Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
22ste Jaarg.
Dinsdag 5 December 1899.
No. 6564.
bureau looierstraat 50.
Ierland in den vreemde.
1
Feuilleton.
PRIJS TAK DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maandenf 1.50
Franco per post door geneei Nederland 2.—
Afzonderiiike Nummers - 0.05
PRIJS DEK ADVERTENTIËN:
Van 16 regels/"0.60
Elke gewone regel meer-0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
OFFICIEELE BERICHTEN.
Gemeente Schiedam.
Verkooping van Iepen boomcn.
Door het gemeentebestuur van Schiedam
zullen in het openbaar bij inschrijving worden
verkocht
NEGENTIG IEPEN BOOMEN,
staande aan de Lange Nieuwstraat te
Schiedam.
Inschrijvingsbiljetten worden ingewacht
tot op 14 December 1899, 's namiddags
2 uur.
De voorwaarden van verkoop zijn ver
krijgbaar aan het kantoor der Gemeente
werken te Schiedam, alwaar nadere inlich
tingen worden verstrekt.
A.LGE31KEN OVERZICHT.
4 December '99.
De oorlof in Zuid-Afrika.
berichten van het oorlogsterrein zijn
Weer uiterst schaarsch. Nieuws van eenige
beteekenis bevatten de enkele telegrammen
die iets omtrent den oorlog melden niet;
er is een merkwaardige stilte een stilte
die den storm voorafgaat?
Ten aanzien van de gebeurtenissen op
bet westelijk oorlogsterrein is verder geen
bcht opgegaan. De militaire medewerkers
van de Engelsche bladen schijnen aan te
flemen, dat bij den grooten slag aan de
Modderrivier de Boeren aan de overzijde
Van de rivier verschanst waren vooral ook
bij Zevenfonteinen, waar de Modderrivier
®n de Rietrivier samenvloeien. De aanval
van lord Methuen zou dan moeten opgevat
Worden als een (mislukte) poging om den
overtocht van de rivier te forceeren onder
bet vuur van den vijand. De Engelsche
pers verbergt haar ongeduld niet over het
Uitblijven van berichten over dit gevecht,
Dinsdag geleverd, en waarvan men nu nog
Pas weet, dat er 4 officieren gesneuveld
21)
»Zoo wel als u, mogen we haar »de
vergetene" noemen1) haar dapperen zijn
gesneuveld, hare helden in slavernij, en de
barp harer zangers, al werd zij tot vreugde
gestemd, klinkt bij het spel als de wind,
die suist over de graven.
»Toch hadt gij uw wreker. Uit den langen
duisteren nacht brak ten laatste de morgen
oen de schepter, die u nederboog in 't
R avenjuk, voor uw oogen gebroken werd
a's een riet
>Toen de beker door »de gulden stad" 2)
voor anderen met bitterheid gevuld, hare
zijn (waaronder twee oversten en een kapi
tein) en 19 gewond (generaal Methuen,
majoor graaf Gleichen, en nog drie majoors
en drie kapiteins), maar over welks afloop
zelf men nog in het duister gelaten wordt.
De betrekkelijk geringe verliezen door de
officieren geleden, geven de Pall Mali
Gazette en andere dagbladen hoop dat er
ook niet veel manschappen bij Modderri
vier omgekomen zijn, maar dit schijnt in
strijd met lord Methuen's telegram, waarin
de strijd ontzettend zwaar wordt genoemd
en de medewerker van de Westminster
Gazette gelooft dan ook, dat de gewone
verhouding tusschen de verliezen aan offi-
eieren en manschappen hier niet gold, daar
het gevecht op betrekkelijk grooten afstand
gevoerd moet zijn. Het feit dat geen
cavalerie-officieren op de lijst der dooden
en gewonden voorkomen, versterkt den
schrijver in de meening, dat de troepen
niet handgemeen zijn geraakt en dat er ook
geen sprake van geweest is den vijand te
vervolgen. Hoe ver de overwinning gegaan
is die Methuen zich, en ongetwijfeld terecht
(zegt de Westminster Gazette) toeschrijft",
valt dus nog niet uit te maken. Maar de
schrijver denkt, dat de Boeren, in plaats
van zich te verzetten tegen het verder
vooruitrukken van lord Methuen, zijn rech-
teiflank en zijn achterhoede zullen bestoken.
Meer waarschijnlijk is 't dat de Boeren
zoo lang zij kunnen, zoowel het een als het
ander zullen doen.
De opperbevelhebber, sir Redver Buller,
heeft aan het ministerie van oorlog gemeld,
dat generaal French Vrydag een verken
ning heeft gedaan uit Naauwpoort naar
Rosmail, en Zaterdag is teruggekeerd.
Methuen blijft aan de Modderrivier om
de brug te herstellen. Hij is versterkt door
Hooglanders, een corps ruiterij, terwijl de
rijdende artillerie het Canadeesche regiment,
het Australische contingent en drie batal
jons infanterie teruggetrokken zijn langs
den spoorweg De Aar-Belmont.
eigen lippen bevochtigde, en de wereld,
die zij op het hart getreden had, zonder
medelijden het gejammer in hare woningen
en het angstgeschrei van de schepen hoorde.
»Toen de vloek des hemels voor de
trotschen neersloeg op hare roofzuchtige
kooplieden en onrechtvaardige wetgevers,
en de puinen, waar de aardworm in wrie
melt, 3) de vorstinne der Koninkrijken 4)
eindelijk neerwierpen in het stof." 5)
Zachter van toon, hoopvoller en minder
onheilspellend klinkt het Iersche
O land mijner liefde, vol maatlooze smart
Beklaagt u mijn ziele, beweent u mijn hart
U wekt uit den slaap God daarboven alleen
En slaakt uwe boeien en stilt uw geween,
Mijn arm, mijn dierbaar Ban va
Gij vielt voor den bijlslag van zinloos geweld,
Gij boom, in den bloei uwer krachten geveld.
Was 't eerlijke strijd of rechtmatige straf?
Neen, trouwloos verraad, dat den doodsteek
Eu §at'
Myn arm, mijn dierbaar Banva 1
Het officieel getal gesneuvelden en ge
wonden bij de Modderrivier is 438. Het
staat te bezien of de otficieele waarheid
ook de waarheid is want men weet, dat
andere berichten het getal veel grooter
opgeven.
De Natal Mercury heeft een telegram
uit Frere, dat de Boeren hun strijdkrachten
samentrekken in hun oude stellingen bij
Colensoen achter Grobler's kloof. Verkennings
afdeelingen in de buurt van de Toegela-
rivier zijn van Chieveley uit gezien. Alles
duidt aan, dat de Boeren vast besloten zijn
te trachten den Engeischen het oversteken
van de rivier te beletten.
Volgens den correspondent van de Daily
Mail te Frere zouden de Engeischen de
Boeren nog bijtijds verhinderd hebben, de
Toegelabrug by Colenso te vernielen.
Het departement van oorlog te Londen,
maakt het volgend telegram van den bevel
voerenden officier te Kaapstad openbaar:
Overste Kekewich bericht uit Kimberley, 30
November, dat de politie van Betsjoeana-
land Protectoraat het Boerenkamp ten
Westen van de stad den 28sten overmees
terd heeft. Er is gemeenschap door zoek
lichten tusschen Kimberley en Modderrivier
verkregen.
Voorts deelt het departement van oorlog
mede, dat het transportschip, Ismore, met
een batterij veldartillerie en een deel van
het 10de huzaren aan boord, op de rots van
St. Helena-baai is geloopen. De troepen
werden behouden aan land gezet, maar de
paarden zijn nog aan boord. De oorlogssche
pen Doris en Niobe ep het transportschip
Columbian verleenen hulp.
Het ministerie van buitenlandsche zaken
te Washington heeft gevolg gegeven aan
de herhaalde verzoeken van Macrum, consul
van de Vereenigde Staten te Pretoria, om
hem te ontheffen van zijn post. Mac Kinley
heeft Adelbert Hay, een zoon van den
minister van buitenlandsche zaken aangewe
zen om onmiddellijk Macrum's plaats te
Een vreemde regeert op den troon van uw
[land
Gij torscht er een keten van jammer enschand
Eik land heeft zijn Koning, gij weduwe alleen
Uw glorie, uw steun en uw vorsten zijn heen,
Mijn arm, mijn dierbaar Banva
Hat huis der O'Neills ligt in puinen en slijk,
DeO'Bnens zwerven om zonder schepter of rij k,
En 't bloedige staal is ontrukt aan de hand,
Die eertijds het droegtot behoud van ons land,
Mijn arm, mijn dierbaar Banva 1
Bleef Banva onschuldig ?of vloog het niet vaak
Te wapen uit strijdlust of toornige wraak
O zwaar weegt de straf voor der vaderen
[schuid
De beker des leeds werd ten boorde gevuld
Mijn arm, mijn dierbaar Banva
Doch eens rijst de hand, die zoo zwaar op ons
[weegt
De kelk onzer smarten is weldra geleegd
En God zal weer redden. Zijn hulpe is nabij
Dan danken we en juichen: »sta op en wees vrij,
O dubbel dierbaar Banva!" 1)
Op de vraag, wat het ongelukkige Ierland
gaan innemen. Macrum zal Hay's aankomst
niet afwachten en voor dien tijd vertrekken.
Een draadbericht uit Las Palmas
(Canarische eilanden) in dato 2 December
meldt
Het Engelsche stoomschip Sumatra, op
de huisreis met Engelsche gewonden is
hier aangekomen. In een interview
heeft een Engelsch officier de moeilijkheden
van dezen oorlog uiteengezet, voortvloeiende
uit natuurlijke beletselen en uit de hinder
laagtactiek van de Boeren. De verliezen
aan weerskanten zijn groot, die van de
Engeischen overtreffen die van de Boeren.
De indrukken zijn zeer pessimistischde
meeste gewonden zijn sterk terneergeslagen
en boezemen diep medelijden in. De
meesten zijn erg verminkt en voor de
toekomst onbekwaam tot den krijgsdienst.
De vroegere Engelsche minister-president
lord Rosebery hield gisteren-avond een
rede te Edinburg, waarin hij Chamberlain's
uitlatingen tegen Frankrijk hekelde. Rose
bery keurde het in Chamberlain af dat hij
uit de Parijsche goten eenige schendartikels
opgevischt had met carioaturen, beleedigend
voor de Koningin dat was geen waardige
taak voor een minister. Rosebery zeide
wij hebben laatstelijk te veel van zulk
schimpen op andere natiën gehoord, van
daar dat Engeland zoo impopulair is,
buitenslands. Achtereenvolgens hebben wij
Spanje een zieltogende natie, een andere
groote natie minder genoemd dan eenige
Engelsche kolonie. Wij hebben den Tsaar
vergeleken bij den duivel, en nu zeggen wij
dat Frankrijk zijn manieren moet veranderen.
Rosebery hoopte, dat deze periode van
ondiplomatieke vrijmoedigheid zal eindigen,
althans van de zijde der verantwoordelijke
ministers. Laten wij bedenken, dat zulke
woorden van haat lang blijven naklinken
en zelts ophelderingen en excuses noodig
kunnen maken.
De Duitsche Keizerin heeft gisteren in
het Neue Palais de leden van het ambu-
zoo aantrekkelijk en dierbaar doet blijven
voor hen, die het hun vaderland noemen,
antwoordt Th. Burke 2) »'t is wellicht niet
de schoonheid van net landschap, waar we
aan denken; 't zijn met zoo zeer de groene
heuvelen in hun Kleed van Iersche varens
en met een statigen eik op den top, die
rijzen voor het oog onzer verbeelding en
de zoetste aandoeningen wekken in ons
hart> neen, wanneer Moore van 't Avoca-
dal zingt*daar is in de wijde wereld geen
vallei zoo liefelijk als deze;jde laatste vonken
van leven en gevoel moeten.uitgedoofd, eer
de bloem van dit dal in mijn hart verwelkt";
dan is het evenmin, dewijl natuur daar het
helderst kristal tusschen het heerlijkste
groen deed golven, of om de too verkracht,
die er uitgaat van den oever der beek
neen om genoegens van hooger in waarde
en zoeter genot.
Vrienden aan wie mijn hart hing, waren
bij medierbaren, wier tegenwoordigheid
het aantrekkelijke van ieder lustoord ver
hoogt wier blik de vriendelijkste glanzen
werpt over elk tafereel, dat we met hen
beschouwen en gemeten."
(Slot volgt.)
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT
1) Non vocaberis ultra derelicta. Is LXII 4.
z) Quomodo cessavit exactor, quievit tributum Is
4 heeft de vulgaat. Moorc volgt de Prot. bijbel-
ertaling in Engeland in gebruik, waar voor tributum
g'iacn city ataat.
KLAAGLIED OVER BANVA. 6)
3) Operimentum tuum eruut vermes. Is XIV II.
4) Noh vocaberis ultra domina regnorum.Is. 47 b.
5) Th. Moore: Parallel. Irish melodies p. 97
6) Oude benamiug voor Ierland.
1) In het Engelsch overgebracht door J. C. Mangan.
Ballads of Ireland I.
S) Exiles of Erin.