Dagblad voor Schiedam en Omstreken. £T~e^ ^^rfpfe^2jaar) te,kens uiZmnaar van -2ste Jaar Woensdag 31 Mei 1899. No. 6408. xxveaxx !$oiev$txaat 50. v2SSKr—t of OiieraijHes. LhS?"r «P 3? l dS%ai«,efJaa;r PRIJS TAN DIT BLAD: oor Schiedam per 3 maanden ZZ Der. P°St a°0r geh#ei Nweriand •^onaerujae Nummers 1.50 - 0.05 ,1( I EELE BERICHTEN. i! PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 16 rsgeisi i i ƒ0.60 Elke gewone regei meer-0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. hre"^terke ÜDERS VAN tin'k°hler «o. 5 der df..jngezetenen, dat der? l6aMhet »>komen J e directe belas- Vao,-estBMei 1899 donr !6r'slJaar 1898/99, ?emeent°eedterkeUrd' ^^denTt d*Ze' f ,n afs^u -L lnvordprin ontvanger rel? -drift gednr i uitgereikt kenen van PjUrende viif 'l°er?lKt getneente T den- op 1 ™aandeib te gelegd V°°r e«n ieder te;,f Cretane der Worden °er ter ^>ng is neder- 2ijnen "d? v°orts ft Pin ied secretarie der .Wor'denci 8 'S neder" voldoenaansia8 °prtdVbepaPadde fans®maand de Wet; °P straffe van^tgm^lT" te "Ct •"•'«S.ng volgens DeSecretaris VERNEDli. Met te«kk'ng'..S„'I"<,,,'w^., vaceert de be- vanE08'lsche tal Gvmn.siurn S r L .°°gere Bur<Jl u 'etterkunde aan j 1 6 d a m school der Gemeente den rWedde 'f iqoo ^ijks van Dr bw6neVens fl0°' ™or ieder" of &em. u'J gen aan een Ned- n J"ekel. lesuur ^ers'teit en f100, voor SolïciSt1-5 en 10'°/o.n °nd' Verh00gd ■^te Zönden°aan d X 12 Juni a"s- an den Burgemeester. "neer in dat v V voor nkte handwerken, aa" de 'jk ageilt Tan politie aj?cbt zich ^aan ^.Wi<ïrmP'iJats worden ver- maüla>n noldie6 by den Gommis- m„^.Van Politie AÏi "TV luc" vuinmis- d>6f n8, die tr? aeen ZIJ komen in aan- J i er<- Weekf kunnen zwemmen en Uh en A«ïïf;S de maanden Juni, J^ngUstusjflO.en in Sept. f 8. ^RREMEEJï OVERZICHT. n 30 Mei '99. De reyfus—Déroulède. behandelm! der °penbare o van de revisie-aanvraag-Dreyfus was gisteren aangebroken. De zitting van het Hof van Cassatie, alle kamers vereenigd, werd om zeven minuten over twaalven geopend. Het aanwezige publiek, dat de zaal geheel vulde, bestond uit een honderdtal personen, van wie de helft dames. De deurwaarder kondigt de zaak-Dreyfus aan. Onmiddelijk geelt president Mazeau het woord aan den raadsheer-rapporteur Ballot- Beaupré, die onder diepe stilte de lezing van zijn rapport aanvangt. Hij begint met een uitvoerig overzicht van de zaak- Dreyfus sinds 1894. De rapporteur leest de verhooren voor welke du Paty Dreyfus heeft laten onder gaan en waarin Dreyfus steeds bleef ont kennen. Hij staat stil bij het tooneel van het dictee in het ministerie van oorlog. Hij geeft lezing van het rapport van d' Orme- scheville aan den krijgsraad, waar tegenover Dreyfus volstrekte tegenspraak stelde en voortdurend de betuiging zijner onschuld herhaalde. De rapporteur herhaalt verder van tie vervolgingen van 1894 hij leest het borderel voor en de aanteekeniDgen vol lof over Dreyfus zoowel door de krijgsraad gegeven als nopens zijn stage bij den generalen staf. Hij gaat tegenstrijdige rapporten der ex perts na, op grond waarvan generaal Mercier du Paty de Clam aanwees om de instructie te leiden. De rapporteur zegt, dat Dreyfus gedurende de verhooren van Du Paty steeds bleef ontkennen ooit tot eenige vreemde ambas sade in betrekking gestaan te hebben of stukken te hebben geleverd betreffende 's Lands verdediging. Hij geeft dan een beschrijving van de familie Dreyfus. Toen hem de treffende gelijkenis van zijn schrift met dat van het borderel getoond werd, zeide Dreyfus tot du Paty, dat men dan zijn schrift moest gestolen hebben. Hij dreigde hem met de wraak van zijn ras en riep de .vloek des Hemels in op het hoofd van du Paty. Iu antwoord op het rapport van d'Ormescheville protesteerde Dreyfus, dat hij het kanon 120 court nooit anders dan in rust gezien had en dat hij voor de maand Juli de stukken betreffende de dek kingstroepen niet kende (het borderel heette toen van April te zijn), dat hij de schiet- handleiding nooit had bezeten en niets afwist van een nota over Madagascar. Ik zit nu 6 weken in volstrekte afzondering, zeide hij tot d Ormesch ville. »Ik zweer, dat ik onschuldig ben. Ik behoor tot een Elzasser protestfamilie, die alles verlaten heeft om Frankrijk te dienen. Ik ben, als altyd, waardig om de soldaten in het vuur te leiden. Mijn marteling is afschuwelijk. Ballot-Beaupré gaat dan voort met de lezing van het rapport van de d'Ormesche ville, die het over Dreyfus indiscreet gedrag heeft tijder.s de twee jaren dat hij aan den generalen staf was verbonden. Hij werkte tot na afloop der bureau-uren, zoodat hij daar alleen bleef. Ook heeft hij de andere bureau's kunnen binnentreden; Hij legde zich voornamelijk toe op de bestudeering der stukken, nopens mobilisatie en was aldus in het bezit van alle geheimen be treffende concentratie van troepen in oor logstijd. Hij werd verdacht door zijn kameraden, die weigerden te antwoorden op zijn onbescheiden vragen. Het scheen volgens d'Ormescheville dat dit sys teem van nasnuffelen zijn oorsprong vond in de behoefte van Dreyfus om zich alle gewenschte inlichtingen te verschaften voor den afloop van zijn stage. Deze houding Was vreemd zij geleek op die van menschen die zich met spionage bezighouden. Daarbij kwam de gelijkenis der handschriften. De rapporteur meent, dat het Hof van Cassatie niet de vernietiging van het vonnis moet in overweging nemen, maar enkelen alleen de revisie. Hij verklaart, dat er vol doende vermoedens bestaan er ean dwaling heqtt plaats gehad en een zeer ernstige twijfel welke toereikend is om de revisie top te staan, In het assisenhof der Seine zijn bij de zaakDéroulède heftige incidenten voorge vallen Déroulède verklaarde o. a., dat hij Loubet van het Elysee had willen wegjagen, waar deze alleen gekomen was door zijn middelmatigheid. De advocaat-generaal diende onmiddellijk daarop een nieuwe eisch tot vervolging in. 't Publiek juichte Déroulède toe. De president dreigde de zaal te doen ontruimen. Déroulèje riep uit niets te betreuren en zeide Loubet niet zoo gehoond te hebben, als zijn gedachten wilden. Déroulède's advocaat bood veront schuldigingen aan. Daarna werd het incident gesloten verklaard. Oin twee uur werd de zitting geschorst. Habert trok te velde tegen de leden van het parlement, voorstanders en geassocieer den van Dreyfus, die Loubet naar het Ely see hebben gebracht. De president bracht aan Déroulède in herinnering dat deze niet opzettelijk in de buurt van generaal Roget gekomen was. Déroulède erkende al wat hem ten laste is gelegd in de akte van beschuldiging, be halve dat hij de soldaten zou hebben willen meesleepen zonder de chefs. Ik wilde zegt hij een generaal aan hun hoofd. Ik vond een brigade-generaalik had liever een divisie-generaal gehad. Daarna gaat de reeks van getuigenissen van militairen, en burgers voort zonder besluit op te leveren. Om zes ure wordt de zitting opgeheven. Bij de begrafenis van Castelar hebben gisteren te Madrid opstootjes plaats gehad. Er was een ontzaglijke menigte volks op de been. Bij het Prado werden Jezuieten uitgejouwd. Voor het ministerie van finan ciën werd leve de Republiek geroepen. De menigte wou het kerkhof opde gendar merie hield hen tegen. Men werd handge- gemeen. Om acht uur is het lijk zonder verder incident ter aarde besteld. De beweging in de Zuid-Afrikaansche republiek door de uitlanderskwestie gewekt, schijnt nog steeds toe te nemen. Volgens een bericht uit Johannesburg heerscht daar groote verontwaardiging over den toon der debatten in den Volksraad tn de kiesrecht zaak. Zelfs regeeringsmannen moeten er door verontrust zijn. Daarentegen zijn de Jo- hannesburgers bevredigd door het schriftelijk antwoord van den Engelschen agent aan den voorzitter van de afdeeling Johannesburg van de South-African League, waaruit ze op maken, dat Chamberlaan zich officieel het lot van de 21000 onderteekenaars van het verzoekschrift aantrekt en daarmede besloten heeft zich te mengen in de binnenlandsche aangelegenheden van de Zuid-Afrikaansche republiek. Men neemt aan dat Chamberlain niet meer terug kan. Het bedoelde antwoord van den Engelschen agent komt hierop neer. »Ik ben belast u mee te deelen, dat de Engelsche regee ring uw verzoekschrift ernstig overweegt. De Engelsche regeering voelt voor de onderteekenaars van het verzoekschrift, ofschoon zij geen oordeel uitspreekt om dat er te Bloemfontein een bijeenkomst zal wezen tusschen sir Alfred Milner en president Kruger, die, naar de Engelsche regeering verwacht, over deze en andere tusschen Engeland en Transvaal hangende kwesties in der minne zullen beraadslagen. De Engelsche regeering beschouwt de be reidwilligheid van Kruger om een onder houd met Milner te hebben, als een blijk van de genegenheid van den Volksraad en de regeering om een oplossing van het vraagstuk te zoeken, die de redelijke wen- schen van de kiesrechtlooze uitlanders die in Transvaal wonen, bevredigt. De berichten over het geestdriftig ver toon waarmede in Amerika de 80ste ver jaardag is gevierd van koningin Victoria, zijn niet in staat in Engeland den ongun- stigen indruk weg te nemen, veroorzaakt door het afspringen der onderhandelingen met Canada. De Times, die deze netelige kwestie zeer voorzichtig met fluweelen hand schoenen behandelt, verklaart met te kunnen uitmaken aan wie de schuld ligt dat men het omtrent het 12 punten omvattende verdrag niet eens is kunnen worden, - aan de Canadeesche regeering, aan Uncle Sam of aan John Bull, maar zij merkt toch op, dat dat men in Amerika over 't alge meen Engelands verhouding tot zijn met zellregeering begiftigde koloniën niet be grijpt. Het is Engeland eenvoudig onmogelijk een kwestie tusschen Londen en Washing ton betreffende Canada op lossen achter den rug der Canadeezen, wier belang daarbjj op de eerste plaats betrokken is, en ziet - dat schijnt toch de groote grief der Yankees te zijn tegen Salisbury. Een uitvoerig telegram van Reuter uit Apia, dato 17 dezer, meldt, dat er nieuwe gevechten worden verwacht, wanneer Malie- toa als koning wordt gehandhaafd, aangezien er stammen zijn, zegt Reutel, die hem nooit zullen erkennen. De zoogenaamde opstandelingen zijn gebleven buiten de lijn O» NIEUWE SCHIEDAM - O WETHOUDERS h rig!n ter kennis lO diende Wedde kan °Ven bet geta' van ïorattlJd bij hektanHWege«s 3' en 10 jarigen

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1