Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
tweede blad
21ste J aars.
Zondag 27 Februari 1898.
No. 6032.
!&xxveau l&oterstvaai 50.
•Een Bequest van Branders.
X» <»eg.brS,Tn Ke"°elig ,er'ieS
NIEUWE SCHIEDAM COURANT
PRIJS TAS DIT BLAD:
^00r Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Aizonderiiike Nummers
1.50
„9.
- 0.05
PRIJS DER ADVEBTENTIËN:
Van 16 regelsƒ0.60
Elke gewone regel meer-0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
trifhV m^U6St door ldr branders te Maas
je Tilburg, 'ü-Hertogenbosch en Breda
Zond - ^6" ^ln's'er van Financien ver
ent waarvan wij gisteren reeds met een
e woord melding maakten, luidt in zijn
geheel als volgt
1- r. Aan
jne Excellentieden Minister van
financiën,
Geven met verschulchgden eerbied te ken
de^lo!, er?ete,ekfM' allen branders
Provinciën Limburg en Noord Brabant-
tevens 'X, gI'°°te ,belangstelll«g- doch
kenr s ™et groote teleurstelling hebben
de R^ g nAen vanhet door hare Majesteit
Kamer O Januarl Jd- aan de Tweede
ontwerp "h^tate"-Generaal ingediend wets-
trentdennr u nadere bepalingen om-
van de ri Jk °PJhetgedlsUlleerd> Onevens
voegde M iJ door Uwe Excellentie ge-
dï wè!T|rie Van Toedohung; 8
Uwe Er ii SSanten het principiëel met
20 Jum tsmro eenS ziJn' dat de wet van
henalinrr Staatsblad no. 62, houdende
r*enlandsch de" accijns °p het bin'
noff ln gedistilleera, zooals dezelve thans
hoeft rkln8 is, dringend herziening be
boet' wnia 'n haar geheel overeengebracht
triëel k 6 j met den vooruitgang op mdus-
lijken 1" f v waarmede die wet geen ge-
tevens v!n gehouden> d°ch dat zij
henzienino- 7n°rfee'v. Zid"' dat een Partiëele
biet rip 'hnri a,ls wordt voorgesteld,
2Ü wil he«t njIen Inag vernietigen, welke
der 3e tn a i i® r6gelen de branderijen
de genoemri6 SG en Welke Julst aan
Pvactiik opia6- zooals ZÜ thans in de
bestaan danke mogelijhheid van hun
drie versTh u0 ^Wetgever van 1862, nadat
Kamer der dl ,°ntwerPer' de Tweede
b'et znnri talen"E«eneraal hadden bereikt,
Wet veriif1" §egronde redenen bij het tot
onderscheiden' de Brallderijen in
sPeciale 2® u 'a,SSen heett verdeeld, met
afzonderlijk Pa g V°°r iedere klasse
bescheidpl nU volgens der requestranten
Obderscheiri Overtui8'no> niet aangaat dat
de branders ri° TV" e'?ns °P te heffen
Jegen wie W 'de en vlerde klasse>
^Un bestaan t« fWe.tsontwerp gericht is, in
er eenuTB fnuiken, hun vermogen zon-
te ontnemenV0rirgOed,r'g °p dergeliJke wijze
fbïtieeren e 1 meesten hunner totaal te
8aJg te doen deelen"; ander6n hu" °nder"
Iaoadele mdrnsta'S geV°'g Van die °Pheffxng
.®be Werklip ri6i' aan de daaraan verbon-
fijke gezinr,pen'u 'ers van zeer tal-
Worden z0n i brood zal ontnomen
rij werklooIT en de hunne" weldra de
dat behai z°uden vermeerderen;
®bde takken vo ev^erl5|ieden ook verschil
Welke direct tJverheid en de landbouw,
ZOU
verband J lnairect met de brandei
h6n' waarom'dl '"'l aangaat' nu de motie-
ï?drÜ'eh Sri!® Wh6t vatl 18«2 voor hunne
ri v°lle kracht h Pa'lrigen bevat, nog in
?ee' bovendÏÏ t an' terwij' bet beoogde
een W7den bereikt zonder
r>d ten 8r e!len tak van nationale nij-
d»t 7" gronde te richten
ers de reden, waarom de wet
van 1862 op de branderijen der 3e en 4e
klasse niet toepasselijk verklaarde de strenge
controle maatregelen, welke voor die der
le klasse werden ingevoerd, was het nut
der eerstbedoelde branderijen voor den land
bouw en haar geringe omvang
dat nu nog steeds het door die brande
rijen verbruikte meel de spoeling, wordt
gebruikt als veevoeder, zonder eenige uit
zondering of beperking, zoodat het dienten
gevolge ontstaande nut voor den landbouw
altijd geëvenredigd blijft aan de meerdere
ot mindere uitgebreidheid van elk der be
staande branderijen der derde en vierde
klasse
dat net aantal dezer sinds 1862 niet is
toegenomen en er thans nog 16 in werking
zijn, voor wier bestaan de requestranten
opkomen
dat wel is waar de spoeling thans niet
meer verbruikt wordt door de branders
zeiven voor hun eigen vee, maar door andere
landbouwers, iets wat door verdeeling van
productie en bevordering van kleine bedrij
ven een groot voordeel ten algemeenen
nutte is te noemen
dat adressanten niet te veel gezegd heb
ben, als zij voorspelden, dat eene partiëele
wijziging, zooals door Uwe Excellentie voor
gesteld is, mocht zij tot wet verheven wor
den, de vernietiging van hun bedrijf zou
met zich brengen, en dus in elk geval haar
doel zou voorbij streven
dat zeer zeker volgens den striksten zin
der wet van 1862 van hun geheele product
accijns verschuldigd is, doch dat dezelfde
wet, door op hunne bedrijven niet de strenge
controlemiddelen toepasselijk te verklare°n,
die zij voor andere bedrijven, nagenoeg van
denzelfden aard, gebiedend voorschreef, aan de
practijk, die in belastingzaken zulk een
enormen invloed heeft, als 't ware overliet
ook een mildere toepassing der wet.
dat immers anders die vrijstelling zonder
zin zoude zijn geweest
dat zeker het doel der wet beter op een
andere manier dan door iets, wat stricto
sensu een wetsontduiking moet heeten, ware
verkregen, doch dat dan niet zij, zonder
eenig equivalent, de dupe kunnen worden
van de omstandigheid, dat het voordeel,
hetwelk de wet hun wil geven en door hare
toepassing geeft, tengevolge van de wet zelve,
eigenlijk in strikten zin een ongeoorloofd
voordeel is
dat nu hunne bedrijven zich noodzake
lijkerwijze naar de wet van 1862 en over
eenkomstig hare toepassing hebben geregeld,
en wel tengevolge van de overal heerschende
concuirentie, in dier voege, dat, wordt hun
het voordeel ontnomen, dat zij ingevolge de
te hunnen opzichte mildere bepalingen der
wet van 1862 genieten, zij onmogelijk hun
bedrijven kunnen voortzetten, zoodat niet
a een dat bedrijf hun wordt ontnomen, maar
et geheele kapitaal, waarmede dat bedrijf
werd uitgeoefend, nagenoeg waardeloos wordt
gemaakt, zoodat zij zonder overdrijving, waar
un als t ware verkregen rechten, hun
zouden worden ontnomen, kunnen spreken
van een onteigening zonder eenige schade
vergoeding
dat,de v°'gende berekening een en ander
duidelijk zal makende branderijen der 3e
en 4e klasse kunnen slechts moutwijn produ-
ceeren bij proefis het onmogelijk gebleken,
om gist en dientengevolge een beierequaliteit
moutwijn te vervaardigen, waarin de brande
rijen der le klasse een equivalent vinden
voor de kosten, die aangewend moeten wor
den om gedistilleerd te fabriceereri; en al zoude
het mogelijk zijn, het zou toen niet baten,
omdat de Nederlandsche markt nu al over
voerd is, zoodat reeds twee groote industriëele
ondernemingen op dit gebied hunne etablisse
menten van hier naar België hebben over
gebracht.
Nu komt de kosten- en winstrekening per
bak wanneer van het geheele product accijns
zou worden betaald, aldus uit
Kostenrekening per bak:
130 Kg. Maïsbloem a fl 6.80 per 100 Kg. fl 8.84
70 Moutmeel afl 11.00 s a - 7.70
Gist-1.75
Werkloon- 1,25
Kolen- 1.50
Onderhouds- en bijkosten. - 1 00
Totaal f 22.04
Opbrengst van 200 Kg. meel bij een
gemiddelde trek van 72 centiliter per Kg.
meel zooals volgt
200 Kg. meel bij 72 trek =144 Liter
Ruwnat ad 50
Aftrek, verlies voor overhalen enz. 4
Dus kunnen in den handel ge
bracht worden140 Liter
50 °/0
140 L. a fl 4.50 per H.L. fl 6.30
Spoeling-3 00
fl9,30
Resumeeren wij dus
1 Bak van 200 Kg. kost fl 22 04
Opbrengst- 9.30
Verlies per bak fl 12.74
Gemiddeld worden te Maastricht in iedere
branderij vier bakken bewerkt zoodat uit
bovenstaande juiste berekening blijkt, dat
voor iederen beslagbak fl 12.74 benoodigd
zijn om het tekort voor fabricatiekosten te
dekken.
Voor de 10 branderijen te Maastricht maakt
dit per jaar: fl 12.74;X 4 bakken per dag X 1°
branders X 300 werkdagen, de totale som
van plus minus 153.000 gulden, welk bedrag
dient in mindering gebracht te worden van
het door Uwe Exellentie in de memorie van
toelichting aangehaald bedrag van fl 250.000,
voor welk bedrag de branders de schatkist
ten eigen bate zouden benadeelen.
Wanneer nu de resteerende som gekort
wordt met het door Uwe Excellentie in de
memorie van toelichting aangestipt bedrag,
wat ten goede komt aan slijters, tappers enz.
en verminderd met de groote kosten, hooge
belastingen aan hunne zaak verbonden, dan
blijkt dat den branders slechts een bestaan
als van elke gewone industriëele zaak gelaten
wordt, waarom adressanten Uwe Excellentie
dringend verzoeken de hier verstrekte cijfers
en gemaakte berekening aan het oordeel
van deskundigen onder Uwe ambtenaren te
willen onderwerpen, overtuigd als zij zijn,
dat deze cijfers der. waren en juisten stand
van zaken voorsteilen.
Moeten nu de branders volgens het nieuwe
wetsontwerp werken, dan zijn zij natuurlijk
yerplicht hunne branderijen te sluiten of op
iederen bak, dien zij beslaan fl 12.74 toete-
geven.
Zij zeiven achten eene wetsverandering
wenschelijk, mits daarbij ook hunne belan
gen, die ten gevolge van den, als 't ware
door de wet aangegeven loop der omstandig
heden, die hen meevoerden ook hun
rechten zijn geworden, worden geëerbiedigd
en deze niet dient om hunne branderijen te
vernietigen.
bat het vorenstaande duidelijk maakt, dat
adressanten genoodzaakt zijn met allen
eerbied, doch met volle overtuiging en ten
ernstigste te protesteeren tegen een maat-
regel, die zonder het beoogde doei te bereiken,
ln strijd met de billijkneid, een tak van
nationale nijverheid zou vernietigen en
talrijken ingezetenen het middel van bestaan
°f het dagelijksch brood zou ontnemen;
dat adressanten in deze eerbiedig de
aandacht van Uwe Excellentie vestigen op
het groote nadeel dat den landbouw zou
worden toegebracht.
De omstandigheid toch dat niet de bran
ders thans zelve vee houden, zal wel geheel
onverschillig wezen, waar de geheel gepro
duceerde spoeling ten goede komt aan den
landbouw.
Te Maastricht alléén worden dagelijks
gemiddeld 40.000 liter van dit bij uitstek
goed veevoeder verbruikt.
Adressanten kunnen Uwe Excellentie de
verzekering geven, en een onderzoek daar
omtrent zal dit bevestigen, dat, indien ten
gevolge der wetswijziging de branderijen
zullen moeten gesloten worden, de landbouw
in hunne streken daarvan mede de ernstige
gevolgen zal ondervinden.
dat, zoo Uwe Excellentie van meening is,
dat de Schatkist onder de bestaande wet
te kort komt er dan een middel is om alle
fraude te doen verdwijnen, het uitbrengen
van kleine hoeveelheden te doen vervallen
en het moreel nadeel gelegen in het vervoer
door kinderen geheel op te heffen,
dat dit doel bereikt wordt, zoo het be
ginsel neergelegd ;n de suikerwet betref
fende de overponden, op de branderijen der
3e en 4e klasse wordt toegepast,
dat dit middel bestaat eenvoudig in het
voorschriftwaarbij den branders der 3e
en 4e klasse, zooals thans in België geschiedt,
worde gelast hun product in gesloten bak
ken op te vangen en waarbij dan tevens, eene
wettelijke korting van twintig procent worde
toegekend op eene dagelijksche maximale
productie van Vijf Hectoliter, verdeeld over
de geheele aangiftevoor welke korting
een wettig document bij of na de opnanie
worde verstrekt.
Adressanten vermeenen te weten, dat een
dergelijk ontwerp aan Uwe Excellentie reeds
was voorgesteld en dat ook de betrokken
Inspecteurs de overtuiging zullen geven, dat
dit het beste middel is om alle fraude en
onregelmatigheden te voorkomen.
Dat de voorgestelde percentage van 20%
niet te hoog is bewijst de navolgende kos
tenberekening.
Zooals hierboven is omschreyen, zullen de
branders zonder tegemoetkoming een verlies
lijden van fl 12.74 per bak.
Indien 20% worden toegestaan, dan be
komt de brander, zooals uit de voorafgaande
rekening blijkt: 140 Liter moutwijn ad 50»
berekend aan den thans kostenden prijs van
ft 4,50 per Hectoliter a 50%.
140 L. a fl 4.50 -- ff 6.30
20% korting van 140 L.
28 L- afl 0.63 - 1764
Spoeling3.00
Een bak kost
Totaal
fl 26.94
- 22.04
Zoodat de brander overhoudt fl 4.90 per
bak.
dat natuurlijk het thans ingediende wets
voorstel met het oog op eventueel op te
richten branderijen, wier ondernemers de
kansen kunnen berekenen of het te plaatsen
kapitaal al dan niet winst zal afwerpen,
zeer billyk is, daar zij hunne vrijheid be-
houden om dat kapitaal voor andere doel
einden te besteden terwijl adressanten hun
kapitaal reeds verbonden hebben aan eene
industrie, die door den noodzakelijken loop
van de omstandigheden z.ch tot den tegen
woordigen toestand heeft ontwikkeld, zoodat
het onrechtvaardig zijn zoude dje industrie
te verme ïgen en hun kapitaal waardeloos
te maken r
dal d v?ora! geldt ten aanzien van de
vier landerijen ééne te 's Hertogenbosch,
eene te 1 il burg, twee te Maastricht
welke pas eenige maanden in werking zijn
en ten aanzien van ééne, welke in Breda in