Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
temt liettaiselijklmavan Ma.
bureau ^ofersteaaf 50.
20ste Jaarg
Vrijdag 3 December 1897.
No. 5961.
axgemees overzicht.
Feuilleton.
ïeio.
PRIJS TIN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per oost door geheel Nederland
Afzonderlijke Nummers
1.50
o
- 0.05
PRIJS DER ADTKRTENTIËN:
Van 16 regels ƒ0.60
Elke gewone regel meer -0-10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
2 December '97.
De opgewondenheid die in de laatstver-
'copen dagen in de hoofdstad van Oosten-
r'jk heerschte, is veel bedaard althans op
straat schijnt het kalm te wezen. Zooals
Setneld js, is de universiteit weer geopend
Wolf en andere in hechtenis genomen
Personen zijn vrijgelaten, Wolt werd door
een juichende menigte thuis gebracht. Na
het bekend worden van den val van Badeni
hadden nog een paar onbeteekener.de be
togingen plaats op den Judenplatz, voor
het ministerie van binnenlandsche zaken,
■baar daarna was het tamelijk stil.
Het eigenaardigste was, dat de meeste
tenschei: op straat het groote nieuws hoor
h®n van politie-agenten, die daarmee het
heste middel kozen om ze tot bedaren te
hrengen. Ook Lueger reed in een rijtuig
r°nd om het te vertellen, en herhaalde het
later van de pui van het stadhuis.
Maar zoo in de Duitsche steden de rust
terugkeert, in de Czechische beginnen nu
he woelingen.
Te Praag is het uiterst rumoerig en aan
het hoofd der beweging staat de gemeente
raad. Maandag vergaderde dit lichaam onder
leiding van den burgemeester Podlipny.
Deze hield een brandrede tegen de Duitscbers,
wier ^onbeschoft en uitdagen! optreden de
Dzechische bevolking in de hoogste mate
prikkelt."
De gemeenteraad heeft zich met het oog
°p de groote opgewondenheid der bevolking
permanent verklaard en zal deputaties zen
hen aan den Keizer, den stadhouder en den
hirecteur van politie, om te verzoeken de
Czechen in Bohemen te beschermen tegen
he Duitschers.
Op straat werden groote betoogingen
gehouden. De. menigte trok naar den
hieuwen Duitschen schouwburg en wierp er
he ruiten in. De steenen vielen tot bij de
heuren van het parket en in de kleed
kamer der konsten, die verschrikt de vlucht
namen. De troepen rukten aan en vormden
een cordon om den schouwburg. Ook elders
in de stad was het verre van rustig en de
politie had een zeer moeilijke taak. Vele
betoogers en ook politie-agenten weiden
meer of minder gewond. De troepen be
hoefden echter niet verder op te treden.
De nieuwe minister-president van Oosten
rijk is 26 Februari 1851 geboren; hij is
dus betrekkelijk nog een jong man. Hij is
de zoon van een officier, die na zijn pensi
oneering een burgeüjke betrekking be
kleedde er twee jaren geleden stierf.
Paul Gautseh studeerde in de rechten aan
de Academie van Theresia en trad als
jOoncipist" in dienst van de rechterlijke
machtde jonge ambtenaar maakte een
snelle carrière. De minister van onderwijs,
dr. Von Stremayr, gaf hem een betrekking
in het ministerie van onderwijs, waar hij
het na eenige jaren bracht tot secretaris
generaal. In het jaar 1881 werd hij tot
regeeringsraad benoemd en tot directeur van
het vTheresianum".
Op 5 November 1885 werd hij minister
van onderwijs in het kabinet-Taalfe, in plaats
van den aftredenden baron Conrad Eybesfeld
en hij bleef in dit kabinet zitting houden
tot 12 November 1893. Als minister van
onderwijs heeft hij eenige hervormingen
ingevoerd, die zich in den algemeenen bijval
mochten verheugen. Zijn positie was uiterst
moeilijk, daar hij een liberale onderwijswet
moest uitvoeren en toch de katholieken tot
vriend houden; door aan enkele wenschen
der katholieke partij toe te geven, zonder
daardoor de liberalen te krenken, wist hij
zich te handhaven.
De portefeuille van onderwijs verkreeg hij
ook, toen twee jaar geleden graaf Badeni
aan het bewind kwam.
Gisteren-avond half vijf hebben de wan
ordelijkheden te Praag hun toppunt bereikt.
In enkele straten vernielde het volk de
huizen met Duitsch namen en van de huizen
waar Joden wonen. De vensters van de
synagogen werden met steenen ingegooid.
Een deel der manifestanten trok naar de
voorstad Weischowitz. Er zijn troepen
heengezonden.
De Rijksdag in Duitschland heeft gisteren
zijn vroegeren voorzitter en ondervoorzitters
herkozen. Vrijdag wordt de volgende ver
gadering gehouden.
Ir. verband met de tegen von Tausch
ingestelde disciplinaire vervolging is de
beschuldigde door den Berlijnschen politie-
president in zijn ambt geschorst. Totnogtoe
had hij kwansuis verlof gehadmet den
dag waarop zijn schorsing begint, trekt
hij echter maar zijn halve tractement,
De samenstelling van het ministerie in
Frankrijk ondergaat eene kleine wijziging
Wegens een votum van ondergeschikt be
lang in den Senaat, waarbij de regeering
met een stem in de minderheid bleef, heeft
de minister van justitie, Darlan, ontslag
genomen.
Het votum eergisteren door den Senaat
uitgebracht, dat enkel in de radicale peis
g.steren-ochtend werd uitgelegd als moeten
de het ontslag van den minister van justitie
meebrengen, heeft werkelijk daartoe geleid.
De Débats, in een artikel uit de pen van
Charmes, beschouwde het als een waar
schuwing, waarmede rekening zal worden
gehouden, en ziedaar alles. De Republique
Frangaise noemde de uitlegging in de radi
cale organen, bijzonder gewaagd, en ves
tigde de aandacht op het feit dat zelfs de
voorsteller van de aangenomen motie een
vriend van het ministerie is en verklaard
had den dood van niemand te willen. De
Temps trok uit het votum enkel de gevolg
trekking, dat de Senaat even streng en
onpartijdig is tegenover viienden als inder
tijd tegenover het kabinet-Bourgeois.
De geruchten, die in de Kamergangen
werden gecolporteerd vooral van de radicale
zijde, alsof het ministerie in zijn geheel
zich getroffen zou beschouwen of althans
Zij weet mijn geheim, dacht hij zij heeft
mij doen volgen; zij heeft mij bespied
misschien heeft zij reeds sedert lang mijn
geheim geweten misschien.... O dit zou
verschrikkelijk wezen! Misschien heeft men
hier slechts den rijken man op het oog.
Gij zijt rijk. hernam Gudula.
Rijk? Ik rijk?
Gij wel met, maar Elisabeth.... Zij
heeft eene erfenis gekregen van vijftig
duizend gulden.
Ik, Gudula
Gij, mijn kind! dus alle ongerustheid
op zijde geschoven 1 Geene tranen meer
Niet langer gewacht! Niets dan vreugde
meer, trala la la la la
het ontslag van Darlan meer veranderingen
zou meebrengen, hebben zich niet bewaar
heid.
De stand van de Dreyfuskwestie schijnt
thans saamgevat te kunnen worden in het
volgende
Generaal de Pellieux heeft, in een onder
houd met Scheurer-Kestner, te kennen ge
geven, dat het niet nieuwe feit dat generaal
Saussier voorgelegd zou moeten worden en
dat alleen aanleiding zou kunnen geven tot
revisie van het proces, zijns inziens niet
aan 't licht is gekomen.
Scheurer-Kestner antwoordt dat zulk een
nieuw feit z. i. gelegen zou zijn in het
bewijs dat Esterhazy de schrijver is van
het borderel, een der bewijsstukken tegen
Dreyfus.
»Maar gelooft men dat het onderzoek ge
sloten zal worden zoolang deze laatste
kwestie niet is uitgemaakt vraagt de
Figaro.
De Figaro bevatte gisteren opnieuw een
artikel van Zola, waarin gezegd wordt, dat
men om gecompromiteerde personen te dek
ken, Frankrijk een ware misdaad laat begaan,
door het te misleiden omtrent de zaak van
Dreyfus, die voor een verraad boet dat hij
niet gepleegd heeft.
In een intervieuw met een medewerker
van de Eclair heeft Zola verklaard, dat hy
de materieele bewijzen van de onschuld van
Dreyfus bezat. Hij eindigde met te zeggen
Dreyfus zal niet in ballingschap blijvenIk
maak zijn zaak tot de mijne.
De minister van financien in Italië, de
heer Luzzatti, hield gisteren in de Kamer
zijn begrootingsrede. De minister zeide
o. a. dat de regeering de uitgaven voor
Eritrea tot vijf millioen zal beperken, en
dat de regeering met haar politiek daar
beoogt, zich te herstellen en trapsgewijze
naar den kant van Nassana af te dalen.
De minister eindigde met te zeggen, dat de
verliezen welke de schatkist zal moeten lijden
ter wille van de hervormingen, vergoed
En zij danste en sprong en klapte in de
handen.
Vervolgens gaf zij aan de verloofden de
uitlegging, hoe een bloedverwant van
Elisabeth haar deze vijftig düizend gulden
had nagelaten.
En nat alles is voor u, Peter, voor u,
zeide Elisabethgij kunt het gebruiken
naar uw goeddunken. Wij zullen vreedzaam
van onze renten leven; of wij zullen, als
gij liever wilt, dezen of genen winkel op
staan alles is .mij om het even, mits ik u
voortaan nimmer verlate.
En gij' zult mij niet meer verlaten,
Elisabethbinnen veertien dagen zult gij
mijne vrouw zijn voor God en de menschen
niet om uwe rijkdommen, maar om uw
goed hart en uwe braafheid. Ik heb ook
een geheim, doch dit zult gij slechts te
weten komen o;> den dag van ons huwelijk.
Intusscheri zal ik mij bezig houden met de
toebereidselen te maken tot onze echtver-
bindtenis. Ik heb eenige vrienden, die mij
gaarne daarin zullen helpen. Ik beding echter
eene voorwaarde, namelijkdat gij in deze
veertien dagen niet uitgaat en geene be
zoeken antvangtbeloof, zweer mij dit
Ik beloof het u, Peter.
Vaarwel dan, mijne Elisabeth.
En hij gaf haar vriendelijk de hand, ter
wijl Gudula zong van vreugde
Binnen veertien dagenBinnen veer
tien dagen
De veertien dagen, die het huwelijk nog
tegenhielden, en het uitstel, hetwelk door
de° vormen der Kerk vereischt werd, gingen
voorbij in toebereidselen, bij welke de naald
van vrouw Gudula geene geringe rol speelde
want ofschoon Elisabeth zelve haar brui
loftskleed sneed, Gudula moest het naaien,
en met hoe veel zorg deed zij zulks 1 Dit
kan men denken Peter verliet van dezen
dag af de twee gelukkige vrouwen bijna
niet meerhij poogde slechts te beletten,
dat zij uitgingen of met andere personen
van de stad in aanraking kwamen.
Maar vier dagen voor het huwelijk bleef
hij eensklaps weg, en men begrijpt hoe
lang de tijd aan de twee vrouwen viel, en
welk eer e ongerustigheid zich van hare
verbeelding en van haar hart meester
maakte.
Bij haar klein venster gezeten, keek
Elisabeth menigmaal uit, of zij in de verte
haren bruidegom niet zag aankomenhaar
hart klopte geweldig als zij iemand aan
het einde der lange straat bespeurde
inaar weldra biggelden tranen langs hare
wangen, want de persoon, naar wien zij
zoo verlangend uitzag, was het niet.
Hij is ziek, zeide zij angstig bij zich-
zelve, en ik ben niet daar om hem te ver
plegen ik ben er niet om hem op te passen
en bij hem te waken....
Op een ander maal steeg er eene nog
verschiikkelijkere gedachten in haar op:
Hij zal niet komen, hij heeft mij ver
laten.
Wat Gudula aangaat, die ten minste zoo
veel leed als Elisabeth, deze legde een vast
vertrouwen in den jongeling aan den dag,
ofschoon haar hart anders sprakzij zette
de toebereidselen tot de bruiloft voort met
de wanhoop in den boezem, welke te wreeder
was, daar zij die moest verbergen onder het
masker van opgeruimdheid.
Eindelijk brak de trouwdag aan.
(Wordt vwvolgd.)