Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
Weergevonden.
22ste Jaar«;.
Zaterdag 14 Januari 1899.
No. 6295.
bureau ISofer straat 50.
PRIJS TAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco Der dost door geheel Nederland
Afzonderiiike Nummers
f 1.50
- 2.
- 0.05
PRIJS DFR ADVKRTENTÏ ft N:
Van 16 regeisf 0.60
Elke gewone regel meer-0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
0FFICIEELE BERICHTEN.
Kennisgeving.
ïöriclitingen welke gevaar, schade of
hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en wethouders van
Schiedam,
Gelet op de bepalingen der Hinderwet
Geven kennis aan de ingezetenen, dat op
jjederi aan J. Bax en zijne rechtverkrijgen
den vergunning verleend is tot oprichting
een slachterij in het pand aan het
^roersveld no. 117s, kadaster sectie B,
n°- 1580.
Schiedam, den 12den Januari 1898.
burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De Secretaris,
VERNÈDE.
Kennisgeving.
De Burgemeester van Schiedam,
F eu iliet o n.
2)
Nochtans haastte hij zich om boven te
komen. Toen hij op de tweede verdieping
kwam, versperde een buurvrouw hem
den weg
»Niet zoo haastig, Séverin..., niet zoo
haastig...., er is een ongeluk gebeurd
«Een ongeluk... wat? waar? bij wien?"
«Bij uhet kind is gevaarlijk ziek."
Welk kind Paul, mijn kleine Paul Kom,
buurvrouw, dit is niet mogelijk? Van mor
gen nog was..."
«Helaas, een toeval
«Welk toeval, hoe wat overreden
Hebt gij ooit een tijger, door den kogel
*an den jager gewond, hooren brullen Zoo
ging Séverin te keer. Hij rende of liever
hij vloog de trappen op, terwijl hij vreese-
hjke kreten slaakte.
De bliksem is niet vlugger dan hij het op
dit oogenbhk was. Hij was reeds naar bin
nen geloopen, en daar aanschouwde hij een
tooneel om hem krankzinnig te maken het
kind in zijn klein, ijzeren bed gelegen, zijn
aangebeden kind, witter dan de blankste
lelie, hield de oogen gesloten, zijn lippen
waren kleurloos, de moeder zat verslagen
op een stoel, het hoofd in de handen en
weende bitter, terwijl een vreemdeling, een
jonge dokter uit de buurt, dien men in
allerhaast geroepen had, bij het bedje stond.
Deze trad op den vader toe, nam hem bij
den arm en zei op medelijdenden toon
«Mijnheer, raap al uw moed bijeen. Uw
kind heeft al spelende vergif ingenomen
en opgegeten. Langzamerhand zal het hart
ophouden met kloppen. «Ik heb geen
hoop meer."
«Geen hoop meer!" herhaalde de onge
lukkige vader, met gebroken stem. «Geen
hoop meer!"
Zijn droefheid bracht hem in vertwijfe
ling en als krankzinnig van smart riep
hij uit
«Gij beiden, gij hebt mijn kind gedood
ongelukkigen 1" Het was alsof hij krankzinnig
was geworden, en hij, tot nu toe altijd zoo
goed, zoo eerlijk en braaf, hij vloog op, en
met een vreeselijke beweging wees hij den
Jongen dokter de deur en snauwde hem toe
«Pak je weg, ik raad het je, en dadelijk
Terwijl hij dit zei, was de dokter reeds
de deur uitgesneld, terwijl de woesteling op
zijn vrouw toesprong, haar sloeg en op den
grond wierp. Zij slaakte een kreet, waarop
hij haar los liet, maar in steeds grooter
wordende woede nam hij de meubels, die
onder zijn bereik kwamen, verbrijzelde ze,
gooide ze wild door het vertrek op elkaar,
ging er op stampen, raapte ze weer op,
smeet ze in de lucht, en gedurende dit
vreeselijk leven en geraas riep en weende
hij luid. Eindelijk buiten adem, hield hij
ophij beefde toen hij uit zijn open ge-
stooten handen bloed zag vloeien.
«Och," zuchtte hij, «kwam de dood mij
maar uit mijn ellende verlossen!"
Hij ging de deur uit. Waarheen? Was
hij krankzinnig geworden.
II.
Hij is weggegaan, ver weg, ver van Parijs,
die vervloekte stad, waar hij al zijn geluk
verloren heeft. Hij heeft zijn toevlucht in
Schiedam, den 13en Januari 1899.
De Burgemeester voornoemd,
VERSTEEG.
ALGEMEEN O VEEZICHT.
13 Januari '99.
De Dreyfus-zaak in de Fransche Kamer.
De Fransche Kamer heeft gisteren weder
eene stormachtige zitting gehouden. In
den aanvang der zitting, ontvouwde de
voorzitter Paul Deschanel de verzoenende
rol van den voorzitter, die zich overal moet
doen gevoelen en de menschen tot elkander
moet brengen, Frankrijk heeft het leger
lief, maar de gerechtigheid ook. Deschanel
een fabriek in het Noorden gezocht en daar
werk gekregen.
Een maand ging aldus voorbij. Hij is nog
steeds zonderling en ontroostbaar zijn wan:
gen zijn ingevallen, zijn oogen staan flauw,
zijn haren zijn vergrijsd.
Van morgen heeft zijn patroon hem laten
roepen en hem gezegd«Séverin gij zijt
een uitmuntend werkman, ik ben over je
werk goed tevreden, ik wil je salaris ver
dubbelen."
«Dat is niet noodig," antwooordde Séve
rin, terwijl hij in lachen uitbarstte «niet
noodig mijnheer, want ik ga vertrekken."
«Ga je vertrekken Waarom
«Waarom Dat is mijn zaak."
En hij is vertrokken en niet meer terug
gekeerd.
Ziedaar wat dat verschrikkelijk drama van
den besten man ter wereld gemaakt heeft
Nu op weg door de wijde wereld, gaat
hij met gebogen hoofd voortde oogen met
tranen gevuld, bekent hij aan de onmete
lijkheid der natuur zijn verdriet en de kna
gingen van zijn geweten.
(Wordt vervolgd
NIEUWE SCHIEDAM COURANT
taxiën de artt. 11, 12 ea 13 der kieswet.
Noodigt de mannelijke ingezetenen. die den 15den
e' 8. den lee.tijd van 25 jaar hebben bereikt, uit om
wanneer zij ia een andere gemeente over het
*°ile laatstverloopen dienstjaar in een der Rijks directe
belastingen zijn aangeslagen, (wat de grondbelasting
"streft in een andere gemeente of in meer gemeenten
k zamen tot een bedrag van ten minste ƒ1. -), daar-
door overlegging van de gekwiteerde aanslagbil-
l'tten voor 15 Februari a. a. ter gemeente-secretarie
16 doen blijken;
2o. wanneer zij ala mede-eigenaar of wegens eene
'tverdeelde nalatenschap, aandeel van miDStens ƒ1.
uebben in aanslagen in de grondbelasting, zonder dat
hnn naam bij den aanslag is vermeld, daarvan over-
eenkomstig het model, dat ter secretarie verkrijgbaar
's. en onder overlegging der gevorderde bewijsstukken
•"ede voor 15 Februari a. s. ter gemeente-secretarie
^'•gifte te doen
3o. wanneer zij aanspraak meenen te kunnen maken
op de kiezerslijst geplaatst te worden krachtens
*"lur van een huis of gedeelte van een huis, krachtens
'■gendom, vruchtgebruik of huur van een vaartuig,
*egens inkomsten nit dienstbetrekking of als inwonen
de zoon in het bedrijf of beroep der ouders werkzaam,
*Bgens pensioen, wegens inschrijving van ten minste
/100. - in de grootboeken der Nationale Schuld of
Van ten minste ƒ50. in de rijkspostspaarbank, of
°®dat zij hebben voldaan aan de eiscben van bekwaam-
heid door of krachtens de wet gesteld voor de benoem
baarheid tot eenig ambt, de vervulling van een be-
trekking of de uitoefening van een bedrijf of beroep,
daarvan, mede overeenkomstig een der ter gemeente
secretarie verkrijgbare modellen, voor zooveel noodig
voor 15 Februari a. s. aldaar aangifte te doen.
Voor hen, die krachtens vroeger gedane aangifte op
de loopende kiezerslijst dezer gemeente voorkomen, is
hernieuwe aangifte onnoodigindien de plaatsing op
de kiezerlijst berustte op
lo. bewoning van een huis of gedeelte van een
huis of van een vaartuig, mits zij op 31 Januari als
nog hetzelfde huis of een gedeelte van hetzelfde huis
of hetzelfde vaartuig bewonen
2o. genot van pensioen
3o. bezit van eene inschrijving in de Grootboeken
der Nationale Schuld of van een inleg in de Rijks
postspaarbank
4o. aflegging van een examen.
Daarentegen is hernieuwe aangifte wel noodig voor
hen wier plaatsing op de lijst berustte op
lo. bewoning van een huis of gedeelte van een huis
of van een vaartuig, indien zij niet meer op 31 Januari
hezelfde huis of een gedeelte van hetzelfde huis of
hetzelfde vaartuig bewonen 5 of
2o. genot van inkomen in dienstbetrekking, of als
inwonende zoon, in het bedrijf of beroep der ouders
werkzaam, hetzij met of zonder genot van pensioen.
Van de bepalingen der kieswet, die op het boven
staande betrekking hebben, luidt
Artikel 1.
De leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
worden gekozen door de mannelijke ingezetenen des
Rijks, tevens Nederlanders, die den leeftijd van vijf
en twintig jaren hebben bereikt, voor zoover lij over
het laatstverloopen dienstjaar in eene of meer der
Rijks directe belastingen zijn aangeslagen, het te dier
zake verschuldigde voor of op den lsten Maart vol
daan hebben, en
a. over het volle laatstverloopen dienstjaar zijn aan
geslagen in de grondbelasting voor een bedrag van
ten minste een gulden, in de vermogensbelasting, in
de belasting op bedrijfs- en andere inkomsten of naar
een of meer der vijf eerste grondslagen van de per-
soneele belasting, zooals die is geregeld bij de wet
van 16 April 1896 {Staatsblad no. 72)of
bindien zij niet overeenkomstig het bepaalde sub
a zijn aangeslagen, voldoen aan eene der volgende
voorwaarden
lo. dat zij als hoofden van gezinnen of als alleen
wonende personen op den 3lsten Januari sedert den
lsten Augustus van het vorige jaar hebben bewoond,
krachtens huur, achtereenvolgens in dezelfde ge
meente niet meer dan twee huizen of gedeelten van
huizen, voor elk waarvan, met of zonder bij behooren
den grond of lokalen en bijzebouweD, niet ter be
woning bestemd, ie werkelijke huurprijs, per week
berekend, ten minste heeft bedragen de som, voor de
gemeente of het gedeelte der gemeente, waar het huis
gelegen is, vermeld in de bij deze wet gevoegde tabel
(ƒ1.75)
of, krachtens eigendom, vruchtgebruik of huur,
eenzelfde vaartuig van ten miuste 24 kubieke Meter
2o. dat zij op den 3] sten Januari sedert den lsten
Januari van het laatstverloopen jaar bij dezelfde per
soon, onderneming, openbare of bijzondere instelling
in dienstbetrekking of als inwonende zoon in bet
bedrijf of beroep der ouders werkzaam zijn en als
zoodanig over dat jaar een inkomen hebben genoten
als voor de gemeente of het gedeelte der gemeente,
waar zij wonen, is vermeld in de bij deze wet ge
voegde tabel(/"450. -
of dat zij op den lsten Februari in het genot zijn
van een door eene openbare instelling verleend pen
sioen van gelijk bedrag;
met dien verstande dat voor ben, die in beide
gevallen verkceren. zoo noodig, ter bereiking van het
vereisehte bedrag, het inkomen en het pensioen wor
den samengeteld;
3o. dat zij op den lsten Februari sedert een jaar
deu eigsndom met recht van vrije beschikking hebben
van ten minste f100 (nominaal), ingeschreven in de
Grootboeken der Nationale Schuld of van ten minste
50, ingelegd in de Rijkspostspaarbank
4o, dat zij hebben voldaan aan de eisehen van
bekwaamheid, door of krachtens de wet gesteld voor
de benoembaarheid tot eenig ambt, voor de vervulling
van eenige betrekking of voor de uitoefening van eenig
bedrijf of beroep.
Artikel 2.
Onder hen, die den leeftijd van vijf en twintig
jaren hebben bereikt, verstaat deze wet ben, die dien
leeftijd hebben bereikt vóór of op den 15den Mei.
De aanslag der vrouw in de Rijks directe belas
tingen gelut voor haren mandie van minderjarige
kinderen wegens goederen, waarvan hun vader het
vruchtgenot heeft, voor hunnen vader.
Aanslagen in de grondbelasting wegens onroerende
goederen eencr onverdeelde nalatenschap ge'den ook
voor den mede-eigenaar, wiens naam niet bij deu
aanslag in het kohier is vermeld, mits zijn aandeel
in dien aanslag ten minste één gnlden bedraagt.
Door den aanslag in de grondbelasting, in art. 1
vermeld, worden de hoofdsom en de Kijks-opcenten
verstaan.
Aanslag in de vermogens- of in de bedrijfsbelasting
geeft geene aanspraak op kiesrecht, indien hij het
gevolg is van eene met de waarheid strijdige aan
gifte.
Bij de berekening van den werkelijken huurprijs
wordt maandhuur tot weekhuur herleid door deeling
met 4, jaarhnnr door deeling met 50.
Bij de berekening van het inkomen, bedoeld in art.
1 b2o„ eerste lid, worden vrije woning of inwoning
en vrije kost en inwoning gerekend op het bedrag,
voor de gemeente of het gedeelte der gemeente, waar
zij genoten worden, vermeld in de bij deze wet ge
voegde tabelenkel vrije kost op het bedrag, vermeld
in de laatste kolom, verminderd met dat, vermeld in
de voorlaatste kolom dier tabel. Overigens komt
alleen geld in aanmerking (vrije woning of inwoning
ƒ87.50vrije kost en inwouing 300.)
Indien het inkomen, bedoeld in art. 1 b, 2o., als
vast week-, veertiendaagsch-, maand- of jaaricon is
genoteu en dit loon wegens ziekte of verwonding ge
durende ten hoogste twee maanden niet of niet ten
volle is outvangen, wordt bet geacht tot bet normale
bedrag te zijn genoten.
Indien gedeelten eener gemeente in de bij deze wet
gevoegde tabel afzonderlijk worden genoemd, wordt de
grens tusschen die gedeelten door Ons, Gedeputeerde
Staten geboord, bepaald en wanneer verandering vsn
omstandigheden daartoe aanleiding geeft, gewijzigd.
Van deze besluiten wordt mededeeling gedaan inde
Staatscourant, met bijvoeging van de adviezen van
Gedeputeerde Staten, voor zoover bij de besluiten van
die adviezen is afgeweken.
Artikel 3.
Van de uitoefening van het kiesreeht zijn uitge
sloten
zij wien het kiesrecht ontzegd is bij eene onher
roepelijk geworden rechterlijke uitspraak;
zij, die in gevangenschap of hechtenis zijn
zij, die bij onherroepelijk geworden rechterlijke uit
spraak de beschikking of het beheer over hunne
goederen hebben verloren
zij die in het burgerlijk jaar, voorafgaande aan de
vaststelling der kiezerslijten onderstand van eene in-
stellliug van weldadigheid of van een gemeentebestuur
hebben genoten.
Artikel 6
Voor de bevoegdheid tot bet kiezeu van leden der
Provinciale Staten gelden dezelfde regelen, als die
welke in artt. 1 5 voor de bevoegdheid tot het
kiezen van leden der Tweede Kamer der Sraten-Geue-
raal zijn gesteld, met dien verstande, dat men boven
dien ingezeten der provincie moet zijn.
Artikel 7.
Voor de bevoegdheid tot het kiezen van leden van
den gemeenteraad gelden dezelfde regelen, als die
welke in de artt. i 5 voor de bevoegdheid tot het
kiezen van leden van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal zijn gesteld, met dieu verstande, dat men
bovendien ingezetenen der gemeenten inoet zijn, eD
dat zij, die niet vallen onder art. i a, ovei bet volle
laatstverlojpen dienstjaar in de gemeente moeten zijn
aangeslagen in eene plaatselijke directe belasting tot
ten minste het bedrag, voor de gemeente of het ge
deelte der gemeente, waar zij wonen, vermeld in de
tweede kolom der sub. art. 1 b, lo., bedoelde t bel
en bun aanslag in die belasting op den lsten Maart
ten volle moeten hebben voldaau. (ƒ1.75).