Stads- en Gewestelijk Nieuws.
De moord te Berkel.
Iu onze Vroedschap.
EI NN EN LAND.
lioen te verdeelen onder de^dertig] duizend
Cubanen, die hij nog onder de wapenen
houdt.
Schiedam, 1 Februari 1899.
Heden-morgen viel op den Rotterdamschen
dijk een paard gespannen voor een sleepers-
kar. Spoedig weer opgeholpen, bleek dat
het dier geen letsel had bekomen.
De heer G. M. C. Dresselhuys, inspec
teur der invoerrechten en accijnzen te
Amsterdam, vroeger te dezer stede, is be
noemd tot ridder 3e klasse in de Kroonorde
van Pruisen.
De justitie en een reohter commissaris te
Rotterdam hebben wederom een huizoeking
gnhouden ten huize van de wed. Sörensen
Vigier, in de Oranjeboomstraat 103.
De instructie bepaalt zich thans tot de
vergiftiging met doodelijke afloop van haar
echtgenoot en hare 18 jarige dochter, be
nevens haar commensaal, den heer Cohen
Naar men verneemt, zijn zeer bezwarende
vermoedens van een en ander het gevolg.
Krachtens een bevelschrift van de recht
bank te Rotterdam is gisteren-middag door
den inspecteur van politie M. B. van der
Hoeven aldaar gearresteerd de practizijn
en zaakwaarnemer M. Goosens, oud 42 jaar
beschuldigd van verduistering van circa 60
gulden. Hij is onmiddellijk naar de strafge
vangenis overgebracht. Wegens oneerlijke
handelingen als deurwaarder te Dordrecht
werd hij door de rechtbank aldaar reeds
tot een jaar gevangenisstraf veroordeeld.
{Tel.)
Uitten boogaard, een der verdachten van
den dubbelen moord te Berkel, is ook ver
dacht geweest in September 1894 de bouw
manswoning van den heer A. J. Van Dijk
te Bergschenhoek te hebben in brand ge
stoken.
De politie had toen de handen vol om
hem tegen de woede van het publiek te
beschermen.
Ook van andere in dien tijd plaats ge
had hebbende branden in den omtrek dier
gemeente, werd hij algemeen voor den
dader gehouden. RiV.)
Te Manchester is Zondag plotseling over
leden de heer John Knight, consul te Rot
terdam van België en Turkije en assuradeur
aldaar.
Eenige onlangs in de Hervormde kerk te
Overschie gestolen voorwerpen, nl. twee
avondmaalbekers, twee zilveren schalen en
twee zilveren borden, werden gister-avond
door zekeren Willem Leeflang, een oud
bekende der-justitie, wonende te Kralingen,
bij een opkooper te koop aangeboden.
De opkooper waarschuwde de politie, die
L airesteerde en de voorwerpen (die plat
geslagen waren) in beslag nam.
Gisteren zijn de stukken ter herkenning
aan het kerkbestuur te Overschie vertoond-
In verband met dezen diefstal is nog een
persoon gearresteerd.
Te Delft is een maatschappij opgericht
tot exploitatie van een automobielendienst
tusschen Rotterdam en Delft. De rif zal
ongeveer drie kwartier duren.
Naaldwijk is sedert Vrijdag-avond in het
genot van de electrische straatverlichting
die zeergoed voldoet. Vooral het dorpsplein
en de haven worden keurig verlicht door
booglampen van 800 normaalkaarsen. Over-
rigens zijn er gloeilampen van 10 en 16
kaarsen. Ook zijn reeds eenige particulieren
aangesloten.
Het lijk van den aan boord van de Helios
te „Maassluis gedooden matroos, is eergisteren
op last van den Officier van Justitie naar
Rotterdam vervoerd, ten einde gerechtelijk
te worden geschouwd.
Gisteren-middag zou de sectie plaats
hebben.
Te Pernis heeft in de rivier de onder
dompeling plaats gehad van een timmerman
die tot de mormoonsche leer is toegetreden.
De nieuwe Mormoon moet nu wegens ge
vatte koude het bed houden.
Voor de eerste maal in het nieuw be
gonnen jaar kwam gisteren de Raad onzer
gemeente bijeen. Juist vijf weken waren er
verloopen sedert de laatste raadszitting, zoo
dat er voor deze eerste raadszitting van
'99 overvloedige stof was. zóóveel dat ge
makkelijk twee raadszittingen aan konden
worden gewijd aan hetgeen nu in éene
langdurige zitting moest verwerkt worden.
Gemeentegrondbelasting.
Na het gebruiklijke Nieuwjaarspeechje van
den Voorzitter en het dankwoord var. 's Raads
senior, die van het «waarachtig heil" reeds
zoo dikwijls hoorde getuigen ook door an
deren mond, dan die welke 't nu zoo ge
heel uit 't hart sprak, begon het door
worstelen van den berg van ingekomen
stukken, waarna, na enkele kleinere aange
legenheden, het «precario" aan de ordekwam.
Van de gelegenheid die de ingekomen op
merkingen van Ged. Staten en het advies
des heeren Tak c. s. hem bood, gebruik
makende, waagde de heer De Groot als
consequent bestrijder dezer belasting een
poging om den Raad op zijn besluit te doen
terugkomen. Ter snede merkte hij op, dat
men hier altijd te laat komt, zooals nu weer
de branders met hun adres. Alleen in den
spoed waarmede deze verordening is be
handeld, kon hij eenige verschooning voor dit
laatkomen vinden. Zooals bekend, ging de
Raad niet in op het denkbeeld, op zijn be
sluit terug te komende verordening bleef
gehandhaafd en de datum van inwerking
treden werd overeenkomstig het voorstel
van B. en W. bepaald.
Inkomstenbelasting.
Aan de wijziging der Inkomstenbelasting
werd in deze zitting de laatste hand gelegd.
Zeer terecht o. i. meenden G. S. dat alleen
aftrek mocht worden toegestaan voor die
kinderen welke geen eigen middel van be
staan hebben. In de praktijk bleek, deze
onderscheiding in de kinderen moeilijk uit
voerbaar te zijn. B. en W. wilden het
echter, gevolg gevende aan den duidelijken
wenk van G. S., beproeven en de Raad
wijzigde welwillend het betrokken artikel
in de aangegeven richting.
Ook de klassenverdeeling werd volgens
het voorstel van B. en W. geregeld, zoo-
dat gevolg werd gegeven aan het advies
van Ged. Staten om eerst het noodzakelijke
voor levensonderhoud enz. af te trekken en
dan te klassifieeren. Het staat te bezien
of desondanks de gewijzigde verordening
de goedkeuring der regeering zal verkrijgen,
want zooals de heer mr. Jansen terecht
opmerkte, worden bij deze regeling gedeel
ten van inkomen tegen de bedoeling der
Regeering vrijgesteld hij noemde het voor
beeld van een man met 3 kinderen en f 640
inkomen. De f 640 worden verminderd met
f 400 voor noodzakelijk levensonderhoud en
f150 (aftrek voor kinderen) er rest aldus
f 90. Maar de eerste klasse begint met f 100,
zoodat volgens deze nieuwe regeling de
resteerende f90 van 's mans inkomen niet
wordt belast. Volgens de oude verordening
zou hij daarvoor circa 27 ets. hebben te
betalen. B. en VV. gevoelden wel het bezwaar
door den heer mr. Jansen ontwikkeld, maar
zij wilden niet reageeren op 's Raads besluit,
waarbij is vastgesteld de eerste klasse op
f 100 te bepalen.
Ook uit deze nadere wijzigingen blijkt
weder hoe moeilijk een Inkomstenbelasting,
wil zij rekening houden met de eischen van
recht en billijkheid, in de toepassing blijkt.
Moeilijk op te lossen kwestiën zooals zich
by deze nadere behandeling voordeden, zullen
zich zeker bij de toepassing van andere
belastingen veel minder voordoen.
Eer mis-Zon dagen.
De Kermis, het bete noire zoowel onzer
moderne wereldbeschouwers als onzer ortho
doxe protestantsche mede-christenen, had in
deze zitting weder een nieuwen aanval te
verduren. De heer Van der Vlies verklaarde
zich naar aanleiding van het praedadvies
van B, en W. op het adres der Christelijke
Jongelingsvereeniging, dankbaar maar niet
voldaan, de ontheiliging van den Zondag
door de kermis, de jaarlijks terugkeerende
ergernis, blijft aldus bestaan. Ook op grond
van de aanhangige beweging voor Zondags
rust vroeg hij inwilliging ook van het tweede
deel van het verzoek lieden, die zich reeds
5 a 6 dagen aan dronkenschap, zedeloos
heid en bandeloosheid hebben overgegeven,
behoeven daarop met de kroon te zetten
door nieuwe uitspattingen op Zondag, die
hen voor den arbeid op Maandag ongeschikt
maken.
Men kent het lot van de beide voorstellen
in ?ake den laatsten Kermis-Zondag (de heer
Dien->ke wilde beslist Zaterdag-nacht 12 ure
de kermis doen eindigen de heer Van der
Vlies verlangde slechts den Zondag vrijge
steld te zienMaandag zou men weer
opnieuw kunnen beginnen.
De heer Dienske had nog een bijzonder
argument voor de afschaffing van den laatsten
Kermis-Zondag 18 jaren heeft men nu in
strijd met de verordening gehandeld door
de Kermis Zondag-avond te doen aanvagen,
laat men nu boete doen voor die overtreding
door den tweeden Zondag af te schaffen.
Ook dit argument kon de voorstellen niet
redden de laatste Zondag bleef behouden.
Straatschrobben.
Een alleszins belangwekkend onderwerp
vooral ook voor onze huismoeders en dienst
boden, al waren zij niet op de tribune, was
het voorgestelde verbod van straatschrobben.
Zooals men weet, is dit verbod gegrond op
de schromelijke waterverspilling die vooral
's Zaterdags plaats heeft, zoodat men op
het terrein der waterleiding door over de
standpijp te pompen, nog niet aan de behoefte
der industrie kan voldoen. Niet minder dan
70Ü kub. meters water worden, volgens
mededeeling van den wethouder Van Wes
tendorp, Zaterdags weggespoeld.
Kon de heer Elzevier Dom zich niet met
het verbod, als te ver gaand, vereenigen hij
wilde alleen het schrobben der keien ver
boden ziende heer Nolet bestreed dit
«dwangmiddel" vooral als een onvoldoend
middel ter bestrijding van de kwaal. De
waterverspilling zou er niet merkbaar door
verminderen, ook omdat er 's Zaterdags veel
water in de huizen wordt gebruikt. Het
eenig aldoend middel was volgens hem het
meter-systeem, dat in verschillende plaatsen
goed werkt en ook hier zuinigheid in het
watergebruik zou leeren betrachten.
Tegen het metersysteem werden van
verschillende zijden bezwaren geopperd. De
heer Elzevier Dom merkte op dat het reeds
bij den aanvang werd ontradende beer
Van Gent wees er op, dat reeds in de Com
missie voor de waterleiding het denkbeeld
van het invoeren van dit systeem was
prijsgegeven wegens de groote bezwaren
o.a- aan de uitgaat van ongeveer f 50.000 voor
nieuwe meters verbondende heer Gouka
meende dat het zuinig waterverbruik uit
hygiënisch oogpunt afkeuring verdient, en
de heer Kranen vestigde er de aandacht
op, dat een burgerwoning die t 6 watergeld
betaalt, f 5 aan meterhuur zou te betalen
hebben. Overigens werd er op gewezen,
dat de waterleiding is gemaakt voor huis
houdelijk gebruik niet tot industneele
doeleinden.
In zijn repliek verweerde zich de heer
Nolet opmerkend dat het metersysteem
aanvankelijk werd ontraden, omdat aan het
watergebruik moest worden gewendde
uitgave voor de meters achtte spr. niet be
zwarend want die zullen hun rente wel
opbrengen. Ook wees spr. er op, dat de
industrie, betaalt 10 ct., terwijl de huis
houding slechts 7 ets. per M3 heeft te
betalen.
Na de verwerping, zooals reeds gemeld,
van het tweeledig voorstel-Nolet, bestreed
de heer De Groot ook het voldoende zijn
van net droog aanvegen, waaromtrent de
heer Van Westendorp ook met zijn mede
leden van het D. B. verschilde beproefde
de heer Nolet nog voor het schrobben met
grachtwater pardon te verkrijgen, wat hem
evenmin gelukte als de heer Brillenburg
er in mocht slagen den tijd voor glazen
wasschen (8—11 uur) te zien uitbreiden.
Stads-Ziekenhuis.
Een zeker niet alledaagsch voorstel was
het voorstel van B. en W. toe te staan
het verzoek van de Commissie voor het
Burgerlijk Armbestuur tot goedkeuring van
haar besluit tot verhooging der begrooting
van het Stads-Ziekenhuis voor 1898 met
f 2600 en om voor dat zelfde jaar aan die
instelling een buitengewoon subsidie van
gelijk bedrag toe te kennen.
De Commissie had zonder blikken of
blozen niet minder dan f2600 meer uitgege
ven dan haar bij de begrooting zijn toege
staan en vroeg nu dat de Raad haar
vergaand willekeurige handeling zou goed
keuren. Terecht begreep de heer Beukers
dat dit maar niet zoo voetstoots was goed
te keuren. Spr. wees op de hooge uitgaven
voor vergrooting, meubelen enz. die gedaan
zijn of nog zullen worden, gedaano.a. voor wo
ning van de verpleegsters die thans het
ziekenhuis bedienen, welke in de toekomst
nog wel zullen toenemen, want men schijn4
er een model-ziekenhuis van te willen make11.
Ook de heer Nolet meende, dat het n'e4
aangaat willekeurig de begrooting te ove|"
schrijden en dit maar in verhoogde subsid'®
te vinden, al moest hij bekennen, dat men
thans moeilijk anders kon doen dan de"
post goedkeuren.
De Voorzitter stelde in 't licht dat B- e0
W. alleeen voor ditmaal adviseerden den p°s4
goed te keuren; mocht het geval zich herhalen»
dan zouden de leden der commissie individuen'
zelf moeten betalen, wat zij ongerechtigd
hebben uitgegeven.
Daarna werd door den Raad het drieledig
voorstel van B. en W. aangenomende
goedkeuring van het gebeurde werd met
9 tegen 7 stemmen verkregen het ver-
leenen van f2600 subsidie en het betalen
uit den post onvoorziene uitgaven, werden
met algemeene stemmen goedgekeurd.
In den loop van het debat werd doof
den heer Beukers nog opgemerkt, dat hij
r.og niet bespeurd heeft, er gebruik 's
gemaakt van de gelegenheid zich voor f l.hö
's daags in het ziekenhuis te laten ver
plegen. Wij gelooven niet, dat daarvan
een druk gebruik zal worden gemaakt-
Immers, nog in 't midden latend wat er
waar is van de bewering dat de koude
systematische behandeling die den zieken
nu ten deel valt, niet haalt bij de vrij
voldoende verpleging die ze vroeger onder
vonden, willen wij er slechts op wijzen, da'
mannelijke hulp, waar die onontbeerlijk
of gewenscht, geheel ontbreekt. Nog onlangs
is het voorgekomen, dat een bejaard patien'
zich onder duidelijke teekenen van weerzin
door een jeugdig verpleegster liet helpen-
Waar aldus de meest gewenschte hulp;
waaraan men hier gewoon was (iedere
sexe haar eigen hulp), ontbreekt, kan men
zeker niet van een model-inrichting spreken-
EERSTE KAMER.
Zitting van Dinsdag 31 Januari.
Bij de algemeene beschouwingen over de
Staatsbegrooting wees de heer
Van Boneval Faure op gebrek aan
waarheid in onze wetgeving, waardoor dwa
lingen gewekt worden. Zoo b. v. wordt in
ons Burgerlijk Wetboek gezegd, dat slavernij
in ons land niet wordt geduld, maar da'
behoeft niet gezegd te worden, want niemand
twijfelt er aan. Deze en meer dergelijke
bepalingen zijn een uitvloeisel van kléin-
geestige pedanterie. Met tal van voorbeelden
toont spr. het bedriegelijke op onderschei
dene punten in onze wetten aano. a. ten
aanzien van de volledige bewijskracht go-
geven aan het ambtseedig proces-verbaal-
De wetgever heeft misbruik van de eeden
gemaakt, hij heeft er mede gemorst. Dit
wordt ten zeerste door spreker gewraakt.
En door het strafbaar stellen van meineed,
toont de wetgever zelf geen vertrouwen te
stellen in het Goddelijk oordeel. Ten zeerste
waarschuwt spr. tegen dit kwaad, want
niets werkt zoo nadeelig dan wantrouwen
bij het Volk te wekken door schijn van
waarheid in onze wetgeving.
Den heer Schimmelpenninck v. d.
O y e verwonderde 't ten zeerste, dat de
ministers-Kamerleden Borgesius en Lely
den Minister van Oorlog, door het niet deel
nemen aan de stemming over de belangrijk
beknibbelende amendementen op de Vesting-
begrooting in den steek hebben gelaten.
Dit noemt hij een verontrustend gemis aan
solidariteit in het Kabinet, hetgeen hij te
meer betreurt bij deze regeering, die blijk
geeft van greote bekwaamheid en werkkracht.
De heer Geertsema achtte het be
toog des Ministers omtrent den financieelen
toestand pessimistisch. Bij een vergelijking
met 50 jaren geleden, is de verdeeling der
klassen in de maatschappij beter geworden
en ook de verhouding van de gewone uit
gaven tot de algemeene uitgaven.
Zijns inziens heeft ^de Minister onze
financieeie draagkracht wel wat onderschat,
wanneer men rekening houdt met verschil
lende omstandigheden, die voor 't oogenblik
eenige reden voor bezorgdheid geven. Echter
dient een nauwkeurig: onderzoek te worden
ingesteld naar bezuiniging om het financieel
evenwicht te herstellen.
Voorts betoogt spreker dat door het niet
te miskennen streven naar uitbreiding van
Staatsbemoeiing de taak der Regeering wordt
bezwaard. Zijns inziens is de minister be
dacht op versterking en niet op bezuiniging-
En bezuiniging is mogelijk en moet worden
betracht, waar 't algemeen er niet onder lijdt-
De heer Merkel'bach bestrijdt den
tegenstand van den minister tegen bescher
mende rechten en wijst op den achteruitgang
der Nederl. Nijverheid.
De heer Van der Biesen betoogt de
groote nadeelen der afschaffing van plaats
vervanging, in alle opzichten, zoodat weder;