Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
24ste Jaarg.
Vrijdag 12 April 1901.
i\'o. 6972.
bureau ?$ofersfraaf 50.
Be Grijze Wolvin.
üjjjyiEELE BERICHTEN.
Kennisgeving.
flitairrH»^iVtmek 10 van de Comman-
4 Co t„ S ?reeni&ing Rooseboom
°Prichtin~ otterdam' om vergunning tot
maw 8 .van eene inrichting tot het
Feuilleton.
"««"I. hotd™ 0,'n W0,lder
he?ï.ïaa!l d'n 'iok,er °m Liok« M»
ALGEXEEft OVERZICHT.
PRIJS dit blAD;
joor Schiedam per 3 maanden
ranco per post door geheei Nerieriana
A-nonderiüke Nummers
1.50
PB IJS DER ADVKBTKNTIÈK:
Van 18 regeis'; I I 1
Elke gewone regei meer
,'0.60
-0.10
Voor hernaaiae plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
ïnr,ChiSnbWelke gevaar' s°hade of
öer kunnen veroorzaken.
^5^EESTER E* Wethouders van
kadaster sectie I no. 665;"'
>et;ünr G* w-. I' Van der Sloot om
Plaau g tot °Prichtin& van een bewaar-
Pand Van lomPen cn beenderen in het
das<.„aan het Ktein Groenendal no. 3. ka-
*'6r sectie B no. 1014.
elet op de Hinderwet:
Joen te weten:
op voormelde verzoeken met de bijlagen
gelegd $ecretarie der gemeente zijn ter visie
desamidPi DoDderdag den 25sten April a. s.,
'®genhniHagSit6n j2 ure' te" raadhuize ge-
leiïen k vvorden gegeven om bezwaren
brents 6 t0j3taan Van dat verzoek in te
t°6 te "lichte mondeling ot schriftelijk
^tiD^V^6 kUrende da9en< vóór het tijd-
d6r 'erbov®» genoemd, op de secretarie
zak,, °emeente, van de schrifturen, die ter
WochJ30 ten zÜn ingekomen, kennis kan
'uen genomen.
het 1 blervan afkondiging geschied, waar
behoort, den Uden April 1901.
urgerneester en Wethouders voornoemd.
Mr. w. h.j.ansen, w.b.
De Secretaris,
G. J. BISSCHOP.
ScHn^GEMEESTER EN Wethouders van
25 a '•f1 Z^n van voornemen op Donderdag
besteden middags 12 uur' aan t0
Bet maken eener uitbreiding van de
fabriek^ dOT gemeenteliiko gas-
f Bestek teekening zijn na 16 dezer k
verkrijgbaar ter gemeente-secretarie
Eene Poolsche vertelling.)
4)
bloed",/™?® u®rel Zag er ellendig "ithet
en h vloeide hera Ult verschillende wonden
event-i0? de,n. grond" De dokter verklaarde
maai h u J niet doodölijk was gekwetst,
durtn hef nog verscheidene weken zou
Hal® 68r blJ weer geheel was hersteld,
het we;u g6iaat had hiJ 'n den kamp met
Ik wat -1 *1 IJendCn VOlgd® lk niet °P
ik dw«J«ng m, had,mets omhanden, zoodat
Wolvinh» ge'e8enheid had den dapperen
daarï.? °p te passen' °P wien ik
ik hoA en or de schadevergoeding welke
moeten betalen een eenig recht
tavio.i. tö bebben gekregen. Hij kreeg
koortsen eu de ijlende woorden, die
en liggen ter inzage op het bureau der
gemeentewerken.
Aanwijzing ter plaatse op Dinsdag 23
April a.s., voormiddags 11 uur.
11 April 1901.
De oorlog in Zuid-Afrika.
Van het oorlogsterrein komt ook heden
weder weinig nieuws. De Engeischen houden
liefst zooveel mogelijk stil wat er in kleine
ontmoetingen met de Boeren is voorgevallen.
Alleen als er een voordeeltje behaald is,
wordt het onmiddellijk overgeseindde
debetzijde wordt alleen in het departement
van oorlog overgebracht, maar door een
vertrouwden boekhouder die zwijgen kan.
Af en toe lekt er toch wel eens iets uit,
maar het ware krijgt men niet te zien en
daarom is het zoo moeilijk een juist beeld
te geven van den werkelijken toestand.
Van den correspondent van Reuter in
Vrijheid vernemen wij, dat de Boeren bij
Zoeloeland en Vrjjheid aan het opereeren
zijn. Den vijfden April trachtte Grobelaar's
commando, een achthonderd man sterk,
naar het Noorden op te rukken. Engelsche
troepen werden spoedig te middernacht van
Vrijheid uitgezonden. Zij slaagden er in de
beweging tegen te houden. Generaal Alderson
nam den volgenden morgen stelling bij
Scheepers Nek, waardoor het den Boeren
onmogelijk gemaakt werd tusschen Vrijheid
en Dundee op te trekken.
De Boeren volgden evenwel hun oude
tactiek, zooals uit het tweede gedeelte van
het telegram blijkt. Zy gingen in kleine
troepjes uiteen, er. zeer waarschijnnlijk
zullen wij later wel hooren, dat zij op deze
wijze toch uitvoering hebben gegeven aan
hun voornemen en door de lijnen der En
geischen gebroken zijn.
Uit de Kaapkolonie is een telegrammetje
ontvangen, dat echter van veel beteekenis
is voor de Boeren in de kolonie. De Mid-
hij bij die gelegenheid uitstiet, deden mij
een diepen blik slaan in het leven van
dezen natuurirenschin zijne koortsfanta
sieën mengden zich juichende vreugde en
diepe smart dooreen.
Eerst had hij het voortdurend over de
gedoode wolvin, maar langzamerhand vernam
ik bijzonderheden uit zijn vroeger leven, die
aangevuld met wat hij mij later, geheel
hersteld, vertelde, toen ik hem tot zijne
groote vreugde niet wegjoeg, een soort
familiedrama vormden, dat ik hieronder
zal trachten weer te geven.
Zij waren buurkinderen. Licku's vader
bezat een klein huisje en eenige stukken land.
Hij had juist genoeg voor het onderhoud
van hem en Licku en was niet kwaad
alleeD sloeg hij Licku als hij dronken was
en dat laatste gebeurde dikwijls, want hij
zat veel in de herberg van Jettka's moeder.
Deze verdiende veel geld met haar zaakje,
maar niettegenstaande dat, of misschien
juist daarom, was zij heel gierig, alleen
met met klappen voor Jettka.
Zoodoende klaagden de beide kinderen
elkaar dikwijls hun nood en geraakten door
het dragen van elkanders leed op vertrouw
land News verneemt, dat binnenkort een
mededeeling in de Regeeringscourant zal
verschijnen, waarin de kolonisten gewaar
schuwd worden, dat daden van rebeilie na
den 12n April niet meer zullen gestraft
worden volgens de artikelen van de spe
ciale wet, in de laatste Parlementszitting
aangenomen, maar volgens de oude bur
gerlijke wet, waarbij de doodstraf, ge
vangenisstraf en boete kunnen worden
toegepast.
De toestand in de Kaapkolonie is dus
nog ver van rooskleurig. De Engeischen
beweren wel, dat er niet velen zich ge
schaard hebben onder de vlag der Repu
blieken, maar uit het verzwaren der straf
fen, zooals dat nu het geval is, zou men
mogen opmaken, dat meer kolonisten dan
Engeland lief is, zich bij de Boeren
aansluiten of hun de behulpzame hand
bieden.
Uit Kaapstad komen enkele draadbe-
richten, die slechts onder beneficie van
inventaris kunnen aanvaard worden. Het
eerste luidt als volgt
Volgens de laatste berichten is Botha
bereid over den vrede te onderhandelen uit
naam van alle Boerenafdeelingen.
Gedurende zijn laatste onderhoud met
De Wet weigerde de laatste zich over te
geven, maar Botha is overtuigd, dat De
Wet moreel niet verantwoordelijk is; daar
hij tot dusver de eenige hinderpaal voor
het sluiten van den vrede is geweest, wil
Botha de onderhandelingen opnieuw openen.
Men gelooft, dat indien Botha zich over
geeft, men het spoedig met De Wet zal
klaar spelen, daar diens strijdmacht snel
slinkt.
Een later telegram meldt
Men verzekert, dat Botha de onderhan-
lingen opnieuw geopend heeft. Bij zijn
laatste bezoek aan den Vrijstaat, heeft hij
er zich van vergewist, dat het verstand
van De Wet gekrenkt was Zijn aan
hang verminderde snel en zijn invloed nam
welijken voet met elkaar.
Jettka groeide tot een mooi meisje op en
wat was natuurlijker dan dat zij en Licku
elkaar leerden beminnen? Hetgeheeledorp
vond dat dit vanzelf sprak en zoo werden
Jettka en Licku een geiukkig paar. En toen
een jaar later een kleine schreeuwer hun
gezin kwamen vermeerderen, waren beiden
zielsgelukkig. Jettka hield haar klein huisje
zindelijk en rein, en al mocht de zon door
de ongelukkige vensterruiten bijna niet
kunnen doordringen, binnen scheen de zon
in Licku en Jettka's oogen en harten.
Maar de goden zijn soms wreed. Waar
groot geluk is, verstoren zij dat dikwijls
zoo ook hier.
Op zekeren dag, dat er een ijzig-koude
wind met een sneeuwstorm woei, zag Jettka
tot hare groote ontsteltenis, dat door den
hevigen sneeuwstorm het dekentje van het
wiegje haars kinds was weggewaaid. Het
kind was bijna geheel verstijfd van koHde
en met een kreet van schrik greep de jonge
moeder het op en trachtte het aan hare
borst te verwarmen. Toen snelde zij er mee
naar het andere gedeelte van het huisje,
waar vuur brandde, om zoodoende het kind
des te eerder weer bjj te brengen. Maar
af. Botha heeft er zich rekenschap van
gegeven, dat de daden van De Wet dikwijls
die van een ontoerekenbaar man waren,
dat De Wet een factor was, waarmede
men geen rekening meer kon houden en
dat de voortzetting van den oorlog nu van
hem zelf afhing. Hij heeft daarom besloten
de onderhandelingen te heropenen, deze
zijn nu aan den gang.
De Chineesche crisis.
De langdurige crisis schijnt de hervor
mingspartij in China nieuwe kracht te geven
en de noodzakelijkheid van hervormingen
steeds meer te doen inzien.
De Londensche Standard verneemt uit
Sjanghai, dat de Chineesche onderkoningen
en gouverneurs overeengekomen zijn om zoo
spoedig mogelijk de voigende hervormingen
aan te bevelen lo. De prinsen en de leden
van den hoogen adel moeten zich buiten
slands op de studie toeleggen, evenals in
't vervolg de hooge ambtenaren om benoem
baar te zijn voor staatsbetrekkingen. 2o.
Wijziging der examens. 3o. Stichting van
meer scholen. 4o. Scboeiing van het Chi
neesche leger op buitenlandsche leest. 5o.
Een rijkspolitie moet worden gevormd over
eenkomstig de beginselen der internatio
nale politie te Sjanghai. 6o. Instelling van
een post voor het geheele rijk. 7o. De
zilver dollar wordt tot wettig betaalmiddel
gemaakt in het geheele rijk.
De Daily Mail verneemt uit Tokio, dat
het échec der Russen in Mantsjoerije de
Russische regeering aanleiding heeft gege
ven tot een verandering van taktiek. Thans
beproeft zij een Russische-Japansche entente
tot stand te brengen, waardoor Japan een
neutrale houding zoude gaan aannemen. De
openbare meening is echter in Japan tegen
dit plan gekant, terwijl de oorlogspartij
teleurgesteld is.
De Daily Mail verneemt uit St. Peters
burg, dat Rusland thans van China, afgezien
Jettka zelve scheen ook geheel van streek
als wezenloos staarde zij in het vuur en
op ai zijne vragen kreeg Licku geen andei
antwoord dan een onnoozel lachje, dat zij
afwisselde met nu en dan zacht te zingen.
Het kind rilde in hare armen van koorts.
Dat alles bracht den anders zoo robasten
Licku buiten zichzelven van angst hij
sneide de deur uit om Jettka's moeder te
halen. In het eerst kon hij, in de herberg
aangekomen, niets onderscheiden, tóó dicht
hing er de tabaksrook, maar plotseling
ademde hij verlicht op, toen hij een beken
de stem hoorde die hem aanriep, 't Was
een oude bekende, een klein joodje, dat bij
de dorpelingen in hoog aanzien stond,
omdat hij volgens hen nogal verstand had
van geneeskunde. Met twee woorden had
hij hem verteld wat er bij hem aan de
hand was en onmiddellijk verklaarde het
goedhartige oudje zich bereid hem te volgen.
In Licku's huisje zag het er treurig uit.
Jettka was met het kindje op het armoed.g
bed gaan liggen zij zelve had eene felle
koorts en het kindje haalde slechts met
groote moeite piepend adem.
Wordt vervolgd.)
NIEUWE SCHIEDAMSGHE COURANT
0.05
ca
(JO*"