Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
ïrï'iJk
2lste Jaar
Zondag 11 September 1898.
No. 6191.
bureau ^ofersfroaf 50.
E BLAD.
fs
s>V
W. ^arijsche Kroniek.
Vtr -gi^e .t0ek°mSt met al Wat ZIJ
Yervolg Binnenland.
V
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT
PB IJS VAN DIT BLAD:
V
°°r Schiedam per 3 maanden1.50
^ranc° per post door geheel Nederland -2.—
'Wonderlijke Nummers - 0.05
PRIJS DEK ADVERTENTIÈN:
Van 16 regels ƒ0.60
Elke gewone regel meer lj 1-0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
s |a §ebeurtenissen hebben zich hier
^"'eid Qtste veertien dagen met groote
J da4r °PSevolgd. De gevangenneming en
i|°0r^ Vfrfj ^na dsidelyk gevolgde zelf-
bljjj stl luitenant-kolonel Henry waren
Ke>jl °lstralen uit een blauwen hemel.
J6 T)reyfusianen
houden
van vreugde ju-
de tegenstanders toch on.
«cgguovauucio tu^u uu>
d 0 ^roote beteekenis der ontdek-
cbef. 6 kdsf van 1896, een door een
ls van f
j^^ht Vaö den 8eneralen staf vervaardigd
f ,8tt pa y*s' ontkennen en hoewel twee
re 0 veroordeeling van Dreyfus ge-
Hi het°6t ^eze onverklaarbare daad met
C he eepertI1O0hen onstaan dat dit wellicht
*tlt 'de k^6 knoeier« is waarvan de ver-
vel 9 0(hst 61 s'acbfoffer werd. Onder
Sie*9 hie and'gheden is het natuurlijk dat
het"'11^ Vat[°e°er l°rmeel tegen eene her-
tij ^tik 'l ^8t vonn's vvaren, thans aan
h«r de VQq 611 worden gebracht. Hierdoor
ho ^®^0MSlanders eener revisie veel ster-
Det6n en 's z9 n'et meer te voor-
W Va'1 ook n'et te loochenen dat
Q 0rö geheimen van 's lands ver-
thaanj'en'Jaar te maken sinds een
hi
öuiuö ecu
he,. I(l''chtinen Vee' verminderd is. De dienst
tij^0|'ëati1Ser^®n bij den Generalen staf is ge-
^rd
"Hf ®6®n g i en zoogenaamde geheimen
en^6'?1011 meer daar de kranten'
hüs
i\Lf. ejl weer uaar ue Kianien-
^hit.^b du* 6 kanselarijen 20 a"en kennen.
hu^blan,} "s Serust den zak leegstorten, het
h 6r D'ets meer hoor te weten
te^'histgj, et Publiek niet reeds lang weet.
H^'ist4an(teVa.n oorlog Cavaignac was niet-
6r' dat jj2bne lormeele verklaring in de
op btej, 'eyfus schuldig was en waar-
tla^hele 6 °"ïcieele kennisgevingen nog
L9reb tochUblieke geb°uwen kon zien
0hd« Wi|(j scbijnbaar niet zoo overtuigd
hei^elt (je^ hoen gelooven en begon een
ho ^'echti„r Stakken waarvan hij de echt-
he6;°rithekiv^. Jerzekerd bad. Hij komt tot
®h )aatö hat kolonel Henry geknoeid
kena arresteeren en naar den
"len
d(io rt "*ierip„ f" wu
v#t> 0Qh o. 1 oeren) waar deze zichzelven
4chten l' Nu kon men niet anders
hat de man door wiens
onverwachte onthulling was
ua» I """*«>'"'6 vva;
ij ilkbe^jj men' he geheele verant-
hfgjj ^anjg ®rvan op zich zoude nemen
sotiri &'0e
r%; 561 is 6gemo0t gaan. Doch het
^«liit Va° hpetSChied' De Cavaignac die de
v°nnis Dreyfus bijna nood-
z\jn D„e' Wl1 er niets van weten en
r^t, w ,nu bet er op aankomt te
"hien 9 gezegd heeft te zullen
81... 6.V.- er Over ..1...U
'echt,.96£|igen ^ve.r ho schuld van Dreyfus
^1, borden Wth'e' zouho ontstaan, niet
aarVan waren. Het ministerie-Bris-
l me,erd0rheid voor de her-
°o ls' beeft dus een minister
f6
V«f,
l«n
'Van j
«estPJ!f meerherheid voor de her-
log
"^oorderfu zoeken hie deze zwa-
«h dez °P Zich durlt te
e m den Commandant
van Parijs, den generaal Zurlinden ge
vonden van wien dus te verwachten is,
dat hij de herziening van het vonnis met
al zijne gevolgen, waarvoor Cavaignac nog
Maandag verklaarde terug te deinzen, en
welke hij waanzinnig noemde, aanneemt.
Ook generaal de Pellieux, zoo bekend
door zijn krachtig optreden in het proces-
Zola, schijnt nog onwankelbaar in zijn over
tuiging in de schuld van Dreyfus. Na het
gebeurde met kolonel Henry, zond de heer
Paul Meijer, directeur van de school van
schriftkundigen, hem zijn kaartje met de
woorden»oprechte deelneming" waarop
de generaal hem het zijne terug zond met
het volgende opschriftïOprechten dank voor
»uwe kiesche en intellectueele attentie.
Kraait echter niet te spoedig victorie. Bloed
»is er gestort en ge trapt er met vreugde
»in. Doch uw treurige cliënt is nog niet
ngered, verre van daar."
De minister van Justitie Sarrien, van wien
men altijd beweerde dat hij niet tegen de
revisie was, schijnt uu het er op aan komt
eenige dagen van beraad te wilien nemen,
daar hij aan zijne collega's te verstaan heeft
gegeven, dat hij niet voor Maandag den 12den
dezer de zaak genoegzaam kan hebben nage
gaan. Er werd besloten dat eerst na dit
onderzoek de ministerraad weder bijeen zal
komen.
Bij al deze politieke beslommeringen welke
de stemming niet opvroolijkten kwamen nog
de even onverwachte voorstellen van ont
wapening, van den jeugdigen Tsaar, waar
van men hier niets van te voren moet
geweten hebben, noch de Fransche gezant
te Petersburg, noch de minister van buiten-
landsche zaken, als uit de lucht vallen.
Indien Frankrijk werkelijk niet gepolst
werd, dan kan deze onbeleefde handelwijze
van den Tsaar tegenover het bevriende
Frankrijk niet genoeg gelaakt worden, want
is er eene mogendheid die op de conferentie
van ontwapening eene zeer speciale positie
zal innemen dan is het voorzeker Frankrijk
met zijne ontnomen provinciën, waar voor
het nu wel geen oorlog zal beginnen, doch
waarvan het toch ook zeker niet voor de
tweede maal den afstand zal teekenen en
zullen de overige mogendheden te zamen
het dan tot ontwapening dwingen? -Hoe
gaarne men ook aanneemt dat het plan
van den Tsaar uit liefde voor de mensch-
heid en den vrede onder de volken is ge
boren, toch is den verwezenlijking er van
vol gevaren en zoo het waar is, wat de
Russische bladen schrijven, dan zoude het
voorstel in Rusland niet alleen verbazing
doch zelfs angst verwekt hebben. Het
is nog onbekend wat het ministerie in deze
zal besluiten te doen, doch indien de vraag
in de Kamer gesteld werd om naar de
conferentie te gaan of niet, dan is er veel
kans dat Frankrijk er niet heen zal gaan
tenzij de ministers er toe besloten zonder
de afgevaardigden te raadplegen of wel dat
bevredigende mededeelingen den toestand
veranderden. Zoo als de geest zich thans
uitlaat wordt het voorstel van Nicolaas II,
hoe nobel ook van opvatting, eerder als
een valstrik en struikelblok voor de Fran
sche staatkunde, dan een roemrijk begin
van vrede en heil voor de twintigste eeuw
beschouwd.
Het academielid Ferdinand Brunetière van
de Revue des Deux Mondes, veronderstelt
dat het plan niet in overleg met andere
mogendheden is opgemaakt. Als ideaal is
het alles wat den Tsaar tot eer kan strek
ken, doch de uitvoering zal op ontelbare
moeilijkheden stuiten. De conferentie zal
nog zoo spoedig niet bijeenkomen en wie
weet of het wel ooit gebeuren zal
Den 31sten Augustus kwamen een 25-tal
Nederlanders, vele landgenooten waren nog
in 't buitenland, op de receptie van H. M.'s
gezant, hunne hulde betuigen met het feest
zoo oprecht en schitterend gevierd. De gezant
ontving ons in groot uniform, bijgestaan dooi
den Raad van Legatie jonkheer Van Weede
in zijne prachtige met vele kunstwerken
versierde salons. De vice-president der
Ned. Vereeniging voor Liefdadigheid, de
heer B. Sthröder, las een korte toespraak
voor, hem door den heer Buisman, president
der Vereeniging, wegens ongesteldheid toege
zonden. Deze rede werd door den gezant
beantwoord met het voorstel een Leve de
Koningin aan te heffen eu een glas cham
pagne op Hare gelukkige en lange regeering
te ledigen. De kolonel Merritz van het
militaire huis van den President en de
heer Molard onderdirecteur van het protocol
kwamen namer.s de Fransche regeering
hunne gelukwenschen aanbieden.
Aan het feestdiner bij Marguery gehouden
zaten 35 gasten aan. De gezant presideerde
en dronk op de Koningin en Koningin-
Regentes. De zaal en tafel waren fraai
met vlaggen en bloemen getooid en een goed
muziekkorps speelde onder meer het»Wil
helmus" volgens oude toonzettingen zoo bleef
men lang gezellig bijeen. Deze feestjes
werden Zondag 4 September besloten met
eene bijeenkomst in de Salie Vantier
Avene de Clichy, ten einde de troons
bestijging van H. M. Koningin Wilhel-
mina gezamenlijk te vieren. De heer
van Lier, onze consul-generaal, sprak de
feestrede uit, dit was dus in goede handen,
en de Soeiélé Chorale zong eenige liederen,
waaronder de vaderlandsche natuurlijk niet
ontbraken. Het feest van Nederland werd
hier dus niet vergeten en zoo goed als dit
in den vreemde mogelijk is, medegevierd
doch aller harten togen gedurende deze
dagen in gedachten naar het land waar zij
geboren werden en dat hun boven alles het
liefst gebleven is.
Fidélius.
Parijs, 27 Aug./9 Sept. 1898.
De lnhuldigingsfeesten te 's-Gravenhagc.
Omtrent den dag der »blijde incomste"
worden nog de volgende bijzonderheden
gemeld
De I n t o c ht.
Na de begroeting van den Commissaris
der Koningin, den Burgemeester en de
overige leden van het Dagelijksch bestuur
sprak de Koningin in de wachtsalons met
de presidenten der Kamers en met elk der
ministers een enkel woord. Tot minister
Eland zeide H. M. o. a.Het is gelukkig
goed afgeloopen," zoodat daaruit mag wor
den opgemaakt, dat de minister zijn leed
wezen betuigde over hetgeen eergisteren
te Amsterdam met het steigerende paard
is voorgevallen.
Zoowel aan de leden van de feestcom
missie als later nog eens afzonderlijk aan
den voorzitter, graaf Van Bij landt, betuigde
de Koningin haar dank voor hetgeen zij
hadden voorbereid. Bij den uitgang keerde
de Koningin terug om zich met andere der
aanwezigen te onderhouden, zoo zeide zij
o. a. tot den burgemeester»U wachten
drukke tijden, burgemeesterwij hebben
in Amsterdam een heerlijke ontvangst ge
had in de prachtig versierde stad."
Daarna werd het Wien Neerlandsch
Bloed door de aanwezige dames aangeheven
Het refrein maakte plaats voor een daverend
hoezee, dat als 't ware overgenomen door
do toeschouwers op het plein daverend in
de lucht en zich verder op straat voort
plantte.
Brandend scheen de zon op de dichte
rijen kijkers in de Rijnstraat en nu en dan
moest er een naar de ambulance worden
gebracht. Eindelijk komt er beweging in
de levende hagen, ter weerszijden van den
te volgen weg geschaard. Het Wilhelmus
wordt gespeeld, de tamboers slaan den
roffel de geweren worden gepresenteerd;
en het nabij het station opgestelde eere
vendel zet zich in de positie.
Hare Majesteiten zijn in het fraaie ivoor
kleurige statierijtuig gestegen. De stoet
zet zich in beweging en schrijdt langzaam
voorwaarts. Een gegons van stemmen,
eerst onduidelijk, maar later zich oplossende
in den jnbelkreet »leve de Koningin van
de opeengepakte menschenmassa. Hoeden
worden in de lucht geworpen, met zakdoeken
en Oranje wordt gewuifd en van mond tot
mond weergalmt »leve koningin Wilhelmina".
Het volk is als geëlectriseerd, vol geest
drift voor zijn Koninginlief, minzaam
wuivend met haar zakdoek, neemt Koningin
Wilhelmina deze huidebetoogingen aan van
haar verheugd volk en zoo trekt de stoet
voort, overal op gelijke wijze gegroet.
Terwijl de stoet zich in beweging zette,
trad uit het »Gebouw van Kunsten en
Wetenschappen" een schare mannen te
voorschijn, aan wier hoofd het muziekkorps
der Vlaardingsche schutterij marcheert, dat
een vroolijken marsch speelt. Het zijn leden
der Militaire Willemsorde, die op deze wijze
hun Koningin hulde brengen. Achter hen
treden andere militaire vereenigingen,
daarop volgen de werklieden-vereenigingen,
waaronder de afd. 's-Gravenhage van den
Ned. R. K. Volksbond. De militaire ver
eenigingen scharen zich ter eene, de bur
gerlijke ter andere zijde. Het. aantal leden
dier vereenigingen is 5000 maar ze konden
niet allen worden toegelaten, daarom werden
deputaties gevormd, in het geheel ter sterkte
van ongeveer 2000 personen.
Een weinig verder staat in schitterende
kleeding opgesteld. H. Ms. eerevendel
«Koningin Wilhelmina." De soldeniers 60
in getal, dragen een zeemleeren buis met
fluweelen kraag en mouwen, bruin fluweelen
broek met lage schoenen en grijze kousen,
alsook bruin fluweelen baret,"alles afgezet
met de zwartgele (Haagsche kleuren) linten,
en een breede oranjesjerp over den schouder.