Dagblad voor Schiedam en Omstreken. eenisïi»5rt= yg8- .<4 Sr *'sle Jaar "u .iaar<r. Vrijdag 8 Juli 1898. l\o. 6137. No. 6137. 1$xxveaxx ~3$oter$tTaat 50. ï)e ^suschenliandelaar. >SS als rER EN SLAAF- •ft <*5 1° ""JÜ SHU-- richtt* dan Sc^i?aESTER ?e*ieo PRIJS VAN DIT BLAD: 3 maandenf 1.50 j.°0r Schiedam per nco per post door geheel Nederland - 2, *or>deriijke Nummers - 0.05 BERICHTEN. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van t5 regels fO.QO Elke gewone regel meer 1-0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. e n ii i s g e v i ii g. hirufyi1Wft'ke gevaar, schade of tunnen veroorzaken. tot1°' var/'A1 verzoek Skiing '1382 n°- 0°fdttJtlbpeidin5n Sphen' om vergunning 2o tot LVa« Z1jner smederij aan 113. kadaster sectie de L, om vergunning - %tfaat van een smederij aan de 37, kadaster sectie L, te ^etenepa''n®en der hinderwet Secretar;e jerzoeken met de bijlagen «Utder gemeente zijn ter visie ISelsöo^iddac^61"^» den 21sten Juli a. s., ?^are e'd ten 2 ure, ten raadhuize !f! t« l legen het70rden gegeven om be- ljk renger) p gestaan van die verzoeken dat te lichtol, mondeling of schrifte- stip gedurpl en dor >rboven 6 drie dagen, vóór het tijd- takg °ertleente g6noemd, op de secretarie ^°rde^0cbten' J-an ,de schrifturen, die ter En ^eriomenJn in§ekomen, kennis kan bet 's hi, e 11 is ""en. *c"u' Vh°°rt' Vdena7H0ndifi,lg geschied, u*a°~- uen 'den Juli 1898. 9em, eester waar e'1 Wethouders voornoemd, versteeg. -De Secretaris, VERNÈDE. OVERZICHT. 0or]0 7 Juli '98. of|fe Spaavi USS('ben Spanje en Amerika. ee'' dat h 6 regeeidng bevestigt thans is. Yqj. 6 esbuder van Cervera ver- Ne offic: 6^rg's';eren-ochtend wist men 0tldergan 66 n°g steeds niets van Cerve- en bleven dus de Amerikaan- ei*illelon. 62) El>TlENDE hoofdstuk fe lit' VerdwHnenderln' Welke de™d oft deft' «n Sr, °0kL de korte "ren Vvea6 ®ch Ve zon de h het scboone \t ®r a dl,vven ft duisternis weggevaagd s°hr«H 6t avond 6 j ^00 sprak C-V o krUisen on t«afgelegen Plekje, ziL a' Ziiftder den L 6 graven gepunt Was hem alsof de schimmen sche berichten «officieel" ook groote ver wondering wekken. Wel was men er van overtuigd, dat de torpedojagers Pluton en Furor verloren waren, maar dit kwam geheel op rekening der Spaansche bemanning zelve die «uit eigen wil" de schepen tot zinken had gebracht, zoodat de Amerikanen zich ook daarop alweer niet konden beroemen. Thans heeft eindelijk de minister-president Sagasta de olficieele bevestiging der ramp ontvangen van de familie van admiraal Cervera, die op haar beurt het onheil vernam van de geredde schipbreukelingen der Spaansche vloot. De Oquendo is verbrand aldus luidt thans Sagasta's verklaring de Infante Teresa gezonken en admiraal Cervera is krijgsgevangen. Intusschen blijven de berichten van Ameri- kaansche, zijde betrekking hebbende op de vernieling van Cervera's eskader, de kleinste détails vermeiden. Zoo wordt o. a. omtrent het verbranden van de Oquendo de volgende bijzonderheden gemeld De Oquendo strandde het alleerst, acht mijlen westelijk van fort Morro, iets verder westwaarts gevolgd door het admiraalschip. Hare vlammen hadden de kruitmagazijnen bereikt, zooals de snel elkander opvolgende knallen verkondigden. Velen van de beman ning zwommen naar het strand, waar de Amerikanen naderhand mariniers ontscheep ten, om de Spanjaarden te beschermen tegen de wraakgierige benden Cubanen. Toen de liscaya twee mijlen verder weswaarts, ge heel in vlammen staande, strandde, vulde een geweldige knal het luchtruimde com mandant had de Viscaya in de lucht laten springen, daarbij zelf snevend. Alleen de Colon bleef over haar superieure pantsering en de snelheid van haar vaart stelden haar in staat nog vier uren lang den ongelijken strijd vol te houden. Andere bijzonderheden omtrent den zee slag bevestigen eenvoudig, dat de Span jaarden niet de minste kans hadden tegen- zijner dierbare afgestorvenen in zijne nabij heid waren. Inwendig geschokt stond hij op en keerde, in diep gepeins verzonken, naar zijne woning terug, om er zich voor te bereiden tot de belijdenis zijner zonden, welke hij den volgenden morgen voor zijn vromen gast afleggen, en hem om de hei lige Communie verzoeken wilde. Vurig ver langde hij naar deze hemelsche Spijze, en geheel zijn wezen teekende een oprecht berouw, en tevens die opgeruimdheid van geest, welke hij gevoelt, voor wien het uur nabij is, waarop hem het ten deel valt vergiffenis zijner zonden te verwerven en zich met God te verzoenen. Terwijl Morgan zich aldus voorbereide, hulde de dag, die zijn einde nabij was, zich in vale schemering, en weldra daalde een rouwfloers van den sterrenhemel neder, om eene sluimerende wereld te overdekken. Eenzaam blikte de avondster op het door mensch en dier verlaten pad, en terwijl alles rustte, en eene plechtige stilte haren scepter over het halfrond zwaaide, was de Heer der schepping alleen wakende. Vrien delijk blikte Hij op zijne schepselen neder Hij, die ook in het duister hunne levensbaan doorschouwtHij, die zich verheugt, als over de Amerikanen, wier voortreffelijk geschutsvuur den uitslag bepaalden. Allen roemen Cervera's heldenmoed. Kalm bleef hij op de scheepsbrug der Texas staan, toen het schip reeds een vlammend wrak geworden was. Telkens ontploften de gra naten om hem heen, en telkens werd hij verborgen achter de rookwolken, doch zoodra de rook maar eenigermate was weggetrok ken, zagen hem de Amerikanen dan weer staan, onversaagd en tartend. Bij het uiteengaan van den ministerraad welke gisteren te Madrid werd gehouden, namen de ministers een strikte reserve in in acht. Naderhand blijkt echter toch be kend te zijn geworden, dat de ministerraad besloten heeft geen vredesonderhandelingen te openen, maar den oorlog voort te zetten, zoolang er een Spaansche soldaat op Cuba zal zijn. Intusschen wint meer en meer de meening veld, dat de oorlog nu moet eindigen. Volgens een particulier telegram uit Berlijn, oor deelt men aldaar, dat Spanje nu aan de •ter voldaan heeft en trachten moet vrede te sluiten. Verdere tegenstand zou niet in het staatsbelang zijn oorsprong vinden, maar in zekere partij-belangen van de regeerende kringen en in een vagen angst voor de dynastie. Volgens particuliere telegrammen uit Madrid bestaat er kans op een wijziging van het kabinet ten bate van den vrede, en vermindert de krijgszucht van het Spaan sche volk, in weerwil van de olficieele ver klaring dat de oorlog tot het uiterste ge voerd zal worden. De Vossische Zeitung noemt het Don Quichotterie, indien Spanje den oorlog wilde voorzetten naar het oor deel van de democratische Volkszeitung zou dit razernij zijn, maar zou het wel in de methode van de regeerende partijen liggen, om het volk zand in de oogen te strooien tegenover de zonden van de heerschende kaste. De conservatieve Reichsbote zegt dat Spanje moedig den laatsten stap moet doen en altreden als een macht in Europa en de menschen, zijne geliefde kinderen, op de wereld veel tot het goede hebben bijge dragen Hij, die zich verheugt, als een hart aan deugd is getrouw gebleven en de ondeugd moedig heeft weerstand gebo den Hij, die zich verheugt, als des menschen geest naar licht en waarheid streelt en den band der dwaling verbreektHij, die vol liefde nederziet op den zondaar, als deze met een gevoel van oprecht berouw op zijne borst klopt, stille tranen weenende. Dit goddelijk oog zag voorzeker thans ook op Morgan neder, die zich gelijk reeds gezegd is, biddende voorbereidde op den volgenden morgen, die voor hem zulk een heilvolle, zulk een zalige dag moest zijn. Ook thans nog, terwijl de nacht zijn donkeren sluier over de aarde uitspreidde, was de omstreek verrukkelijk schoon, Door de diepe duisternis brak het flikkerend sterrengewemel, en de gehsele hemel scheen als met goud bezaaid. De rrooljjk dartelende vogels rustten in het groene loof der boomen, door welke de liefelijke vrede Gods suisde, De geur der bloemen trok als een aange- namen wierook over den bodem henen, en de dwaallichtjes huppelden in de zonder lingste gedaanten hoven de moerassen. als koloniale mogendheidhet moet vrede sluiten. De Vossische Zeitung bevat een correspon dentie uit Madrid, waarin wordt gezegd, dat de ontevredenheid met de bestaande regeering in Spanje stijgende is en dat een revolutie er langer hoe meer waarschijnlijk wordt. Men vermoedt dat na den oorlog een groote afrekening zal plaats vinden, helaas niet zonder ernstige beroeringen zal plaats grijpen. De Indépendance Bëlge bevat een telegram van haar correspondent te Weenen, waarin wordt gezegd, dat door de Fransche regee- een nota is gezonden aan de mogend heden, om op Spanje invloed uit te oefenen, ter verkrijging van den vrede. Deze nota is te Weenen zeer goed ontvangen en de Oos tenrijk Hongaarsche regeering is volkomen geneigd deze nota te steunen. Een draadbericht uit Madrid meldt, dat Gamazo een langdurig onderhoud heeft ge had met de Regentes en daarna een lang durig gesprek met den minister van buiten landsche zaken, hetgeen zeer de aandacht heeft getrokken. Volgens Sagasta is er sprake van staatkundige kwestiën, waarover men het geheim moet bezwaren. Meri zegt, dat er gedacht wordt over wijzigingen in het ministerie, maar de ministers ontkennen het bestaan van een crisis. Van het oorlogstooneel komt weinig nieuws, hoewel de telegrafische gemeenschap met Santiago hersteld is. De Spaansche regeering heeft geen bericht ontvangen van eea bombardement van die stad. Een ander telegram van Cuba meldt, dat kolonel Escario Santiago is binnenge komen. De buitenlandsche consuls hebben verkregen, dat het uitstel van het bombar dement tot 5 Juli 's morgens 10 ure werd verlengd, opdat de vreemdelingen, vrouwen en kinderen, de stad kunnen ontruimen en de Spanjaarden tot dien tijd geen vijande lijke daden bedrijven. De Spaansïhe bevel hebber heeft daarin toegestemd. Eensklaps stoorde een harde vuitslag op de deur van het heerenhuis Morgan in zijne aandacht. Hij legde het gebedenboek ter zijde, nam het licht van de tafel, trad nkar de deur en vroeg, wie het was, die ver langde binnengelaten te worden. Zombo, uw getrouwe slaaf! zoo liet zich van buiten de welbekenden stem des negers hooren. Veheugd schoof nu Morgan den zwaren ijzeren grendel weg, en Zombo trad binnen. Wel zoo, mijn vriend, gij hebt mij lang doen wachten, en ik meende reeds, dat ook gij mij verlaten hadt. Zoo sprak Morgan zacht berispende, terwijl de slaaf hem de lamp eerbiedig uit de hand nam en hem naar zijne kamer voorging. Welnu, waar blijf nu Wiggins Ben ik dezen mensch zoo geheel vreemd geworden, dat hij niet komt, als ik hem zoo vriendelijk ten mijnent laat uitnoodigen Hij, die, toen ik nog in geluk en voorspoed verkeerde, er trotsch op was, van mij als van zijn besten vriend te spreken Zombo, de anders altijd zoo onderworpen slaaf, richtte nu zijne herkuiische gestalte trotsch in de hoogte, kruiste Je armen over de breede borst en zweeg. Wordt vervolgd.) nieuwe schiedamsche courant iiiiiiimwiiiii:Hiniiiii EN WETHOUDERS VAN *o. Op ll tiOg 1,1 Si iftj I %<^^rv„hadl„ser

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1898 | | pagina 1