich verzoenen zullen Wij beiden zwe
gen de een wilde de meeting des anderen
in zijnen blik lezen en dacht zoo onraen-
schelijk niet, dan dat hij door tegenstreving
het uur der scheiding zoude hebben willen
verbitteren. Zij hield ons zwijgen voor toe
stemming, en ijlde naar een kastje, waaruit
zij dit beeld, deze Madona van Guadeloupe
nam, te gelijk met een tegenstuk, dat van
hetzelfde niet te onderscheiden was. Toen
sprak zijmijnheer de Franschman, gij
zijt een ongeloovige, een Godloochenaar, zoo
als ik gehoord en gezien hebdraag dit
beeltje tot proef eenigen tijd bij u, misschien
zal het uw hart, dat overigens tot al wat
edel is open staat, treffen en roeren, zoo
als de vurigste wensch is van haar, die het
u welmeenend aanbiedt. Hiermede drukte
zij mijnen makker het beeldje in de hand
en ging aldus voortGij, mijnheer de Hol
lander; gij zijt een ketter, en al gelooft gij
dan ook niet, dat een beeld u kan bescher
men, dan toch zal het u herinneren aan de
gastvrouw, die uwer steeds indachtig zal zijn.
Ik nam het beeld, dankte haar en snelde
te vroeg ontslapen wijdt in zijn werk
»De jongste uitingen van het anti-Proteo
tionisme in Nederland," zeer belangrijke
besprekingen, juist aan dit onderwerp.
Een der als meest afdoende geachte en
elke andere redeneering dooddoende argu
menten tegen de heffing van graanrechten
is wel ditdat bij het heffen van dergelijke
rechten de prijs van het brood stijgen zal
tot het volle bedrag van dat recht. Zoo
beweerde mr. Veegens tegenover den heer
Diepen en alle bestrijders hebben hem
dit nagepraat, dat bij eene heffing van
2.40 per hectoliter graan, de jaarlijksche
uitgaven voor een gezin van vier personen
met ƒ24.— worden verhoogd. De heerD.
heeft deze stelling aanvankelijk niet bestre
den niet wijl hij ze juist achtte, maar
omdat hij wel gaarne zou willen dat zij
juist ware. Dapper gezegd, inderdaad! Te
willen dat een argument van den tegen
stander, waarmede deze denkt u af te maken,
volkomen juist ware. Maar de heer D.,
hoewel oordeelende dat de toestand oneindig
gunstiger zou zijn, indien een recht van
ƒ2.40 op buitenlandsch graan den prijs van
het binnenlandsche met hetzelfde bedrag
deed stijgen, gelooft daaraan niet. Want
als de beide prijzen gelijkelijk stegen, dan
zou het binnenlandsche graan niet meerde
voorkeur verdienen boven het buitenlandsche,
wat toch de bedoeling van de heffing is
dat doel, waarvan uitbreiding van den graan
bouw het gevolg moest zijn, zou dus worden
gemist. En als nu de graanprijzen niet
stijgen, zóóveel als de rechten bedragen,
dan mag men ook niet zeggen, dat bij ƒ2.40
per hectol. recht, de uitgaven per gezin en
per jaar met 24.— zullen stijgen.
Doch de heer D. wil daarmede zijn tegen
stander het wapen niet uit de hand slaan.
Hij wil dat wapen echter zuiveren en de
stelling aldus opzetten »dat elk gezin van
vier personen, dus ook het arbeidersgezin,
met een jaarlijksche vermeerdering van uit
gaven ad 24.— zal worden belast, als
graanrechten worden geheven tot zóódanig
de deur uit, want ik kon het niet langer
uithoudenik zou in tranen zijn losgebar
sten, iets wat onze Franschman niet weinig
stof tot allerlei spotternijen zou hebben
gegeven. Ik ging op mijne kamer, stak het
beeldje in mijne brieventasch op de borst,
droogde mijne oogen, ijlde naar beneden op
de plaats waar ik mijne troepen geschaard
vond en trok met hen af. Zoo lang ik het
kasteel nog konde zien, wapperde eene
witte vlag uit het vensterraam der gravin.
Toen ik, door de rotsen verhinderd, niets
meer zien kon, en ik met mijnen zakdoek
haar het laatste vaarwel had toegewenkt,
verhaaste ik mijnen tred, teneinde mijn'
makker in te halen. Hij stapte aan het
hoofd onzer weinige manschappen, en hteid
zijne Madona van Guadeloupe nog altijd in
de hand.
Wordt vervolgd.)
[i'iiriiin''')iH''i;iiinHii'nin
v LIJST
0 BurgEMEESTER en -WETHOUDERS van
VAN