Dagblad voor Schiedam en Omstreken. 23ste Jaarg. Zaterdag 15 December 1900. No. 6876 38utreou 'SBofersfraaf 50. ^°or de Haaien. JjggICIEELE BERICHTEN. Ken n i s g e y i n g. ?Cd?mMEESTER kn Wethouders van feuilleton. ALGEMEES OVERZICHT; PRIJS TAN DIT BLAD: '°°r Schiedam per 3 maanden Jranco per post door sreneei Nederland Afzonderlijke Nummers 1.50 o 0.05 6ebri! fct0t hefflnS van gelden voor liet of«n uTan °Penbaren gemeentegrond kui gemeente wateren en voor «ebben van particuliere werken UP> in- of over den openbaren gemeentegrond ofwel op, in- of °Ver het openbaar gemeente- water, van den 31 Januari 1899 (Gemeenteblad no. 4 van dat jaar). ScCdGEme™* en Wethouders van teAM' brengen ter kennis van hen, aan vergu r .Za'ie van bovengenoemde belasting bet janin^( ls verleend, dat, bij aldien in 0x>ey,9ear panden aan anderen zijn b«ny6™ °t voorwerpen, als uit fM\jke stoeptreden, stalpalen of der- sP°edi» n weggenomen, daarvan zoo ^°rden m°gelÜk schriftelijk opgave moet a*dee|jn g®daan ter Gemeente-Secretarie, °nder Q "nanciën, ten Raadhuize alhier, ?Ur>tl>ng .®r'®&Slng der betrekkelijke ver t bbeiKj'nen berinneren zij voorts belang- edoe]da v dat bet verschuldigde betreflende Jaar 1 9q| er8Unningen, voor het belasting- n 10 fi n)0®' worden voldaan vóór of op Sch &r' van dat Jaar- ''dam, den 13 December 1900. Urgemeester en Wethouders voornoemd VERSTEEG. De Secretaris, G. J. BISSCHOP. dat g®'' bij deze ter algemeene kennis, Va,) het pe-l'3and raet de openstelling x'hier niJks 'ntercommunaal-bureau, het Ü*der|an!|Vef,gde Centraal-bureau van de b ftf ic n Be" Telephoon Maatschappij S geoDe„H Cember a-s- °P werkdagen bhten ZlJn van dos morflens u«r 50 de« 'n plaats van zooals tot heden, UuP, naorgens 8 uur tot des avonds S qL &Urqe ®dam) 14 December 1900. Wester en Wethouders voornoemd, VERSTEEG. De Secretaris, G. J. BISSCHOP. Een verhaal uit Brazilië. 1) h ^t su jaa^foQ? kegin van December in bi,0lbschin .T:j schip, het Hamburger SSSe«rde nobtdonia' kapitein Wolters, Sh A''torüo r0IS van dri0 weken kaap bin binnen *n0er groote baai van i?" schin passagiers van het I stad d ren aan dek- Anl üiterst» ah'a 'igt op ®en schiereiland sta Di°, WaCofUnt daarvan is d« kaap San is ap Wanne een 'ort en oen vuurtoren P*tuaanschouwt men d8Ze kaap SePasseerd 8uJ?rama u men een verrukkelijk bej® kust inh« FC" aan de gedeeltelijk di- - Lilian nü fleer,1Jke tuinen de villa's van Cln do "a^h® eLn Europeesche kooplieden, v0i?6Ld'g ech. Eahia hun kantoren hebben. C, 'J eri rf. Ziin w® dit kleine paradijs a riist ad met haar grijze huizen- J v°ur ons op. 14 December 1900 De oorlog in Zuid-Afrika. De vervolging van De Wet. De onvatbare De Wet is, gelukkig, ook ditmaal weder aan de handen zijner ver volgers ontsnapt. Opgesloten tusschen twee wassende rivieren en de grens van Basoeto- land, heeft hij zich blijkbaar door die natuurlijke hinderpalen niet uit het veld laten slaan. Zijn heider verstand heeft een uitweg gevonden daar waar een ander geen redding zag. Hij heeft zich door de vijan delijke liniën weten heen te slaan, ondanks dat alies tegen hem scheen te zijn. Lord Kitchener heeft nog niet gesproken dat was trouwens te verwachten. Hij zal, toen hij vernam, dat De Wet ontkomen' was, zich wel op de lippen hebben gebeten maar uit Pretoria en de censor liet de depeche door kwam de tyding, dat generaal De Wet oprukte naar Reddersburg hij was er dus in geslaagd over de Caiedon- rivier te komen. De ring, die hem omsloten hield, is alzoo verbroken. Hij dwingt nu zijn vervolgers een geheel nieuw plan te omwerpen, waar van een groot oponthoud het gevolg is. De troepen, die De Wet trachten op te vangen, zullen naar het noorden en het westen moeten worden gericht, om daar hun pogingen om den grooten veldheer in handen te krijgen, opnieuw te beginnen. Bij Reddersburg wacht wel-is-waar een nieuwe colonne den Vrijstater af, maar het terrein boven de Caledon rivier biedt ruimie genoeg om ook deze troepenmacht te out- wijken. De Vrijstaters bevinden zich boven dien in een streek, waar zij ieder.voetpad, ieder kopje, ja men zou haast zeggen iederen boom kennen, en juist daarin"li<n de groote kracht der Boeren. De Engel- schen zijn genoodzaakt de groote wegen te volgende Boeren trekken dwars over het PRIJS DER ADVKRTKNTIÊN: Van 16 regels.11...' f0.60 Elke gewone regel meer-010 Voor herhaalde plaatsing worden biilijke overeenkomsten aangegaan. Nadat we nog een eindje verder waren opgestoomd, gaf de loods order, het anker te laten vallen, en dadelijk daarop schoten de ankerkettings met veel lawaai uit de kluisgaten. Een tamelijk groote boot, waarin zich een officier en twaalf soldaten bevonden kwam oogenblikkelijk op ons at. Wij waren daarover ten zeerste verwonderd. Men wordt gewoonlijk in een haven door beias- tingambtenaren en de gezondheidscommissie ontvangen, maar niet door gewapende mili tairen. De boot had de Braziliaansche vlag in top en lei aan stuurboordzijde aan. Een paar minuten lafer betrad de officier met zijn manschappen, die een vrij schunnige uniform droegen, het dek, salueerde beleeld voor kapitein Wolters en verzocht, in naam van den gouverneur van Bahia, den ed. achtb. heer doctor Campinas, dit hem de passagierslijst zou worden voorgelegd Kapitein Wolters aarzelde een oogenblik. maar liet zich toen de gedrukte scheepslijst halen, die ieder passagier by zijn inscheping ook ontvangen had, en stelde ze hem ter hand. De officier zag da lijst door en vond spoedig wat hij zocht, *Aan boord bevindt veld en over bergen, waar een leger als dat der Engelschen hen niet volgen kan. Zij komen op die wijze sneller voort, omdat zij ofschoon het pad zwaarder is een veel korteren weg afleggen dan de ver volgers, die om de bergen moeten heen trekken, wat soms een verschii van een dag uitmaakt. Het zal ons dan ook niet verwonderen als wij in de eerste dagen geen bericht van De Wet krijgen. Hieruit zou dan blijken, dat de generaal zijn vervolgers ver vooruit is getrokken en thans uitrust van de ver moeienissen die man en paard in de laatste weken geleden hebben. Het verhaal van de vervolging van De Wet komt thans eenigszins duidelijker en meer aaneengeschakeld voor in de Er.gelsche •bladen. De vervolging wordt genoemd een van de meest opwinnende operaties in dezen oorlog. De vervolging had plaats door vier co- onnes, die eerst het spoor van De Wet vonden, toen kolonel Herbert bij Sterkspruit op de Boeren stiet, en hun na de ontvangst van versterkingen slag leverde. Den volgenden ochtend begon de vervol ging onder een zwaren slagregen, die drie dagen aanhield. Generaal Knox trok zeif achter De Wet aan en liet de kolonels Pilcher en Herbert een omtrekkende beweging maken. Knox marcheerde drie uur in westelijke richting en vernam toen, dat De Wet op de Caledon-rivier aanrukte; hij moest dien tengevolge omkeeren. Na een nacht in de open lucht te hebben gekampeerd onder regen en ijzigen wind, werd den volgenden morgen met gefor ceerde marschen opgerukt, in de hoop, De Wet nog voor de Caledon-rivier aan te treffen. Onderweg werd een troepje Boeren verrast, die bezig waren 35000 patronen van een gebroken wagen te laten. De patronen werden buitgemaakt. Dit had piaats bij Karreepoort, een drift in de rivier. Van De Wet was niets te zien. Wel vond generaal Knox een achtergelaten negen ponder. Onder schier onoverkomelijke moeilijk heden werd de drift doorgetrokken. Aan den overkant liep het wagenspoor met een helling van 25 graden op, terwijl een voet- dikke modderlaag den oever bedekte. Het water steeg tot aan de buikriemen der paarden, maar toch kwam de bereden infanterie met een verlies van een man, die met zijn paard door den stroom werd medegesleurd, goed over. Ook de lansiers kwamen veilig door de rivier en toen kon er aan gedacht worden, de dertig kanonnen en de munitie over den stroom te sleepen. Een gewoon span trok de stukken door de rivier, maar aan den tegenoverliggenden oever werden vier of acht paarden bijge spannen om ze tegen de helling op te rijden. Alle kanonnen kwamen veilig over en ook nog twee proviandwagens, maar toen rees het water zoo snel, dat er niet meer aan te denken viel, nog iets naar den overkant te brengen. Strathcona's ruiterij en de Yeomanry bleven dus aan de zuidzijde. De overgestoken troepen betrokken een kamp, waar ondanks den zwaren arbeid en de weinig opwekkende omstandigheden vroolijke scherts den tijd kortte. Den derden morgen kwam ook Strathcona's ruiterij over, maar de proviandtrein moest aan de andere zijde blijven. De marsch werd nu hervat met het voornemen op het land te teren. Om acht uur 's morgens kwamen de troepen bij Odendaalsdrift aan, waar boven het fort de Britsche vlag wapperde. Den vorigen dag had De Wet den bergrug ten noorden van de rivier bezet en den geheelen dag op afstanden van 1500 tot 2000 yards op het garnizoen geschoten. De Boeren beproefden ook een koornmolen aan den noorderoever te nemen, maar werden door een sterke patrouille van dit voornemen teruggebracht. De tocht werd langs de rivier voortgezet zich de Braziliaansche kapitein Pedro Mo- reira, zooals ons reeds werd gemeld. In naam van den gouverneur van Bahia gelast ik u, mij dien heer uit te leveren. Ik heb last, hem aan land te brengen en dadelijk te laten doodschieten." Kapitein Wolters was ten zeerste ver baasd. Hij bedacht zich even, voordat hij antwoordde: »Zeg aan mijnheer den gou verneur Campinas, dat ik voorloopig onder geen omstandigheden een passagier van mijn schip kan uitleveren." Dan heb ik in opdracht, geweld te gebruiken, zeide de officier. De kapitein zag hem kalm aan. Doe wat u uw plicht acht. Ik zou er u echter wel opmerkzaam op willen maken, dat wij oris op Duitschen bodem bevinden en niet op Braziliaanscben. Dit schip is een Duitsch schipde Duitsche regeering zal voor elke daad van geweld van uw°kant voldoening vragen. De Braziliaan scheen een oogenblik na te denken. Inmiddels wenkte kapitein Wolters mij. Ik was derde officier op de »Sidonia". Hij fluisterde mij maar drie woorden toe, en gaf een onzer bootsmans maats een wenk. Het fluitje van den bootsman klonk, de matrozen snelden toe en ik verdween met twintig van onze' beste mannen in de salon, waar op alle Duitsche schepen in een glazen kast steeds twintig goede Mausergeweren met bijbe- hoorende patronen en sabels voorhanden waren. In enkele minuten had ik mijn mannen gewapend en verscheen weer met hen a an dekwaar ik ze in positie stelde met het gew eer aan den voet. De Braziliaansche_officier had inmiddels verklaard, dat hij niet ontkende, dat de bodem van het schip Duitsch was; maar zoodra het schip in Braziliaansche wateren was, behoorde het tot het rechtsgebied der regeering van de betrokken kuststreek. Indien mijnheer de gouverneur Cam pinas van dezelfde meening mocht zijn merkte kapitein Wolters op, dan zal ik het anker lichten en dadelijk uit de haven stoomen. Dan zrl ik naar Pernambucj o-aan waar een Duitsch oorlogsschip fi^t "en u daaraan uitleveren. Mocht u onderweg geweld willen gebruiken, dan zuilen wd geweid tegenover geweld plaat-en. We hebben hier de overmacht. Wordt vervolgd)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1900 | | pagina 1