Dasrblad voor Schiedam en Omstreken. 22ste J aars. Dinsdag 12 December 1899. lNo. 6570. bureau ^ofersfraaf 50. De Drieberkenhof. ill! Bekendmaking. Feuilleton. O PRIJS TAN DIT BLAD: Voor Schiedam per 3 maanden Franco per Dost door ceneei Nederland Afzonderiiike Nummers °-05 PRIJS DER ADVKRTENTIÊN: Van 1—6 reseisfO.öO Elke gewone regel meer -0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. OFFICIEELE BERICHTEN. De Burgemeester van Schiedam, Gezien de wet van 30 December 1887 staatsblad, no. 225) betreffende onderstand (ondersteuning)aan mindere geëmploieerden, '®ste werklieden en bedienden op daggeld "erkzaam bij inrichtingen van 's rijks zee macht en op 's rijks werkvaartuigen, niet 'allende in de termen van art. 2 der wet 'an 24 Juni 1854 staatsblad no. 92) Gelet op art. 6 van het Koninklijk besluit 'an 10 Januari 1888 staatsblad no. 3) houdende bepalingen nopens de betaal baarstelling der bij eerstgenoemde wet toegekende ondersteuningen Maakt bekend dat de attestatiën de vita lot ontvangst van bedoelde ondersteuningen, m het begin van ieder kwartaal, op de "erkdagen van des voormiddags 10 tot des middags 12 uren, ter secretarie der gemeente 'erkrijgbaar zullen zijn. Schiedam, 11 December 1899. De Burgemeester voornoemd, VERSTEEG. A.LHEMEEK OVERZICHT. 11 December '99. De oorlog in Zuid-Afrika. De vreedzame opstand in de Kaapkolonie, die reeds een onderwerp van ernstige be raadslaging in den Engelschen ministerraad heeft uitgemaakt, trekt meer nog dan de onbeduidende berichten van het oorlogs- terrein in de laatste dagen de aandacht. De berichten uit Kaapland luiden dan ook 'oor Engeland voortdurend ongunstiger. Gatacre en French zijn nu reeds half-ver loren mannen, indien zij zich te midden der hen omringende vijandiggezinde bevol king en tegenover de steeds voortrukkende Doeren dezen bevinden zich thans bij Sterkstroom en hebben Queenstown als naastbijgelegen doel uitgekozen genood- 2aakt zien met eenige operatie te wachten tot de voor hen onmisbare cavalerie is Naar het Duitsch. aangekomen. Die ruiters zijn nog niet eens op weg 1 Daily News immers meldt dat de Regeering malle maatregelen heeft genomen, ten einde onmiddellijk een brigade cavalerie ongeveer 4000 mao naar Zuid- Afrika te zenden" Arme Gatacre 1 Hij kan wachten, hij en zijn. 6000 mannekes, die hij zorgvuldig moet tegenhouden uit vrees dat een of ander uitgezonden detachement van daag of morgen eens mocht «vermist" worden Het is dan ook niet te verwonderen, dat de Britsche autoriteiten zich verbijten van woede en reeds tal van Kaapsche Hollanders niet enkel die welke met de wapenen in de hand zijn gevangen genomen, maar ook die eenvoudig zich van hun hoeven hadden verwijderd, hebben laten fusilleeren. Op die wijze kunnen zij den heer Schreiner niet uit den weg ruimen! Daarvoor zorgt deze slimme vos met be wonderenswaardige slimheid. De minister-president heeft nl. nu weer aan den heer Steyn een verontwaardigden brief geschreven over den inval der Vrij- staatsche commando's in de Britsche kolo- niets. mik protesteer met alle kracht tegen dergelijke feiten en veroordeel ze. De be volking der kolonie heeft een dergelijke handelwijze niet verdiend. Indien aan deze driestheid niet spoedig paal en perk gesteld wordt, dan zullen de gevolgen komen voor rekening van U Hoogedelgestrenge". Zóó schrijft Schreiner. Maar onmiddellijk daarop komt een regeltje, dat den handigen diplo maat kenmerkt. mDe brenger van dezen brief is uitgezonden met goedvinden van sir Alfred Milner." Munt dit snoeperig zinnetje niet uit in doorzichtige leukheid Of wil het iets anders zeggen dan Dit protest gaat eigenlijk niet uit van ons, maar komt van den mhigh-commissioner" Trek er u maar niet te veel van aan Dat Schreiner door dit protest een graadje zal gestegen zijn in liet vertrouwen der heeren van St. James' kabinet komt ons zeer onwaar schijnlijk voor. Uit Natal komt weinig nieuws. Volgens de laatste berichten wacht een sterke legermacht der Boeren generaal Bulier zoowel ten oosten van Colenso achter den noordelijken oever der Toegela als in de Zwarte Bergen, tien mijlen ten westen van genoemde plaats. Daar staan vier duizend Vrijstaters, vermoedelijk dezelfden die dezer dagen het belegeringskorps rondom Lady- smith verlieten, door hun westwaartsche beweging de Britsche oorlogscorresponden ten in de war brachten en bij dezen het vermoeden wekten, dat zij optrokken naar den Vrijstaat om de mijl op zeven Prinsloo's leger te gaan versterken. In Natal verwacht men dat sir Redvers Bulier in het begin dezer werk zijn aanval op de stelling der öoeren bij Colenso zal beginnen. De militaire overheid heeft 22C0 Europeanen opgeroepen om ambulance dienst te doen, en volgens Central News, zijn die binnen enkele uren te midden van groote geestdrift bijeengekomen. De Boeren bjj Ladysmith hadden in de laatste dagen ook het stadhuis beschoten. Generaal White zond daarop een bood schap aan den Boei en commandant om hem mede te deelen, dat het gebouw als gast huis dienst deed. Waarop generaal Joubert (deze schijnt dus weer terug te zijn) antwoordde, dat de Engelschen niet het recht hadden, eenig gebouw in de stad als hospitaal te gebruiken, daar een onzijdig kamp gereserveerd was. In een telegram uit Pretoria van 7 dezer wordt gemeld, dat generaal White de laatste gekwetsten van de Transvalers, die te Elandslaagte gevonden zijn, uit de stad heeft weggezonden op een na. Met betrekking tot het gevecht bij Lom- bardskop meldt een ofücieele dépêche van generaal White van 9 dezer In den afge- loopen nacht heb ik generaal Hunter met 500 Natalsche vrijwilligers en 100 man van de Imperial Light House uitgezonden om bij verrassing het kanon op den heuvel te nemen. De onderneming slaagde volkomen- De heuvel werd genomen en het zesduims- kanon en een houwitser vernield met schiet katoen. Een maxim is veroverd en naar Ladysmith gebracht. Het verlies van de Engelschen was een soldaat gedood en een majoor gewond. Terzelfder tijd reed een eskadron huzaren rondom Pepworthheuvel, die de kraals verbrandden en de telegraaf lijnen van de Boeren afsneden. Een dépêche gedagteekend uit het Transvaalsche hoofdkwartier van 8 dezer, te Lourenco Marquez ontvangen, behelst, dat de Engelschen bij een aanval op een kopje bij Lombardskop een zwaar Creusot- kanon en een houwitser buiten gevecht gesteld en een maxim vermeesterd hebben. Volgens een draadbancht uit Pretoria in dato 9 dezer, is daar bericht ingekomen van een gevecht dat gisteren-ochtend in de nabijheid van Scholtznek, ten zuiden van Spijtfontein, is begonnen, doordat de Engel- sche troepen de troepenmacht van Cronjé hebben aangevallen. Ook worden vijande lijkheden gemeld van de richting van Spijtfontein, in de richting van Kimberley. Daaruit maakt men op, dat het garnizoen van Kimberley een nieuwen uitval gedaan heeft. Uit Modderrivier wordt in dato 9 dezer gemeld De marine brigade beschoot heden-ochtend met een twaalfduimskanon de nieuwe geschutstelling die de Boeren opwierpen. Dezen trokken snel terug, en hun stelling was na een half uur schieten, naar het scheen, vermeld. De ruiterij en een batterij voerden onderwij 1 een schijnbeweging uit tegen het linkerfront van de Boeren. Het bericht van gisteren uit Pretoria berust waarschijnlijk op het veelbeschreven gevecht, In dato 10 December wordt uit Molteno geseind Gatacre heeft met twee duizend man en twee batterijen een geforceerden marsch 3) Ondertusschen verried het hengelsnoer Plotseling beet; Johannes haalde met ge oefende hand snel op en slingerde met een handigen zwaai eene flinke forel op het groene gras. Als een stuk zilver sneed de 'isch door de lucht en spartelde nu aan den hengel. «Eindelijk heeft mij een aangebeten en "elk een 1" riep Johannes vroolijk uit, tor- )"ijl hij op den oever sprong en den visch ha een soort vaatje stak, dat met water gevuld in de boot lag. «Een zilvervisch I" lachte Frits, «maar nog lang geen Gonda! Ge kunt hem van a«ond Eva opdisschen Ha ha, wie zal ook Eva heeten «Eva? ja, de nieuwe huisgenoote, die 'ader besteld heeft in de stad. omdat de oude Martha de huishouding niet meer in orde kan houden." »En omdat zij alles met haar mondje in orde houden wil", vulde Frits aan. «Nu, we zullen zien wat dat voor een stuk vrouws persoon is. Als ze maar half mooi en half net is, kan ze bij Gonda tweede bruidsjuffer worden, zij is toch heel in de verte nog aan ons verwant." «Zij komt alzoo uit de stad? Wat doet zij in de stad?" vroeg Johannes. «Zij heeft manieren geleerd, zooals de gestudeerde lui zeggenmaar zij heeft er wel om moeten werken, 't Zal me eens be nieuwen, wat dat voor manieren zijn 1 Maar gebruiken kunnen we haar altijd bij onze zieke Marie en bij onze oude Martha. Thans was de boot aan de landingsplaats genaderd, die, eenvoudig genoeg, slechts met een houten pin werd aangeduid, waarom de ketting gelegd werd. De boot dreef schurend op het fijne zand, de ketting ram melde op den oever en de zonen van den Driebei ken-boer stegen uit, terwijl Frits het vischkuipje in de hand nam. Plotseling legde Johannes de hand over de oogen. sKijk, wie komt daar ginds aan?" nep hij. «Die moet een gouden voorwerp dragen, ot hij heeft zonnestralen uitgestald." «Ik kan hem nog niet kennen," sprak Frits, die ook nieuwsgierig was staan ge bleven. Een vreemde verschijning nep steeds op den eenzamen hof groote ver wondering wakker, want de dagen gingen zoo eenvormig voorbij. Links van de be©k was een man uit het woud te voorschijn getreden. Werkelijk speel den de zonnestralen als gouddraad op een nog onkenbaar iets, dat de vreemdeling droeg. Toen hij nader kwam, schenen de stralen ook te schommelen en te klinken als een eölusharp. «O, Citroenen-Sepp 1" riep Frits. «Heisa 1 Citroenen-Sepp 1" gaf Johannes als een echo weder, op een langgerekt schel gejuich. De naderende vreemdeling zwaaide den breedgeranden hoed, waaraan een in de zon blinkende gouden kwast nederhing. In het volgend oogenblik schudde «Citroe nen-Sepp" de beide broeders krachtig de hand. Men kan zich geen statiger man voor stellen dan dezen Tyroler, die land op land af met zijne citroenen, zijne schoone stem en zjjn vroolijk hart rondtrok, en in elk huis welkom was als de zwaluw, die gaat en komt. Uit het bronzen gelaat schitterden twee heerlijk bruine oogen; een isterke knevel krulde in sierlijke bogen om de roode lippen, waartusschen een dubbele rij blinkend ivoor. Geheel de kleeding was «eëigend aan het beroep van den flinken, gespierden man, die door veler heeren landen toog in heeten zonnebrand en over den dauw van den nacht. Gott zum Grusz en hoe gaat het en staat het'op den Drieberkenhof Is er ouder gewoonte gastvrijheid voor den nacht? riep hij luid en vroolijk den broeders toe. «Waarom niet! Gij zjjt altijd welkom antwoordde Johannes. Ge moet vanavond zingen en op den mondtrommel spelen. »Ja, dien heb ik weggegeven aan een jongen van mijn beroepmaar hier heb ik een citherdie klinkt heel anders, als een zilveren klok." «Cither vroeg Frits verbaasd. «Zoo dat ding heet cither? Meester Brinkman te Blumenrain heeft een viool; die lijkt er wel wat op." Wordt vervolgd.) NIEUWE SCHIEDAM COURANT

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1