Dagblad voor Schiedam en Omstreken
Kleindochter des Houtvesters.
21ste Jaar or
Woensdag 30 November 1898.
No. 6258
bureau !$oter$tvaat 50.
^UühkeN overzicht.
en. i lleton.
8,
83)
8aar
PRIJS TAN DIT BLAD:
^°°r Schieaam per 3 maandenf 1.50
franco per post door geheei Nederiand - 2.
Nfzonderiiike Nummers - 0.05
WWHWIIWW0UW
PRIJS DER ADVERTENTIÊN:
Van 16 regelsƒ0.60
Elke gewone regel meer-0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
29 November '98.
j)e De zaak-Picquart.
^'C(^uart 's een n'euwe phase
®6tier n' nu zij het onderwerp is geworden
De 'nterpellatie in de Fransche Kamer.
^atie]V00rz^ter c'er Kamer, de heer De-
het ^6e'de gisteren roede, verzoeken
^hen kouden van een interpellatie te
®n MniVangen van a^Sevaarthgc'en
st«l ya assabuau. Fournière verzocht uit
gil de hegiadslaging gedurende ander-
daar Bos afwezig was. Hierover
hit*,»? e®nige moeielijkheid om tot een
o
Le *°tnen, gestemd het voorstel tot
r*or,
h
'eek met 252 tegen 244 stemmen
*®l(je ltltusschen binnengekomen, ontwik-
'5 tot,;1'1'1 Nterpellatie. In de zaak-Picquart
NkljejJ1106 n>ets dan kwade trouw ont
tilt d)' ^et Dof van Cassatie wil helder
taa) Q. 611 Va"en °P den aanval van gene-
rpen.
r°nse.
zaak
be t
8lj Picquart is een historisch feit.
h»ri gt dat minister Freycinet het recht
i zich i
•igsr leg®n de bijeenroeping van den
°P 12 December te verzetten.
°°rdeei ,°est voorkomen dat de krijgsraad
Ca 6' V°°r ket vonnis door het Hof
he|SSatle Sewezen is. Generaal Zurlinden,
^bberi°°N heeft, dat de revisie zou plaats
8®eft verraad aan zijn woord ge
elde en ^°t de ordeBos, voort-
'h g4tiCT Zegt, dat, nu het verzoeningswerk
^'lons5 'S' reSeering den krijgsraad moet
i. Qieen -j;_
zijn zitting uit te stellen.
«t gen
intSa^Uau> die na Bos sprak, ontwikkelt
jj- rPe8atie in tegenovergestelden zin
ke^cin V°°rgari8er- Dij zeide dat minister
'de t6' n'et kan en niet mag tusschen-
^°0r De spreker werd herhaaldelijk
pU'terste linkerzijde in de rede ge-
6 rechterzijde riep«Het land wil
n r®de i"
«trthou
zegt, dat hij gereed is, de ver-
h.*^°edSt artn<^6 Thusnelda de kamer binnen.
W °ok TtaVgi-j klaar z«t *-nnSi> Sophie is
üi^St, a) lk hen al even bij grootpapa ge-
h en tu 2eer verheugd was mij weer te
w ook u vvenscht te begroeten.
m^hna's6 "aar heneden gaan
et aar7 I 1 hegon heftig te kloppen en
JGij elenden tred volgde zij hare nicht.
J?ba( voor grootpapa schrikken,
aerftl ant hij draagt een groen oogen-
0 xjei?n een blauwen bril. Wanneer hij
v°S«n geweest is, lijden ook steeds de
e^rag®n ^an het helle licht niet
k°g,hbh k'laa'de verruimd adem, voor het
0,althans was het gevaar van her-
S°Phi gewend-
voegde zich thans bij haar en
klaring van Poincaré te onderschrijven, daar
deze de waarheid uitdrukt. Deze ver-
valschingen zijn ontzettend. Cavaignac, ex-
minister van oorlog, wil spreken, doch wordt
ontwangen met de kreten hou hou Poincaré
voegde aan zijn verklaringen toe, dat de
stilzwijgendheid hem op het gemoed begon
te drukken. Ik ben gelukkig, zegt hij, de
gelegenheid aan te kunnen grijpen, om te
zeggen wat ik wist.
Minister Freycinet zegtWij hebben aan
het Hof van Cassatie de mededeeling van
alle dossiers niet geweigerd op grond van
het belang der nationale verdediging, maar
de militaire rechtspraak heelt eveneens
recht op dezelfde mededeelingen en de
Kamer moet de onafhankelijkheid van de
justitie eerbiedigen.
Millerand zegtwij hebben het recht de
regeering te vragen generaal Zurlinden uit
te noodigen zijn bevel te wijzigen.
Minister-president Dupuy zegtwij aan
vaarden geen motie met betrekking tot de
opschorting, want dit zou een aanslag zijn
op het principe van de scheiding der licha
men, welke ons zou voeren tot ingrijping
in het arbitraire raderwerk. Wij eerbiedigen
de beslissing der justitie.
Een motie van vertrouwen wordt daarop
aangenomen met 437 tegen 73 stemmen
na verwerping van de motie, waarbij de
regeering wordt uitgenoodigd den krijgs
raad verdaging van het proces-Picquart te
verzoeken met 411 tegen 87 stemmen.
Het slot der interpellatie ging door het
rumoer verlorende spreker verliet de
tribune, te midden van ironische toejui
chingen van de linkerzijde. Millerand zeide
dat de krijgsraad moet verdaagd worden
het is de plicht der regeering die ver
daging te gelasten. Minister Freycinet, die
de opperste chef is van generaal Zurlinden,
kan den datum van de bijeenroeping van
den krijgsraad wijzigen.
Poincaré zeide, dat men het leger niet
moet verwarren niet onvoorzichtige per-
gezamelijk gingen de drie dames naar be
neden, doof een rij van vertrekken naar de
zaal waar de eigenaar van Bodenwald zich
bevond. Anna had geen oog voor de solide
pracht om haar heen, zij blikte slechts op
den grijsaard, die daar aan een tafel zat
met Thusnelda's geschenken er op en eenige
couranten en tijdschriften, waarmede hij
zich in den regel de avonden kortte.
Toen de deur geopend werd, stond hij
langzaam uit zijn zetel op en trad even zoo
langzaam de binnentredenden eenige schre
den tegemoet. Zijn gestalte was nog hoog en
ongebogen, maar het haar was sneeuwwit
geworden en omgaf in dichte lokken het
gezicht, dat ondanks scherm en bril, aan
Anna's vorschenden blik maar al te bekend
was. Opnieuw moest zij zich geweld aan
doen om hare ontroering te verbergen want
zij hoorde Thusnelda zeggen
'Grootpapa, hier breng ik u Sophie Dorner
en mijne lieve vriendin, Anna Herfeld."
«Ik heet u hartelijk welkom, dames",
klonk het vriendelijk antwoord, «en ik hoop
van harte, dat u het verblijt in het stille
Bodenwald bij den ouden zieken man, eenige
weken bevallen zal."
«O, wij blijven nog langer grootpapa,"
soonlijkheden. De vervolgingen hebben het
karakter van weerwraakde ongerechtig
heden verbitteren ten slotte.
Andere falsarissen dan Picquart zijn niet
vervolgd. Het eenige bewijs van de schuld
bestond in 1894 in het borderel. Geen
minister noch minister-president heeft van
bekentenissen van Dreyfus, door Lebrun-
Renault opgeteekend, hooren spreken. Lebrun-
Renault, ondervraagd door den president
van den ministerraad, heeft niet gesproken
van bekentenissen van Dreyfus. Toejui
chingen op alle banken.)
De Siècle deelt mede, dat mevrouw Dreyfus
het volgende telegram van haar echtgenoot
heeft ontvangen: «Ik verheug mij met jelui
allen. Mijn geestelijke en lichamelijke ge
zondheid verkeert in goeden toestand."
Zaterdag is uit Pauillac de mailboot
Labrador naar Martinique vertrokken, die
de documenten heeft mede genomen, welke
het Hof van Cassatie aan Dreyfus doet
toekomen. Een ambtenaar van de kolonie
Guyana zal de stukken op Martinique in
ontvangst nemen.
In tegenstelling met sommige Duitsche
bladen vindt de Germania geen reden over
het staatkundig succes van 's Keizers reis
te jubileeren in opgeschroefde artikelen.
«De al te hoog gespannen verwachtingen
van verschillende evangelische ijveraars zijn
niet in vervalling gegaan evenmin als de
bange voorgevoelens waardoor zich onze
westersche naburen lieten overmeesteren,
zegt het blad. Wel echter hebben de
Duitsche Katholieken alle reden den Keizer
hartelijk dank te zeggen voor zijn heerlijk
geschenk op de H. plaatsen." Nog eens
terugkomende op de protectoraatskwestie
en de aftreding van den gezant Von Bülow,
waarbij natuurlijk eenige seitenhiebe aan
het adres van den Univers niet konden
achterwege blijven, acht de Germania de
hartelijke dankbetuiging van den H. Vader
voor de schenking der Dormitio den besten
waarborg voor een ongestoord voortbestaan
onderbrak Thusnelda, «de professor, die mij
behandelt, is op reis."
»En dat bevalt mijn wildzang zeker,
niet waar?" vroeg de slotheer hartelijk.
»Mag ik de dames thans verzoeken plaats
te nemen."
Sophie Dorner sprak thans haar leedwezen
uit den baron lijdend te zien, het tevens
betreurende, dat hij om harentwege zijne
kamer had verlaten.
»Ik moest u toch immers begroeten,"
klonk het beleefde antwoord, »en u, juffrouw
Herfeld, teveds mijn dat:k betuigen vooi de
bereidwilligheid, waarmede gij Thusnelda's
verzoek hebt ingewilligd".
«Mijnheer von Bodenwald begon Anna,
maar bleef toen steken want zij meende
den vorschenden blik des. barons op zich
gericht te zien.
«Ik ben er uw grootvader en uw tante
evenzeer dankbaar voor. Gij ziet hoe goed
ik door Thusnelda van uwe familie op de
hoogte ben."
«Anna's grootpapa woont in een groot
bosch, zij heett mij daar veel van verteld",
onderbrak Thusnelda haastig.
«Daarvan vertelt gij mij morgen op mijn
kamer, kind," wees de slotheer met lichten
der goede betrekkingen tusschen Duitsch-
land en den H. Stoel.
De Duitsche bisschoppen hebben op voor
stel van kardinaal Krementz besloten den
Keizer in een adres dank te zeggen voor
de schenking van het terrein bekend als
la «Dormitiou de la Sainte Vierge", te
Jeruzalem.
Volgens gelijkluidende berichten uit
Munchen, Stuttgart en Karlsruhe, heeft de
Keizer met den regent van Beieren, den
koning van Wurtemberg en den groothertog
van Baden ook over de Lippesche kwestie
gesproken en eene bevredigende regeling
voorbereid. In welken zin wordt niet gemeld.
Het bericht van de voorbereiding eener
Duitsche expeditie op groote schaal naar
het meer Tsjad, in Afrika, wordt bevestigd.
Ofschoon de toegang tot dit meer en het
bezit van een klein gedeelte van den oever
krachtens internationale bepalingen van het
Duitsche Rijk verzekerd zijn, acht men het
te Berlijn wenschelijk ook door een feite
lijke bezetting een daad van souvereiniteit
te stellen en het Achterland nog meer dan
tot dusver geschiedde, dienstbaar te maken
aan de belangen der Koloniën, Daarin alleen
zegt de Kölnische en niet in verreikende
plannen vindt deze expeditie haar verklaring.
Aan iemand die schriftelijk aan den
minister van koloniën Chamberlain had
gevraagd of de Engelsche regeering niet
voornemens was in de Transvaal tusschen
beiden te komen en de nieuwe belasting
op de goudmynen te verhinderen, heeft de
minister doen antwoorden dat de regeering
der Boeren volkomen bevoegd was in haar
land zulk een belasting te heffen. Of het
verstandig is, de goud-industrie in Trans
vaal nog verder te belasten, moest de
minister geheel aan het oordeel der Trans-
vaalsche regeering overlaten.
De Spaansche zaakgelastigden ter vredes
conferentie hebben de Amerikaansche
vredesvoorwaarden aangenomen, d. w. z.
toegestemd in den afstand van de Filip-
nadruk zijn bespraakte kleindochter terug
en wendde zich toen tot Sophie om even
eens naar hare moeder te vragen.
Kort daarop meldde een bediende dat
het souper gereed stond en opende
de hooge vleugeldeuren der aangrenzende
eetzaal.
De slotheer stond op en bij deze bewe
ging viel zijn stoa op den grond. Anna
raapte hem haastig op en hem van haar
overnemend zeide de baron vriendelijk
«lk dank u zeer juffrouw Anna, en ver
zoek u teTens u naar tafel te mogen gelei
den, dat wil zeggen, als ik u mijn iinkerarm
mag aanbieden".
Een plotselinge gedachte vloog door Anna's
hoofd en licht blozend vroeg zij
«Laat mij u integendeel tot steun zijn,
heer baron, mag ik..." en snel aan zijne
zijde tredend, reikte zij hem den arm,
daarbij, zich zelve onbewust, met kinderlijk
vertrouwen de oogen tot hem opslaande.
Wordt vervolgd.)