Dagblad voor Schiedam en Omstreken. 22ste Jaarg. Woensdag 8 November 1899. No. 6541. bureau 38ofersfraaf 50. Ierland in den vreemde. il algemeen oyekzicht. PRIJS TAN DIT BLAD: Voor Schiedam per 3 maandenf 1.50 Franco Der post door geheel Nederiand - 2. Afzonderiiike Nummars - 0.05 PRIJS DKR ADYKRTKNTIËN: Van 16 regels f 0.60 Elke gewone regel meer -0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. 7 November '99, De oorlog in Zuid-Afrika. laatste berichten van het oorlogs- g r®in zijn iets minder gunstig voor de ^°eren. Het schijnt vast te staan, dat zij '•1 ^estersfarm een échec hebben geleden, echter door de ontruiming van Colenso ^0r de Engelschen en het bezit van de over de Toegela weder wordt vergoed. Engeland is men alles behalve gerust, zekerheid heeft dat de brug over Toegela in handen van de Boeren js en ffe's terugweg is afgesneden. Zoo schrijft militaire medewerker van de Times *Het was zeker dat de vijand zou trach- de lijn af te snijden; maar Colenso, dtlen mijlen van Ladysmith, waar een ijzeren brug over de Toegela is ge- a8«n, naar gezegd wordt, bezet door n sterk verschante krijgsmacht en was a*rom, naar men meende, in staat om elke ^.'egende colonne, die geen artillerie bij C had, weerstand te bieden. Dezestelling #atl belang, als schakel tusschen Maritzburg n het front, is ontruimd, hen sterke afdeeling Boeren is blijkbaar Toegela overgetrokken en het kleine oizoen te Colenso, waarschijnlijk niet b j8r dan man' zoodoende in den rug Ea/81^' teruS8etro'ihen naar het zuiden, ysmith is dus nu geheel en al ingesloten, verlies van de brug over de Toegela, Boeren thans kunnen vernielen, is die °hget »et»«feld hinderlijk. In de gegeven om- Wa vvas het onmogelijk te ver s, te,1i dat de spoor ten zuiden van Lady- •haa V°°r vern'e''n8 bewaard zou blijven 'Ük r ^6t herstellen van de lijn zou gemakke- ols het niet zulk een groote brug g^die te Colenso". Feuilleton. 3) dep °Yh boven al de apostolische ballingen Van St p eeuw uit, rijst de stoute figuur historj °'Umhkille of Columba, aan wiens b'adziid ^raa* de Montalembertde heerlijkste hoek dankt in zijn bewonderenswaardig Van dj ^ester^he monniken. Het leven eti l *1 ^an geeft bij eene zeldzame deugd hwade oen>ng tevens al de goede en ^®rschee^enschappen van het oorspronkelijk Uit n a^ahter waar te nemen. Hij stamde Elster °.?'nhhjk huis der O'Neill's van fh°edi~ z«ne jeugd wijdde hij zich edel- *j«ed Qmaa.n ®°d en gordde het monniks pij LinT 'euden. In Armagh, in Mungret, Lhaonon6^ en aan .de oevers van den ?gat estudeerde hij de wetenschap en l'®1 verr ten 'aatste naar het eiland Arran Ij Vole.6 Van de Ga'waybaai, Daar sleet Pfibed en'8. jl°en getuigenis zijne jaren in L®rdheid |edoch de faam zijner ge- Ur'Ke lona" deuSd ging door heel het na- ®«h kn«,K die dagen was een boek hare schater bestonden er toch Van de gevechten die aan de ontruiming van Colenso zijn voorafgegaan weten wij nog altijd niets. Toch schijnt er zelfs ge schoten te zijn met geschut, want in ver schillende berichten wordt gezegd, dat men Donderdag in die buurt kanongebulder gehoord heeft. Wij weten niet in hoever de onderstelling in een Havas-telegram uitgesproken, dat de Boeren een uit Colenso terugtrekkende afdeeling den pas hebben afgesneden, juist is. Maar er schijnt daar toch wel iets gebeurd te zijn, dat minder gunstig is voor de Engelschen. Is de batterij die de brug verdedigde, ook niet in handen van de Boeren gevallen De sachterwaartsche concentratie" lijkt toch be denkelijk veel op een aftocht in den trant van Yule. De toestand van White te Lady smith wordt hachelijker naar mate de Boeren r,u verder zuidwaarts zijn commu nicatie-lijn vernielen want zijn ontzet wordt daardoor steeds lastiger. En hoe zal de kolonne, die hem wil komen helpen, nu de Toegela overkomen, die ongetwijfeld door den aanhoudenden regen sterk gezwollen is en waarvan de Boeren den oever be- heerschen De Parijsche Temps vernam gisteren uit Londen nog het volgendeMen bevestigt de volledige ontruiming en de annexatie van Colenso en het district, door den Oranje- Vrijstaat. Het gerucht gaat dat het gar nizoen van Ladysmith bijna door zijn levens middelen en zijn munitie heen is, en dat er geen sprake van kan zijn het van iets te voorzien. De ministerraad zal Woensdag bijeenkomen. De dagbladen hebben met vertrouwen het bericht begroet van een voor de Engelschen gunstig atgeloopen treffen op Donderdag 11. bij Ladysmith. Men bericht, dat tengevolge van het bom bardement van Ladysmith en Colenso de geene, tenzij met de hand geschrevene. Wie er een wilde bezitten, moest zich het geduldig afschrijven getroosten of tegen hoogen prijs een ander met deze taak be lasten. St, Finnian, een vermaarde Iersche monnik, bezat een kostbaar afschrift van het boek der Psalmen in fraaie letter op perkament. Columba die geen moeiten ontzag ter verkrijging van zulk een schat wenschte dit boek voor zich af te schrij ven. Hij begaf zich naar St. Finr.ian zijn voormaügen leermeester en vroeg het ter leen. Deze weigerdeer was te veel aan zoo'n kostbaar boek verbeurd, om het in vreemde handen te geven. Toen verzocht Coiumba als eene gunst om in de kerk te mogen gaan, waar. het berustte daar zette hij zich nacht op nacht aan den arbeid, tot hij eindelijk eene goede kopie van het heele boek genomen had. Doch een, die hem in 't geheim had bespied, meldde St. Finnian, dat de jonge monnik al de psalmen een voor een had afge schreven. sDan behoort mij de kopie," zei Finnian, en hij eischte ze op als zijn eigen dom. Doch Columba weigerde verontwaar digd, en bracht de zaak voor koning Der- mott in Tara. Deze riep zijn raad te zamen, de zaak werd overwogen, en het koninklijk besluit hield in, dat Columba zijn werk moest afstaanhet origineel behoorde aan Finnian, dus evenzeer elk daarvan ge- Engelsche batterijen van de brug over de Toegela tot zwijgen zijn gebracht. De troepen die de stellingen verdedigden, moesten overhaast terugtrekken. De Boeren bezetten punten die de lijn van terugtrek king beheerschende vluchtelingen moesten den weg naar het zuiden nemen reeds door de republikeinsche troepen bezet. Aan het ministerie van oorlog twijfelt men niet of een detachement is door de Boeren aan gehouden en gevangen genomen, want er is geen enkel bericht te Durban ontvangen. De Londensche Times verneemt uit Pietermaritzburg, d.d. 3 November. Hol- landsche ingezetenen hier hebben be richt gekregen van een bloedigen slag, Donderdag geleverd waarschijnlijk tusschen Ladysmith en Colenso. Een groot aan tal Boeren werden gedoodvelen hunner zijn verwanten van Natalsche Hollanders hier ter stede. De Engelsche inge zetenen dragen nog geen kennis van een gevecht. Volgens de Natal Advertiser heeft het garnizoen van Colenso allen voorraad, alle tenten, bagage enz. gered. De vijand werd op ongeveer vijf duizend man geschat, waaronder een nieuw commando van Vrijstaters. Eeri gepantserde trein bewees voortreffelijke diensten, detachementen van de Dublin-regimenten medevoerende, om het buitenliggende fott te ontzetten, waar volontairs in lagen. Er zijn geruststellende berichten ontvangen betreffende de stelling te Pietermaritzburg. Naar uit Kaapstad wordt gemeld, is er te Pietermaritzburg een proclamatie uit gevaardigd, waarin de proclamatie der regeering van den Oranje-Vrijstaat, bezit nemende van het Boven-Toegela-gebied, nul en van geenen waarde wordt verklaard. De schuttersvereeniging van Durban Isipingo, nomen afschrift, simmers" zoo luidde het decreet«iedere koe heeft recht op haar kalf." Doch Columba, hoezeer gewoon aan lang durig gehed en onafgebroken vasten, ondanks de wonderen, die hij had verricht; was Ier in merg en been. Toen hij het vreemde besluit des konings vernam, ging hij tot hem met het verwijt»ik ben uw bloed verwant, en gij valt mij afmaar de koning bleef bij het genomen besluit, en liet om dien zelfden tijd een jangen prins van Connaught ter dood brengen, die in zijn geboorteland om onvrijwilligen man slag vervolgd, bij Columba bescherming had gezocht. Nu steeg de verontwaardiging des monniks ten top. «Gij hebt een oubillijk vonnis tegen mij geveld" dreigde hij den koning sen nu kwetst gij de onschendbaar heid van den kloosterling door mijne be scherming niet te ontzienhet zal u rouwen: ik ga recht zoeken in Ulster bij mijn stam." De koning beproefde hem dit te beletten, doch Columba verschalkte de wachten en ging met het betwiste boek onder zyn arm, zingende het Lied van vertroüwen. Krantzloof, Malvern en de Natalsche kust zijn opgeroepen door den oud minister Murray om een onregelmatig korps te vormen. De krijgswet is afgekondigd in de dis tricten van De Aar en de Oranje-rivier. Schreiner heeft onmiddellijk aan de amb tenaren geseind het volk te doen weten, dat de proclamatie slechts tijdelijk van kracht is en noch rechten aantasten, noch burgers dwingen zal, als gedacht werd, om aan de betreurenswaardige vijandelijk heden deel te nemen. Een draadbericht uit Kaapstad in dato 3 November meldt Volgens berichten uit Mafeking hehben de Boeren op ruim II K.M. afstand van de stad een zwaar kanon uit Pretoria geplaatst en er zestien schoten uit gelost. Slechts éen raakte de stad en schoot het magazijn van Weil in brand. Dat huis brandde uit. Het garnizoen jubileert en is ongedeerd. Het verwacht geen aanval in den rug. De South African News, een te Kaap stad verschijnend blad, heeft een telegram ontvangen uit Aliwal Noord, meldende dat een vergadering van Hollandsche Boer-i, een motie heeft aangenomen, waarin zy zich verontwaardigd toonen over de beschul diging van outrouw. Daarentegen wordt van andere zijde gemeld, dat de Hollandsche Boeren in het noorden der Kaapkolonie zich bij de Boeren uit Transvaal en den Oranje-Vrijstaat aansluiten. De Belgische Kiezersbond der Katholie ken, die Zaterdag-middag te Brussel bijeen kwam in centrale vergadering om over het ontslag van Woeste als president te beraad slagen, nam eene motie aan, dat men deze ontslagname betreurt, een beslissing opschort en een nieuwe vergadering tot hoogstens een maand later. Dit beteekent aldus dat 'k Sta op den berg alleen Leid gii o God, mijn schreèn, Ik vrees voor geen gevaren. Al ging een leger aan mijn zij, 'k Waar minder veilig, dan nu Gij, Mijn God, me blijft bewaren. Wat schutse of hoede baat, Als 'tuur van sterven slaat? De dood ontziet geen sterke, Noch eenzaam eiland in het meer Hij velt zijn machtloos offer neer, Al vluchtte 't in Gods kerke. Doch hij, wien God bewaart, Strijdt koen en onvervaard. En ziet den dood in de oogen. Is niet aan U mijn leven, God Weeft Uw hand niet mijn daaglijksch lot Wie zou mij overmogen. Doch wie Uw wil veracht, Hem treft Gij onverwacht, Het buitgemaakte ontgaat hem Geen vogel, die het zwijgen breekt, Of boomknoest, die van uitkomst spreekt, Naar Druïden wijze, baat hem. Wij dienen Hem, die leeft, Die alles 't leven geeft Geen vooglenzang, geen lot, geen vrouwe Mijn Heer is Christus op zijn troon, Maria's kind, Gods eeuwge zoon, Voor Hem mijn iiart en trouwe f 1; Wordt vervolgd.) NIEUWE 1) In den voorzang van dit oude, Iersche lied, we.lt hoofd-gedachten in deze strofen zijn weergegeven, leesv men aldus zong Columba op zijn eenzamen tocht, en dit gezang za. beschermen, sl wie bet op zijne reizen herbaalt.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1